Bijlagen bij COM(2006)240 - Sluiting van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project, van de Regeling inzake de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project en van de Overeenkomst inzake de voorrechten en immuniteiten van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Bijlage I bij het ontwerp-besluit van de Raad Definitief ontwerp Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project

Inhoud

Preambule

Artikel 1 Oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie

Artikel 2 Doel van de ITER-Organisatie

Artikel 3 Taken van de ITER-Organisatie

Artikel 4 Leden van de ITER-Organisatie

Artikel 5 Rechtspersoonlijkheid

Artikel 6 De Raad

Artikel 7 De directeur-generaal en het personeel

Artikel 8 Middelen van de ITER-Organisatie

Artikel 9 Reglement voor het beheer van de projectmiddelen

Artikel 10 Informatie en intellectuele eigendom

Artikel 11 Locatieondersteuning

Artikel 12 Voorrechten en immuniteiten

Artikel 13 Veldteams

Artikel 14 Volksgezondheid, veiligheid, vergunningverlening en milieubescherming

Artikel 15 Aansprakelijkheid

Artikel 16 Ontmanteling

Artikel 17 Financiële controle

Artikel 18 Evaluatie van het beheer

Artikel 19 Internationale samenwerking

Artikel 20 Vreedzaam gebruik en non-proliferatie

Artikel 21 Toepassing met betrekking tot Euratom

Artikel 22 Inwerkingtreding

Artikel 23 Toetreding

Artikel 24 Duur en beëindiging

Artikel 25 Geschillenbeslechting

Artikel 26 Terugtrekking

Artikel 27 Bijlagen

Artikel 28 Wijziging

Artikel 29 Depositaris

Preambule

De Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (hierna "Euratom"), de Regering van de Volksrepubliek China, de Regering van de Republiek India, de Regering van Japan, de regering van de Republiek Korea, de Regering van de Russische Federatie en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika,

HERINNEREND aan het feit dat de succesvolle voltooiing van de activiteiten in verband met het engineeringsontwerp van ITER (ITER-EDA) onder de auspiciën van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (hierna "de IAEA") de Partijen een gedetailleerd, compleet en volledig geïntegreerd engineeringsontwerp van een onderzoeksfaciliteit ter beschikking heeft gesteld, die tot doel heeft de haalbaarheid van fusie als energiebron aan te tonen;

WIJZEND op het langetermijnpotentieel van fusie-energie als een vrijwel onbeperkte, voor het milieu aanvaardbare en economisch levensvatbare bron van energie;

ERVAN OVERTUIGD dat ITER de volgende belangrijke stap is in de ontwikkeling van fusie-energie en dat het nu het geschikte moment is om een aanvang te maken met de tenuitvoerlegging van het ITER-project op basis van de vooruitgang die is geboekt bij onderzoek en ontwikkeling op het gebied van fusie-energie;

GELET op de gemeenschappelijke verklaring van de vertegenwoordigers van de Partijen bij de ITER-onderhandelingen, naar aanleiding van de ministeriële ITER-bijeenkomst van 28 juni 2005 in Moskou;

ERKENNEND dat de wereldtop inzake duurzame ontwikkeling van 2002 een oproep heeft gericht tot de regeringen om onderzoek en ontwikkeling op het gebied van diverse energietechnologieën te bevorderen, onder meer op het gebied van hernieuwbare energie, energie-efficiëntie en geavanceerde energietechnologieën;

DE KLEMTOON LEGGEND op het belang van de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project om de wetenschappelijke en technologische haalbaarheid van fusie-energie voor vreedzame doeleinden aan te tonen en de belangstelling van de jonge generaties voor fusie-energie te bevorderen;

VASTBESLOTEN ervoor te zorgen dat de algemene programmadoelstelling van het ITER-project door de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie zal worden nagestreefd via een gemeenschappelijk internationaal onderzoeksprogramma dat wordt opgezet rond wetenschappelijke en technologische doelstellingen en wordt uitgewerkt en uitgevoerd met de deelname van vooraanstaande onderzoekers van alle Partijen;

HET BELANG BEKLEMTONEND van een veilige en betrouwbare tenuitvoerlegging van de bouw, inbedrijfstelling, exploitatie, buitenbedrijfstelling en ontmanteling van de ITER-faciliteiten met het oog op de demonstratie van de veiligheid en de bevordering van de maatschappelijke aanvaardbaarheid van fusie als energiebron;

HET BELANG BEVESTIGEND van een echt partnerschap bij de tenuitvoerlegging van dit grootschalige langetermijnproject met het oog op onderzoek en ontwikkeling voor fusie-energie;

ERKENNEND dat, terwijl wetenschappelijke en technologische resultaten gelijkelijk tussen de Partijen zullen worden gedeeld voor onderzoeksdoeleinden op het gebied van fusie-energie, andere baten in verband met de tenuitvoerlegging van het project billijk zullen worden gedeeld;

WENSEND de vruchtbare samenwerking met de IAEA bij deze onderneming voort te zetten;

ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:

Artikel 1

Oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie

1. De Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie (hierna de "ITER-Organisatie") wordt hierbij opgericht.

2. De hoofdzetel van de ITER-Organisatie (hierna "de hoofdzetel") wordt gevestigd in St Paul-lez-Durance, Bouches-du-Rhône, Frankrijk. In deze overeenkomst wordt naar Euratom verwezen als "de Partij die gastheer is" en naar Frankrijk als "het gastland".

Artikel 2

Doel van de ITER-Organisatie

Het doel van de ITER-Organisatie is samenwerking tot stand te brengen en te bevorderen tussen de in artikel 4 bedoelde leden van het ITER-project (hierna "de leden"), een internationaal project dat tot doel heeft de wetenschappelijke en technologische haalbaarheid van fusie-energie voor vreedzame doeleinden aan te tonen, waarbij een essentieel element is het bereiken van duurzame op fusie gebaseerde elektriciteitsproductie.

Artikel 3

Taken van de ITER-Organisatie

1. De taken van de ITER-Organisatie zijn:

a) het bouwen, in bedrijf stellen, exploiteren en buiten bedrijf stellen van de ITER-faciliteiten in overeenstemming met de technische doelstellingen en het algemene ontwerp als neergelegd in het eindverslag betreffende de EDA-activiteiten (Engineering Design Activities - ITER EDA Documentation Series nr. 21) en in aanvullende technische documenten die voor zover nodig zullen worden aangenomen in overeenstemming met deze Overeenkomst, alsmede voorzieningen treffen voor de ontmanteling van de ITER-faciliteiten;

b) het bevorderen van de exploitatie van de ITER-faciliteiten door de laboratoria, andere instellingen en personeelsleden die deelnemen aan de programma's voor onderzoek en ontwikkeling op fusiegebied van de leden;

c) het bevorderen van het begrip en de aanvaarding van fusie-energie door het grote publiek; en

d) het opzetten, in overeenstemming met deze Overeenkomst, van andere activiteiten die vereist zijn om haar doel te bereiken.

2. Bij de uitoefening van haar taken zal de ITER-Organisatie speciale aandacht geven aan de instandhouding van goede relaties met de lokale gemeenschappen.

Artikel 4

Leden van de ITER-Organisatie

De Partijen bij deze Overeenkomst zijn de leden van de ITER-Organisatie.

Artikel 5

Rechtspersoonlijkheid

1. De ITER-Organisatie beschikt over een internationale rechtspersoonlijkheid, inclusief de bevoegdheid om overeenkomsten te sluiten met staten en/of internationale organisaties.

2. De ITER-Organisatie heeft rechtspersoonlijkheid en beschikt op het grondgebied van haar leden over de handelingsbevoegdheid om onder meer:

a) contracten te sluiten;

b) eigendom te verwerven, in bezit te houden en te verkopen;

c) vergunningen te verkrijgen; en

d) rechtsprocedures in te leiden.

Artikel 6

De Raad

1. De Raad is het voornaamste orgaan van de ITER-Organisatie en bestaat uit vertegenwoordigers van de leden. Ieder lid wijst tot vier vertegenwoordigers aan in de Raad.

2. De in artikel 29 bedoelde depositaris (hierna "de depositaris") roept de eerste vergadering van de Raad samen uiterlijk drie maanden na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst, mits hij de in artikel 12, lid 5, bedoelde kennisgevingen van alle Partijen heeft ontvangen.

3. De Raad kiest onder zijn leden een voorzitter en een vice-voorzitter, elk voor een periode van één jaar, die drie keer kan worden verlengd tot een maximumperiode van vier jaar.

4. De Raad neemt zijn reglement van orde aan met eenparigheid van stemmen.

5. De Raad vergadert twee keer per jaar, tenzij hij anderszins beslist. Op verzoek van een lid of van de directeur-generaal kan de Raad besluiten een buitengewone zitting te houden. De zittingen van de Raad vinden plaats op de hoofdzetel, tenzij de Raad anderszins beslist.

6. Wanneer passend kan de Raad besluiten een zitting op ministerieel niveau te houden.

7. In overeenstemming met deze Overeenkomst is de Raad belast met de bevordering, de algemene leiding en de supervisie van de activiteiten van de ITER-Organisatie met het oog op het bereiken van haar doel. De Raad neemt besluiten en doet aanbevelingen over alle kwesties, aangelegenheden of punten in overeenstemming met deze Overeenkomst. Met name is de Raad belast met:

a) het beslissen over de benoeming, vervanging en verlenging van de termijn van het mandaat van de directeur-generaal;

b) het vaststellen en zo nodig wijzigen, op voorstel van de directeur-generaal, van het personeelsstatuut en van het reglement voor het beheer van de projectmiddelen van de ITER-Organisatie;

c) het besluiten, op voorstel van de directeur-generaal, van de hoofdstructuur voor het beheer van de ITER-Organisatie en het totale personeelsbestand;

d) het benoemen, op voorstel van de directeur-generaal, van het leidinggevend personeel;

e) het benoemen van de leden van de in artikel 17 bedoelde financiële rekencommissie;

f) het beslissen, in overeenstemming met artikel 18, over opdrachten met betrekking tot de evaluatie van het beheer van de ITER-Organisatie en de aanstelling daartoe van een evaluator;

g) het beslissen, op voorstel van de directeur-generaal, over de totale begroting voor de verschillende fasen van het ITER-project en de aanvaardbare marges voor de aanpassing daarvan in het kader van de jaarlijkse actualiseringen als bedoeld onder punt j), en het goedkeuren van het initiële ITER-projectplan en de middelenramingen als bedoeld in artikel 9;

h) het goedkeuren van wijzigingen in de algemene kostendeling;

i) het goedkeuren, met de instemming van de betrokken leden, van wijzigingen in de toewijzingen voor inkopen, zonder aanpassing van de algemene kostendeling;

j) het goedkeuren van de jaarlijkse actualisering van het ITER-projectplan en de middelenramingen en, dienovereenkomstig, het goedkeuren van het jaarprogramma en van de jaarbegroting van de ITER-Organisatie;

k) het goedkeuren van de jaarrekeningen van de ITER-Organisatie;

l) het vaststellen van de jaarverslagen;

m) het aannemen, voor zover nodig, van de aanvullende technische documenten als bedoeld in artikel 3, lid 1, sub a);

n) het oprichten van eventuele secundaire organen van de Raad, voor zover nodig;

o) het goedkeuren van de sluiting van overeenkomsten voor internationale samenwerking overeenkomstig artikel 19;

p) het besluiten tot aankopen, verkopen en hypothekeren van grond en andere rechten op onroerende goederen;

q) het vaststellen van regels voor het beheer van intellectuele eigendom en voor de verspreiding van informatie in overeenstemming met artikel 10, op voorstel van de directeur-generaal;

r) het goedkeuren, op voorstel van de directeur-generaal , van bijzonderheden met betrekking tot het opzetten van veldteams, met de instemming van de betrokken leden, in overeenstemming met artikel 13. De Raad evalueert op gezette tijden de noodzaak van voortzetting van de werkzaamheden van bestaande veldteams;

s) het goedkeuren, op voorstel van de directeur-generaal, van overeenkomsten of regelingen met betrekking tot de relaties tussen de ITER-Organisatie en de leden of landen op het grondgebied waarvan de hoofdzetel en de veldteams van de ITER-Organisatie gevestigd zijn;

t) het goedkeuren, op voorstel van de directeur-generaal, van maatregelen om de samenwerking te bevorderen tussen de relevante binnenlandse fusieonderzoeksprogramma's van de leden onderling en tussen dergelijke programma's en de ITER-Organisatie;

u) het beslissen over de toetreding van staten of internationale organisaties tot deze Overeenkomst, in overeenstemming met artikel 23;

v) het doen van aanbevelingen aan de Partijen, in overeenstemming met artikel 28, inzake wijzigingen van deze Overeenkomst;

w) het beslissen over het aangaan of toekennen van leningen, het leveren van waarborgen en garanties en het leveren van onderpand en zekerheid;

x) het beslissen over voorstellen om materiaal, apparatuur en technologie al dan niet voor te leggen aan internationale fora voor toezicht op de uitvoer, met het oog op eventuele opname op hun controlelijsten, en het uitwerken van een beleid ter ondersteuning van het vreedzaam gebruik en de non-proliferatie in overeenstemming met artikel 20;

y) het goedkeuren van compensatieregelingen overeenkomstig artikel 15; en

z) het beslissen over het opheffen van immuniteit in overeenstemming met artikel 12, lid 3, en het uitoefenen van de bevoegdheden die vereist zijn om het doel van de ITER-Organisatie te bereiken en de taken ervan uit te voeren, in overeenstemming met deze Overeenkomst.

8. Over de kwesties, genoemd onder de punten a), b), c), g), h), o), u), v), w), x), y) en z) van lid 7, en over de weging van de stemmen als bedoeld in lid 10 beslist de Raad met eenparigheid van stemmen.

9. Met betrekking tot alle andere kwesties dan die welke zijn genoemd in lid 8, spannen de leden zich maximaal in om een consensus te bereiken. Wanneer geen consensus kan worden bereikt, beslist de Raad in overeenstemming met het in lid 10 bedoelde systeem van stemmenweging. Besluiten over de in artikel 14 bedoelde kwesties vergen de instemming van de Partij die gastheer is.

10. Het gewicht van de stemmen van de leden staat in verhouding tot hun respectieve bijdrage aan de ITER-Organisatie. Het systeem van stemmenweging, dat zowel de verdeling van de stemmen als de besluitvormingsregels omvat, wordt vastgelegd in het reglement van orde van de Raad.

Artikel 7

De directeur-generaal en het personeel

1. De directeur-generaal is de algemeen directeur van de ITER-Organisatie en vertegenwoordigt deze in rechte. De directeur-generaal handelt in overeenstemming met deze Overeenkomst en met de besluiten van de Raad en legt verantwoording af aan de Raad voor de uitvoering van zijn/haar taken.

2. De directeur-generaal wordt bijgestaan door het personeel. Het personeel bestaat uit door de ITER-Organisatie zelf in dienst genomen personeel en door de leden gedetacheerd personeel.

3. De directeur-generaal wordt benoemd voor een termijn van vijf jaar. De benoeming kan eenmaal worden verlengd met een extra periode van maximaal vijf jaar.

4. De directeur-generaal neemt alle nodige maatregelen voor het beheer van de ITER-Organisatie, de uitvoering van haar activiteiten, de tenuitvoerlegging van haar beleid en het bereiken van haar doel. Met name is de directeur-generaal belast met:

a) het voorbereiden en aan de Raad voorleggen van:

- de totale begroting voor de verschillende fasen van het ITER-project en de aanvaardbare marges voor aanpassing;

- het ITER-projectplan en middelenramingen en de jaarlijkse actualiseringen daarvan;

- de jaarbegroting met de overeengekomen totale begroting, inclusief de jaarlijkse bijdragen, en de jaarrekeningen;

- voorstellen voor de benoeming van leidinggevend personeel en voor de voornaamste beheerstructuur van de ITER-Organisatie;

- het personeelsstatuut;

- het reglement voor het beheer van de projectmiddelen; en

- de jaarverslagen;

b) het benoemen, leiden en superviseren van het personeel;

c) het verzekeren van de veiligheid en het nemen van alle organisatorische maatregelen die nodig zijn om de in artikel 14 bedoelde wet- en regelgeving na te leven;

d) het indienen, zo nodig in samenwerking met het gastland, van aanvragen voor vergunningen en machtigingen vereist voor de bouw, inbedrijfstelling en exploitatie van de ITER-faciliteiten;

e) het bevorderen van samenwerking tussen de relevante binnenlandse fusieonderzoeksprogramma's van de leden onderling en tussen dergelijke programma's en de ITER-Organisatie;

f) het bewaken van de kwaliteit en geschiktheid van componenten en systemen die worden aangekocht voor gebruik door de ITER-Organisatie;

g) het indienen bij de Raad, in voorkomend geval, van de aanvullende technische documenten bedoeld in artikel 3, lid 1, sub a);

h) het sluiten, na voorafgaande goedkeuring door de Raad, van overeenkomsten en regelingen voor internationale samenwerking in overeenstemming met artikel 19 en het toezicht op de tenuitvoerlegging daarvan;

i) het treffen van de nodige regelingen voor de zittingen van de Raad;

j) op verzoek van de Raad, het bijstaan van de secundaire organen van de Raad bij de uitoefening van hun taken; en

k) het toezien op de uitvoering van de jaarprogramma's wat de tijdschema's, resultaten en kwaliteit betreft, en het bevestigen van de oplevering van taken.

5. De directeur-generaal woont de vergaderingen van de Raad bij tenzij de Raad daarover anderszins beslist.

6. Onverminderd artikel 14 zijn de verantwoordelijkheden van de directeur-generaal en het personeel ten aanzien van de ITER-Organisatie uitsluitend internationaal van aard. Bij de uitoefening van hun functies vragen of aanvaarden zij geen instructies van enige regering of autoriteit extern aan de ITER-Organisatie. Elk lid respecteert de internationale aard van de bevoegdheden van de directeur-generaal en het personeel en onthoudt zich van pogingen om deze bij de uitoefening van hun functies te beïnvloeden.

7. Het personeel staat de directeur-generaal bij de uitoefening van zijn/haar functies bij en werkt onder zijn/haar beheersautoriteit.

8. De directeur-generaal benoemt de personeelsleden in overeenstemming met het personeelsstatuut.

9. De termijn voor de benoeming van elk personeelslid bedraagt maximaal vijf jaar.

10. Het personeelskader van de ITER-Organisatie bestaat uit wetenschappelijk, technisch en administratief personeel dat afdoende gekwalificeerd is voor de tenuitvoerlegging van de activiteiten van de ITER-Organisatie.

11. Het personeel wordt benoemd op basis van zijn kwalificaties, rekening houdend met een adequate verdeling van posten over de leden naargelang van hun bijdrage.

12. In overeenstemming met deze Overeenkomst en de relevante besluiten kunnen de leden personeel detacheren en gast-onderzoekers zenden naar de ITER-Organisatie.

Artikel 8

Middelen van de ITER-Organisatie

1. De middelen van de ITER-Organisatie bestaan uit:

a) bijdragen in natura, als bedoeld in het document "Value Estimates for ITER Phases of Construction, Operation, Deactivation and Decommissioning and Form of Party Contributions", bevattende: i) specifieke componenten, apparatuur, materiaal en andere goederen en diensten in overeenstemming met de overeengekomen technische specificaties en ii) door de leden gedetacheerd personeel;

b) financiële bijdragen aan de begroting van de ITER-Organisatie door de leden (hierna 'geldelijke bijdragen'), als bedoeld in het document "Value Estimates for ITER Phases of Construction, Operation, Deactivation and Decommissioning and Form of Party Contributions";

c) extra middelen, geldelijk dan wel in natura, binnen de grenzen en onder de voorwaarden als vastgesteld door de Raad.

2. De bijdragen van de verschillende leden gedurende de duur van deze Overeenkomst zijn die welke zijn genoemd in de documenten "Value Estimates for ITER Phases of Construction, Operation, Deactivation and Decommissioning and Form of Party Contributions" en "Cost Sharing for all Phases of the ITER Project" en kunnen bij eenparig besluit van de Raad worden geactualiseerd.

3. De middelen van de ITER-Organisatie worden uitsluitend gebruikt met het oog op het bereiken van het doel en het uitoefenen van de taken van de ITER-Organisatie als omschreven in artikel 2 en artikel 3.

4. Elk lid levert zijn bijdragen aan de ITER-Organisatie via een geschikte juridische entiteit, hierna "het Binnenlands Agentschap" van dat lid, tenzij in andere zin overeengekomen met de Raad. Voor directe geldelijke bijdragen van de leden aan de ITER-Organisatie is geen toestemming van de Raad vereist.

Artikel 9

Reglement voor het beheer van de projectmiddelen

1. Het doel van het reglement voor het beheer van de projectmiddelen is een gezond financieel beheer van de ITER-Organisatie te waarborgen. Dit reglement dient onder meer de voornaamste regels te bevatten met betrekking tot:

a) het boekjaar;

b) de rekeneenheid en de munteenheid die de ITER-Organisatie zal gebruiken voor haar boekhouding, begroting en evaluatie van middelen;

c) de presentatie en structuur van het ITER-projectplan en de ITER-middelenramingen;

d) de procedure voor de opstelling en vaststelling van de jaarbegroting, de tenuitvoerlegging van de jaarbegroting en de interne financiële controle;

e) de bijdragen van de leden;

f) de gunning van contracten;

g) het beheer van de bijdragen; en

h) het beheer van het ontmantelingsfonds.

2. Jaarlijks maakt de directeur-generaal een actualisering van het ITER-projectplan en van de ITER-middelenramingen en dient deze in bij de Raad.

3. In het ITER-projectplan wordt het plan voor de uitvoering van alle taken van de ITER-Organisatie gespecificeerd voor de hele duur van de Overeenkomst. Het plan omvat:

a) een algemeen plan, met inbegrip van tijdschema en voornaamste etappes, voor het bereiken van het doel van de ITER-Organisatie, alsmede een overzicht van de voortgang van het ITER-project afgemeten naar het algemeen plan;

b) een presentatie van de specifieke doelstellingen en tijdschema's van het activiteitenprogramma van de ITER-Organisatie voor de komende vijf jaar of voor de bouwperiode, naargelang van wat het langste duurt; en

c) de nodige toelichtingen, met inbegrip van een evaluatie van de risico's van het ITER-project en een beschrijving van de maatregelen om die risico's te vermijden of te beperken.

4. De ITER-middelenramingen omvatten een volledige analyse van de middelen die reeds zijn gebruikt en die in de toekomst zijn vereist om het ITER-projectplan uit te voeren en van de plannen voor het aanleveren van de middelen.

Artikel 10

Informatie en intellectuele eigendom

1. Onverminderd deze Overeenkomst en de Bijlage betreffende informatie en intellectuele eigendom, ondersteunen de ITER-Organisatie en de leden de breedst haalbare verspreiding van de informatie en de intellectuele eigendom die zij bij de uitvoering van deze Overeenkomst verwerven. De tenuitvoerlegging van dit artikel en van de Bijlage betreffende informatie en intellectuele eigendom gebeurt billijk en niet-discriminerend voor alle leden en de ITER-Organisatie.

2. Bij de uitvoering van haar activiteiten waakt de ITER-Organisatie erover dat wetenschappelijke resultaten slechts na een redelijke tijdruimte worden gepubliceerd of anderszins breed bekend worden gemaakt opdat de nodige bescherming kan worden verworven. Auteursrechten op werken die gebaseerd zijn op deze resultaten zijn eigendom van de ITER-Organisatie tenzij anderszins bepaald in specifieke bepalingen van deze Overeenkomst en in de Bijlage betreffende informatie en intellectuele eigendom.

3. Bij de gunning van contracten voor werkzaamheden in het kader van deze Overeenkomst, nemen de ITER-Organisatie en de leden daarin bepalingen op inzake eventuele intellectuele eigendom ten gevolge daarvan. Deze bepalingen hebben onder meer betrekking op het recht op toegang tot, alsook de vrijmaking en het gebruik van dergelijke intellectuele eigendom en moeten in overeenstemming zijn met deze Overeenkomst en met de Bijlage betreffende informatie en intellectuele eigendom.

4. Intellectuele eigendom die voortkomt uit of wordt verworven bij de uitvoering van deze Overeenkomst, wordt behandeld in overeenstemming met de bepalingen van de Bijlage betreffende informatie en intellectuele eigendom.

Artikel 11

Locatieondersteuning

1. De Partij die gastheer is stelt de locatieondersteuning, als nader omschreven in de Bijlage betreffende locatieondersteuning, die vereist is voor de uitvoering van het ITER-project ter beschikking van de ITER-Organisatie of doet die ter beschikking stellen. De Partij die gastheer is kan een entiteit aanwijzen die namens haar kan optreden voor de levering van bedoelde ondersteuning. Een dergelijke aanwijzing laat de verplichtingen overeenkomstig dit artikel van de Partij die gastheer is onverlet.

2. Mits desbetreffende goedkeuring door de Raad, worden de bijzonderheden van en de procedures voor de samenwerking op het gebied van locatieondersteuning tussen de ITER-Organisatie en de Partij die gastheer is of de door haar aangewezen entiteit geregeld door een tussen hen te sluiten overeenkomst betreffende locatieondersteuning.

Artikel 12

Voorrechten en immuniteiten

1. De ITER-Organisatie, haar eigendommen en bezittingen, krijgen op het grondgebied van ieder lid de voorrechten en immuniteiten die vereist zijn voor de uitoefening van hun functies.

2. De directeur-generaal en het personeel van de ITER-Organisatie en de vertegenwoordigers van de leden in de Raad en de secundaire organen, samen met hun plaatsvervangers en deskundigen, krijgen op het grondgebied van ieder lid de voorrechten en immuniteiten die vereist zijn voor de uitoefening van hun functies in het kader van de ITER-Organisatie.

3. De in de leden 1 en 2 bedoelde immuniteiten worden opgeheven in alle gevallen waarin de daartoe bevoegde autoriteit van oordeel is dat de immuniteit de rechtsgang zou belemmeren en er afstand van kan worden gedaan zonder de doeleinden waarvoor zij was toegekend in gevaar te brengen, en waarin - in het geval van de ITER-Organisatie, de directeur-generaal en het personeel - de Raad tot het besluit komt dat een dergelijke afstand van immuniteit niet indruist tegen de belangen van de ITER-Organisatie en de leden daarvan.

4. De krachtens deze Overeenkomst toegekende voorrechten en immuniteiten doen op geen enkele wijze afbreuk aan de verplichting voor de ITER-Organisatie, de directeur-generaal en het personeel om de in artikel 14 bedoelde wet- en regelgeving na te leven.

5. Elke Partij stelt de depositaris schriftelijk in kennis van de inwerkingtreding van de leden 1 en 2.

6. Wanneer de depositaris van alle Partijen de kennisgeving overeenkomstig lid 5 heeft ontvangen, stelt hij de Partijen daarvan in kennis.

7. Tussen de ITER-Organisatie en het gastland wordt een overeenkomst betreffende de hoofdzetel gesloten.

Artikel 13

Veldteams

Elk lid is gastheer van een veldteam dat is opgericht door en werkt voor de ITER-Organisatie als vereist voor de uitoefening van de taken van de ITER-Organisatie en het bereiken van het doel daarvan. Tussen de ITER-Organisatie en elk lid wordt een veldteamovereenkomst gesloten.

Artikel 14

Volksgezondheid, veiligheid, vergunningverlening en milieubescherming

De ITER-Organisatie leeft de toepasselijke nationale wet- en regelgeving van het gastland na op het gebied van volksgezondheid en veiligheid en gezondheid op het werk, nucleaire veiligheid, stralingsbescherming, vergunningverlening, nucleaire stoffen, milieubescherming en bescherming tegen daden met kwaad opzet.

Artikel 15

Aansprakelijkheid

1. De contractuele aansprakelijkheid van de ITER-Organisatie wordt geregeld door de relevante contractbepalingen, die worden geïnterpreteerd in overeenstemming met de op het contract toepasselijke wetgeving.

2. In het geval van niet-contractuele aansprakelijkheid vergoedt de ITER-Organisatie op passende wijze of herstelt zij op een andere wijze de door de Organisatie veroorzaakte schade ter hoogte van de wettelijke aansprakelijkheid die overeenkomstig de relevante wetgeving voor de ITER-Organisatie geldt, waarbij de bijzonderheden over de compensatieregeling door de Raad moeten worden goedgekeurd. Dit lid mag niet worden opgevat als een afstand van immuniteit door de ITER-Organisatie.

3. Betalingen door de ITER-Organisatie ter compensatie van de in de leden 1 en 2 bedoelde aansprakelijkheid en alle daarmee verband houdende kosten zullen worden beschouwd als 'bedrijfskosten’ als omschreven in het reglement voor het beheer van de projectmiddelen.

4. Wanneer de kosten voor de compensatie van in lid 2 bedoelde schade de middelen overschrijden waarover de ITER-Organisatie beschikt in haar jaarbegroting voor bedrijfsvoering en/of via haar verzekering, overleggen de leden binnen de Raad zodat de ITER-Organisatie overeenkomstig lid 2 een compensatie kan verstrekken door het optrekken van de algemene begroting bij eenparig besluit in overeenstemming met artikel 6, lid 8.

5. Lidmaatschap van de ITER-Organisatie resulteert niet in aansprakelijkheid van de leden voor handelingen, nalatigheden of verplichtingen van de ITER-Organisatie.

6. Niets in deze Overeenkomst doet afbreuk aan de immuniteit die voor de leden geldt op het grondgebied van andere landen of op hun eigen grondgebied, of mag worden beschouwd als een afstand van dergelijke immuniteit.

Artikel 16

Ontmanteling

1. Tijdens de exploitatiefase van ITER zet de ITER-Organisatie een fonds op (hierna "het ontmantelingsfonds") ten behoeve van de ontmanteling van de ITER-faciliteiten. De specifieke wijze waarop het fonds wordt opgezet, de raming van de benodigde omvang en de actualisering daarvan, alsmede de voorwaarden voor wijziging en voor de overdracht aan het gastland worden uiteengezet in het in artikel 9 bedoelde reglement voor het beheer van de projectmiddelen.

2. Na de eindfase van de exploitatie van ITER voor experimentele doeleinden brengt de ITER-Organisatie, binnen een periode van vijf jaar of korter wanneer dit is overeengekomen met het gastland, de ITER-faciliteiten in de toestand welke is overeengekomen en geactualiseerd tussen de ITER-Organisatie en het gastland, waarna de ITER-Organisatie het ontmantelingsfonds en de ITER-faciliteiten, met het oog op hun ontmanteling, overdraagt aan het gastland.

3. Na aanvaarding door het gastland van het ontmantelingsfonds en de ITER-faciliteiten berust op de ITER-Organisatie geen verantwoordelijkheid, noch aansprakelijkheid voor de ITER-faciliteiten, tenzij in andere zin overeengekomen tussen de ITER-Organisatie en het gastland.

4. De respectieve rechten en verplichtingen van de ITER-Organisatie en het gastland en de precieze voorwaarden voor hun interactie met betrekking tot de ontmanteling worden omschreven in de in artikel 12 bedoelde overeenkomst betreffende de hoofdzetel, waarbij de ITER-Organisatie en het gastland onder meer overeenkomen dat:

a) na de overdracht van de ITER-faciliteiten het gastland gebonden blijft door het bepaalde in artikel 20; en

b) het gastland op gezette tijden rapporteert aan alle leden die hebben bijgedragen aan het ontmantelingsfonds over de voortgang bij de ontmanteling en over de procedures en technologieën die worden gebruikt of zijn ontwikkeld met het oog op de ontmanteling.

Artikel 17

Financiële controle

1. Er wordt een financiële rekencommissie opgericht (hierna de "rekencommissie") die de jaarrekeningen van de ITER-Organisatie controleert in overeenstemming met dit artikel en met het reglement voor het beheer van de projectmiddelen.

2. Elk lid heeft één vertegenwoordiger in de rekencommissie. De leden van de rekencommissie worden voor een periode van drie jaar aangewezen door de Raad op aanbeveling van de respectieve leden van de ITER-Organisatie. Die aanwijzing kan eenmaal worden verlengd voor een extra periode van drie jaar. De Raad wijst onder de leden van de rekencommissie een voorzitter aan, die wordt benoemd voor een periode van twee jaar.

3. De leden van de rekencommissie zijn onafhankelijk en vragen of aanvaarden geen instructies van enig lid van de ITER-Organisatie, noch van een andere persoon, en rapporteren uitsluitend aan de Raad.

4. Het doel van de financiële controle is:

a) te bepalen of alle inkomsten/uitgaven zijn ontvangen/gedaan op wettige en regelmatige wijze en in de boekhouding zijn opgenomen;

b) te bepalen of het financiële beheer gezond is;

c) een verklaring te verstrekken betreffende de betrouwbaarheid van de jaarrekeningen en de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende transacties;

d) te bepalen of de uitgaven in overeenstemming zijn met de begroting; en

e) alle kwesties te onderzoeken die een potentiële financiële impact hebben voor de ITER-Organisatie.

5. De financiële controle wordt gebaseerd op erkende internationale beginselen en normen inzake boekhouding.

Artikel 18

Evaluatie van het beheer

1. Om de twee jaar wijst de Raad een evaluator aan die het beheer van de activiteiten van de ITER-Organisatie evalueert. De reikwijdte van deze evaluatie wordt bepaald door de Raad.

2. Na overleg met de Raad kan ook de directeur-generaal om een dergelijke evaluatie verzoeken.

3. De evaluator is onafhankelijk en vraagt of aanvaardt geen instructies van enig lid van de ITER-Organisatie, noch van een andere persoon, en rapporteert uitsluitend aan de Raad.

4. Het doel van deze evaluatie is te bepalen of het beheer van de ITER-Organisatie gezond is, met name wat de doeltreffendheid van het beheer betreft en de efficiëntie op het gebied van de personeelsbezetting.

5. De evaluatie wordt gebaseerd op de bescheiden van de ITER-Organisatie. De evaluator krijgt volledige toegang tot het personeel, de rekeningen en de bescheiden zoals hij/zij dat nodig acht voor zijn/haar opdracht.

6. De ITER-Organisatie ziet erop toe dat de evaluator de eisen met betrekking tot de behandeling van gevoelige en/of vertrouwelijke informatie in acht meent, met name het beleid betreffende intellectuele eigendom, vreedzaam gebruik en non-proliferatie.

Artikel 19

Internationale samenwerking

Samenhangend met deze Overeenkomst en na eenparig besluit van de Raad kan de ITER-Organisatie, met het oog op het bereiken van haar doel, samenwerken met andere internationale organisaties en instellingen die geen Partij zijn en met organisaties en instellingen van niet-Partijen en kan zij te dien einde overeenkomsten sluiten of regelingen treffen. Nadere bijzonderheden voor een dergelijke samenwerking worden geval per geval door de Raad vastgesteld.

Artikel 20

Vreedzaam gebruik en non-proliferatie

1. De ITER-Organisatie en de leden gebruiken alle materiaal, apparatuur of technologie voortvloeiend uit of ontvangen in het kader van deze Overeenkomst uitsluitend voor vreedzame doeleinden. Niets in dit lid doet ook maar enigszins af aan het recht van de leden om materiaal, apparatuur of technologie die onafhankelijk van deze Overeenkomst door hen wordt verkregen of ontwikkeld, voor eigen doeleinden te gebruiken.

2. Materiaal, apparatuur of technologie die door de ITER-Organisatie en de leden daarvan in het kader van deze Overeenkomst wordt ontvangen of ontwikkeld, mag niet aan een derde Partij worden verstrekt om te worden gebruik voor de vervaardiging of verwerving van kernwapens of andere nucleaire explosieven of voor andere niet-vreedzame doeleinden.

3. De ITER-Organisatie en de leden daarvan nemen passende maatregelen om dit artikel op een doeltreffende en transparante wijze ten uitvoer te leggen. Te dien einde zal de Raad contact opnemen met de geschikte internationale fora en zal hij een beleid uitwerken ter ondersteuning van vreedzaam gebruik en non-proliferatie.

4. Om het succes van het ITER-project en het non-proliferatiebeleid daarvan te ondersteunen, komen de Partijen overeen elkaar te raadplegen over alle kwesties met betrekking tot de tenuitvoerlegging van dit artikel.

5. Niets in deze Overeenkomst verplicht de leden om materiaal, apparatuur of technologie over te brengen in strijd met hun nationale wet- en regelgeving betreffende uitvoercontrole.

6. Niets in deze Overeenkomsten doet afbreuk aan de rechten en verplichtingen van de Partijen voortkomende uit andere internationale overeenkomsten op het gebied van de non-proliferatie van kernwapens of andere nucleaire explosieven.

Artikel 21

Toepassing met betrekking tot Euratom

In overeenstemming met het Verdrag tot oprichting van Euratom is deze Overeenkomst van toepassing op alle grondgebieden waarop het Euratom-Verdrag van toepassing is. In overeenstemming met dat Verdrag en andere relevante overeenkomsten is zij tevens van toepassing op de Republiek Bulgarije, de Republiek Roemenië en de Zwitserse Bondsstaat, die als volledig geassocieerde derde landen deelnemen aan het Euratom-fusieprogramma.

Artikel 22

Inwerkingtreding

1. Deze Overeenkomst moet worden bekrachtigd, aanvaard of goedgekeurd overeenkomstig de procedures van elke ondertekenaar.

2. Deze Overeenkomst treedt in werking dertig dagen na de depositie van de instrumenten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van de Overeenkomst door de Volksrepubliek China, Euratom, de Republiek India, Japan, de Republiek Korea, de Russische Federatie en de Verenigde Staten van Amerika.

3. Wanneer deze Overeenkomst één jaar na de ondertekening ervan niet in werking is getreden, roept de depositaris een vergadering van de ondertekenaars bijeen om te besluiten op welke wijze de inwerkingtreding van de Overeenkomst kan worden vergemakkelijkt.

Artikel 23

Toetreding

1. Na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst kan elke staat of internationale organisatie, na eenparig besluit van de Raad, toetreden tot en Partij worden bij deze Overeenkomst.

2. Elke staat of internationale organisatie die wenst toe te treden tot de Overeenkomst stelt de directeur-generaal van die wens in kennis, die de leden van dit verzoek op de hoogte brengt ten minste zes maanden alvorens het verzoek ter besluit bij de Raad wordt ingediend.

3. De Raad bepaalt de voorwaarden voor de toetreding van een staat of internationale organisatie.

4. De toetreding tot deze Overeenkomst door een staat of internationale organisatie gaat in 30 dagen nadat de depositaris zowel het instrument van toetreding als de kennisgeving bedoeld in artikel 12, lid 5, heeft ontvangen.

Artikel 24

Duur en beëindiging

1. Deze Overeenkomst heeft een initiële duur van 35 jaar. De laatste vijf jaar van deze periode, of een kortere periode als dit is overeengekomen met het gastland, wordt gewijd aan de buitenbedrijfstelling van de ITER-faciliteiten.

2. Ten minste acht jaar vóór het aflopen van deze Overeenkomst richt de Raad een speciaal comité op, voorgezeten door de directeur-generaal, dat advies zal geven over een eventuele verlenging van deze Overeenkomst, rekening houdend met de voortgang van het ITER-project. Dit speciaal comité zal de technische en wetenschappelijke staat van de ITER-faciliteiten evalueren en zich buigen over de redenen voor een eventuele verlenging van de Overeenkomst en zal, alvorens aan te bevelen de Overeenkomst te verlengen, een beoordeling maken van de financiële aspecten zoals de vereiste begroting en de impact op de buitenbedrijfstellings- en ontmantelingskosten. Het speciaal comité brengt uiterlijk één jaar na zijn oprichting verslag uit bij de Raad.

3. Op basis van dit verslag besluit de Raad bij eenparigheid van stemmen, ten minste zes jaar vóór de einddatum van de Overeenkomst, over een eventuele verlenging van deze Overeenkomst.

4. De Raad kan de duur van deze Overeenkomst niet verlengen voor een periode van in totaal méér dan tien jaar, noch kan de Raad de Overeenkomst verlengen als een dergelijke verlenging de aard van de activiteiten van de ITER-Organisatie of het kader van de financiële bijdragen van de leden zou wijzigen.

5. Ten minste zes jaar vóór het aflopen van deze Overeenkomst bevestigt de Raad het verwachte einde van de Overeenkomst en stelt hij de regelingen vast voor de buitenbedrijfstellingsfase en voor de ontbinding van de ITER-Organisatie.

6. Deze Overeenkomst kan worden beëindigd wanneer alle Partijen daarmee instemmen, mits de nodige tijd wordt uitgetrokken voor de buitenbedrijfstelling en de nodige fondsen worden bijeengebracht voor de ontmanteling.

Artikel 25

Geschillenbeslechting

1. Geschillen tussen de Partijen onderling of tussen één of meer Partijen en de ITER-Organisatie, voortkomende uit of in verband met deze Overeenkomst, worden beslecht via raadpleging, bemiddeling of andere overeen te komen procedures, zoals arbitrage. De betrokken partijen komen bijeen om de aard van hun geschil te bespreken met het oog op een snelle oplossing ervan.

2. Als de betrokken partijen niet in staat zijn hun geschil in overleg te beslechten, kan elke partij de voorzitter van de Raad (of, als de voorzitter is gekozen uit een lid van de ITER-Organisatie dat bij het geschil betrokken is, een lid van de Raad die een lid vertegenwoordigt dat niet bij het geschil betrokken is) verzoeken om als bemiddelaar op te treden op een bijeenkomst waarop gepoogd wordt het geschil op te lossen. Een dergelijke bijeenkomst wordt samengeroepen binnen dertig dagen volgend op het verzoek om bemiddeling van een betrokken partij en wordt afgesloten binnen zestig dagen daarna, waarna de bemiddelaar onmiddellijk in overleg met de leden die geen partij zijn bij het geschil over zijn bemiddelingspoging een verslag zal opmaken, waarin een aanbeveling wordt gedaan voor de oplossing van het geschil.

3. Wanneer de betrokken partijen niet in staat zijn hun geschil via raadpleging of bemiddeling te beslechten, kunnen zij overeenkomen het geschil voor te leggen aan een overeengekomen instantie voor geschillenbeslechting in overeenstemming met overeen te komen procedures.

Artikel 26

Terugtrekking

1. Nadat deze Overeenkomst gedurende tien jaar van kracht is geworden, kan elke Partij behalve de Partij die optreedt als gastheer de depositaris in kennis stellen van haar voornemen zich terug te trekken.

2. Terugtrekking heeft geen effect op de bijdrage van de terugtredende Partij ten behoeve van de bouw van de ITER-faciliteiten. Wanneer een Partij zich terugtrekt in de periode dat ITER in bedrijf is, draagt zij ook haar overeengekomen aandeel bij in de kosten voor de ontmanteling van de ITER-faciliteiten.

3. Terugtrekking heeft geen effect op lopende rechten of verplichtingen, noch op enige juridische situatie van een Partij ontstaan door de uitvoering van deze Overeenkomst in de periode vóór de terugtrekking.

4. De terugtrekking gaat in op het einde van het boekjaar volgende op het jaar dat de in lid 1 bedoelde kennisgeving is toegezonden.

5. De bijzonderheden van de terugtrekking worden gedocumenteerd door de ITER-Organisatie in overleg met de terugtredende Partij.

Artikel 27

Bijlagen

De Bijlage betreffende informatie en intellectuele eigendom en de Bijlage betreffende locatieondersteuning vormen een integrerend onderdeel van deze Overeenkomst.

Artikel 28

Wijzigingen

1. Iedere Partij kan een wijziging van deze Overeenkomst voorstellen.

2. Voorgestelde wijzigingen worden door de Raad met eenparigheid van stemmen ter aanbeveling voorgelegd aan de Partijen.

3. Wijzigingen worden onderworpen aan de bekrachtigings-, aanvaardings- of goedkeuringsprocedure van alle Partijen en worden van kracht dertig dagen na de depositie van de instrumenten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring door alle Partijen.

Artikel 29

Depositaris

1. De directeur-generaal van de IAEA is de depositaris van deze Overeenkomst.

2. Het origineel van deze Overeenkomst wordt gedeponeerd bij de depositaris, die gewaarmerkte afschriften daarvan toestuurt aan de ondertekenaars en aan de secretaris-generaal van de Verenigde Naties voor registratie en publicatie overeenkomstig artikel 102 van het Handvest van de Verenigde Naties.

3. De depositaris stelt elke ondertekenaar en alle toetredende staten en internationale organisaties in kennis van:

a) de datum van depositie van elk instrument van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding;

b) de datum van depositie van elke kennisgeving ontvangen overeenkomstig artikel 12, lid 5;

c) de datum van inwerkingtreding van deze Overeenkomst en van wijzigingen overeenkomstig artikel 28;

d) elke kennisgeving van een Partij van haar voornemen zich terug te trekken uit deze Overeenkomst; en

e) de beëindiging van deze Overeenkomst.

GEDAAN TE … OP …

Definitief ontwerp Bijlage betreffende informatie en intellectuele eigendom

Artikel 1

Onderwerp en definities

1.1 Deze bijlage heeft betrekking op de verspreiding, de uitwisseling, het gebruik en de bescherming van informatie en intellectuele eigendom in verband met beschermbare inhoud bij de uitvoering van deze Overeenkomst. Tenzij anders is bepaald, hebben de in deze bijlage gebruikte termen dezelfde betekenis als in deze Overeenkomst.

1.2 Informatie: gepubliceerde gegevens, tekeningen, ontwerpen, berekeningen, rapporten en andere documenten, gedocumenteerde gegevens of onderzoeks- en ontwikkelingsmethoden alsmede de beschrijvingen van uitvindingen en ontdekkingen, al dan niet beschermbaar, die niet onder de term intellectuele eigendom vallen als bepaald in onderstaand punt 1.3.

1.3 Intellectuele eigendom : hiervoor geldt de definitie van artikel 2 van het Verdrag tot oprichting van de Wereldorganisatie voor intellectuele eigendom, gesloten te Stockholm op 14 juli 1967. Voor de toepassing van deze bijlage kan intellectuele eigendom vertrouwelijke informatie omvatten zoals knowhow of handelsgeheimen, mits deze niet gepubliceerd zijn en voorhanden zijn in een schriftelijke of op een andere wijze gedocumenteerde vorm, en:

a) door de eigenaar ervan als vertrouwelijk zijn behandeld,

b) niet algemeen bekend of voor het publiek beschikbaar zijn uit andere bronnen en/of niet algemeen beschikbaar zijn in gedrukte publicaties en/of andere leesbare documenten,

c) door de eigenaar niet voor andere partijen beschikbaar zijn gesteld zonder vertrouwelijkheidsverplichting, en

d) voor de ontvangende partij niet beschikbaar zijn zonder vertrouwelijkheidsverplichting.

1.4 Bestaande intellectuele eigendom: intellectuele eigendom die is of wordt verworven, ontwikkeld of geproduceerd vóór de inwerkingtreding van deze Overeenkomst of buiten de werkingssfeer van deze Overeenkomst.

1.5 Gegenereerde intellectuele eigendom: intellectuele eigendom die door een lid, optredend via een binnenlands agentschap of binnenlandse entiteit, dan wel door de ITER-Organisatie of gezamenlijk wordt gegenereerd of in volledige eigendom wordt verworven ingevolge en in de loop van de uitvoering van deze Overeenkomst.

1.6 Verbetering: elke technologische vooruitgang op het gebied van bestaande intellectuele eigendom, inclusief afgeleid werk.

1.7 Entiteit of entiteiten: elke entiteit waarmee een binnenlands agentschap of de ITER-Organisatie in het kader van deze Overeenkomst een contract heeft gesloten voor de levering van goederen of diensten.

Artikel 2

Algemene bepalingen

2.1. Behoudens de bepalingen van deze bijlage ondersteunen de leden de verspreiding op zo ruim mogelijke schaal van gegenereerde intellectuele eigendom.

2.2. Elk lid verzekert dat de andere leden en de ITER-Organisatie de rechten kunnen verkrijgen op overeenkomstig deze bijlage toegewezen intellectuele eigendom. Contracten die met een entiteit worden gesloten door een lid of door de ITER-Organisatie, moeten in overeenstemming zijn met de bepalingen van deze bijlage. Met name moeten door alle leden en de ITER-Organisatie passende procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten worden gevolgd om de naleving van deze bijlage te waarborgen.

De ITER-Organisatie stelt tijdig en op passende wijze de bestaande intellectuele eigendom van de overeenkomstsluitende entiteiten vast teneinde de ITER-Organisatie en de leden toegang te verschaffen tot deze bestaande intellectuele eigendom conform deze bijlage.

Elk lid stelt tijdig en op passende wijze de bestaande intellectuele eigendom van de overeenkomstsluitende entiteiten vast teneinde de ITER-Organisatie en de leden toegang te verschaffen tot deze bestaande intellectuele eigendom conform deze bijlage.

Elk lid en de ITER-Organisatie garanderen dat de ITER-Organisatie en de andere leden toegang hebben tot uitvindingen en andere aspecten van intellectuele eigendom die tot stand komen tijdens de uitvoering van de contracten of in de contracten worden opgenomen, mits de rechten van de uitvinder worden gerespecteerd conform deze bijlage.

2.3 Deze bijlage doet niets af aan de toewijzing van rechten tussen een lid en de onderdanen daarvan. Of de rechten in verband met intellectuele eigendom aan een lid dan wel aan zijn onderdanen toekomen, wordt door de betrokkenen onderling geregeld overeenkomstig de toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.

2.4 Als een lid tijdens de uitvoering van deze Overeenkomst intellectuele eigendom genereert of in volledige eigendom verwerft, stelt hij de andere leden en de ITER-Organisatie daar tijdig van in kennis en verstrekt hij bijzonderheden over die intellectuele eigendom.

Artikel 3

Verspreiding van al dan niet auteursrechtelijk beschermde informatie en wetenschappelijke publicaties

Elk lid heeft het recht om, voor niet-commerciële doeleinden, informatie die voortvloeit uit de uitvoering van deze Overeenkomst te vertalen, te reproduceren en openlijk te verspreiden. Op alle openbaar te verspreiden exemplaren van een werk waarop auteursrechten rusten en dat volgens deze bepaling tot stand is gekomen, wordt de naam van de auteurs van het werk vermeld, tenzij naamsvermelding door een auteur uitdrukkelijk wordt geweigerd.

Artikel 4

Intellectuele eigendom die door een lid, een binnenlands agentschap of een binnenlandse entiteit wordt gegenereerd of geïntegreerd

4.1. Gegenereerde intellectuele eigendom:

4.1.1 Wanneer leden, binnenlandse agentschappen of entiteiten tijdens de uitvoering van deze Overeenkomst beschermbare inhoud genereren, hebben zij het recht om in alle landen alle rechten en eigendomstitels van die intellectuele eigendom en alle belangen in die intellectuele eigendom te verwerven, overeenkomstig de toepasselijke wet- en regelgeving.

4.1.2 Een lid, optredend via een binnenlands agentschap of binnenlandse entiteit, dat in de loop van de uitvoering van deze Overeenkomst intellectuele eigendom heeft gegenereerd, verleent de andere leden en de ITER-Organisatie op gelijke en niet-discriminerende basis een onherroepelijke, kosteloze licentie op de gegenereerde intellectuele eigendom; in het kader van met overheidsgeld gefinancierde onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma's op fusiegebied heeft de ITER-Organisatie het recht onderlicenties te verlenen en hebben de andere leden het recht onderlicenties te verlenen op hun respectieve grondgebieden.

4.1.3 Een lid, optredend via een binnenlands agentschap of binnenlandse entiteit, dat in de loop van de uitvoering van deze Overeenkomst intellectuele eigendom heeft gegenereerd, verleent de andere leden op gelijke en niet-discriminerende basis een niet-exclusieve licentie op die gegenereerde intellectuele eigendom voor gebruik in commerciële fusietoepassingen, met het recht om voor dergelijk gebruik op zijn grondgebied onderlicenties te verlenen aan binnenlandse derde partijen, waarbij de voorwaarden niet minder gunstig mogen zijn dan de voorwaarden waaronder het lid licenties voor dergelijke gegenereerde intellectuele eigendom verleent aan derde partijen binnen of buiten het eigen grondgebied. Voor zover dergelijke voorwaarden worden geboden, wordt bedoelde licentie niet geweigerd. De bovenvermelde licentie kan alleen worden ingetrokken als de licentiehouder zijn contractuele verplichtingen niet naleeft.

4.1.4 Een lid, optredend via een binnenlands agentschap of binnenlandse entiteit, dat in de loop van de uitvoering van deze Overeenkomst intellectuele eigendom heeft gegenereerd, wordt aangemoedigd om commerciële regelingen te treffen met de andere leden, binnenlandse agentschappen, entiteiten en derde partijen teneinde het gebruik van gegenereerde intellectuele eigendom op andere gebieden dan fusie mogelijk te maken.

4.1.5. Leden en hun binnenlandse agentschappen of entiteiten die overeenkomstig deze bijlage licenties of onderlicenties verlenen voor gegenereerde of bestaande intellectuele eigendom, houden een register bij van dergelijke licenties dat, onder meer via de ITER-Organisatie, beschikbaar is voor andere leden.

4.2. Bestaande intellectuele eigendom:

4.2.1. Bestaande intellectuele eigendom blijft eigendom van de partij die in het bezit is van deze intellectuele eigendom.

4.2.2. Elk lid, optredend via een binnenlands agentschap of een binnenlandse entiteit, dat bestaande intellectuele eigendom, met uitzondering van vertrouwelijke informatie zoals knowhow en handelsgeheimen, heeft geïntegreerd in de aan de ITER-Organisatie verstrekte componenten, waarbij die bestaande intellectuele eigendom vereist is:

- om technologie voor onderzoek en ontwikkeling in verband met de ITER-faciliteiten te vervaardigen, te exploiteren, te gebruiken of te integreren,

- om de geleverde component te onderhouden of te herstellen, of

- wanneer de Raad dit nodig acht, vóór een openbare aanbesteding,

verleent de andere leden en de ITER-Organisatie op gelijke en niet-discriminerende basis een onherroepelijke, niet-exclusieve, kosteloze licentie op die bestaande intellectuele eigendom, waarbij de ITER-Organisatie het recht heeft onderlicenties te verlenen en de leden het recht hebben op hun respectieve grondgebieden onderlicenties te verlenen aan hun onderzoeksinstellingen en instellingen van hoger onderwijs in het kader van met overheidsgeld gefinancierde onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma's op het gebied van kernfusie.

4.2.3. a) Elk lid, optredend via een binnenlands agentschap of een binnenlandse entiteit, dat vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom heeft geïntegreerd in de aan de ITER-Organisatie verstrekte componenten, waarbij die vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom vereist is:

- om technologie voor onderzoek en ontwikkeling in verband met de ITER-faciliteiten te vervaardigen, te exploiteren, te gebruiken of te integreren,

- om de component te onderhouden of te herstellen,

- wanneer de Raad dit nodig acht, vóór een openbare aanbesteding, of

- om redenen van veiligheid, kwaliteitsborging en kwaliteitscontrole, zoals vereist door de regelgevende autoriteiten,

verleent de ITER-Organisatie een onherroepelijke, niet-exclusieve, kosteloze licentie om die vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom, met inbegrip van handleidingen of educatief opleidingsmateriaal, te gebruiken om de ITER-faciliteiten te bouwen, te exploiteren, te onderhouden en te herstellen.

b) Wanneer vertrouwelijke informatie ter beschikking van de ITER-Organisatie wordt gesteld, moet ze duidelijk worden gemerkt en worden verzonden overeenkomstig een regeling inzake vertrouwelijkheid. De ontvanger van dergelijke informatie gebruikt deze voor de in punt 4.2.3, onder a), uiteengezette doelen en ziet erop toe dat de vertrouwelijkheid gehandhaafd blijft overeenkomstig die regeling. De ITER-Organisatie betaalt een vergoeding voor schade die voortvloeit uit misbruik van dergelijke vertrouwelijke informatie door de ITER-Organisatie.

4.2.4. Elk lid, optredend via een binnenlands agentschap of een binnenlandse entiteit, dat vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom, zoals knowhow of handelsgeheimen, heeft geïntegreerd in de aan de ITER-Organisatie verstrekte componenten, waarbij die vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom vereist is:

- om technologie voor onderzoek en ontwikkeling in verband met de ITER-faciliteiten te vervaardigen, te exploiteren, te gebruiken of te integreren,

- om de component te onderhouden of te herstellen, of

- wanneer de Raad dit nodig acht, vóór een openbare aanbesteding,

stelt alles in het werk om een commerciële licentie voor die vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom te verlenen of om de componenten waarin die vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom is geïntegreerd ter beschikking van de ontvangende partij te stellen door middel van particuliere overeenkomsten met financiële vergoeding voor met overheidsgeld gefinancierde onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma's van een lid, en dit onder voorwaarden die niet minder gunstig zijn dan deze waaronder dit lid licenties voor die vertrouwelijke bestaande intellectuele eigendom verleent of die componenten levert aan derden binnen of buiten het eigen grondgebied. Voor zover dergelijke voorwaarden worden geboden, wordt bedoelde licentie of de levering van bedoelde component niet geweigerd. De bovenvermelde licentie kan alleen worden ingetrokken als de licentiehouder zijn contractuele verplichtingen niet nakomt.

4.2.5. Elk lid, optredend via een binnenlands agentschap of een binnenlandse entiteit, dat in de loop van de uitvoering van deze Overeenkomst bestaande intellectuele eigendom, met inbegrip van vertrouwelijke informatie, heeft geïntegreerd, stelt alles in het werk om te garanderen dat het onderdeel waarin de bestaande intellectuele eigendom is geïntegreerd beschikbaar is onder redelijke voorwaarden, of stelt alles in het werk om op gelijke en niet-discriminerende basis aan de andere leden een niet-exclusieve licentie te verlenen voor commercieel gebruik in fusietoepassingen, waarbij die laatsten het recht hebben onderlicenties voor dergelijk gebruik te verlenen aan binnenlandse derde partijen op hun grondgebied, op voorwaarden die niet minder gunstig zijn dan de voorwaarden waaronder het lid licenties voor dergelijke bestaande intellectuele eigendom verleent aan derden binnen of buiten het eigen grondgebied. Voor zover dergelijke voorwaarden worden geboden, wordt bedoelde licentie niet geweigerd. De bovenvermelde licentie kan alleen worden ingetrokken als de licentiehouder zijn contractuele verplichtingen niet nakomt.

4.2.6. Elk lid, optredend via een binnenlands agentschap of een binnenlandse entiteit, wordt aangemoedigd om de bestaande intellectuele eigendom die geïntegreerd is in de aan de ITER-Organisatie verstrekte componenten voor andere dan de in artikel 4.2.5 vermelde commerciële doelen ter beschikking te stellen van de andere leden, voor zover deze bestaande intellectuele eigendom vereist is:

- om technologie voor onderzoek en ontwikkeling in verband met de ITER-faciliteiten te vervaardigen, te exploiteren, te gebruiken of te integreren,

- om de component te onderhouden of te herstellen, of

- wanneer de Raad dit nodig acht, vóór een openbare aanbesteding.

Wanneer de eigenaars voor dergelijke bestaande intellectuele eigendom een licentie verlenen aan de leden, moet dit gebeuren op gelijke en niet-discriminerende basis.

4.3. Het verlenen van licenties aan derde partijen van niet-leden:

Licenties voor bestaande intellectuele eigendom die door de leden worden verleend aan derde partijen van niet-leden, vallen onder de door de Raad vastgestelde regels voor het verlenen van licenties aan derde partijen. Deze regels worden bij eenparig besluit van de Raad vastgesteld.

Artikel 5

Intellectuele eigendom die door de ITER-Organisatie wordt gegenereerd of geïntegreerd

5.1 Gegenereerde intellectuele eigendom:

5.1.1 Intellectuele eigendom die tijdens de uitvoering van deze Overeenkomst door de ITER-Organisatie wordt gegenereerd, is eigendom van de ITER-Organisatie. De ITER-Organisatie ontwikkelt passende procedures voor de registratie, rapportering en bescherming van de intellectuele eigendom.

5.1.2 De ITER-Organisatie verleent de leden een licentie voor dergelijke intellectuele eigendom op gelijke, niet-discriminerende, onherroepelijke, niet-exclusieve en kosteloze basis, waarbij de leden het recht hebben op hun grondgebied onderlicenties te verlenen voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van kernfusie.

5.1.3 Licenties voor gegenereerde intellectuele eigendom die door de ITER-Organisatie is ontwikkeld of verkregen tijdens de uitvoering van deze Overeenkomst, worden op gelijke, niet-discriminerende, niet-exclusieve basis aan de leden verleend voor commercieel gebruik, waarbij de leden het recht hebben onderlicenties voor dergelijk gebruik te verlenen aan binnenlandse derde partijen op hun eigen grondgebied onder voorwaarden die niet minder gunstig mogen zijn dan die waaronder de ITER-Organisatie licenties voor dergelijke gegenereerde intellectuele eigendom verleent aan derden. Voor zover dergelijke voorwaarden worden geboden, wordt bedoelde licentie niet geweigerd. De bovenvermelde licentie kan alleen worden ingetrokken als de licentiehouder zijn contractuele verplichtingen niet nakomt.

5.2. Bestaande intellectuele eigendom:

5.2.1. Mits zij over de rechten in kwestie beschikt, treft de ITER-Organisatie, wanneer zij bestaande intellectuele eigendom integreert die vereist is:

- om technologie voor onderzoek en ontwikkeling in verband met de ITER-faciliteiten te vervaardigen, te exploiteren, te gebruiken of te integreren,

- om verbeteringen en afgeleid werk tot stand te brengen,

- om de ITER-faciliteiten te herstellen en te onderhouden, of

- wanneer de Raad dit nodig acht, vóór een openbare aanbesteding,

de nodige regelingen om op gelijke en niet-discriminerende basis onherroepelijke, niet-exclusieve en kosteloze licenties voor de bestaande intellectuele eigendom te verlenen aan de leden, waarbij deze het recht hebben op hun grondgebied onderlicenties te verlenen voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van kernfusie. De ITER-Organisatie stelt alles in het werk om de passende rechten te verkrijgen.

5.2.2. Met betrekking tot bestaande intellectuele eigendom, inclusief bestaande vertrouwelijke informatie, die door de ITER-Organisatie tijdens de uitvoering van deze Overeenkomst is geïntegreerd, stelt de ITER-Organisatie alles in het werk om de leden op gelijke en niet-discriminerende basis een niet-exclusieve licentie te verlenen voor commercieel gebruik in fusietoepassingen, waarbij de leden het recht hebben onderlicenties voor dergelijk gebruik te verlenen aan binnenlandse derde partijen op hun eigen grondgebied onder voorwaarden die niet minder gunstig mogen zijn dan de voorwaarden waaronder de ITER-Organisatie licenties voor dergelijke bestaande intellectuele eigendom verleent aan derden. Voor zover dergelijke voorwaarden worden geboden, wordt bedoelde licentie niet geweigerd. De bovenvermelde licentie kan alleen worden ingetrokken als de licentiehouder zijn contractuele verplichtingen niet naleeft.

5.2.3. De ITER-Organisatie stelt alles in het werk om bestaande intellectuele eigendom, inclusief vertrouwelijke informatie, ter beschikking te stellen van de leden voor andere dan de in artikel 5.2.2 vermelde doelen. Indien de ITER-Organisatie een licentie voor dergelijke bestaande intellectuele eigendom verleent aan de leden, moet deze licentie op gelijke en niet-discriminerende basis worden verleend.

5.3 Het verlenen van licenties aan derde partijen van niet-leden:

Licenties voor bestaande intellectuele eigendom die door de ITER-Organisatie worden verleend aan derde partijen van niet-leden, vallen onder de door de Raad vastgestelde regels voor het verlenen van licenties aan derde partijen. Deze regels worden bij eenparig besluit van de Raad vastgesteld.

Artikel 6

Intellectuele eigendom die door het personeel van de ITER-Organisatie en andere onderzoekers wordt gegenereerd

6.1. Intellectuele eigendom die door eigen personeel van de ITER-Organisatie of door aan de Organisatie gedetacheerd personeel wordt gegenereerd, is eigendom van de ITER-Organisatie en wordt behandeld in arbeidsovereenkomsten of regelingen, in overeenstemming met de onderhavige bepalingen.

6.2. Intellectuele eigendom die wordt gegenereerd door gast-onderzoekers die in het kader van een regeling deelnemen aan specifieke activiteiten van de ITER-Organisatie en die rechtstreeks betrokken zijn bij algemene programma's voor de exploitatie van de ITER-Organisatie, is eigendom van de ITER-Organisatie, tenzij anders overeengekomen door de Raad.

6.3. Voor intellectuele eigendom die wordt gegenereerd door gast-onderzoekers die niet betrokken zijn bij algemene programma's voor de exploitatie van de ITER-Organisatie, wordt een regeling met de ITER-Organisatie opgesteld, overeenkomstig de door de Raad vastgestelde voorwaarden.

Artikel 7

Bescherming van intellectuele eigendom

7.1. Als een lid bescherming krijgt of vraagt voor door dat lid ontwikkelde of verkregen gegenereerde intellectuele eigendom, stelt dat lid de overige leden en de ITER-Organisatie daarvan tijdig in kennis en verstrekt het nadere informatie over die bescherming. Als een lid beslist zijn recht om in een land of regio bescherming te vragen voor gegenereerde intellectuele eigendom niet uit te oefenen, stelt het de ITER-Organisatie tijdig in kennis van zijn beslissing; de ITER-Organisatie kan dan eventueel zelf of via de leden bescherming vragen.

7.2. De Raad stelt zo snel mogelijk passende procedures vast voor de rapportering, bescherming en registratie van gegenereerde intellectuele eigendom die door de ITER-Organisatie is ontwikkeld of verkregen, bijvoorbeeld door het opzetten van een gegevensbank waartoe de leden toegang kunnen krijgen.

7.3. In het geval van een gezamenlijke creatie hebben de deelnemende leden en/of de ITER-Organisatie het recht om in het land van hun keuze co-eigenaarschap van de intellectuele eigendom aan te vragen.

7.4. Co-eigenaarschap geldt wanneer de intellectuele eigendom door twee of meer leden is voortgebracht of door één of meer leden én de ITER-Organisatie, en wanneer de kenmerken van de intellectuele eigendom niet van elkaar kunnen worden gescheiden met het oog op het aanvragen, verkrijgen en/of behouden van de bescherming van het relevante intellectuele-eigendomsrecht. In dat geval bereiken de gezamenlijke voortbrengers door middel van een co-eigenaarschapsregeling overeenstemming over de toekenning van het eigenaarschap van de desbetreffende intellectuele-eigendomsrechten en de voorwaarden voor de uitoefening ervan.

Artikel 8

Ontmanteling

8.1. Met betrekking tot de ontmantelingsfase, na de overdracht van de faciliteiten aan het gastland, verstrekt de Partij die gastheer is de overige leden alle relevante, al dan niet gepubliceerde informatie die tijdens de ontmanteling van de ITER-faciliteiten wordt gegenereerd of gebruikt.

8.2. Intellectuele eigendom die door het gastland tijdens de ontmantelingsfase wordt gegenereerd, valt niet onder deze bijlage.

Artikel 9

Beëindiging en terugtrekking

9.1. Alle kwesties betreffende de beëindiging van deze Overeenkomst of de terugtrekking van een Partij die niet volledig in deze Overeenkomst zijn geregeld, worden door de Raad behandeld, voor zover ze betrekking hebben op intellectuele eigendom.

9.2. De uit hoofde van de bepalingen van deze bijlage aan de leden en de ITER-Organisatie verleende intellectuele-eigendomsrechten en opgelegde verplichtingen, met name alle verleende licenties, blijven na de beëindiging van deze Overeenkomst of na de terugtrekking van een Partij voortbestaan.

Artikel 10

Royalties

De royalties die de ITER-Organisatie ontvangt uit de licenties van intellectuele eigendom vormen een werkmiddel van de ITER-Organisatie.

Artikel 11

Regeling van geschillen

Geschillen die voortvloeien uit of verband houden met deze bijlage worden geregeld overeenkomstig artikel 25 van deze Overeenkomst.

Artikel 12

Uitvindersbeloning

De Raad stelt passende voorwaarden vast voor de vergoeding van personeelsleden die intellectuele eigendom genereren.

Artikel 13

Aansprakelijkheid

Tijdens de onderhandelingen over licentieregelingen stellen de ITER-Organisatie en de lidstaten, indien van toepassing, passende bepalingen vast met betrekking tot hun respectieve aansprakelijkheden, rechten en plichten die voortvloeien uit de uitvoering van die licentieregelingen.

Definitief ontwerpBijlage betreffende locatieondersteuning

Artikel 1

Overeenkomst betreffende locatieondersteuning

1. De Partij die gastheer is stelt ter ondersteuning van de locatie voor de ITER-Organisatie terreinen, faciliteiten, gebouwen, goederen en diensten beschikbaar of laat deze beschikbaar stellen als samengevat in deze bijlage. De Partij die gastheer is kan een entiteit aanwijzen om daartoe namens haar op te treden.

2. De bijzonderheden betreffende een dergelijke ondersteuning alsmede de procedures voor samenwerking tussen de ITER-Organisatie en de Partij die gastheer is of de hiervoor aangewezen entiteit (hierna "de gastheer") worden geregeld in een tussen hen te sluiten overeenkomst (hierna "de overeenkomst betreffende locatieondersteuning").

Artikel 2

Duur van de overeenkomst

De gastheer verleent de locatieondersteuning aan de ITER-Organisatie in de periode vanaf de oprichting van de ITER-Organisatie tot het verstrijken of opzeggen van deze Overeenkomst.

Artikel 3

Verbindingscomité

De ITER-Organisatie en de gastheer richten een verbindingscomité op voor het verzekeren van de effectieve in deze bijlage bedoelde ondersteuningsverlening onder de voorwaarden van de overeenkomst betreffende locatieondersteuning.

Artikel 4

Terreinen, gebouwen, faciliteiten en toegang

De gastheer levert op eigen kosten en onder de voorwaarden van de ITER-locatie-eisen en de locatieontwerp-veronderstellingen (hierna de "referentievoorwaarden"), als aangenomen in 2000 door de Raad opgericht op grond van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, de regering van Japan, de regering van de Russische Federatie en de regering van de Verenigde Staten van Amerika betreffende samenwerking bij de activiteiten in verband met het engineeringsontwerp voor de internationale experimentele thermonucleaire reactor (hierna "de ITER-EDA"), de ITER-locatie alsmede andere specifieke faciliteiten en diensten zoals hieronder vastgesteld:

a) terreinen die voor de ITER-Organisatie kosteloos beschikbaar moeten worden gesteld en die de bouw, het gebruik en de potentiële uitbreiding mogelijk maken van alle ITER-gebouwen en hulpdiensten als bedoeld in het eindverslag van de ITER-EDA;

b) belangrijke diensten die tot aan de locatiegrens moeten worden geleverd: water, elektriciteit, riolerings- en afvoersysteem en alarmsystemen;

c) wegen, paden en bruggen, inclusief voorzover nodig aanpassingen van het traject tussen de Port Autonome de Marseille en de ITER-locatie, opdat de locatiegrens voor de grootste en zwaarste voor het ITER-project te leveren apparatuur en voor het personeel en de bezoekers bereikbaar is.

d) vervoer van de Port Autonome de Marseille of, bij luchtvervoer, van de Marignane-luchthaven naar de ITER-locatie van door de partijen bijgedragen componenten;

e) tijdelijke huisvesting, voorzover vereist, voor de ITER-Organisatie op of in de buurt van de ITER-locatie totdat de definitieve gebouwen en faciliteiten van de ITER-Organisatie klaar zijn voor gebruik;

f) elektriciteitsvoorziening: installatie en onderhoud tot aan de locatiegrens van elektriciteitsleidingen die tot 500 MW pulsvermogen en 120 MW continu vermogen kunnen leveren, zonder onderbreking wegens onderhoud van de leidingen;

g) waterkoeling om gemiddeld 450 MW (thermisch) vermogen aan de omgeving af te staan; en

h) aansluiting op een computernetwerk en telecommunicatielijnen met hoge capaciteit.

Artikel 5

Diensten

Afgezien van de in artikel 4 van deze bijlage bedoelde elementen levert de gastheer, op eigen kosten of tegen vergoeding van de aangetoonde kosten in overeenstemming met de overeenkomst betreffende locatieondersteuning, de technische, administratieve en algemene diensten die vereist worden door de ITER-Organisatie. Dergelijke diensten omvatten, maar zijn niet beperkt tot:

a) ondersteuningspersoneel, naast het personeel dat de gastheer op grond van artikel 8 van deze Overeenkomst aan de ITER-Organisatie toewijst;

b) faciliteiten voor medische diensten;

c) noodhulpdiensten;

d) beveiligingsalarmsysteem en desbetreffende faciliteiten;

e) cafetaria;

f) ondersteuning van het vergunningsproces;

g) ondersteuning van het veiligheidsbeheer;

h) ondersteuning voor taalcursussen;

i) diensten voor het beheer en de verwijdering van door ITER-activiteiten gegenereerd radioactief afval;

j) ondersteuning bij verhuizing en vestiging;

k) busdienst naar en van het werk;

l) recreatie-, sociale en welzijnsvoorzieningen;

m) nutsvoorzieningen en –diensten;

n) bibliotheek- en multimediadiensten;

o) milieumonitoring inclusief stralingsmonitoring; en

p) locatiediensten (afvalverwijdering, schoonmaak en tuinonderhoud).

Artikel 6

Onderwijs

De gastheer richt op eigen kosten een internationale school op voor onderwijs aan kinderen van het personeel en verstrekt pre-universitair onderwijs overeenkomstig een in overleg met de onderwijsautoriteiten van de niet-gastheerpartijen te ontwikkelen internationaal basisleerplan; hij vergemakkelijkt de uitvoering van aanvullende leerplaninhouden die specifiek op niet-gastheerpartijen zijn toegesneden en door hen worden ondersteund. De niet-gastheerpartijen spannen zich naar beste vermogen in om te helpen bij de ontwikkeling van de school en de erkenning van het leerplan ervan door hun respectieve autoriteiten.

Bijlage II bij het ontwerp-besluit van de Raad

Definitief ontwerp Regeling inzake de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project

Artikel 1

De Partijen bij deze Regeling zijn de ondertekenaars van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project (hierna de "ITER-Overeenkomst") tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (hierna "Euratom"), de Regering van de Volksrepubliek China, de Regering van de Republiek India, de Regering van Japan, de regering van de Republiek Korea, de Regering van de Russische Federatie en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika.

Artikel 2

Krachtens haar bepalingen treedt de ITER-Overeenkomst in werking dertig dagen na de depositie van de instrumenten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van de Overeenkomst door de Volksrepubliek China, Euratom, de Republiek India, Japan, de Republiek Korea, de Russische Federatie en de Verenigde Staten van Amerika.

Artikel 3

De Partijen bij deze Regeling wensen een zo intensief mogelijke samenwerking overeenkomstig de ITER-Overeenkomst op te zetten, in afwachting van de vaststelling door elk van hen van de binnenlandse maatregelen met het oog op de bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van de ITER-Overeenkomst.

Artikel 4

De Partijen bij deze Regeling verbinden zich daarom ertoe om, voor zover dit verenigbaar is met hun nationale wet- en regelgeving, zoveel mogelijk de bepalingen van de ITER-Overeenkomst na te komen tot deze laatste in werking treedt.

Artikel 5

Een Partij mag zich terugtrekken uit deze Regeling 120 dagen nadat zij de andere Partijen schriftelijk van dit voornemen in kennis heeft gesteld.

Artikel 6

Deze Regeling wordt van kracht bij haar ondertekening.

Gedaan te [Plaats] op [datum].

Bijlage III bij het ontwerp-besluit van de Raad

DEFINITIEF ONTWERP OVEREENKOMST INZAKE DE VOORRECHTEN EN IMMUNITEITEN VAN DE INTERNATIONALE ITER-ORGANISATIE VOOR FUSIE-ENERGIE VOOR DE GEZAMENLIJKE UITVOERING VAN HET ITER-PROJECT

De Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (hierna "Euratom"), de Regering van de Volksrepubliek China, de Regering van de Republiek India, de Regering van Japan, de regering van de Republiek Korea en de Regering van de Russische Federatie (hierna "de Partijen"),

OVERWEGENDE dat de Partijen krachtens artikel 12 van de Overeenkomst tot oprichting van de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie voor de gezamenlijke uitvoering van het ITER-project (hierna "de ITER-Overeenkomst") voorrechten en immuniteiten moeten toekennen;

OVERWEGENDE dat het doel van de onderhavige Overeenkomst is om voor de Partijen bij de Overeenkomst de inhoud en het toepassingsgebied van de voorrechten en immuniteiten als bedoeld in artikel 12 van de ITER-Overeenkomst te omschrijven;

OVERWEGENDE dat de Partijen op 24 mei 2006 op de ministeriële vergadering over ITER in Brussel hun voornemen hebben bevestigd om deze Overeenkomst te sluiten,

ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:

Artikel 1

1. Krachtens artikel 5 van de ITER-Overeenkomst heeft de Internationale ITER-Organisatie voor fusie-energie (hierna "de ITER-Organisatie") internationale rechtspersoonlijkheid, inclusief de bevoegdheid om overeenkomsten te sluiten met staten en/of internationale organisaties.

2. De ITER-Organisatie heeft rechtspersoonlijkheid en beschikt op het grondgebied van haar leden over de handelingsbevoegdheid om onder meer:

a) contracten te sluiten;

b) eigendom te verwerven, in bezit te houden en te verkopen;

c) vergunningen te verkrijgen; en

d) rechtsprocedures in te leiden.

Artikel 2

De gebouwen en terreinen van de ITER-Organisatie zijn onschendbaar.

Artikel 3

De archieven en de documenten van de ITER-Organisatie zijn onschendbaar.

Artikel 4

1. De ITER-Organisatie is vrijgesteld van rechtsvervolging en executie, behoudens:

a) voor zover zij in een bijzonder geval uitdrukkelijk afstand heeft gedaan van deze immuniteit;

b) met betrekking tot een door derden ingediende civiele rechtsvordering ter zake van schade die voortvloeit uit een ongeval dat is veroorzaakt door een aan de ITER-Organisatie toebehorend of namens de ITER-Organisatie gebruikt voertuig, of met betrekking tot een verkeersovertreding waarbij een zodanig voertuig betrokken is;

c) in het geval van de tenuitvoerlegging van een arbitraal vonnis gewezen in het kader van artikel 23; en

d) in het geval van een beslag op salarissen, ten gevolge van schulden van een personeelslid van de ITER-Organisatie, op voorwaarde dat een dergelijke beslaglegging het gevolg is van een definitief en afdwingbaar vonnis in overeenstemming met de regels die gelden op het grondgebied van tenuitvoerlegging.

2. De eigendommen en activa van de ITER-Organisatie, ongeacht waar deze zich bevinden, zijn vrij van vordering, verbeurdverklaring, onteigening en sekwestratie, behoudens:

a) voor zover zij in een bijzonder geval uitdrukkelijk afstand heeft gedaan van deze immuniteit;

b) met betrekking tot een door derden ingediende civiele rechtsvordering als bedoeld in lid 1, onder b); en

c) in het geval van de tenuitvoerlegging van een arbitraal vonnis gewezen in het kader van artikel 23.

3. De ITER-Organisatie is eveneens vrij van elke vorm van administratieve of voorlopige gerechtelijke dwang, behoudens voor zover zij in een bijzonder geval uitdrukkelijk afstand heeft gedaan van deze immuniteit en voor zover het noodzakelijk is in verband met:

a) de preventie van ongevallen waarbij motorvoertuigen betrokken zijn, die toebehoren aan de ITER-Organisatie of namens de ITER-Organisatie worden gebruikt, en het instellen van een onderzoek naar de toedracht van die ongevallen; en

b) de tenuitvoerlegging van een arbitraal vonnis gewezen in het kader van artikel 23.

Artikel 5

1. Binnen de werkingssfeer van haar officiële activiteiten zijn de ITER-Organisatie, haar bezittingen en haar inkomsten vrijgesteld van alle directe belastingen.

2. Wanneer goederen of diensten, strikt noodzakelijk voor de uitvoering van de officiële activiteiten van de ITER-Organisatie, worden aangekocht of gebruikt door of namens de ITER-Organisatie en wanneer in de prijs daarvan belastingen of rechten begrepen zijn, worden door de betrokken Partij zo mogelijk passende maatregelen genomen om de ITER-Organisatie van de verplichting tot betaling daarvan te ontheffen of het met deze belastingen of rechten gemoeide bedrag terug te betalen.

Artikel 6

1. Goederen die door of namens de ITER-Organisatie worden ingevoerd of uitgevoerd ten behoeve van haar officiële activiteiten worden vrijgesteld van alle belastingen of rechten. Goederen die door de ITER-Organisatie worden ingevoerd of uitgevoerd ten behoeve van haar officiële activiteiten worden vrijgesteld van verbodsbepalingen en beperkingen op het gebied van in- of uitvoer, behalve wanneer dergelijke verbodsbepalingen of beperkingen consistent zijn met de wet- en regelgeving en het beleid als bedoeld in de artikelen 14 en 20 van de ITER-Overeenkomst.

2. Goederen waarvoor de vrijstelling overeenkomstig artikel 5 is verleend of die zijn ingevoerd overeenkomstig lid 1 mogen niet worden verkocht of weggegeven, behalve in overeenstemming met de voorwaarden die zijn vastgesteld door de Partijen welke de vrijstelling hebben verleend.

Artikel 7

1. Voor het bepaalde in de artikelen artikel 5 en 6 wordt onder de officiële activiteiten van de ITER-Organisatie verstaan, haar administratieve activiteiten, inclusief haar activiteiten met betrekking tot het door haar op te richten stelsel voor sociale verzekering, en de activiteiten die worden uitgevoerd met het met het oog op het bereiken van het doel van de ITER-Organisatie als omschreven in de ITER-Overeenkomst.

2. De artikelen 5 en 6 zijn niet van toepassing op belastingen en rechten die niet anders zijn dan eenvoudige vergoedingen voor diensten van openbaar nut.

Artikel 8

Er wordt geen vrijstelling overeenkomstig artikel 5 of 6 verleend voor goederen die worden aangekocht of ingevoerd, of diensten die worden geleverd ten eigen bate van het personeel van de ITER-Organisatie.

Artikel 9

Onverlet de wet- en regelgeving en het beleid als bedoeld in de artikelen 14 en 20 van de ITER-Overeenkomst, wordt de verspreiding van publicaties en ander informatiemateriaal verzonden door of aan de ITER-Organisatie op geen enkele wijze beperkt.

Artikel 10

1. De ITER-Organisatie mag alle soorten financiële middelen, valuta, contanten of waardepapieren ontvangen en in bezit houden; zij mag daarover vrijelijk beschikken voor elk doel dat wordt omschreven in de ITER-Overeenkomst en zij kan rekeningen aanhouden in elke munt voor zover dit vereist is om aan haar verplichtingen te voldoen.

2. Bij de uitoefening van haar in lid 1 omschreven rechten houdt de ITER-Organisatie rekening met de formele verklaringen van haar leden, in zoverre zij van oordeel is dat zij daaraan gevolg kan geven zonder afbreuk te doen aan de belangen van de ITER-Organisatie.

Artikel 11

1. Voor haar officiële communicatie en voor het overmaken van al haar documenten krijgt de ITER-Organisatie een behandeling die niet ongunstiger is dan de behandeling die door elke Partij aan andere internationale organisaties wordt verleend.

2. De officiële publicaties van de ITER-Organisatie via welk communicatiemiddel ook zijn niet aan censuur onderworpen.

Artikel 12

De Partijen nemen alle passende maatregelen om de toegang tot, het verblijf in of het vertrek uit hun grondgebied van personeelsleden van de ITER-Organisatie te vergemakkelijken.

Artikel 13

1. Bij de uitoefening van hun representatieve functies en in de loop van hun reizen naar en van de plaats van bijeenkomsten van de ITER-Organisatie, genieten vertegenwoordigers van de Partijen de volgende voorrechten en immuniteiten:

a) vrijwaring tegen aanhouding en inhechtenisneming en tegen confiscatie van hun persoonlijke bagage;

b) vrijstelling van rechtsvervolging, ook na beëindiging van hun opdracht, met betrekking tot handelingen, waaronder begrepen gesproken en geschreven woorden, door hen in de uitoefening van hun functie verricht; deze vrijstelling geldt evenwel niet in geval van een door een vertegenwoordiger van een Partij begane verkeersovertreding of in geval van schade veroorzaakt door een motorvoertuig dat hem toebehoort of dat door hem werd bestuurd;

c) onschendbaarheid van al hun officiële papieren en documenten;

d) het recht om documenten en correspondentie te ontvangen per speciale koerier of in een verzegelde tas;

e) vrijstelling voor henzelf en hun echtgenoten van immigratiebeperkingen en vreemdelingenregistratie;

f) dezelfde faciliteiten ter zake van valuta- en deviezenbepalingen als die welke worden verleend aan de vertegenwoordigers van buitenlandse regeringen die met een tijdelijke officiële opdracht zijn belast;

g) dezelfde douanefaciliteiten wat hun persoonlijke bagage betreft als worden toegekend aan diplomatieke ambtenaren.

2. Voorrechten en immuniteiten worden aan vertegenwoordigers van een Partij niet verleend in hun persoonlijk belang, doch met het doel hun volledige onafhankelijkheid te waarborgen bij de uitoefening van hun functie in verband met de ITER-Organisatie. Overeenkomstig artikel 12 van de ITER-Overeenkomst heft elke Partij de immuniteit van haar vertegenwoordigers op telkens wanneer, naar het oordeel van die Partij, de immuniteit de rechtsgang zou belemmeren en er afstand van kan worden gedaan zonder de doeleinden waarvoor zij was toegekend in gevaar te brengen.

Artikel 14

Het personeel van de ITER-Organisatie geniet de volgende voorrechten en immuniteiten:

a) vrijstelling van rechtsvervolging, ook nadat zij de ITER-Organisatie hebben verlaten, met betrekking tot handelingen, waaronder begrepen gesproken en geschreven woorden, door hen in de uitoefening van hun functie verricht; deze vrijstelling geldt evenwel niet in geval van een door een personeelslid van de ITER-Organisatie begane verkeersovertreding of in geval van schade veroorzaakt door een motorvoertuig dat hem toebehoort of dat door hem werd bestuurd;

b) vrijstelling van alle verplichtingen met betrekking tot de militaire dienst;

c) onschendbaarheid van al hun officiële papieren en documenten;

d) dezelfde faciliteiten, ook voor hun inwonende gezinsleden, ter zake van vrijstelling van immigratiebeperkingen en vreemdelingenregistratie als die welke in het algemeen worden toegekend aan personeelsleden van internationale organisaties;

e) dezelfde voorrechten met betrekking tot deviezenregelingen als die welke in het algemeen worden toegekend aan personeelsleden van internationale organisaties;

f) bij een internationale crisis, wat terugkeer naar hun vaderland betreft, dezelfde faciliteiten als die welke aan diplomatieke vertegenwoordigers worden toegekend; hun inwonende gezinsleden genieten dezelfde faciliteiten;

g) het recht om de eerste maal dat zij hun werkzaamheden in het betrokken land aanvangen, hun huisraad en persoonlijke bezittingen vrij van rechten in te voeren, en bij het beëindigen van hun functie in dit land hun huisraad en persoonlijke bezittingen vrij van rechten uit te voeren, met inachtneming van de voorwaarden welke de regering van het land op het grondgebied waarvan dit recht wordt uitgeoefend als noodzakelijk beschouwt.

Artikel 15

Afgezien van de in artikel 14 genoemde voorrechten en immuniteiten geniet de directeur-generaal van de ITER-Organisatie en, wanneer dit ambt open staat, de persoon die als plaatsvervanger is aangewezen, de voorrechten en immuniteiten waarop diplomatieke ambtenaren van vergelijkbare rang recht hebben.

Artikel 16

Bij de uitoefening van hun functies in verband met de ITER-Organisatie of bij de uitvoering van opdrachten voor de ITER-Organisatie genieten deskundigen de volgende voorrechten en immuniteiten, in zoverre dit noodzakelijk is voor de uitoefening van hun functies, inclusief gedurende reizen die gemaakt worden bij de uitoefening van hun functies en in de loop van die opdrachten:

a) vrijstelling van rechtsvervolging, ook na de beëindiging van hun functie als deskundige voor de ITER-Organisatie, met betrekking tot handelingen, waaronder begrepen gesproken en geschreven woorden, door hen in de uitoefening van hun functie verricht; deze vrijstelling geldt evenwel niet in geval van een door een deskundige begane verkeersovertreding of in geval van schade veroorzaakt door een motorvoertuig dat hem toebehoort of dat door hem werd bestuurd;

b) onschendbaarheid van al hun officiële papieren en documenten;

c) dezelfde faciliteiten ter zake van valuta- en deviezenbepalingen en ter zake van hun persoonlijke bagage als die welke worden verleend aan de ambtenaren van buitenlandse regeringen die met een tijdelijke officiële missie zijn belast.

Artikel 17

1. De door de ITER-Organisatie betaalde salarissen en emolumenten zijn vrijgesteld van inkomstenbelasting, met dien verstande dat zij onderworpen zijn aan een belasting ten voordele van de ITER-Organisatie. De Partijen behouden evenwel het recht om met deze salarissen en emolumenten rekening te houden bij de berekening van de belasting die verschuldigd is over inkomsten uit andere bronnen.

2. Het eerste lid is niet van toepassing op de pensioenen en jaargelden die door de ITER-Organisatie worden betaald aan haar voormalige directeuren-generaal en personeelsleden.

Artikel 18

De artikelen 14 en 17 zijn van toepassing op alle personeelsleden waarvoor het personeelsstatuut van de ITER-Organisatie geldt. De Raad van de ITER-Organisatie (hierna "de Raad") bepaalt op welke categorieën deskundigen artikel 16 van toepassing is. De namen, hoedanigheden en adressen van de in dit artikel bedoelde deskundigen worden op gezette tijden medegedeeld aan de leden van de ITER-Organisatie.

Artikel 19

Voor het geval de ITER-Organisatie haar eigen stelsel voor sociale verzekering opzet, zijn de directeur-generaal en het personeel vrijgesteld van alle verplichte bijdragen aan nationale organen voor sociale verzekering, mits daarover overeenkomsten worden gesloten met de Partijen en/of het gastland.

Artikel 20

Geen enkele Partij is verplicht de in de artikelen 13, 14, onder b), d), e), f) en g), 15, 16, onder c), en 19 bedoelde voorrechten en immuniteiten toe te kennen aan zijn eigen onderdanen of personen die, op het moment dat zij hun ambt als personeelslid van de ITER-Organisatie in die Partij opnemen, permanent ingezetenen daarvan zijn.

Artikel 21

1. De voorrechten en immuniteiten waarin deze Overeenkomst voorziet, zijn niet bedoeld om de directeur-generaal, het personeel en de deskundigen van de ITER-Organisatie tot persoonlijk voordeel te strekken. Zij beogen uitsluitend het onbelemmerd functioneren van de ITER-Organisatie, onder alle omstandigheden, alsmede de volledige onafhankelijkheid van de personen aan wie zij worden toegekend.

2. Krachtens artikel 12 van de ITER-Overeenkomst heft de Raad de immuniteit op indien hij van oordeel is dat deze immuniteit de rechtsgang in de weg staat en indien het mogelijk is deze immuniteit op te heffen zonder de belangen van de ITER-Organisatie en de leden daarvan in gevaar te brengen.

Artikel 22

De ITER-Organisatie werkt voortdurend samen met de bevoegde autoriteiten van de Partijen en het gastland, als genoemd in artikel 1, lid 2, van de ITER-Overeenkomst, ter bevordering van een goede rechtspleging, ter verzekering van de naleving van politievoorschriften en van voorschriften met betrekking tot de volksgezondheid en de veiligheid, de vergunningverlening, de milieubescherming, de arbeidsinspectie of andere soortgelijke nationale wetten, alsmede ter voorkoming van misbruik van de in deze Overeenkomst bedoelde voorrechten en immuniteiten. De procedure die moet worden gevolgd bij de in dit artikel genoemde samenwerking, kan worden neergelegd in de overeenkomsten betreffende de hoofdzetel en de veldteams of in aanvullende overeenkomsten.

Artikel 23

1. Wanneer zij schriftelijke contracten sluit, andere dan die welke worden gesloten in overeenstemming met het personeelsstatuut, kan de ITER-Organisatie voorzien in arbitrage. In de arbitrageclausule of in de daartoe gesloten speciale arbitrageovereenkomst worden de toepasselijke wetgeving en het land waar de arbiters zetelen gespecificeerd.

2. De tenuitvoerlegging van een arbitraal vonnis verloopt volgens de regels die gelden op het grondgebied van tenuitvoerlegging.

Artikel 24

Krachtens het Verdrag tot oprichting van Euratom is deze Overeenkomst van toepassing op alle grondgebieden waarop dit Verdrag van toepassing is. In overeenstemming met dat Verdrag en andere relevante overeenkomsten is zij tevens van toepassing op de Republiek Bulgarije, de Republiek Roemenië en de Zwitserse Bondsstaat, die als volledig geassocieerde derde landen deelnemen aan het Euratom-fusieprogramma.

Artikel 25

1. Deze Overeenkomst moet worden bekrachtigd, aanvaard of goedgekeurd overeenkomstig de procedures van elke ondertekenaar.

2. Deze Overeenkomst treedt in werking dertig dagen na de depositie van de instrumenten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van de Overeenkomst door de Volksrepubliek China, Euratom, de Republiek India, Japan, de Republiek Korea en de Russische Federatie.

3. Wanneer deze Overeenkomst één jaar na de ondertekening ervan niet in werking is getreden, roept de depositaris een vergadering van de ondertekenaars bijeen om te besluiten op welke wijze de inwerkingtreding van de Overeenkomst kan worden vergemakkelijkt.

Artikel 26

1. Zodra de Raad een beslissing heeft genomen overeenkomstig artikel 23, lid 1, van de ITER-Overeenkomst, kan de desbetreffende staat of internationale organisatie toetreden tot en Partij worden bij deze Overeenkomst.

2. De toetreding gaat in op de datum van de depositie van het instrument van toetreding bij de depositaris.

Artikel 27

Deze Overeenkomst heeft dezelfde looptijd als de ITER-Overeenkomst. Het aflopen van deze Overeenkomst heeft geen effect op de immuniteit als bedoeld in artikel 13, lid 1, onder b), artikel 14, onder a), en artikel 16, onder a).

Artikel 28

Geschillen tussen de Partijen of tussen één of meer Partijen en de ITER-Organisatie, op grond van of in verband met deze Overeenkomst, worden beslecht via raadpleging, bemiddeling of andere overeen te komen procedures, zoals arbitrage. De betrokken partijen komen bijeen om de aard van hun geschil te bespreken met het oog op een snelle oplossing ervan.

Artikel 29

1. De directeur-generaal van de IAEA is de depositaris van deze Overeenkomst.

2. Het origineel van deze Overeenkomst wordt gedeponeerd bij de depositaris, die gewaarmerkte afschriften daarvan toestuurt aan de ondertekenaars en aan de secretaris-generaal van de Verenigde Naties voor registratie en publicatie overeenkomstig artikel 102 van het Handvest van de Verenigde Naties.

3. De depositaris stelt elke ondertekenaar en alle toetredende staten en internationale organisaties in kennis van:

a) de datum van depositie van elk instrument van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding; en

b) de datum van inwerkingtreding van deze Overeenkomst.

GEDAAN TE [PLAATS] OP [DATUM]

[1] IAEA ITER EDA Documentation Series nr. 21.

[2] Aanhechtsel 2(d) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[3] Aanhechtsel 2(f) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[4] Aanhechtsel 2(j) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[5] Aanhechtsel 2(l) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[6] Aanhechtsel 2(a) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[7] Aanhechtsel 2(b) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[8] Aanhechtsel 2(c) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[9] Aanhechtsel 2(e) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[10] Aanhechtsel 2(k) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[11] Aanhechtsel 2(n) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[12] Aanhechtsel 2(h) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[13] Aanhechtsel 2(m) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[14] Aanhechtsel 2(i) bij het Final Report on ITER Negotiations.

[15] Naar verwachting wordt het voorstel van de Commissie aangenomen in de eerste helft van 2006.

[16] PB L 232 van 29.8.2002, blz. 34.

[17] PB L 294 van 29.10.2002, blz. 86.

[18] PB C …