Bijlagen bij COM(2002)186 - Actieplan van de EG om milieubeschermingseisen in het gemeenschappelijk visserijbeleid te integreren

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE


1. Inleiding

Integratie van milieubeschermingseisen in het beleid van de Gemeenschap is een verplichting die is vastgelegd in artikel 6 van het Verdrag. Met het onderhavige document wordt gevolg gegeven aan het verzoek dat de Raad van Visserijministers had opgenomen in zijn conclusies van 25 april 2001 met betrekking tot de integratie van milieubeschermingseisen en duurzame ontwikkeling in het gemeenschappelijk visserijbeleid, namelijk om in het kader van de hervorming van het GVB concrete voorstellen voor de integratie van milieuaspecten voor te leggen.

De Commissie heeft, op basis van een analyse van de bestaande situatie en van het internationale debat over een verantwoorde visserij [1], reeds haar ideeën over de integratie van milieuaspecten uiteengezet in een aantal beleidsdocumenten [2]. Doel van dit document is deze ideeën te vertalen in een actieplan waarin de doelstellingen en beginselen, de middelen en de concrete streefdoelen en tijdschema's worden vastgesteld die het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) in staat moeten stellen de uitdagingen op milieugebied doeltreffend aan te pakken. Bij de opstelling van dit actieplan heeft de Commissie rekening gehouden met de conclusies van de Raad en van het Europees Parlement en ook met het advies van de Adviescommissie voor Visserijbeheer en van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de Visserij over de bovengenoemde beleidsdocumenten.

[1] Dat is gevoerd tijdens de discussies die hebben geleid tot de Gedragscode voor een verantwoorde visserij.

[2] COM(1999)363 (Visserijbeheer en natuurbehoud in het mariene milieu), COM(2001)143 (Elementen voor een integratiestrategie), COM(2001)162 (BAP).

2. Doelstelling

Doel van dit actieplan is milieubeschermingseisen in het GVB te integreren door de grondbeginselen, de beheersmaatregelen en een werkprogramma vast te leggen, om aldus duurzame ontwikkeling te bevorderen.

3. Grondbeginselen

De integratie van milieuaspecten in het GVB is gebaseerd op de volgende beginselen:

- het GVB draagt bij tot de verwezenlijking van de milieudoelstellingen die zijn bepaald in artikel 174 van het EG-Verdrag, zonder de economische of sociale doelstellingen in gevaar te brengen;

- het GVB is gebaseerd op de beginselen van voorzorg, preventie, correctie aan de bron, en het beginsel dat de vervuiler betaalt;

- het GVB beoogt een geleidelijke tenuitvoerlegging van een op het ecosysteem gebaseerde aanpak, voorzover zulks op basis van de wetenschappelijke kennis mogelijk is;

- de Gemeenschap verdedigt deze beginselen met dezelfde inzet in haar eigen visserijbeleid als op internationaal niveau.

4. Prioritaire maatregelen

Bij de beheersmaatregelen om milieubeschermingseisen te integreren in het GVB moet de grootste prioriteit worden gegeven aan:

- verlaging van de visserijdruk tot een duurzaam niveau, in het kader van meerjarige beheersplannen; waar zulks mogelijk is, zou deze verlaging, op basis van wetenschappelijke adviezen, speciaal gericht moeten zijn op visserijactiviteiten die nadelig zijn, niet alleen voor het voortbestaan van de beviste bestanden, maar ook voor de stand van niet-commerciële soorten en voor de habitats;

- verbetering van de vangstmethoden om de teruggooi, toevallige bijvangsten en het effect op habitats te beperken. In de komende maanden zal de Commissie een actieplan voor de teruggooi en passende voorstellen voor de bescherming van haaien, walvisachtigen en zeevogels tegen de nadelige gevolgen van de visserij uitwerken.

- afschaffing van overheidssteun voor de modernisering of vernieuwing van de vissersvloten, behalve van steun om de veiligheid aan boord of de kwaliteit van de producten te verbeteren en die niet met een verhoging van de vangstcapaciteit gepaard gaat.

Bovendien moet het GVB de volgende kwesties regelen:

- de maatregelen die zijn uiteengezet in het actieplan Biodiversiteit Visserij [3] en die in deze mededeling niet uitdrukkelijk zijn vermeld; daarbij moet vooral aandacht worden geschonken aan de opstelling van langlopende beheersplannen voor de belangrijkste en de meest kwetsbare visbestanden, de afbakening van essentiële habitats en biotopen, de vaststelling van gesloten seizoenen en gebieden, waaronder ook gebieden waar helemaal niets mag worden weggenomen ("no take zones"), en de vaststelling van richtsnoeren "Beste visserijpraktijk";

[3] COM(2001)164, vol. IV.

- maatregelen om vangstmethoden aan te moedigen die de integratie van de milieudimensie valoriseren, als bedoeld in de artikelen 13 tot en met 15 en 17 van Verordening (EG) nr. 2792/1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector. Om dit te bereiken, zouden de lidstaten en de Commissie moeten samenwerken in het kader van het partnerschap als bedoeld in artikel 8 van Verordening nr. 1260/1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen;

- verbetering van de wetenschappelijke evaluatie van de toestand van de visbestanden, zowel in communautaire wateren als daarbuiten;

- integratie van milieubeschermingseisen in de aquacultuursector;

- de vaststelling van een communautaire strategie voor de verre visserij die bijdraagt tot een duurzame visserij buiten de wateren van de Gemeenschap, via multilaterale en bilaterale partnerschappen op nationaal en/of regionaal niveau.

In aanvulling op de bovenvermelde prioritaire beheersacties in het kader van het GVB moeten de lidstaten het nodige doen om zo spoedig mogelijk te voldoen aan hun verplichtingen uit hoofde van de natuurbeschermingsrichtlijnen [4], inzonderheid die betreffende de aanwijzing en het beheer van zeegebieden die deel uitmaken van het Natura 2000-kader. Als voor het vervullen van deze verplichtingen visserijbeheersmaatregelen nodig zijn, moeten die worden gemeld aan de Commissie. Deze zal dan onderzoeken of het dienstig is aan de Raad voorstellen voor te leggen.

[4] Richtlijn 79/409/EEG inzake het behoud van de vogelstand en Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna.

5. Aanvullende maatregelen

Om het integratieproces te versterken en te versnellen dient het volgende te worden ondernomen:

- de Commissie zal ernaar streven om, in het kader van het 6de Kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek, het verwerven van een beter inzicht in de mariene ecosystemen te bevorderen, met het oog op de geleidelijke totstandbrenging van een op het ecosysteem gebaseerde aanpak voor het visserijbeheer;

- de Commissie zal de beheersmaatregelen uitbreiden tot de bescherming van niet-commerciële soorten en habitats tegen de gevolgen van visserij- en aquacultuuractiviteiten, en zal de praktische voorwaarden bestuderen voor een volledige toepassing van de voorzorgsaanpak op alle aspecten van het GVB die een gevaar voor het milieu kunnen opleveren;

- de Commissie zal de gevolgen van de toepassing van de beginselen inzake preventie, correctie aan de bron en "de vervuiler betaalt" in de visserij en de aquacultuur analyseren;

- de lidstaten moeten, in het kader van de bepalingen van artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1543/2000 tot instelling van een communautair kader voor het verzamelen en beheren van gegevens die essentieel zijn voor het gemeenschappelijk visserijbeleid en, om te voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit de instandhoudingseisen krachtens de Richtlijnen 79/409/EEG en 92/43/EEG, studies en proefprojecten uitvoeren over het vergaren van basisgegevens betreffende de verbanden tussen visvangst en aquacultuur enerzijds en het milieu anderzijds;

- de Commissie en de lidstaten moeten nauw samenwerken bij de tenuitvoerlegging van programma's voor geïntegreerd kustbeheer, als middel om de complexe en delicate aspecten van duurzame ontwikkeling in kustgebieden zo goed mogelijk aan te pakken;

- in hun programma's voor informatieverspreiding en bewustmaking moeten de Commissie en de lidstaten er vooral voor zorgen dat de belanghebbenden en het grote publiek goed ingelicht worden over de plaats van de visserij en de aquacultuur in het mariene ecosysteem en over de motivering, de uitvoering en de resultaten van communautaire maatregelen inzake milieu-integratie;

- de Commissie zal de toepassing overwegen van met de verplichtingen van de Gemeenschap in het kader van de WTO verenigbare handelsmaatregelen om duurzame en milieuvriendelijke visserijpraktijken te bevorderen. In internationale instanties genomen maatregelen zullen, ook indien ze niet bindend zijn voor de EU, worden bestudeerd met het oog op de toepassing ervan door de Gemeenschap;

- de lidstaten en de Commissie zullen de mogelijkheid overwegen tot invoering van milieukeuren om milieuvriendelijke visserijpraktijken te bevorderen;

- wanneer niet door het GVB bestreken menselijke activiteiten een schadelijk effect op het mariene milieu blijken te hebben, dat leidt tot een vermindering van de productiviteit en van de vangsten of van de kwaliteit en de gezondheid van de vangsten of aquacultuurproducten, moeten de Commissie en de lidstaten de aandacht van de bevoegde autoriteiten op het probleem vestigen met het oog op een oplossing.

6. Monitoring en evaluatie

De bij de integratie van milieubeschermingseisen in het GVB geboekte vooruitgang moet worden gevolgd aan de hand van een systeem van indicatoren. Voor de invoering van een dergelijk systeem

- zal de Commissie in de eerste plaats het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de Visserij raadplegen over de mogelijkheid om, bij wijze van experiment en rekening houdende met de door de betrokken instanties gerealiseerde vooruitgang, pre-indicatoren voor de resultaten op milieugebied van het visserijbeheer vast te stellen. Op basis van het advies van het WTECV dient de Commissie dan een op deze indicatoren gebaseerd experimenteel monitoringsysteem vast te stellen dat in 2003 operationeel moet worden;

- op basis van de resultaten van dit experimenteel monitoringsysteem zal de Commissie dan vóór 31 december 2005 bij de Raad en het Europees Parlement een verslag indienen over resultaten op milieugebied van het GVB;

- de lidstaten worden verzocht om, in het kader van het zesde kaderprogramma voor onderzoek, in nauwe samenwerking met onderzoeksinstellingen en milieu-instanties, onderzoek naar de prestaties van voornoemd monitoringsysteem om voor het GVB relevante informatie te leveren, te bevorderen, teneinde het uit te bouwen tot een algemener monitoringsysteem, dat ook referentiepunten en DPSIR-indicatoren (Driving forces, Pressure, State, Impact and Response) omvat.

7. Overleg

Aan alle besluiten in het kader van de milieu-integratie moet een zo ruim mogelijk overleg met de belanghebbenden in de vroegste stadia van het besluitvormingsproces voorafgaan, inzonderheid in het kader van het Adviescomité voor de Visserij en Aquaucultuur en, indien nodig, van de regionale adviesraden.

8. Doelstellingen en tijdschema's (werkprogramma)

Dit actieplan zou moeten worden uitgevoerd volgens het tijdschema in de bijlage.

9. Herziening

De Commissie zal in haar verslagen vanaf 2005 aangeven of een herziening van de vorenvermelde acties, doelstellingen en termijnen nodig is.


BIJLAGE

>RUIMTE VOOR DE TABEL>