Bijlagen bij SEC(2010)1064 - Nota van wijzigingen nr. 1 bij de begroting 2011, Afdeling II - Europese Raad en Raad Afdeling III - Commissie Afdeling X - Europese dienst voor extern optreden - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | SEC(2010)1064 - Nota van wijzigingen nr. 1 bij de begroting 2011, Afdeling II - Europese Raad en Raad Afdeling III - Commissie Afdeling X - ... |
---|---|
document | SEC(2010)1064 ![]() ![]() |
datum | 15 september 2010 |
INHOUDSOPGAVE
1. Context 5
2. De voorgestelde begroting voor de EDEO in 2011 7
3. De begrotingsafdelingen van de Commissie en de Raad 12
4. Conclusie 12
5. Overzichtstabel per rubriek van het financieel kader 14
6. Voorgestelde wijziging van de personeelsformatie 15
1. Context
1.1. Opbouw van de Europese dienst voor extern optreden
Het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) bepaalt dat de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid de Raad Buitenlandse Zaken voorzit, door middel van haar voorstellen bijdraagt tot de uitwerking van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) en de uitvoering van de besluiten van de Europese Raad en van de Raad waarborgt. De hoge vertegenwoordiger vertegenwoordigt de EU in aangelegenheden die onder het GBVB vallen, voert namens de Unie de politieke dialoog met derden en verwoordt het standpunt van de Unie in internationale organisaties en op internationale conferenties.
Bij de vervulling van haar ambt wordt de hoge vertegenwoordiger bijgestaan door een Europese dienst voor extern optreden (hierna "EDEO" genoemd), zoals bepaald in het VEU.
De EU zal alleen in staat zijn om de strategische doelstellingen van het Verdrag van Lissabon te verwezenlijken en een krachtiger rol op het wereldtoneel te spelen, met een doeltreffende EDEO, die de Unie een duidelijker profiel bezorgt en helpt haar belangen te behartigen en waarden uit te dragen.
De toegevoegde waarde die de EDEO kan bieden bij de aanpak van de complexe opgaven en gevaren waarvoor de EU thans staat, is het vermogen om de beschikbare instrumenten te combineren. De EDEO benut namelijk zowel de waardevolle kennis van de Europese Commissie en het secretariaat-generaal van de Raad als de ervaring van de diplomatieke diensten van de EU-lidstaten.
Op 24 maart 2010 heeft de Europese Commissie derhalve bij de twee takken van de wetgevingsautoriteit een voorstel ingediend betreffende de herziening van het Financieel Reglement (COM(2010) 85) en op 9 juni 2010 heeft zij het voorstel tot wijziging van het Statuut (COM(2010) 309) goedgekeurd.
Op 17 juni 2010 heeft de Europese Commissie het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 bij de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2010 ingediend in het kader van het toenmalige ontwerpbesluit van de Raad. In het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 wordt voorgesteld om in de algemene begroting 2010 een afzonderlijke begrotingsafdeling (afdeling X) op te nemen met een eigen personeelsformatie voor de EDEO. Om de continuïteit van de werkzaamheden te waarborgen en het begrotingsbeheer tijdens de overgangsperiode vlot te laten verlopen, bleven de desbetreffende kredieten vermeld in de begrotingsafdelingen van de Raad en de Commissie voor het begrotingsjaar 2010 en worden zij op grond van de onderhavige nota van wijzigingen overgeheveld voor de begroting 2011.
Het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 bevat ook een verzoek voor extra personeelsleden en overeenkomstige kredieten voor het laatste kwartaal van 2010 (9,5 miljoen EUR): 20 AD posten op de hoofdzetel, 80 AD posten in de delegaties, alsook enig ondersteunend personeel (10 arbeidscontractanten op de hoofdzetel en 60 lokale personeelsleden in de delegaties).
Op 26 juli 2010 heeft de Raad op voorstel van de hoge vertegenwoordiger Besluit 2010/427/EU tot vaststelling van de organisatie en werking van de Europese dienst voor extern optreden goedgekeurd. Tijdens de zitting van juli heeft het Europees Parlement advies uitgebracht over het besluit.
De Raad, het Europees Parlement, de hoge vertegenwoordiger en de Commissie zijn vastbesloten ervoor te zorgen dat bij de opbouw van de nieuwe dienst rekening wordt gehouden met de economische context, waarbij de EDEO evenwel in staat moet zijn zo spoedig mogelijk de nieuwe taken te vervullen die voortvloeien uit het Verdrag van Lissabon.
De ontwerp-begroting 2011 is dit voorjaar goedgekeurd zonder de opname van de begrotingsafdeling van de EDEO. In deze nota van wijzigingen wordt voorgesteld overeenkomstig het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 voor de EDEO met ingang van 1 januari 2011 een nieuwe begrotingsafdeling te creëren met de desbetreffende kredieten.
Deze nota van wijzigingen voorziet in de budgettaire middelen voor een levensvatbare en efficiënte startfase met het oog op een autonome EDEO met ingang van 2011 door een volwaardige begrotingsafdeling voor de EDEO te creëren, waarbij het soepele functioneren en de continuïteit van alle lopende werkzaamheden worden gewaarborgd.
De kredieten voor de EDEO worden onttrokken aan de Commissie en Raad, die tot op heden verantwoordelijk zijn geweest voor de meeste taken waarmee de EDEO zal worden belast. Met het onderhavige voorstel komt bijgevolg niet alleen de ontwerp-begroting 2011 voor de EDEO tot stand, maar worden ook de begrotingsafdelingen van de Commissie en de Raad gewijzigd.
1.2. Een efficiënte organisatorische structuur in het kader van begrotingsconsolidatie
Aan de opbouw van de EDEO dienen de beginselen van kostenefficiëntie, begrotingsneutraliteit en goed en doelmatig beheer ten grondslag te liggen. Voorts moet rekening worden gehouden met de gevolgen van de huidige economische crisis op de overheidsfinanciën van de lidstaten en het feit dat begrotingsconsolidatie moet worden nagestreefd.
Deze dienst moet worden opgezet op basis van overgangsbepalingen en een geleidelijke capaciteitsopbouw. In het kader van goed en doelmatig beheer moet het onnodig dupliceren van taken, functies en middelen met andere instanties worden vermeden door zoveel mogelijk te rationaliseren en te stroomlijnen.
Alle in de bijlage bij het besluit van de Raad vermelde afdelingen en functies van de relevante diensten van het secretariaat-generaal van de Raad en van de Commissie zullen derhalve ineens naar de EDEO worden overgeheveld. Elke ambtenaar die naar de EDEO wordt overgeplaatst, krijgt een post toegewezen in een functiegroep die met zijn graad overeenstemt.
Daarnaast zal het personeelsbestand van de EDEO geleidelijk worden uitgebreid met diplomaten uit de lidstaten (tijdelijke ambtenaren) en ondersteunend personeel. Wanneer de EDEO eenmaal op kruissnelheid is gekomen, worden de van de nationale diplomatieke diensten afkomstige personeelsleden geacht een derde van alle AD-personeel uit te maken.
2. De voorgestelde begroting voor de EDEO in 2011
2.1. Beginselen voor het opstellen van de EDEO-begroting
Met deze nota van wijzigingen wordt beoogd om voor zover mogelijk een volledige operationele begroting op jaarbasis voor de EDEO op te stellen.
Alleen begrotingsposten die volledig vastliggen en tegelijkertijd voldoende precies kwantificeerbaar zijn, zijn evenwel in de begroting opgenomen. In andere gevallen moeten met het oog op rationalisering en stroomlijning dienstenniveau-overeenkomsten (bv. voor IT-diensten, vertalingen, enz.) worden gesloten tussen de EDEO, de Commissie en het secretariaat-generaal van de Raad. Zodra de EDEO op kruissnelheid is gekomen, moeten deze overeenkomsten op gezette tijden opnieuw worden bezien en dienovereenkomstig worden aangepast.
Het voorstel heeft betrekking op de overheveling van personeel en desbetreffende kredieten van de begrotingsafdelingen van de Commissie (Afdeling III) en de Raad (Afdeling II) naar de begrotingsafdeling van de EDEO (Afdeling X) overeenkomstig bijlage I van Besluit 2010/427/EU van de Raad tot vaststelling van de organisatie en werking van de EDEO. De begrotingsafdelingen van de Commissie en de Raad worden dienovereenkomstig verlaagd. In de nota van wijzigingen zijn ook de kosten op jaarbasis opgenomen die betrekking hebben op de extra personeelsleden waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 is verzocht. Voorts wordt rekening gehouden met het aanvullende verzoek voor 18 extra nieuwe posten op de hoofdzetel (in 2011 extra uitgaven ten belope van 2,0 miljoen EUR) en voor de verscherpte beveiliging van de gebouwen van de EDEO (in 2011 extra uitgaven ten belope van 3,275 miljoen EUR).
De hieruit voortvloeiende huishoudelijke uitgaven voor de EDEO in 2011 bedragen 475,8 miljoen EUR, waarvan 184,9 miljoen EUR op de hoofdzetel (titels 1 en 2 van afdeling X van de algemene begroting) en 290,9 miljoen EUR in de delegaties (titel 3).
2.2. De personeelsformatie van de EDEO en de kosten van de hiermee samenhangende bezoldiging
Het totaal aantal posten in de personeelsformatie van de EDEO bedraagt 1 643: hiervan worden er 1 114 posten overgeheveld van de Commissie en 411 van de Raad; verder gaat het om 100 nieuwe posten waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 wordt verzocht en om 18 nieuwe posten waarom in deze nota van wijzigingen wordt verzocht. In deze fase wordt verzocht om 18 extra nieuwe posten (10 tijdelijke AD 9-posten en 8 vaste AST 5-posten) om de meest dringende noden op te vangen die verband houden met de toegenomen werklast als gevolg van de overname van taken die voorheen door het roulerende voorzitterschap werden uitgevoerd en van andere taken die uit het Verdrag van Lissabon voortvloeien, en om het vermogen van de EDEO om autonoom te functioneren, te consolideren. De gevraagde nieuwe AD-posten zullen bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstelling om het personeel van de EDEO voor een derde te laten bestaan uit personeelsleden die afkomstig zijn van de nationale diplomatieke diensten.
De onderstaande overzichtstabel bevat een uitsplitsing van de EDEO-posten naar herkomst en met onderscheid tussen hoofdzetel en delegaties. Het betreft hier zowel posten met over te hevelen personeelsleden als vacante posten.
Tabel 1: Personeelsformatieposten afgestaan door donorinstellingen en nieuwe posten gecreëerd in 2010-2011
Commissie | Raad | Nieuwe posten 2010 | Nieuwe posten NvW nr. 1/2011 | Totaal | |
Hoofdzetel | 675 | 386 | 20 | 18 | 1 099 |
Delegaties | 439 | 25 | 80 | 544 | |
Totaal | 1 114 | 411 | 100 | 18 | 1 643 |
De herziene personeelsformaties van de EDEO, de Commissie en de Raad zijn opgenomen in de budgettaire bijlage.
De overeenkomstige uitgaven voor de totale bezoldiging worden geraamd op 211,9 miljoen EUR.
De van de Commissie naar de EDEO overgehevelde kredieten worden geraamd op 152,4 miljoen EUR (74,0 miljoen EUR voor de hoofdzetel en 78,4 miljoen EUR voor de delegaties) en op 40,9 miljoen EUR voor de van de Raad overgehevelde posten (37,0 miljoen EUR voor de hoofdzetel en 3,9 miljoen EUR voor de verbindingsbureaus in New York en Genève).
De 100 nieuwe AD-posten waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 voor de EDEO wordt verzocht, moeten voor het volledige jaar 2011 in de begroting worden opgenomen (17,4 miljoen EUR). De 18 nieuwe posten waarom in deze nota van wijzigingen wordt verzocht, worden als volgt in de begroting opgenomen: de 8 AST-posten voor zes maanden en de 10 AD-posten bij uitzondering voor 9 maanden om de EDEO in staat te stellen haar beleidsdoelstellingen te vervullen; de overeenkomstige extra uitgaven voor de bezoldiging worden geraamd op 1,2 miljoen EUR. De totale uitgaven voor de bezoldiging worden geraamd op 18,6 miljoen EUR (5,3 miljoen EUR voor de hoofdzetel en 13,3 miljoen EUR voor de delegaties).
2.3. Overige personele middelen van de EDEO (niet opgenomen in de personeelsformatie)
Naast de 1 643 posten waarin de personeelsformatie van de EDEO voorziet, zal de EDEO ook kunnen rekenen op een geraamd aantal van 2 077 voltijdsequivalente personeelsleden, waaronder gedetacheerde nationale deskundigen, arbeidscontractanten, uitzendkrachten en lokaal personeel (het laatste alleen in de delegaties). De desbetreffende uitgaven worden op 70,4 miljoen euro geschat.
Het gedeelte van deze kredieten dat van de begroting van de Commissie naar de EDEO wordt overgeheveld, bedraagt 58,3 miljoen EUR, waarvan 3,8 miljoen EUR (voor een geraamd aantal van 80 voltijdsequivalente personeelsleden) bestemd is voor de hoofdzetel en 54,5 miljoen EUR (voor een geraamd aantal van 1 664 voltijdsequivalente personeelsleden) voor de delegaties.
De overdracht van de begroting van de Raad bedraagt 9,6 miljoen EUR en heeft betrekking op de personeelsleden die werkzaam zijn op het vlak van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, het Europees veiligheids- en defensiebeleid (9,5 miljoen EUR voor een geraamd aantal van 260 voltijdsequivalente personeelsleden), alsook op de personeelsleden die werkzaam zijn in de verbindingsbureaus in New York en Genève (0,1 miljoen EUR voor een geraamd aantal van drie voltijdsequivalente personeelsleden).
In de nota van wijzigingen zijn ook de benodigde kredieten opgenomen ter dekking van de jaarlijkse bezoldiging van de tien extra arbeidscontractanten op de hoofdzetel (0,4 miljoen EUR) en 60 lokale personeelsleden in de delegaties (2,1 miljoen EUR) waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 is verzocht.
2.4. Andere administratieve uitgaven van de EDEO
De onderstaande tabel waarin de middelen op grond van hun herkomst zijn opgesplitst, geeft weer hoe het totaal van 193,5 miljoen EUR aan andere administratieve uitgaven is opgebouwd.
Commissie | Raad | Nieuw | Nieuw 2011 | TOTAAL | |
Andere personeelsuitgaven | 29,6 | 5,0 | 1,3 | 0,3 | 36,2 |
Gebouwen, IT en overige | 118,9 | 26,6 | 8,1 | 3,7 | 157,3 |
Gebouwen | 91,2 | 12,1 | 6,0 | 3,4 | 112,7 |
- IT en overige | 27,7 | 14,5 | 2,1 | 0,3 | 44,6 |
TOTAAL | 148,5 | 31,6 | 9,4 | 4,0 | 193,5 |
2.4.1. Andere personeelsuitgaven
De kredieten die betrekking hebben op andere personeelsuitgaven, zoals opleiding, medische diensten en dienstreizen, bedragen in totaal 36,28 miljoen EUR.
Een bedrag van 29,6 miljoen EUR wordt overgeheveld van de begroting van de Commissie naar de EDEO (6,2 miljoen EUR voor personeelsuitgaven op de hoofdzetel en 23,4 miljoen EUR voor personeelsleden in de delegaties). Een bedrag van 5,0 miljoen EUR wordt overgeheveld van de begroting van de Raad (3,6 miljoen EUR voor de in de personeelsformatie voorziene posten op de hoofdzetel, 0,1 miljoen EUR voor de personeelsleden in de verbindingsbureaus in New York en Genève en 1,3 miljoen EUR voor de andere personeelsleden die werkzaam zijn op het vlak van het GBVB/EVDB).
Er wordt verzocht om kredieten ten belope van 1,3 miljoen EUR om de noden te dekken die verband houden met de extra personeelsleden waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 is verzocht (0,2 miljoen EUR voor personeelsleden op de hoofdzetel en 1,1 miljoen EUR voor personeelsleden in de delegaties).
Er wordt verzocht om kredieten ten belope van 0,3 miljoen EUR om de noden te dekken die betrekking hebben op de 18 extra posten die voor 2011 zijn gevraagd.
2.4.2. Gebouwen, IT-apparatuur en andere huishoudelijke uitgaven
De kredieten voor gebouwen, uitrusting en andere huishoudelijke uitgaven, inclusief IT, bedragen in totaal 157,3 miljoen EUR.
Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven
De overheveling van de kredieten van de begrotingsafdeling van de Commissie naar die van de EDEO is berekend op basis van de kosten van de kantoorruimte die momenteel wordt benut door naar de EDEO over te hevelen personeelsleden.
De kredieten voor gebouwen, uitrusting en hiermee samenhangende uitgaven in de begrotingsafdeling van de EDEO bedragen in totaal 112,7 miljoen EUR. Naar verwachting neemt de hoge vertegenwoordiger eind oktober een beslissing over de huisvesting van de EDEO. Op grond daarvan en in het licht van de toekomstige besluiten over de organisatorische structuur zullen de huidige ramingen moeten worden aangepast. Dit kan nopen tot overeenkomstige extra kredieten, waarom dan in een gewijzigde begroting verzocht zou worden.
Een bedrag van 91,2 miljoen EUR wordt overgeheveld van de Commissie naar de EDEO (12,3 miljoen EUR voor de hoofdzetel en 78,9 miljoen EUR voor de delegaties). Het bedrag voor de hoofdzetel dekt de kosten van het door de personeelsleden van de EDEO gebruikte deel van het Karel de Grote-gebouw en de gebouwen "Wetstraat 56" en "Wetenschapstraat 15". Het bedrag voor de delegaties dekt de kosten van het door de personeelsleden van EDEO gebruikte deel van de gebouwen in het wereldwijde netwerk van de delegaties.
Een bedrag van 12,1 miljoen EUR wordt overgeheveld van de Raad (6,9 miljoen EUR op de hoofdzetel en 5,2 miljoen EUR voor de verbindingsbureaus in New York en Genève). Dit bedrag dekt onder meer de huur van de gebouwen waarvan de huurovereenkomst aan de EDEO zal worden overgedragen (de verbindingsbureaus in New York en Genève, een gebouw in de Froissartstraat waar een deel van de teams van de SVEU's zijn gevestigd, alsook het Kortenberg-gebouw en de Koninklijke Militaire School voor de andere personele middelen op het vlak van GBVB/EVDB) met de bijbehorende onderhouds- en beveiligingskosten. Alle aan deze uitgaven verbonden contractuele verplichtingen zullen door de EDEO op 1 januari 2011 worden overgenomen. Bepaalde van die contracten verplichten de Europese Unie er echter toe vooraf, vóór 1 januari 2011, te betalen (artikel 178, lid 2, van het Financieel Reglement), maar die betalingen op te voeren op de begroting voor 2011 (bijvoorbeeld de huur van het Kortenberg-gebouw voor het eerste kwartaal van 2011 en de eerste betalingen voor schoonmaken, beveiliging enz.). Er zal daarom onder titel 3 van de begroting van de Raad 2011 een klein bedrag blijven staan om de eerste behoeften van de EDEO in 2011 te dekken.
Er wordt verzocht om middelen ten belope van 6,0 miljoen EUR om te voorzien in de behoefte aan kantoorruimte voor de extra personeelsleden waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr.6/2010 is verzocht (0,4 miljoen EUR voor personeelsleden op de hoofdzetel en 5,6 miljoen EUR voor personeelsleden in de delegaties).
Er wordt verzocht om 0,1 miljoen EUR om te voorzien in de behoefte aan kantoorruimte voor de 18 extra posten die voor 2011 zijn gevraagd. Voorts moet worden gezorgd voor een verscherpte beveiliging van de definitieve huisvesting van de EDEO; voor de beveiliging wordt verzocht om een minimumbedrag voor onvoorziene uitgaven ten belope van 3,3 miljoen EUR voor de meest dringende verbouwingswerken om de installatie van zware technische platformen, beveiligde vergaderruimten en communicatiezalen voor te bereiden.
IT, uitrusting en andere huishoudelijke uitgaven
De kredieten voor IT, uitrusting en andere huishoudelijke uitgaven bedragen in totaal 44,6 miljoen EUR.
Een bedrag van 27,7 miljoen EUR wordt overgeheveld van de begroting van de Commissie naar de EDEO (5,8 miljoen EUR voor de hoofdzetel en 21,9 miljoen EUR voor personeelsleden in de delegaties).
Een bedrag van 14,5 miljoen EUR wordt overgeheveld van de Raad (14,3 miljoen EUR voor de hoofdzetel en 0,2 miljoen EUR voor de verbindingsbureaus in New York en Genève).
Er wordt verzocht om middelen ten belope van 2,1 miljoen EUR om de noden te dekken die verband houden met IT, uitrusting en andere huishoudelijke uitgaven die betrekking hebben op de extra personeelsleden waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 is verzocht (0,2 miljoen EUR voor personeelsleden op de hoofdzetel en 1,9 miljoen EUR voor personeelsleden in de delegaties).
Er wordt verzocht om 0,3 miljoen EUR om de noden te dekken die verband houden met IT, uitrusting en andere huishoudelijke uitgaven die betrekking op de 18 extra posten die voor 2011 zijn gevraagd.
2.5. Geleidelijke opbouw – eerste aanwijzingen
In het besluit van de Raad is een aantal aanwijzingen opgenomen voor de hoogste echelons van de nieuwe dienst, inclusief de posten van uitvoerend secretaris-generaal, twee plaatsvervangende secretarissen-generaal en een zeer hoge functionaris die verantwoordelijk is voor begroting en beheer. Een aantal posten voor hoger leidinggevend personeel zal ook verantwoordelijkheden voor verschillende thematische en geografische gebieden omvatten. In de hoogste echelons van de EDEO moet de volledige waaier van de verantwoordelijkheden van de hoge vertegenwoordiger (buitenlands beleid, externe betrekkingen, EVDB) vertegenwoordigd zijn, waarbij ook rekening wordt gehouden met haar hoedanigheid als vicevoorzitter van de Commissie.
In een deel van de nieuwe behoeften van de EDEO kan worden voorzien door middelen die vrijkomen als gevolg van de efficiëntiewinsten die worden geboekt door het fuseren van de van het secretariaat-generaal van de Raad en de Commissie overgehevelde diensten. Er zouden evenwel extra middelen nodig kunnen zijn voor het uitoefenen van de taak van het voorzitterschap om per jaar meer dan 1000 bijeenkomsten van geografische en thematische werkgroepen alsook ongeveer 350-400 vergaderingen in het kader van de politieke dialoog met derde landen op politiek en officieel niveau (met inbegrip van Associatieraden, Partnerschap- en Samenwerkingsraden, enz.) te leiden.
De EDEO streeft naar 10% efficiëntiebesparing op de uitgaven voor de hoofdzetel door te zorgen voor minder taakoverlapping, meer synergie en modernere werkmethodes. Met deze besparingen wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan het opvangen van de kosten die gepaard gaan met de overname van de taken van het roulerende voorzitterschap (die in het verleden werden gedragen door nationale begrotingen van land dat het voorzitterschap waarnam). Dit is het kader waarin begrotingsneutraliteit tot stand zal worden gebracht, na de aanloopfase en de daarmee samenhangende overgangskosten.
Zoals vermeld in het schrijven van de hoge vertegenwoordiger over de doelstelling om het personeelsbestand van de EDEO in 2013 voor een derde uit nationale diplomaten te laten bestaan, kan het nodig zijn om een deel van de kredieten voor gespecialiseerde gedetacheerde nationale deskundigen ("GND's") om te zetten in AD-posten en om posten voor ondersteunend personeel (AST) tot AD-niveau op te waarderen, teneinde ervoor te zorgen dat de EDEO op kruissnelheid komt. Volgens het schrijven zullen na verloop van tijd ook de taken van de SVEU's, die momenteel met middelen uit de GBVB-begroting worden gefinancierd, door de EDEO worden overgenomen.
De hoge vertegenwoordiger is voornemens op basis van deze beginselen de details van de organisatorische structuur van de EDEO uit te werken in overleg met het hoger leidinggevend personeel, wanneer deze topambtenaren eenmaal zijn aangesteld.
Nadat de overgangsfase is afgerond en de begrotingsbehoeften beter in kaart zijn gebracht, kan de EDEO in de loop van 2011 wellicht herziene uitgavenramingen indienen met eventuele aanvullende verzoeken die in een ontwerp van gewijzigde begroting moeten worden opgenomen.
3. De begrotingsafdelingen van de Commissie en de Raad
Van de personeelsformaties van Afdeling II (Europese Raad en Raad) en Afdeling III (Commissie) van de algemene begroting wordt het aantal posten afgetrokken dat is overgeheveld naar de EDEO, namelijk 1 114 posten van de Commissie en 411 posten van de Raad.
De overeenkomstige kredieten worden naar de EDEO overgeheveld van de desbetreffende begrotingslijnen van de Raad en de Commissie, die dienovereenkomstig worden verlaagd.
4. Conclusie
Er is een brede consensus over het feit dat de EDEO zo spoedig mogelijk in staat moet worden gesteld de nieuwe taken te vervullen die voortvloeien uit het Verdrag van Lissabon en dat er bij de opbouw van de nieuwe dienst ook rekening moet worden gehouden met de huidige economische context. Aan de opbouw van de EDEO dienen de beginselen van begrotingsneutraliteit, kostenefficiëntie, en goed en doelmatig beheer ten grondslag te liggen.
In overeenstemming met het voorstel van de Europese Commissie tot wijziging van het Financieel Reglement wordt in deze nota van wijzigingen voorgesteld de begrotingsafdelingen II (Europese Raad en Raad) en III (Commissie) te wijzigen en in de ontwerp-begroting 2011 een nieuwe afdeling X (Europese dienst voor extern optreden) op te nemen, zoals blijkt uit de bijgevoegde budgettaire bijlage.
De voorgestelde personeelsformatie van de EDEO omvat 1 643 posten: 1 114 posten worden overgeheveld van de Commissie, 411 van de Raad, in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 wordt verzocht om 100 nieuwe posten en voor 2011 wordt verzocht om 18 extra nieuwe posten. Voorts zal de EDEO kunnen rekenen op een geraamd aantal van 2 077 andere voltijdsequivalente personeelsleden, zoals gedetacheerde nationale deskundigen, arbeidscontractanten, uitzendkrachten en lokaal personeel (het laatste alleen in de delegaties).
In 2011 bedragen de hieruit voortvloeiende huishoudelijke uitgaven voor de EDEO 475,8 miljoen EUR. Hiervan wordt 82,2 miljoen EUR overgeheveld van Afdeling II (Europese Raad en Raad) en 359,2 miljoen EUR van Afdeling III (Commissie); verder wordt 29,2 miljoen EUR gevraagd als extra kredieten voor de kosten op jaarbasis van de nieuwe personele middelen (100 nieuwe AD-posten, 60 lokale personeelsleden in de delegaties en 10 arbeidscontractanten op de hoofdzetel) waarom in het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 6/2010 is verzocht, en 5,2 miljoen EUR voor 18 extra posten en verhoogde beveiliging van de definitieve huisvesting van de EDEO.
5. Overzichtstabel per rubriek van het financieel kader
Financieel kader Rubriek/subrubriek | Financieel kader 2011 | Ontwerp-begroting 2011 | NvW nr. 1/2011 | Ontwerp-begroting 2011 + NvW nr. 1/2011 | ||||
VK | BK | VK | BK | VK | BK | VK | BK | |
1. DUURZAME GROEI | ||||||||
1a. Concurrentiekracht ter bevordering van groei en werkgelegenheid | 12 987 000 000 | 13 436 852 270 | 12 109 714 170 | 13 436 852 270 | 12 109 714 170 | |||
1b. Samenhang ter bevordering van groei en werkgelegenheid | 50 987 000 000 | 50 970 093 784 | 42 540 796 740 | 50 970 093 784 | 42 540 796 740 | |||
Totaal | 63 974 000 000 | 64 406 946 054 | 54 650 510 910 | 64 406 946 054 | 54 650 510 910 | |||
Marge5 | 67 053 946 | 67 053 946 | ||||||
2. BESCHERMING EN BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN | ||||||||
waarvan marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen | 47 617 000 000 | 43 747 401 900 | 43 656 761 358 | 43 747 401 900 | 43 656 761 358 | |||
Totaal | 60 338 000 000 | 59 486 248 389 | 58 135 685 296 | 59 486 248 389 | 58 135 685 296 | |||
Marge | 851 751 611 | 851 751 611 | ||||||
3. BURGERSCHAP, VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID | ||||||||
3a. Vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid | 1 206 000 000 | 1 135 252 740 | 852 573 740 | 1 135 252 740 | 852 573 740 | |||
3b. Burgerschap | 683 000 000 | 667 817 000 | 638 979 000 | 667 817 000 | 638 979 000 | |||
Totaal | 1 889 000 000 | 1 803 069 740 | 1 491 552 740 | 1 803 069 740 | 1 491 552 740 | |||
Marge | 85 930 260 | 85 930 260 | ||||||
4. DE EU ALS MONDIALE PARTNER6 | 8 430 000 000 | 8 613 529 377 | 7 601 763 867 | 8 613 529 377 | 7 601 763 867 | |||
Marge | 70 330 623 | 70 330 623 | ||||||
5. ADMINISTRATIE7 | 8 334 000 000 | 8 255 374 289 | 8 256 429 289 | 34 461 399 | 34 461 399 | 8 289 835 688 | 8 290 890 688 | |
Marge | 160 625 711 | 126 164 312 | ||||||
TOTAAL | 142 965 000 000 | 134 280 000 000 | 142 565 167 849 | 130 135 942 102 | 34 461 399 | 34 461 399 | 142 599 629 248 | 130 170 403 501 |
Marge | 1 235 692 151 | 4 429 057 898 | 1 201 230 752 | 4 394 596 499 |
6. Voorgestelde wijziging van de personeelsformatie
VOORGESTELDE WIJZIGING VAN DE PERSONEELSFORMATIE – NvW nr. 1/2011 AFDELING II — Europese Raad en Raad | ||||||
Functiegroep en rang | Ontwerp-begroting 2011 | Nota van wijzigingen bij ontwerp-begroting 2011 (1) | Herziene ontwerp-begroting 2011 | |||
Vaste posten | Tijdelijke posten | Vaste posten | Tijdelijke posten | Vaste posten | Tijdelijke posten | |
HC | 2 | 2 | ||||
AD 16 | 11 | -3 | 8 | |||
AD 15 | 34 | 1 | -1 | -1 | 33 | |
AD 14 | 98 | 9 | -8 | -8 | 90 | 1 |
AD 13 | 175 | -20 | 155 | |||
AD 12 | 230 | 8 | -28 | -6 | 202 | 2 |
AD 11 | 162 | 12 | -10 | -12 | 152 | |
AD 10 | 108 | 1 | -29 | -1 | 79 | |
AD 9 | 120 | 2 | -36 | -2 | 84 | |
AD 8 | 96 | -8 | 88 | |||
AD 7 | 170 | -12 | 158 | |||
AD 6 | 198 | -15 | 183 | |||
AD 5 | 127 | -7 | 120 | |||
Totaal AD | 1 529 | 33 | -177 | -30 | 1 352 | 3 |
AST 11 | 36 | -1 | 35 | |||
AST 10 | 39 | 2 | 2 | -2 | 41 | |
AST 9 | 61 | -7 | 54 | |||
AST 8 | 101 | -11 | 90 | |||
AST 7 | 319 | -18 | 301 | |||
AST 6 | 300 | 1 | -24 | -1 | 276 | |
AST 5 | 233 | -35 | 198 | |||
AST 4 | 203 | -20 | 183 | |||
AST 3 | 214 | -23 | 191 | |||
AST 2 | 255 | -36 | 219 | |||
AST 1 | 223 | -28 | 195 | |||
Totaal AST | 1 984 | 3 | -201 | -3 | 1 783 | |
Totaal | 3 515 | 36 | -378 | -33 | 3 137 | 3 |
(1) Inclusief de omzetting van 20 vaste posten (2 AD12, 6 AD10, 11 AD9, 1 AST8) in tijdelijke posten en van 23 tijdelijke posten (1 AD15, 7 AD14, 12 AD11, 2 AST10, 1 AST6) in vaste posten. |
VOORGESTELDE WIJZIGING VAN DE PERSONEELSFORMATIE – NvW nr. 1/2011 AFDELING III – Commissie (met uitzondering van Bureaus en Onderzoek) | ||||||
Functiegroep en rang | Ontwerp-begroting 2011 | Nota van wijzigingen bij ontwerp-begroting 2011 | Herziene ontwerp-begroting 2011 | |||
Vaste posten | Tijdelijke posten | Naar de EDEO over te hevelen vaste posten | Vaste posten | Tijdelijke posten | ||
AD 16 | 30 | -6 | 24 | |||
AD 15 | 221 | 22 | -31 | 190 | 22 | |
AD 14 | 538 | 32 | -48 | (1) | 484 | 32 |
AD 13 | 1 586 | -75 | (1) | 1 452 | ||
AD 12 | 2 221 | 54 | -199 | 2 042 | 54 | |
AD 11 | 497 | 62 | -91 | 456 | 62 | |
AD 10 | 1 102 | 11 | -33 | 1 055 | 11 | |
AD 9 | 654 | -41 | 624 | |||
AD 8 | 752 | 2 | -10 | 724 | 2 | |
AD 7 | 924 | -26 | 913 | |||
AD 6 | 920 | -8 | 905 | |||
AD 5 | 1 913 | -35 | (1) | 1 886 | ||
Totaal AD | 11 358 | 183 | -603 | 10 755 | 183 | |
AST 11 | 173 | -11 | 156 | |||
AST 10 | 161 | 20 | -19 | 143 | 20 | |
AST 9 | 616 | -37 | 570 | |||
AST 8 | 539 | 12 | -38 | 510 | 12 | |
AST 7 | 1 208 | 28 | -69 | 1 129 | 28 | |
AST 6 | 1 020 | 39 | -81 | 939 | 39 | |
AST 5 | 1 278 | 42 | -73 | 1 198 | 42 | |
AST 4 | 870 | 20 | -78 | 807 | 20 | |
AST 3 | 967 | 9 | -27 | 950 | 9 | |
AST 2 | 532 | 13 | -26 | 495 | 13 | |
AST 1 | 1 282 | -52 | 1 238 | |||
Totaal AST | 8 646 | 183 | -511 | 8 135 | 183 | |
Totaal | 20 004 | 366 | -1 114 | (2) | 18 890 | 366 |
(1) Waarbij een vaste post wordt omgezet in een tijdelijke post. | ||||||
(2) Voorts omvat de overheveling naar de EDEO de machtiging om ad personam 2 AD 15 in 2 AD 16 en 3 AD 14 in 3 AD 15 aan te stellen. |
VOORGESTELDE WIJZIGING VAN DE PERSONEELSFORMATIE – NvW nr. 1/2011 AFDELING X – Europese dienst voor extern optreden | |||||||||||
Functiegroep en rang | Ontwerp-begroting 2011 | Nota van wijzigingen bij ontwerp-begroting 2011 | Herziene ontwerp-begroting 2011 | ||||||||
Vaste nieuwe posten | Tijdelijke nieuwe posten | Van de Commissie overgehevelde posten | Van de Raad overgehevelde posten | ||||||||
EDEO | Vaste posten | Tijdelijke posten | Vaste posten | Tijdelijke posten | Vaste posten | Tijdelijke posten | |||||
AD 16 | 3 | 6 | 3 | 12 | |||||||
AD 15 | 5 | 31 | 2 | 38 | |||||||
AD 14 | 53 | 1 | 15 | 1 | 68 | 2 | |||||
AD 13 | 3 | 133 | 1 | 20 | 156 | 1 | |||||
AD 12 | 30 | 179 | 26 | 8 | 235 | 8 | |||||
AD 11 | 8 | 41 | 22 | 71 | |||||||
AD 10 | 5 | 47 | 23 | 7 | 75 | 7 | |||||
AD 9 | 6 | 10 | 30 | 25 | 13 | 61 | 23 | ||||
AD 8 | 28 | 8 | 36 | ||||||||
AD 7 | 32 | 11 | 12 | 55 | |||||||
AD 6 | 15 | 15 | 30 | ||||||||
AD 5 | 8 | 26 | 1 | 7 | 41 | 1 | |||||
Totaal AD | 100 | 10 | 600 | 3 | 178 | 29 | 878 | 42 | |||
AST 11 | 17 | 1 | 18 | ||||||||
AST 10 | 18 | 18 | |||||||||
AST 9 | 46 | 7 | 53 | ||||||||
AST 8 | 29 | 10 | 1 | 39 | 1 | ||||||
AST 7 | 79 | 18 | 97 | ||||||||
AST 6 | 81 | 25 | 106 | ||||||||
AST 5 | 8 | 80 | 35 | 123 | |||||||
AST 4 | 63 | 20 | 83 | ||||||||
AST 3 | 17 | 23 | 40 | ||||||||
AST 2 | 37 | 36 | 73 | ||||||||
AST 1 | 44 | 28 | 72 | ||||||||
Totaal AST | 8 | 511 | 0 | 203 | 1 | 722 | 1 | ||||
Totaal | 108 | (1) | 10 | 1 111 | (2) | 3 | 381 | 30 | 1 600 | 43 | |
(1) Voorts wordt bij de "vaste nieuwe posten" voorzien in de machtiging om ad personam 1 AD 13 in 1 AD 14 aan te stellen. | |||||||||||
(2) Voorts omvat de overheveling van de Commissie de machtiging om ad personam 2 AD 15 in 2 AD 16 en 3 AD 14 in 3 AD 15 aan te stellen. |
1PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.
2PB L 201 van 3.8.2010, blz. 30.
3COM(2010) 85.
4COM(2010) 315.
5Het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EGF) wordt niet begrepen in de berekening van de marge onder rubriek 1a (500 miljoen EUR).
6De marge voor 2011 in rubriek 4 houdt geen rekening met de kredieten betreffende de reserve voor noodhulp (253,9 miljoen EUR).
7Om de marge ten opzichte van het maximum van rubriek 5 te berekenen, wordt rekening gehouden met voetnoot 1 van het financieel kader 2007-2013 voor een bedrag van 82 miljoen EUR aan bijdragen van de personeelsleden aan het pensioenstelsel.
NL NL