Bijlagen bij COM(2009)484 - Standpunt van de EG in de Visserijcommissie voor het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE

Het standpunt van de Gemeenschap in de Visserijcommissie voor het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan

1. BEGINSELEN

In het kader van de NEAFC dient de Europese Gemeenschap:

a) te handelen overeenkomstig de door de Gemeenschap in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid nagestreefde doelstellingen, met name door het hanteren van de voorzorgsaanpak om een duurzame exploitatie van de door de NEAFC gereguleerde soorten te garanderen, de geleidelijke tenuitvoerlegging van een op het ecosysteem gebaseerde aanpak van het visserijbeheer te bevorderen en het effect van visserijactiviteiten op het mariene ecosysteem zoveel mogelijk te beperken, alsmede door het bevorderen van een economisch levensvatbare en concurrerende visserijsector in de Gemeenschap, daarbij zorgend voor een redelijke levensstandaard voor degenen die van visserijactiviteiten afhankelijk zijn en rekening houdend met de belangen van de consumenten;

b) erop toe te zien dat de maatregelen van de NEAFC in overeenstemming zijn met de doelstellingen van het NEAFC-verdrag;

c) erop toe te zien dat de maatregelen van de NEAFC in overeenstemming zijn met het internationaal recht en met name met de bepalingen van het VN-verdrag inzake het recht van de zee, de VN-overeenkomst betreffende de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden en de Overeenkomst om de naleving van de internationale instandhoudings- en beheersmaatregelen door vissersvaartuigen op de volle zee te bevorderen;

d) aan te sturen op consistentie van de standpunten die in de verschillende regionale organisaties voor visserijbeheer worden ingenomen;

e) te streven naar synergie met het beleid dat de Gemeenschap voert in het kader van haar bilaterale visserijrelaties met derde landen en te zorgen voor coherentie met haar beleid inzake buitenlandse betrekkingen;

f) erop toe te zien dat de internationale verbintenissen van de Gemeenschap worden nageleefd.

2. Richtsnoeren

De Europese Gemeenschap zet zich waar passend in om ervoor te zorgen dat de NEAFC werk maakt van de volgende acties:

a) op het beste beschikbare wetenschappelijke advies gebaseerde instandhoudings- en beheersmaatregelen voor visbestanden in het gereglementeerde gebied van de NEAFC en, in voorkomend geval, in het verdragsgebied van de NEAFC, met inbegrip van TAC’s en quota voor door de NEAFC gereglementeerde soorten. Indien nodig moeten, voor bestanden die te lijden hebben van overbevissing, specifieke maatregelen worden overwogen om elke toename van de visserijactiviteiten te vermijden;

b) beschermingsmaatregelen voor kwetsbare mariene ecosystemen in het gereglementeerde gebied van de NEAFC overeenkomstig de resoluties van de Algemene Vergadering van de VN;

c) verscherping van monitoring-, controle- en bewakingsmaatregelen in het gereglementeerde gebied van de NEAFC teneinde de naleving van de NEAFC-maatregelen te versterken;

d) versterking van maatregelen tegen IOO-visserij;

e) ontwikkeling van gemeenschappelijke benaderingen met andere regionale organisaties voor visserijbeheer, waaronder de Visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan, de Organisatie voor de instandhouding van zalm in de Noord-Atlantische Oceaan en de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen;

f) aanvullende technische maatregelen op basis van advies van de Internationale Raad voor het onderzoek van de zee;

g) voortzetting van de modernisering van de NEAFC overeenkomstig de evaluatie van de prestaties.

[1] PB L 358 van 31.12.2002, blz. 59.

[2] PB L 227 van 12.8.1981, blz. 21.