Bijlagen bij SEC(2007)693 - Ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF - Alarmsysteem nr. 2-4/2007

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage wordt een overzicht gegeven van de uitgaven die in de periode van 16 oktober 2006 tot en met 28 februari 2007 werkelijk zijn verricht ten laste van het ELGF, en worden die uitgaven vergeleken met het uitgavenprofiel (indicator) dat is bepaald op grond van artikel 20 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad[1].

BESTEMMINGSONTVANGSTEN

Op grond van artikel 34 van de genoemde Verordening (EG) nr. 1290/2005, de nieuwe verordening betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB), gelden de ontvangsten die voortvloeien uit de financiële correcties die worden opgelegd bij de conformiteitsgoedkeuringsbeschikkingen betreffende het ELGF, de ontvangsten als gevolg van terugvorderingen wegens onregelmatigheden ten nadele van het ELGF en de opbrengsten van de melkheffing als bestemmingsontvangsten ter financiering van bepaalde ELGF-uitgaven. Bij de opstelling van de begroting 2007 zijn die bestemmingsontvangsten geraamd. In de door de Begrotingsautoriteit vastgestelde begrotingskredieten voor 2007 is als volgt rekening gehouden met die ramingen:

- de op 349,0 miljoen EUR geraamde opbrengsten van de melkheffing werden in mindering gebracht op de voor de sector melk en zuivelproducten benodigde kredieten, voor welke sector de Begrotingsautoriteit uiteindelijk 587,0 miljoen EUR heeft uitgetrokken;

- de op 568,0 miljoen EUR geraamde ontvangsten door de correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring en de op 70,0 miljoen EUR geraamde ontvangsten door terugvorderingen wegens onregelmatigheden, in totaal 638,0 miljoen EUR, werden in mindering gebracht op de voor de bedrijfstoeslagregeling benodigde kredieten, voor welke regeling de Begrotingsautoriteit uiteindelijk 27 918,0 miljoen EUR heeft uitgetrokken.

De in de bijlage opgenomen tabel geeft een overzicht van de in de periode tot en met 28 februari 2007 reeds geïnde bestemmingsontvangsten, die in totaal 721,2 miljoen EUR bedragen. Het betreft de volgende bedragen:

- de melkheffing heeft ongeveer 350,9 miljoen EUR opgeleverd, terwijl de opbrengsten ervan oorspronkelijk waren geraamd op 349,0 miljoen EUR,

- als gevolg van de correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring is ongeveer 332,2 miljoen EUR terugbetaald en naar verwachting zullen daar in de rest van het begrotingsjaar nog bedragen bij komen,

- in verband met onregelmatigheden is ongeveer 38,1 miljoen EUR ingevorderd en ook hier is de verwachting dat daar in de rest van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen.

Volgens de desbetreffende regeling kunnen deze ontvangsten gedeeltelijk of volledig voor de financiering van de betrokken ELGF-uitgaven worden gebruikt als de door de Begrotingsautoriteit uitgetrokken kredieten onvoldoende zijn om die door de lidstaten voor rekening van het ELGF gedane uitgaven te financieren. Het eventueel niet gebruikte deel van die ontvangsten wordt ambtshalve overgedragen naar het volgende begrotingsjaar.

HERSTRUCTURERINGSFONDS IN DE SECTOR SUIKER

De opbrengsten van de tijdelijke herstructureringsheffing in de sector suiker worden behandeld als bestemmingsontvangsten die in het herstructureringsfonds vloeien om te worden gebruikt voor de toekenning van de herstructureringssteun en de bijbehorende andere vormen van steun in de sector suiker. De tijdelijke herstructureringsheffing moet door de lidstaten worden geïnd per ton suiker-, inulinestroop-, of isoglucosequotum waarover een onderneming beschikt. De lidstaten moeten de opbrengsten van die heffing in twee tranches aan het herstructureringsfonds overmaken. Wat het verkoopseizoen 2006/2007 betreft, zijn de uiterste data voor die twee overmakingen respectievelijk 31 maart 2007 en 30 november 2007. Van de eerste tranche voor het verkoopseizoen 2006/2007 hadden de lidstaten eind februari 2007 reeds ongeveer 314,2 miljoen EUR overgemaakt.

OPMERKINGEN OVER DE UITVOERING VAN DE BEGROTING 2007

Hier volgt een beknopte uiteenzetting van de oorzaken van de belangrijkste verschillen tussen de werkelijke en de verwachte uitgaven ten laste van de ELGF-kredieten in de begroting 2007.

Monetaire factoren

De bovenbedoelde werkelijke uitgaven in de periode van 16 oktober 2006 tot en met 28 februari 2007 zijn inclusief de gevolgen van de schommelingen van de koers van de euro ten opzichte van de dollar. Bij een groot deel van de uitvoerrestituties voor landbouwproducten, vooral die voor granen en suiker, en bij sommige vormen van interne steun zoals de steun voor katoen wordt de hoogte van de uitgaven mede bepaald door de koers van de euro ten opzichte van de dollar.

Overeenkomstig artikel 21 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 was bij de opstelling van de door de Begrotingsautoriteit vastgestelde begroting gewerkt met de gemiddelde koers in de periode juli-september 2006, die 1 EUR = 1,27 $ bedroeg. Op te merken valt dat de gemiddelde koers in de periode van 1 augustus 2006 tot en met 28 februari 2007 op ongeveer 1 EUR = 1,29 $ kwam, wat een stijging met 1,6% betekende ten opzichte van de voor de opstelling van de begroting 2007 gebruikte koers.

Marktfactoren

Granen (– 150,1 miljoen EUR)

De marktsituatie voor granen is zowel buiten als binnen de EU uitermate gunstig en op de interne markt zijn de prijzen gestegen. Het gevolg is dat de uitvoerrestituties lager zijn en dat de interventiebureaus minder graan aankopen en meer graan verkopen. Een en ander leidt tot een onderbesteding van de begrotingskredieten voor de sector granen die naar verwachting zal voortduren tot het einde van het begrotingsjaar.

Suiker (+ 130,0 miljoen euro)

De huidige overbesteding van de begrotingskredieten ten opzichte van de indicator komt doordat grotere hoeveelheden van de vrije markt afkomstige suiker en interventiesuiker zijn uitgevoerd.

Wijn (+ 58,0 miljoen euro)

De huidige overbesteding van de begrotingskredieten ten opzichte van de indicator heeft drie oorzaken:

- de lidstaten verrichten momenteel betalingen als gevolg van de crisisdistillaties in het wijnoogstjaar 2005/2006; deze distillaties vonden laat in 2006 plaats en dus werden de betrokken betalingen niet meer in het begrotingsjaar 2006 verricht;

- de premies voor de definitieve stopzetting van de wijnbouw en de herstructurerings- en omschakelingssteun worden in een versneld tempo betaald.

Verwacht wordt dat deze overbesteding tijdelijk zal zijn.

Melk en zuivelproducten (+ 79,7 miljoen EUR)

Bij de uitgaven tot en met 28 februari 2007 is sprake van een overbesteding ten opzichte van de indicator als gevolg van een versnelde betaling van uitvoerrestituties. Op dit moment verwacht de Commissie dat het hier een tijdelijke overbesteding betreft.

Op te merken valt dat de berekende overbesteding ten opzichte van de indicator ook technische oorzaken heeft. De indicator is bepaald op basis van de uitgaven in de afgelopen drie begrotingsjaren. Die uitgaven waren inclusief het met de opbrengsten van de melkheffing overeenkomende bedrag. In die begrotingsjaren werden niet alleen de uitgaven, maar ook de kredieten voor de sector pas achteraf met dat bedrag verlaagd. Vanaf de begroting 2007 worden de opbrengsten van de melkheffing, die voor deze begroting op 349,0 miljoen EUR werden geraamd, echter afzonderlijk behandeld als bestemmingsontvangsten voor het ELGF. In overeenstemming daarmee zijn de gevraagde en door de Begrotingsautoriteit uitgetrokken begrotingskredieten voor de sector voor 2007 exclusief het bedrag dat overeenkomt met de opbrengsten van de melkheffing. Een indicator op basis van uitgaven waarin dat bedrag is begrepen, wordt dus vergeleken met kredieten waarin dat bedrag niet is begrepen. Daardoor laat de huidige begrotingsuitvoering een overbesteding zien ten opzichte van de indicator.

Als rekening zou worden gehouden met de oorspronkelijke raming van de voor de zuivelsector te bestemmen opbrengsten van de melkheffing, zou voor deze sector sprake zijn van een onderbesteding ten bedrage van – 48,1 miljoen EUR.

Rechtstreekse steun (– 411,3 miljoen EUR)

Bij de huidige onderbesteding ten opzichte van de indicator, die – 1,1% bedraagt, gaat het niet alleen om ontkoppelde steun, maar ook om andere rechtstreekse steun. De lidstaten kunnen tot en met 30 juni 2007 betalingen verrichten in het kader van de betrokken regelingen. Daarom is de Commissie op dit moment van mening dat het om een tijdelijke onderbesteding zou kunnen gaan.

Als rekening zou worden gehouden met de oorspronkelijke raming van de voor de bedrijfstoeslagregeling te bestemmen ontvangsten in het kader van de conformiteitsgoedkeuring en ontvangsten door terugvorderingen wegens onregelmatigheden, zou voor het hoofdstuk "Rechtstreekse steun" sprake zijn van een onderbesteding ten bedrage van – 964,1 miljoen EUR.

CONCLUSIES

In de periode van 16 oktober 2006 tot en met 28 februari 2007 hebben de lidstaten voor de marktmaatregelen en de rechtstreekse steun begrotingskredieten ten bedrage van 32 531,9 miljoen EUR besteed, wat betekent dat in totaal ten opzichte van de indicator sprake is van een onderbesteding die ongeveer – 353,2 miljoen EUR bedraagt.

Mocht deze onderbesteding van de begrotingskredieten die zich momenteel voor de marktmaatregelen en de rechtstreekse steun samen genomen voordoet, voortduren tot het einde van het begrotingsjaar, dan zouden de geïnde bestemmingsontvangsten, die op 28 februari 2007 op 721,2 miljoen EUR kwamen, niet nodig zijn voor de landbouwbegroting. In dat geval zouden de ongebruikte bedragen aan bestemmingsontvangsten ambtshalve worden overgedragen naar het begrotingsjaar 2008.

BIJLAGE

[pic]

[1] PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 320/2006 (PB L 58 van 28.2.2006, blz. 42).