Bijlagen bij SEC(2000)2215 - Ontwikkeling van de uitgaven van het EOGFL-Garantie - Alarmsysteem nr. 11/2000 en nr. 12/2000

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage I vermelde producten // + 21 mln EUR

// (uitgaven : 572 mln EUR)

De kredietoverschrijding is toe te schrijven aan de hogere uitgaven voor verschillende basisproducten (granen, boter en mageremelkpoeder). Die hogere uitgaven zijn vooral toe te schrijven aan het feit dat grotere hoeveelheden zijn geëxporteerd en zijn niet gecompenseerd door de besparing als gevolg van de gunstige ontwikkeling van de dollarkoers (besparing van ongeveer 35 mln EUR).

Er zij aan herinnerd dat de Commissie, om de uitgaven te beperken, midden mei de afgifte van uitvoercertificaten die recht geven op betaling van restitutie heeft geschorst.

Hoofdstuk B1-31: Voedselprogramma's // - 47 mln EUR

// (uitgaven : 288 mln EUR)

De onderbesteding is een gevolg van de lagere uitgaven voor

-de uitreiking van landbouwproducten aan behoeftigen in de Gemeenschap (achterstand met de uitvoering van het programma in Italië),

-de uitvoerrestituties voor voedselhulpacties (uitvoer van rijst met een lagere gemiddelde restitutie dan verwacht).

Daar staat tegenover dat de uitgaven voor schoolmelk de kredieten overschrijden (grotere hoeveelheden).

Hoofdstuk B1-36: Controle en preventie // + 18 mln EUR

// (uitgaven: 77 mln EUR)

De kredietoverschrijding is het gevolg van de hogere uitgaven voor het olijfoliekadaster, waarin, afgezien van de gebruikelijke werkzaamheden, ook de werkzaamheden voor het opzetten van een geografisch informatiesysteem (GIS) zijn meegerekend.

Hoofdstuk B1-37: Goedkeuring van de rekeningen en verlaging van de voorschotten // - 378 mln EUR

// (uitgaven: - 1 078 mln EUR)

De extra ontvangsten zijn een gevolg van het feit dat de kortingen op de voorschotten veel hoger lagen dan verwacht werd. De verlagingen waartoe door de Commissie is besloten (of waartoe nog zal worden besloten) zullen waarschijnlijk uitkomen op meer dan 500 mln EUR en betreffen

-het niet innen van de extra heffing voor melk voor het melkprijsjaar 1999/2000, voor een bedrag van 280 mln EUR (met name in Italië, maar ook in Griekenland, Spanje en Portugal),

-het niet innen van de extra heffing voor melk voor het melkprijsjaar 1998/99, voor een bedrag van 135 mln EUR (Italië),

-geconstateerde tekortkomingen bij de toepassing van het geïntegreerde systeem in Griekenland, voor een bedrag van 75 mln EUR,

-de niet-inachtneming, door verschillende lidstaten, van de betalingstermijnen die zijn vastgesteld in de regelgeving, voor verschillende begrotingsposten (verlaging van de voorschotten met 16 mln EUR).

Er zij op gewezen dat de ontvangsten uit de goedkeuring van de rekeningen 30 mln EUR lager zijn uitgekomen dan het bedrag dat daarvoor was ingeschreven op de begroting.

Hoofdstuk B1-39: Overige maatregelen // + 69 mln EUR

// (uitgaven: 904 mln EUR)

De kredietoverschrijding houdt verband met de hogere uitgaven voor agromonetaire steun. In Italië zijn hogere bedragen uitbetaald (in verband met de revaluaties van de lire in 1997) en dat geldt ook voor het Verenigd Koninkrijk (als gevolg van de ontwikkeling van het pond sterling in de loop van dit jaar).

3.4.2. Subrubriek 1b: Plattelandsontwikkeling en begeleidende maatregelen

Hoofdstuk B1-40: Plattelandsontwikkeling // + 100 mln EUR

// (uitgaven: 4 184 mln EUR)

In tegenstelling met wat de lidstaten (en de Commissie) verwachtten, zijn de lidstaten erin geslaagd het tempo van hun betalingen voor de oude begeleidende maatregelen en de overige uitgaven voor plattelandsontwikkeling op te voeren. De zeer aanzienlijke onderbesteding die in de afgelopen maanden was geconstateerd, is daardoor tenietgedaan en de uitgaven liggen nu zelfs hoger dan het bedrag van de op de begroting ingeschreven kredieten. De Commissie zal dan ook bij de Begrotingsautoriteit een overschrijving aanvragen om de middelen voor dit hoofdstuk te verhogen.

Er zij op gewezen dat de door de lidstaten terug te betalen bedragen onder het subplafond 1b blijven (de kredieten zijn door de Begrotingsautoriteit vastgesteld op een bedrag dat 281 mln EUR lager ligt dan het subplafond).

4. CONCLUSIES

De uitgaven voor rubriek 1 van de begroting voor het begrotingsjaar 2000 (voorlopige cijfers) komen uit op 40.430 mln EUR, d.w.z. 99,4% van de kredieten.

In dit bedrag zijn enerzijds de uitgaven van de lidstaten in de periode van 16 oktober 1999 tot en met 15 oktober 2000 begrepen en anderzijds de door de Commissie rechtstreeks betaalde (of nog te betalen) bedragen. Er zij op gewezen dat in het aangegeven uitgavenniveau ook de nog door de Commissie vast te stellen verlagingen van maandelijkse voorschotten voor de lidstaten zijn verrekend.

4.1. Besteding van de kredieten van subrubriek 1a

Voor subrubriek 1a (traditionele uitgaven van het EOGFL-Garantie en veterinaire uitgaven) liggen de uitgaven voor het begrotingsjaar 2000 volgens de voorlopige cijfers 333 mln EUR onder het totale bedrag van de kredieten.

De besparingen ten gevolge van de gunstige ontwikkeling van de dollarkoers bedragen in totaal 510 mln EUR, waarvan 200 mln EUR is toegewezen aan het EOGFL-Garantie en in de bovengenoemde onderbesteding is verrekend.

Kredietoverschrijdingen zijn er met name in de volgende sectoren:

-rundvlees (+ 75 mln EUR), als gevolg van de hoger dan verwachte uitgaven voor slacht en destructie van dieren in het Verenigd Koninkrijk in het kader van de uitroeiing van BSE, de hogere uitgaven voor premies (met name in verband met de lineaire verlaging van de kredieten) en voor openbare opslag,

-wijn (+ 71 mln EUR), als gevolg van de hogere uitgaven voor de steun voor het gebruik van most,

-overige maatregelen (+ 69 mln EUR), als gevolg van de hogere bedragen die zijn uitbetaald aan agromonetaire steun.

Een onderbesteding is er met name voor de volgende sectoren:

-melk en zuivelproducten (- 189 mln EUR), doordat de uitgaven voor de openbare opslag van mageremelkpoeder lager zijn uitgevallen (hogere winsten op de verkoop en geen interventieaankoop),

-groenten en fruit (- 103 mln EUR), doordat minder is uitgegeven voor verschillende maatregelen,

-schapen- en geitenvlees (- 96 mln EUR), in verband met de lagere uitgaven voor de ooipremie (de marktprijs in de Gemeenschap lag hoger dan verwacht),

-suiker (- 86 mln EUR), met name doordat de uitgaven voor uitvoerrestituties lager zijn uitgevallen (gunstige ontwikkeling van de dollarkoers).

Bovendien zijn de ontvangsten in verband met de goedkeuring van de rekeningen en de verlaging van de voorschotten (- 378 mln EUR) hoger dan verwacht, omdat de voorschotten sterker zijn verlaagd (correcties voor met name de extra heffing voor melk).

4.2. Besteding van de kredieten voor subrubriek 1b

De in de afgelopen maanden geconstateerde aanzienlijke onderbesteding is tenietgedaan en de uitgaven voor subrubriek 1b (plattelandsontwikkeling en begeleidende maatregelen) liggen nu 79 mln EUR hoger dan de kredieten (voorlopige cijfers). De Commissie zal bijgevolg bij de Begrotingsautoriteit een verzoek indienen om kredieten over te schrijven ten einde de middelen voor dit hoofdstuk te verhogen.

Er zij op gewezen dat de door de lidstaten terug te betalen uitgaven beneden het subplafond 1b blijven (de kredieten zijn door de Begrotingsautoriteit 281 mln EUR lager vastgesteld dan het subplafond).