Bijlagen bij COM(2015)468 - Actieplan voor de opbouw van een kapitaalmarktunie - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2015)468 - Actieplan voor de opbouw van een kapitaalmarktunie. |
---|---|
document | COM(2015)468 |
datum | 30 september 2015 |
Financiering voor innovatie, startende bedrijven en niet-beursgenoteerde ondernemingen | ||
Ondersteuning van durfkapitaal en aandelenfinanciering | Voorstel voor pan-Europese paraplufondsen en meerlandenfondsen voor durfkapitaal | Q2 2016 |
Evaluatie van EuVECA- en EuSEF-wetgeving | Q3 2016 | |
Studie over fiscale stimulansen voor durfkapitaal en business angels | 2017 | |
Informatiebelemmeringen voor investeringen in kmo's uit de weg ruimen | Verbetering van feedback van banken in geval van weigering van kmo-leningaanvraag | Q2 2016 |
Inventaris van bestaande lokale of nationale steun- en adviseringscapaciteit in de EU ter bevordering van beste praktijken | 2017 | |
Onderzoek naar mogelijkheden om pan-Europese informatiesystemen te ontwikkelen of ondersteunen | 2017 | |
Bevordering van innovatieve vormen van bedrijfsfinanciering | Verslag over crowdfunding | Q1 2016 |
Ontwikkeling van gecoördineerde aanpak voor kredietverlening door fondsen en onderzoek naar noodzaak van toekomstig EU-kader | Q4 2016 | |
Vlottere toegang voor ondernemingen tot openbare markten en vlottere manieren om kapitaal aan te trekken | ||
Verbetering van toegang tot openbare markten | Voorstel tot modernisering van prospectusrichtlijn. | Q4 2015 |
Evaluatie van regelgevende belemmeringen voor toegang van kmo's tot openbare markten en mkb-groeimarkten | 2017 | |
Evaluatie van EU-markten voor bedrijfsobligaties, met aandacht voor mogelijke verbetering van marktliquiditeit | 2017 | |
Ondersteuning van aandelenfinanciering | Aanpakken van fiscale ongelijkheid tussen eigen vermogen en vreemd vermogen, als onderdeel van gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting | Q4 2016 |
Langetermijn-, infrastructuur- en duurzame investeringen | ||
Ondersteuning van infrastructuurinvesteringen | Aanpassing van Solvabiliteit II-kalibraties voor beleggingen van verzekeraars in infrastructuur en Europese langetermijninvesteringsfondsen | Q3 2015 |
Herziening van kapitaalvereisten voor banken, met wijzigingen in infrastructuurkalibraties, indien nodig | Lopend | |
Consistentie van EU-rulebook voor financiële diensten garanderen | Verzoek om verzameling van informatie over cumulatieve impact van financiële hervorming | Q3 2015 |
Bevordering van retail- en institutionele beleggingen | ||
Meer keuze en meer concurrentie op retailniveau | Groenboek over financiële retaildiensten en verzekeringen | Q4 2015 |
Retailbeleggers helpen om meer waar voor hun geld te krijgen | Beoordeling van Europese retailmarkten voor beleggingsproducten | 2018 |
Ondersteuning van pensioensparen | Onderzoek naar noodzaak van beleidskader voor invoering van Europese particuliere pensioenen | Q4 2016 |
Meer kansen voor institutionele investeerders en fondsbeheerders | Beoordeling van prudentiële behandeling van private equity en onderhands geplaatste obligaties in Solvabiliteit II | 2018 |
Raadpleging over voornaamste belemmeringen voor grensoverschrijdende distributie van beleggingsfondsen. | Q2 2016 | |
Uitbreiding van bankcapaciteit ter ondersteuning van ruimere economie | ||
Versterking van lokale financieringsnetwerken | Onderzoek naar mogelijkheid voor alle lidstaten om vergunning te verlenen aan kredietverenigingen die buiten toepassingsgebied van EU-kapitaalvereisten voor banken vallen | Lopend |
Opbouw van Europese securitisatiemarkten | Voorstel voor eenvoudige, transparante en gestandaardiseerde securitisaties (STS) kalibratie en herziening van kapitaalkalibraties voor banken | Q3 2015 |
Ondersteuning van bancaire financiering van ruimere economie | Raadpleging over EU-kader voor gedekte obligaties en soortgelijke structuren voor kmo-leningen | Q3 2015 |
Bevordering van grensoverschrijdende investeringen | ||
Opheffing van nationale belemmeringen voor grensoverschrijdende investeringen | Verslag over nationale belemmeringen voor vrij kapitaalverkeer | Q4 2016 |
Verbetering van marktinfrastructuur voor grensoverschrijdende investeringen | Gerichte actie betreffende regels inzake eigendom van effecten en gevolgen voor derden van overdracht van vorderingen | 2017 |
Evaluatie van voortgang bij wegnemen van resterende Giovannini-belemmeringen | 2017 | |
Bevordering van convergentie van insolventieprocedures | Wetgevingsinitiatief inzake insolventie van ondernemingen, om belangrijkste belemmeringen voor het vrije kapitaalverkeer aan te pakken | Q4 2016 |
Afschaffing van grensoverschrijdende fiscale belemmeringen | Beste praktijken en gedragscode voor procedures voor belastingvermindering bij inhouding van bronbelasting | 2017 |
Studie over discriminerende fiscale hinderpalen voor grensoverschrijdende investeringen van pensioenfondsen en levensverzekeraars | 2017 | |
Versterking van convergentie van toezichtpraktijken en capaciteitsopbouw voor kapitaalmarkt | Strategie voor convergentie van toezicht, ter verbetering van werking van interne markt voor kapitaal | Lopend |
Witboek over financiering en governance van ETA’s | Q2 2016 | |
Ontwikkeling van strategie voor verstrekking van technische bijstand aan lidstaten om capaciteit van kapitaalmarkten te ondersteunen | Q3 2016 | |
Verbeteren van capaciteit ter vrijwaring van financiële stabiliteit | Evaluatie van Europees macroprudentieel kader | 2017 |
(1) PRIMES, effectbeoordeling voor 2030.
(2) Resolutie van het Europees Parlement over het opbouwen van een kapitaalmarktenunie (2015/2634 (RSP))
(3) Conclusies van de Raad van de EU over een kapitaalmarktenunie van 19 juni.
(4) Europese Commissie (2014), Annual Report on European SMEs: A Partial and Fragile Recovery, blz. 24.
(5) Raming op basis van gegevens uit 22 EU-lidstaten in 2014. Bron: Crowdsurfer Ltd en Ernst & Young LLP "Crowdfunding: Mapping EU markets and events study", 2015.
(6) Indien het crowdfundingplatform een vergunning als beleggingsonderneming heeft en aan de toepasselijke eisen van de MiFID voldoet.
(7) Europese Autoriteit voor effecten en markten, opinie en advies over investment-based crowdfunding, ESMA/2014/1378 en ESMA/1560, 18.12.2014; Advies van de Europese Bankautoriteit over crowdfunding op basis van leningen, EBA/Op/2015/03, 26.3.2015.
(8) Niet alle investeringen van business angels zijn rechtstreeks meetbaar. Volgens sommige schattingen zou het totaal aan investeringen door business angels groter kunnen zijn dan de durfkapitaalinvesteringen in een aantal Europese landen met goed ontwikkelde business-angelmarkten - zie OESO (2011), Financing High-Growth Firms: The Role of Angel Investors.
(9) Bron: EBAN Statistics Compendium 2014. Gegevens beschikbaar voor 21 lidstaten.
(10) Volgens gegevens uit15 OESO-landen voor de periode 2001-11 spelen jonge bedrijven een cruciale rol bij het scheppen van werkgelegenheid. Jonge bedrijven scheppen stelselmatig meer arbeidsplaatsen dan zij afstoten. Met name vertegenwoordigen de bedrijven met minder dan 50 werknemers ongeveer 11 % van de werkgelegenheid en zijn zij in het algemeen goed voor meer dan 33 % van alle nieuw gecreëerde banen in het bedrijfsleven, terwijl hun aandeel in het verlies van arbeidsplaatsen ongeveer 17 % bedraagt. (Bron: OESO (2013), Science, Technology and Industry Scoreboard).
(11) Bron: European Private Equity & Venture Capital Association.
(12) Verordening (EU) nr. 345/2013.
(13) Verordening (EU) nr. 346/2013.
(14) In de richtsnoeren van de Commissie inzake staatssteun ter bevordering van risicofinancieringsinvesteringen wordt verduidelijkt onder welke voorwaarden lidstaten regelingen kunnen instellen ter bevordering van durfkapitaal, 2014/C 19/04.
(15) Zoals verplicht gesteld bij de nieuwste verordening kapitaalvereisten, artikel 431, lid 4.
(16) Voorbeelden hiervan zijn Aktiespararna (Zweden), Médiateur du Crédit (Frankrijk), Better Business Finance (VK), Investomierz (Polen), Industrie- und Handelskammern (Duitsland) en andere.
(17) Zie het European Financial Stability and Integration Report, april 2015, hoofdstuk 7.
(18) Bron: AIMA, Financing the Economy: The role of alternative asset managers in the non-bank lending environment, mei 2015.
(19) Verordening betreffende Europese langetermijninvesteringsfondsen, PE-CONS 97/14 van 20.3.2015.
(20) 52 % van de onderhandse plaatsingen, met uitzondering van die van de Duitse Schuldscheine-markt, zijn beursgenoteerd. Bron: S&P First European Private Placement League Table, 2015.
(21) Bron: S&P.
(22) ICMA publiceerde in februari 2015 de pan-Europese Corporate Private Placement Guide. Hierin wordt gepleit voor het gebruik van genormaliseerde documenten van de Loan Market Association (vereniging naar Engels recht) en de Euro-PP-werkgroep (vereniging naar Frans recht). Dit initiatief richt zich uitsluitend op bedrijfsschuld.
(23) De Duitse verzekeringssector heeft bijvoorbeeld een eenvoudige regeling, erkend door BaFiN, ontwikkeld die verzekeraars de mogelijkheid biedt een vooraf bepaalde reeks van financiële indicatoren gemakkelijk te berekenen voor de beoordeling van de kredietwaardigheid alsook om na te gaan of voldaan is aan de kapitaalvereisten voor investeringen in onderhandse plaatsing.
(24) Specifieke multilaterale handelsfaciliteit (MTF) van de beurs van Londen voor kleine en middelgrote ondernemingen.
(25) Improving the market performance of business information regarding SMEs, ECSIP-consortium 2013.
(26) In 2009 waren familieondernemingen goed voor meer dan 60 % van alle Europese ondernemingen. Bron: Europese Commissie, Eindverslag van de deskundigengroep – Overview of Family Business Relevant Issues: Research, Networks, Policy Measures and Existing Studies .
(27) EU IPO Report uitgebracht door de Europese taskforce voor beursintroducties (European Issuers, EVCA and FESE), 23 maart 2015.
(28) Verslag Demarigny, An EU-Listing Small Business Act, maart 2010.
(29) Een recente Oxera-studie toont de gemiddelde kosten voor beleggers die op zoek zijn naar informatie over een investering, namelijk 58 USD in de VS tegenover 430 EUR in de EU.
(30) Als onderdeel van het REFIT-programma voor vereenvoudiging en vermindering van de regeldruk.
(31) Zie de studie van de Commissie: http://ec.europa.eu/growth/tools-databases/newsroom/cf/itemdetail.cfm?item_id=7562&lang=en&title=Improving-the-market-performance-of-business-information-services-regarding-listed-SMEs
(32) APG verklaarde bijvoorbeeld in haar antwoord op de raadpleging dat 50 % van de op de Euronext van Amsterdam, Brussel, Parijs en Lissabon genoteerde kmo's niet profiteert van enig financieel onderzoek, terwijl er voor 16 % slechts één analist is.
(33) Bron: Bloomberg.
(34) Beheerders die een vergunning krachtens de AIFM-richtlijn hebben en in de EU zijn gevestigd, kunnen deze fondsen aanwenden om te beleggen op lange termijn of in illiquide of moeilijk verhandelbare ("hard-to-sell") activa zoals infrastructuurprojecten en kmo’s die stabiele financiering voor een aantal jaren nodig hebben. In ruil hiervoor zullen voor deze activa waarschijnlijk een hogere „illiquiditeitspremie” of stabielere opbrengsten worden uitgekeerd, als compensatie voor de onmogelijkheid voor beleggers om hun geld vóór een bepaalde datum terug te krijgen.
(35) Verordening (EU) nr. 575/2013.
(36) Richtlijn 2013/36/EU.
(37) Zie werkdocument 2013/02 van de EIB, Private Infrastructure Finance and Investment in Europe, blz. 11.
(38) Uit een mondiale studie van Moody’s over percentages van wanbetaling en invordering tussen 1983 en 2012 blijkt dat het cumulatieve cijfer voor wanbetaling over10 jaar 6,6 % voor de infrastructuursector bedraagt. Dit is lager dan voor projectfinanciering met bankleningen. Bovendien ligt het terugvorderingspercentage voor noodlijdende infrastructuurleningen ook hoog (tot 80 %).
(39) In 2013 bedroegen de investeringen in overheidsinfrastructuur voor de EU-28 in het totaal bijvoorbeeld 450 miljard EUR. 90 % van dit bedrag bestond uit overheidsinvesteringen terwijl particuliere investeringen (waaronder publiek-private partnerschappen) goed waren voor ongeveer 10 %, EIB-werkdocument 2013/02, blz. 7.
(40) Zie bijvoorbeeld het verslag van Oliver Wyman (2012), The real financial crisis: why financial intermediation is failing ; IPO Task Force Report, Rebuilding IPOs in Europe, 23 maart 2015.
(41) Who owns the European economy? Evolution of the ownership of EU listed companies between 1970 and 2012 OEE, IODS (2012): .
(42) In 2013 had slechts 35 % van de kleine beleggers vertrouwen dat aanbieders van beleggingsdiensten de regels ter bescherming van de consument naleefden. Europese Commissie (2013), Marktmonitoringonderzoek, 2010-2013.
(43) Richtlijn 2014/91/EU; Verordening (EU) nr. 1286/2014; Richtlijn 2014/65/EU; Richtlijn verzekeringsdistributie, 10747/15; Richtlijn 2009/138/EG en het voorstel van de Commissie voor een verordening betreffende de rapportage en de transparantie van effectenfinancieringstransacties, COM/2014/040 final.
(44) Het verslag 2015 over de toereikendheid van de pensioenen: huidige en toekomstige toereikendheid van het inkomen van ouderen in de EU, wordt verwacht.
(45) Een overzicht van de huidige markt en het regelgevingskader is opgenomen in het raadplegingsdocument van de EIOPA van 3.7.2015 over de invoering van een gestandaardiseerd pan-Europees product voor individuele pensioenen.
(46) Bron: Final Report: Who owns the European economy? Evolution of the ownership of EU-Listed companies between 1970 and 2012, Observatoire de l'Epargne Européenne en Insead OEE Data Services, augustus 2013.
(47) http://ec.europa.eu/finance/consultations/2015/long-term-finance/docs/consultation-document_en.pdf
(48) Op het hoogtepunt van de crisis gaven de slechtst presterende Europese securitisatieproducten met AAA-rating in 0,1 % van de gevallen aanleiding tot wanbetaling. Ter vergelijking: in de VS leidden de overeenstemmende producten in 16 % van de gevallen tot wanbetaling. De meer riskante EU-securitisatie (met BBB-rating) presteerde ook goed: de slechtst presterende klassen leidden op het hoogtepunt van de crisis in 0,2 % van de gevallen tot wanbetaling. De wanbetaling voor Amerikaanse securitisaties met BBB-rating beliep daarentegen 62 %. Bron: EBA.
(49) Wanneer de oorspronkelijke kredietgever een schuldvordering aan een ander overdraagt.
(50) Verordening (EU) nr. 648/2012.
(51) Verordening (EU) nr. 909/2014.
(52) http://ec.europa.eu/internal_market/financial-markets/docs/clearing/second_giovannini_report_en.pdf
(53) COM(2014) 1500 final van 12.3.2014.
(54) Evaluatie van de tenuitvoerlegging van de aanbeveling inzake een nieuwe aanpak van faillissement en insolventie (http://ec.europa.eu/justice/civil/commercial/insolvency/index_en.htm).
(55) Toespraak van V. Constâncio, vicevoorzitter van de ECB.
(56) Zoals uiteengezet in de SFTR zal de Commissie, op basis van de resultaten van de werkzaamheden in de desbetreffende internationale fora en met de bijstand van de ESMA, de EBA en het ESRB, in 2017 aan het Europees Parlement en de Raad rapporteren over de voortgang in de internationale werkzaamheden voor de beperking van aan SFT’s verbonden risico’s, met inbegrip van de FSB-aanbevelingen inzake haircuts (surpluspercentages) op niet-centraal verrekende SFT’s en de geschiktheid daarvan voor de Europese markten.