Bijlagen bij COM(2011)301 - Ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGFAlarmsysteemNr. 4/2011

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE 1: BESTEDING VAN DE ELGF-KREDIETEN (VOORLOPIGE CIJFERS) TOT EN MET 28/2/2011

INLEIDING

In bijlage 1 wordt een overzicht gegeven van de uitgaven die in de periode van 16 oktober 2010 tot en met 28 februari 2011 werkelijk zijn verricht ten laste van het ELGF, en worden die uitgaven vergeleken met het uitgavenprofiel (indicator) dat is bepaald op grond van artikel 20 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad[1].

BESTEMMINGSONTVANGSTEN VOOR HET ELGF

Krachtens artikel 34 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid gelden ontvangsten die voortvloeien uit financiële correcties naar aanleiding van conformiteitsgoedkeuringsbesluiten, ontvangsten als gevolg van terugvorderingen wegens onregelmatigheden en opbrengsten uit de melkheffing als bestemmingsontvangsten ter financiering van ELGF-uitgaven. Volgens het genoemde artikel kunnen deze bestemmingsontvangsten voor de financiering van bepaalde door de lidstaten in het kader van het ELGF gedane uitgaven worden gebruikt. Blijven deze ontvangsten gedeeltelijk ongebruikt, dan worden de ongebruikte bedragen automatisch overgedragen naar het volgende begrotingsjaar[2].

De ELGF-begroting 2011 bevat zowel de door de Commissie vastgestelde laatste raming van het bedrag aan kredieten dat nodig zal zijn voor de financiering van de verwachte uitgaven voor marktmaatregelen en rechtstreekse steun, als ramingen van de bestemmingsontvangsten die naar verwachting in de loop van het betrokken begrotingsjaar zullen worden geïnd en het over te dragen saldo van de uit het voorafgaande begrotingsjaar beschikbare bestemmingsontvangsten. In haar voorstel inzake het bedrag aan ELGF-kredieten voor de begroting 2011 heeft de Commissie de totale verwachte bestemmingsontvangsten in aanmerking genomen, met het verzoek om bij de berekening van het bedrag aan kredieten in 2011 de geraamde bestemmingsontvangsten in mindering te brengen op de geraamde uitgaven. De Begrotingsautoriteit heeft vervolgens de nieuwe ELGF-begroting goedgekeurd, met inbegrip van de verwachte bestemmingsontvangsten.

Bij de opstelling van de begroting 2011 werden de beschikbare bestemmingsontvangsten door de Commissie op 1 247,0 miljoen euro geraamd. Meer bepaald:

- werd verwacht dat in de loop van het begrotingsjaar 2011 bestemmingsontvangsten ten bedrage van 707,0 miljoen euro zouden worden geïnd. De ontvangsten uit correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring en uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden werden op respectievelijk 600,0 miljoen euro en 88,0 miljoen euro geraamd. De opbrengsten uit de melkheffing werden op 19,0 miljoen euro geraamd;

- werden de van het begrotingsjaar 2010 naar het begrotingsjaar 2011 over te dragen bestemmingsontvangsten op 540,0 miljoen euro geraamd.

In de begroting 2011 heeft de Commissie deze ontvangsten ten bedrage van 1 247,0 miljoen euro toegewezen aan twee regelingen. Meer bepaald:

- werd 500,0 miljoen euro toegewezen aan de actiefondsen van de producentenorganisaties in de sector groenten en fruit, en

- werd 747,0 miljoen euro toegewezen aan de bedrijfstoeslagregeling.

Voor beide regelingen heeft de Begrotingsautoriteit uiteindelijk kredieten ten belope van respectievelijk 292,0 miljoen euro en 30 389,0 miljoen euro goedgekeurd in overeenstemming met het voorstel van de Commissie. De som van de goedgekeurde kredieten en bovengenoemde bestemmingsontvangsten komt overeen met een totale geraamde kredietbehoefte van 792 miljoen euro voor de actiefondsen van de producentenorganisaties in de sector groenten en fruit en 31 136,0 miljoen euro voor de bedrijfstoeslagregeling.

In de bijlage, waarin de uitvoering van de begroting 2011 (voorlopige cijfers) voor de periode tot en met 28 februari 2011 wordt weergegeven, zijn de goedgekeurde kredieten voor de sector groenten en fruit en de sector ontkoppelde rechtstreekse steun opgenomen (respectievelijk 491,1 miljoen euro en 36 324,0 miljoen euro), waarbij de voornoemde bestemmingsontvangsten niet in aanmerking zijn genomen. Na opneming van de aan deze sectoren toegewezen bestemmingsontvangsten bedragen de totale kredieten in de begroting 2011 991,1 miljoen euro voor de sector groenten en fruit en 37 071,0 miljoen euro voor de sector ontkoppelde rechtstreekse steun.

VERWACHTE OPBRENGSTEN UIT DE TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING (SECTOR SUIKER)

De opbrengsten uit de tijdelijke herstructureringsheffing in de sector suiker worden behandeld als bestemmingsontvangsten die in het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie vloeien om te worden gebruikt voor de toekenning van de herstructureringssteun en de bijbehorende andere vormen van steun in de sector suiker. Voor de verkoopseizoenen 2006/07, 2007/08 en 2008/09 zijn deze bedragen, die betrekking hebben op de suiker-, inulinestroop- of isoglucosequota waarover marktdeelnemers in elke lidstaat beschikken, aan het Fonds overgemaakt. Bij de vaststelling van de begroting 2011 werd verwacht dat 1 015,0 miljoen euro zou worden overgedragen van het begrotingsjaar 2010 naar het begrotingsjaar 2011. Uiteindelijk is 1 044,8 miljoen in het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie overgedragen naar 2011.

OPMERKINGEN OVER DE UITVOERING VAN DE ELGF-BEGROTING 2011 (VOORLOPIGE GEGEVENS)

Bijlage 1 geeft een overzicht van de voorlopige uitvoering van de begroting 2011 voor de periode van 16 oktober 2010 tot en met 28 februari 2011. De betrokken uitgaven worden vergeleken met het uitgavenprofiel (indicator) dat is bepaald op grond van artikel 20 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad. Hieronder volgt voor de onderdelen van de begroting 2011 die de grootste verschillen tussen de werkelijke en de verwachte uitgaven te zien geven, een beknopte uiteenzetting van de oorzaken van die verschillen.

Marktmaatregelen

De opname van goedgekeurde begrotingskredieten voor interventies op de landbouwmarkten lag 151,9 miljoen euro boven het niveau waarop deze volgens de indicator op 28 februari 2011 zou moeten liggen. Dit komt voornamelijk door de wijnsector- en voedselprogramma's. In de andere sectoren is daarentegen per saldo telkens sprake van een onderbesteding.

Granen (– 62,1 miljoen euro)

De onderbesteding op dit begrotingsonderdeel in 2011 is een gevolg van de verkoop van forse hoeveelheden graan uit de interventievoorraad, die in december 2010 van start is gegaan. Tot en met 28 februari 2011 heeft de Commissie via openbare inschrijvingen 2 404 000 ton gerst en 88 000 ton tarwe verkocht tegen prijzen die duidelijk hoger lagen dan bij de opstelling van de begroting 2011 was geraamd. De Commissie gaat er thans van uit dat er door de negatieve uitgaven op dit begrotingsonderdeel eind 2011 sprake zal zijn van een onderbesteding.

Voedselprogramma's (+23,1 miljoen euro)

De kredietopname ten opzichte van het indicatorniveau geeft in vergelijking met de onderbenutting van deze begrotingspost in 2010 het omgekeerde beeld te zien. Dit komt omdat de administratieve kosten die de lidstaten in het kader van het beheer van de programma's in 2010 hebben gemaakt, pas in het begrotingsjaar 2011 zijn opgegeven. De Commissie gaat er voorlopig nog van uit dat de kredieten zullen volstaan om de verwachte uitgaven te dekken.

Groenten en fruit (+98,6 miljoen euro in vergelijking met de goedgekeurde kredieten)

Dit bestedingsniveau hangt samen met de uitgaven van de lidstaten voor de actiefondsen van de producentenorganisaties. Deze worden uit zowel de goedgekeurde begrotingskredieten als de bestemmingsontvangsten voor deze regeling in de begroting 2011 gefinancierd (zie ook punt 2). Het bestedingsniveau is het resultaat van de toepassing van de indicator voor de periode tot en met 28 februari 2011 op de goedgekeurde begrotingskredieten, exclusief de bestemmingsontvangsten voor deze sector.

De Commissie gaat er voorlopig nog van uit dat de totale voor deze sector beschikbare kredieten toereikend zullen zijn om de verwachte uitgaven van de lidstaten in 2011 te dekken.

Ten behoeve van de lezer heeft de Commissie met ingang van 2010 in de bijlage voetnoot * toegevoegd aan de tabel met het overzicht van de voorlopige uitvoering van de begroting. Deze voetnoot laat zien wat de situatie zou zijn geweest als de indicator op 28 februari 2011 was toegepast op de totale kredieten die volgens de ramingen voor de financiering van deze sector beschikbaar zullen zijn. Zoals in punt 2 hierboven is aangegeven, bestaat deze totale financiering uit de goedgekeurde begrotingskredieten van 491,1 miljoen euro plus de bestemmingsontvangsten voor deze sector van naar schatting 500,0 miljoen euro. Als de indicator dus was toegepast op de totale geraamde financiering van 991,1 miljoen euro voor deze sector, zou er sprake zijn van een onderbesteding van 52,5 miljoen euro.

Deze onderbesteding heeft te maken met het – ten opzichte van de vorige jaren – iets tragere tempo van de betalingen voor de actiefondsen van de producentenorganisaties, en met de schoolfruitregeling, die relatief nieuw is en daarom nog geen vast uitvoeringspatroon volgt. Beide gevallen van onderbesteding worden als tijdelijk beschouwd. Het tempo waarin de steun voor de voorlopige erkenning van producentengroeperingen wordt uitgekeerd, ligt in 2011 juist hoger dan in de afgelopen drie jaar.

Producten van de wijnbouwsector (+117,3 miljoen euro)

Dit uitvoeringspatroon ligt boven het indicatorniveau en boven het theoretische uitvoeringsprofiel voor de begrotingskredieten op 28 februari 2011 omdat de lidstaten in versneld tempo betalingen hebben verricht, met name voor de nationale steunprogramma's. Er bestaat geen gevaar dat de begrotingskredieten als gevolg van dit versnelde tempo worden overschreden, omdat de kredieten zijn gebaseerd op de wettelijk vastgestelde financiële maxima voor deze maatregelen.

Melk en zuivelproducten (-14,1 miljoen euro)

Dit uitvoeringsniveau ligt onder het indicatorniveau en het theoretische uitvoeringsprofiel voor de begrotingskredieten op 28 februari 2011. Voornaamste oorzaak daarvan is de schoolfruitregeling waarvan de begrotingskredieten met 10 miljoen euro zijn verhoogd ten opzichte van de oorspronkelijk geraamde behoeften. Deze verhoging van de begrotingsmiddelen is tot dusver nog niet van invloed geweest op de uitvoering door de lidstaten. Bovendien lagen de prijzen bij de verkoop van mageremelkpoeder uit de interventievoorraad, die in december 2010 van start is gegaan, hoger dan oorspronkelijk was geraamd bij de opstelling van de begroting 2011. Daardoor zijn op dit begrotingsonderdeel negatieve uitgaven ontstaan.

Rundvlees (+7,2 miljoen EUR)

De opname van de kredieten op dit begrotingsonderdeel ligt boven indicatorniveau. Dit komt doordat van 16 oktober 2010 tot en met 28 februari 2011 grotere hoeveelheden met restituties zijn uitgevoerd dan verwacht. Door de openstelling van de Turkse markt voor vleesproducten uit de EU is de uitvoer op deze markt in de eerste helft van WTO-jaar 2010/2011 fors gestegen. De Commissie gaat er thans van uit dat de hoeveelheid waarvoor dit jaar uitvoercertificaten worden afgegeven, hoger zal uitvallen dan bij de opstelling van de begroting 2011 was geraamd. Daarom gaat de Commissie nu uit van een overbesteding in 2011 op dit begrotingsonderdeel, die zal worden opgevangen middels de overschrijving van beschikbare kredieten op andere begrotingsonderdelen waar juist sprake is van een onderbesteding.

Rechtstreekse steun

De opname van kredieten voor rechtstreekse steun lag 9,7 miljoen euro onder het indicatorniveau op 31 januari 2011.

Ontkoppelde rechtstreekse steun (- 77,4 miljoen euro in vergelijking met de goedgekeurde kredieten)

De totale voor deze sector beschikbare kredieten bedragen 37 071 miljoen euro, inclusief de verwachte bestemmingsontvangsten van 747 miljoen euro die zijn toegewezen aan de bedrijfstoeslagregeling (zie ook punt 2).

De uitgaven in het kader van de bedrijfstoeslagregeling blijven nog achter bij de indicator. Het zeer hoge tempo waarmee de kredieten in de eerste twee maanden van het begrotingsjaar 2011 zijn opgenomen, is in januari en februari enigszins afgevlakt. De lidstaten hebben inmiddels al ca. 94% van de in de begroting geraamde behoefte uitgekeerd, tegen 89% in dezelfde periode in 2010.

Het uitvoeringsniveau voor ontkoppelde rechtstreekse steun is tevens terug te voeren op de ten opzichte van de indicator achterblijvende betalingen van de lidstaten in het kader van de regeling inzake een enkele areaalbetaling. Waar het tempo van de betalingen voor de meeste lidstaten overeenkomt met de vastgestelde patronen, daar hebben Bulgarije en Malta eind februari nog geen enkele betaling verricht en lagen de betalingen in Polen aanzienlijk lager. De Commissie beschouwt deze situatie thans nog als van tijdelijke aard.

Ten behoeve van de lezer heeft de Commissie met ingang van 2010 in de bijlage voetnoot * toegevoegd aan de tabel met het overzicht van de voorlopige uitvoering van de begroting. Deze voetnoot laat zien wat de situatie zou zijn geweest als de indicator op 28 februari 2011 was toegepast op de totale kredieten die volgens de ramingen voor de financiering van deze sector beschikbaar zullen zijn. Zoals in punt 2 hierboven is aangegeven, bestaat deze totale financiering uit de goedgekeurde begrotingskredieten van 36 324,0 miljoen euro plus de bestemmingsontvangsten voor deze sector van naar schatting 747,0 miljoen euro. Als de indicator dus was toegepast op de geraamde totale financiering van 37 071,0 miljoen euro voor deze sector, zou er sprake zijn van een onderbesteding van 770,8 miljoen euro.

Andere rechtstreekse steun (+67,4 miljoen euro)

In tegenstelling tot de situatie eind januari is er bij de "andere rechtstreekse steun" op 28 februari 2011 sprake van een overbesteding. Deze omslag heeft te maken met het snellere betalingstempo bij de areaalsteun voor katoen en bij de overgangsbetaling voor groenten en fruit. Bij bepaalde andere regelingen (premies voor zoogkoeien en de slachtpremie van runderen) ligt het tempo waarin de lidstaten betalingen verrichten, juist iets onder indicatorniveau. Op dit moment wordt er voor alle bovengenoemde maatregelen van uitgegaan dat deze situatie van tijdelijke aard is.

Audit van de landbouwuitgaven

Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren (+85,4 miljoen euro)

Het huidige uitvoeringspatroon resulteert uit de vergelijking tussen de reeds uitgevoerde correcties in het kader van de goedkeuring van de rekeningen en het bedrag van de desbetreffende indicator op 28 februari 2011. Opgemerkt zij evenwel dat overeenkomstig het wettelijk tijdskader nog niet alle in dit begrotingsjaar te verwachten besluiten tot boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen zijn vastgesteld.

Wel moet erop worden gewezen dat de Commissie in haar nota van wijzigingen voor 2011 correcties ten bedrage van 72,0 miljoen euro had voorgesteld. Uiteindelijk is 272,0 miljoen euro als definitief bedrag in de begroting 2011 opgenomen.

De Commissie gaat er in dit stadium van uit dat de verwachte correcties in het kader van haar besluiten tot boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen en als gevolg van de niet-naleving van steunbetalingstermijnen door de lidstaten niet voldoende zullen zijn om het extra bedrag van 200,0 miljoen euro te dekken. De Commissie zou het bedrag aan negatieve begrotingskredieten dat niet wordt gehaald, dan met positieve begrotingskredieten moeten compenseren om dit begrotingsonderdeel in 2011 sluitend te maken.

FEITELIJKE BESTEMMINGSONTVANGSTEN VOOR HET ELGF

De in de bijlage opgenomen tabel geeft een overzicht van de per 28 februari 2011 geïnde bestemmingsontvangsten, in totaal 1 227,5 miljoen euro. Meer bepaald:

- bedroegen de ontvangsten uit de correcties op basis van de conformiteitsgoedkeuringsbesluiten 236,1 miljoen euro en de verwachting is dat daar in de rest van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen;

- bedroegen de ontvangsten als gevolg van terugvorderingen wegens onregelmatigheden ongeveer 65,7 miljoen euro en ook hier is de verwachting dat daar in de rest van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen;

- heeft de melkheffing, die inmiddels grotendeels is geïnd, ongeveer 20,6 miljoen euro opgeleverd, iets meer dus dan de oorspronkelijk geraamde 19,0 miljoen euro;

- bedroegen de uiteindelijk van het begrotingsjaar 2010 naar het begrotingsjaar 2011 overgedragen bestemmingsontvangsten 905,1 miljoen euro, tegen een oorspronkelijk geraamd bedrag van 540,0 miljoen euro.

Het voor de financiering van ELGF-uitgaven beschikbare bedrag van de bestemmingsontvangsten bedraagt per 28 februari 2011 dus 1 227,5 miljoen euro. Op dit moment raamt de Commissie het bedrag aan nog te innen bestemmingsontvangsten op 384,6 miljoen euro (geraamde bestemmingsontvangsten in de begroting van 2011: 707,0 miljoen euro, waarvan 322,4 miljoen euro al is geïnd).

FEITELIJKE OPBRENGSTEN VAN DE TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING (SECTOR SUIKER)

Overeenkomstig de wetgeving is sinds november 2009 geen nieuwe tijdelijke herstructureringsheffing geïnd bij de lidstaten. Het totaalbedrag aan bestemmingsontvangsten die beschikbaar zijn voor het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie, is dus het bedrag dat is overgeheveld uit de begroting 2010. Dit komt neer op een bedrag van 1 044,8 miljoen euro (meer dus dan de 1 015,0 miljoen euro in de begroting 2011, omdat de betalingen eind 2010 lager zijn uitgevallen dan verwacht).

BESTEDING VAN HET FONDS VOOR DE HERSTRUCTURERING VAN DE SUIKERINDUSTRIE

Eind februari 2011 hadden de lidstaten voor een bedrag van 10,6 miljoen euro aan betalingen verricht in het kader van herstructureringsmaatregelen, als diversificatiesteun en als steun aan suikerraffinaderijen.

CONCLUSIES

Uit de voorlopige uitvoering van de ELGF-begroting 2011 voor de periode tot en met 28 februari 2011 blijkt dat de maandelijkse vergoedingen aan de lidstaten ongeveer 219,6 miljoen euro boven het indicatorniveau liggen. Wat de bestemmingsontvangsten betreft, is in 2011 1 227,5 miljoen euro geïnd en wordt voor dit jaar nog gerekend op een bedrag van 384,6 miljoen euro.

Op dit moment gaat de Commissie ervan uit dat het bedrag aan bestemmingsontvangsten dat beschikbaar is en het bedrag dat in de loop van het jaar nog beschikbaar zal komen, zullen worden gebruikt voor de financiering van de actiefondsen voor producentenorganisaties en voor de bedrijfstoeslagregeling, dit overeenkomstig de oorspronkelijke verwachting bij de vaststelling van de begroting.

Wat betreft de verhoging van de correcties in het kader van de goedkeuring van de rekeningen (met 200 miljoen euro naar 272 miljoen euro, zie onder 4.3.1), zal de Commissie de ontwikkeling van de uitvoering van de begroting nauwlettend volgen om te zien of het deel van deze negatieve uitgaven dat niet zal worden gedekt uit de besluiten van de Commissie tot boekhoudkundige goedkeuring en uit andere correcties in verband met de niet-naleving door de betrokken lidstaten van de steunbetalingstermijnen, kan worden opgevangen met onderbestedingen op andere onderdelen van de begroting.

[pic]

[1] PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1.

[2] De overgedragen bestemmingsontvangsten moeten vervolgens weer als eerste worden gebruikt (artikel 10 van het Financieel Reglement), d.w.z. vóór de door de Begrotingsautoriteit goedgekeurde kredieten en de in dat jaar geïnde bestemmingsontvangsten.