Bijlagen bij COM(2002)248 - Toezicht inzake gevallen van steunverlening aan de ijzer- en staalindustrie ex artikel 95 van het EGKS-Verdrag - Zeventiende Verslag, mei 2002

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage bij de beschikking van de Commissie.

Volgens de Portugese autoriteiten waren de verliezen bij SN Serviços vooral te wijten aan hoge afschrijvingskosten en voorzieningen.

De sluiting van de hoogoven resulteerde ook in een buitengewone uitgave ingevolge het opnemen in de boekhouding van de volledige vergoeding die werd betaald voor de beëindiging van de arbeidscontracten van werknemers die vanaf april 2001 werden ontslagen.

SN Serviços

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

2.6. Steun

De steun die is goedgekeurd op grond van artikel 95 van het EGKS-Verdrag is betaald in zes tranches, tussen maart 1994 en juni 1995, zoals uiteengezet in het Vierde Toezichtverslag. De milieusteun ten belope van 3 740 984 EUR waarvoor goedkeuring is verleend op grond van artikel 3 van de Vijfde Staalsteuncode, is in 2001 uitgekeerd. De sociale steun die werd toegestaan op grond van artikel 4, lid 1, van, onderscheidenlijk, de Vijfde en Zesde Staalsteuncode, werd hierboven sub 2.3 besproken (financiering van de afvloeiingen).

3. Voest Alpine Erzberg GmbH, Oostenrijk

3.1. Inleiding

Op 29 november 1995 heeft de Commissie goedkeuring verleend [6] voor overheidssteun ten behoeve van Voest Alpine Erzberg GmbH (VAEG) om de onderneming in staat te stellen haar mijnbouwactiviteiten tegen het jaar 2002 geleidelijk af te bouwen. De goedgekeurde steun omvat 272 miljoen ATS ter dekking van de exploitatieverliezen uit de periode 1995-2002 en 136 miljoen ATS [7] voor de betaling van de kosten van een veilige en milieuvriendelijke afbouw van de ijzerertswinning.

[6] PB L 94 van 16.4.1996, blz. 17.

[7] 1 EUR = 13,7603 ATS. 272 miljoen ATS = 19,7 miljoen EUR; 136 miljoen ATS = 9,88 miljoen EUR.

Aan de goedkeuring van de steun waren onder meer de volgende voorwaarden verbonden:

-de jaarlijkse steunplafonds en het productieplafond zoals aangegeven in de bovenstaande tabel mochten niet worden overschreden (tot dusver nageleefd);

-de exploitatiesteun mocht niet meer bedragen dan het verschil tussen de productiekosten en de inkomsten (tot dusver nageleefd), en

-de prijs die voor het ijzererts werd aangerekend, moest in de lijn liggen van de marktprijs en mocht niet lager zijn dan de prijs voor geïmporteerd ijzererts (tot dusver nageleefd).

3.2. Productie en afzet

In 2001 heeft VAEG 980 000 ton ijzererts geproduceerd met een gemiddelde kwaliteit van 33,6% Fe en 902 000 ton laagwaardige producten, die door haar enige afnemer, voestalpine Stahl GmbH (VSG), voor de hoogovenlading (Möllerzusatzmaterial) kunnen worden gebruikt. De onderneming heeft derhalve het toegestane plafond voor 2001 gerespecteerd [8].

[8] Zie 16de Toezichtverslag, punt 5.2.2.1.

Het standaardijzererts werd verkocht tegen 10,14 EUR per ton. In november 2000 werd deze standaardprijs vastgesteld voor het volledige jaar 2001.

Het laagwaardige materiaal (Möllerzusatzmaterial) werd verkocht tegen 6,03 EUR per ton, een prijs die was vastgesteld op grond van de marktprijs voor kalkgrind (Kalkschotter).

De gemiddelde prijs voor ijzererts en laagwaardig materiaal (Möllerzusatzmaterial) bedraagt 7,92 EUR per ton. Met inbegrip van de vervoerskosten tot aan VSG/Linz bedroeg de aangerekende prijs 53,01 EUR/ton Fe.

De bovenvermelde prijs per ton Fe voor ijzererts is hoger dan de vergelijkbare prijs van ingevoerd ijzererts. Derhalve kan worden geconcludeerd dat de in 2001 aangerekende prijzen niet lager waren dan hetgeen op grond van artikel 2 van de beschikking van de Commissie van 29 november 1995 vereist was.

In de bijlage is een gedetailleerd overzicht van de productie, productiekosten, afzet, prijzen en verliezen opgenomen.

3.3. Steunuitkeringen in vergelijking met goedgekeurde steun

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

* Voor nadere gegevens over de periode 1995- 2000, zie vorige verslagen.

3.4. Ontwikkeling van het personeelsbestand

Het plan inzake personeelsinkrimping ziet er als volgt uit:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Uitgaande van het oorspronkelijke plan zou het totale personeelsbestand per 31 december 2001 ingekrompen zijn tot 183. De personeelsinkrimping loopt daardoor vooruit op het plan.


BIJLAGE

Vergelijking van productiekosten en inkomsten in 2001

>RUIMTE VOOR DE TABEL>