Bijlagen bij COM(2017)160 - Derde jaarlijks verslag over de uitvoering van deel IV van de associatieovereenkomst met Midden-Amerika

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage II middels toelichtingen betreffende de invulling van de certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 en de passende behandeling van fouten of kleine tekortkomingen.

Bovendien zijn de partijen overeengekomen de classificatie te actualiseren vóór de inwerkingtreding van de laatste versie van de nomenclatuur van het geharmoniseerde systeem van de Werelddouaneorganisatie (GS 2012). De definitieve lijst zal door de Associatieraad worden aangenomen via de schriftelijke procedure.

Ten slotte verzocht Midden-Amerika om de verlenging van de mogelijkheid tot cumulatie van tonijn van oorsprong uit Mexico en Chili. De EU zegde toe om deze kwestie te analyseren, op voorwaarde dat de nodige samenwerking tussen de landen plaatsvindt.

3.6.    Subcomité Markttoegang voor goederen

Tijdens de bijeenkomst van dit subcomité op 13 juni 2016 namen de partijen de toezeggingen door die tijdens de voorgaande bijeenkomsten waren gedaan en bespraken ze kwesties die de EU aanbelangen, met name:

• de toezegging van Costa Rica om zijn accijnsregeling voor bier te herzien,

• de toezegging van Costa Rica om met ingang van 1 oktober 2017 de fiscale discriminatie van gedistilleerde dranken te beëindigen (zoals bepaald in de overeenkomst),

• het feit dat Nicaragua een vergoeding aanrekent voor het scannen van goederen bij grensposten, en

• Honduras' stelsel van invoervergunningen voor de invoer van uien.

De EU en Midden-Amerika waren het erover eens dat toegang tot betrouwbare, actuele en gedetailleerde statistieken van groot belang is voor het handelsbeleid en ze verbonden zich ertoe op regionaal niveau cijfers te blijven uitwisselen.

3.7.    Ad-hocvergadering over overheidsopdrachten

De partijen kwamen overeen om een tijdelijke technische ad-hocwerkgroep overheidsopdrachten te creëren die voor het eerst is bijeengekomen op 16 juni 2016. Hoewel bij de overeenkomst geen subcomité over dit onderwerp is opgericht, is duidelijk geworden dat het wenselijk is om overheidsopdrachten in het kader van de overeenkomst te behandelen. De partijen hebben informatie uitgewisseld over de wetgeving in verschillende Midden-Amerikaanse landen en de overeenstemming ervan met de bepalingen van de overeenkomst. De EU belichtte met name onlangs door de Panamese autoriteiten aangenomen praktijken die in het licht van de overeenkomst moesten worden herzien. Gezien bepalingen van de Panamese wet inzake overheidsopdrachten momenteel worden herzien, heeft de EU er bij Panama op aangedrongen de nodige veranderingen in de wetgeving door te voeren.

3.8.    Associatiecomité

Het Associatiecomité heeft tijdens zijn derde bijeenkomst, op 23 juni 2016, de stand van zaken van de werkzaamheden van de verschillende subcomités opgemaakt en andere handelsgerelateerde kwesties besproken.

De EU lichtte het belang van volledige bescherming van GA’s in Midden-Amerika toe en uitte haar bezorgdheid in verband met recente praktijken in Guatemala en Honduras. Voorts herinnerde de EU aan de toezeggingen van Midden-Amerika om zich naar best vermogen in te spannen bij de uitvoering van internationaal overeengekomen normen, onder meer met betrekking tot financiële diensten en de bestrijding van witwaspraktijken, financiering van terrorisme en belastingfraude. De EU stelde haar initiatieven inzake vennootschapsbelasting voor (pan-EU-lijst, BEPS) en verzocht Midden-Amerika op dit gebied samen te werken.

Ook drong de EU er bij Costa Rica op aan om zoals overeengekomen in hun gemeenschappelijke verklaring een einde te maken aan de fiscale discriminatie die thans van toepassing is op bier en verzocht zij Panama het hoofdstuk in de overeenkomst betreffende overheidsopdrachten na te leven.

Wat regionale economische integratie betreft, gaf Midden-Amerika aan dat op de nakoming van de toezeggingen aan de EU nauwlettend was toegezien door de Raad van Ministers van Economie en Handel van Midden-Amerika (COMIECO) in het kader van Sieca. De EU benadrukte het belang van het zo spoedig mogelijk uitvoeren van bepaalde technische voorschriften.

Wat de wijzigingen van de overeenkomst in verband met de toetreding van Kroatië tot de EU betreft, erkenden de partijen dat er ondanks enige vooruitgang nog steeds grote verschillen qua benadering bestaan wat betreft de methode voor het beoordelen van eventuele compensaties naar aanleiding van de toetreding van Kroatië. De EU heeft Midden-Amerika aangespoord een constructieve benadering te hanteren, vooral omdat de EU reeds met al haar andere preferentiële partners in Latijns-Amerika gesprekken heeft afgerond, met bevredigende oplossingen voor beide partijen. Besloten werd de dialoog voort te zetten, met de bedoeling zo snel mogelijk overeenstemming te bereiken.

4. NALEVING VAN DE VERPLICHTINGEN OP HET GEBIED VAN HANDEL EN DUURZAME ONTWIKKELING

4.1    Institutionele aspecten

De derde bijeenkomst van de Raad inzake handel en duurzame ontwikkeling werd op 15 en 16 juni 2016 in Honduras gehouden.

De raad heeft informatie uitgewisseld over aan arbeid en milieu gerelateerde kwesties, met inbegrip van thema’s zoals de sociale dialoog, niet-discriminatie, verantwoordelijke waardeketens, de circulaire economie en de handel in wilde dieren. De EU bracht de mededeling "Handel voor iedereen" onder de aandacht, waarvan met name de op waarden gestoelde agenda relevant is voor de Raad inzake handel en duurzame ontwikkeling.

Een vergadering van het forum voor de dialoog met het maatschappelijk middenveld – bestaande uit vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties uit de EU en Midden-Amerika – vond plaats op 17 juni 2016. Hierop waren vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld uit alle Midden-Amerikaanse landen met uitzondering van Panama en uit de EU aanwezig. Er werd ook een workshop over handelsregelingen en -praktijken met het oog op duurzame ontwikkeling georganiseerd en een vergadering met leden van adviesgroepen uit beide regio’s. Vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld legden een gezamenlijke verklaring voor aan de raad. Deze zegde toe in een later stadium daarop te zullen reageren. Voor meer informatie: zie http://www.eesc.europa.eu/?i=portal.en.events-and-activities-3rd-eu-central-america .

4.2. Uitvoering van verdragen van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO)

Tijdens de bijeenkomst van de Raad inzake handel en duurzame ontwikkeling hebben de partijen verslag uitgebracht over hun uitvoering van de IAO-verdragen en over recente ontwikkelingen op wetgevend gebied. El Salvador en Guatemala antwoordden op vragen van de EU over het Verdrag van de IAO betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen die tijdens de internationale arbeidsconferentie de week voordien respectievelijk werden behandeld als ernstige zaak en als zeer ernstige en urgente zaak.

Opgemerkt werd dat de tenuitvoerlegging door El Salvador en Guatemala van IAO-Verdrag nr. 87 betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht in juni 2016 was besproken in de IAO-toezichtmechanismen, naar aanleiding van gevallen van geweld en moorden op vertegenwoordigers van de werknemers. De EU zal de situatie op de voet blijven volgen en de samenwerking met de IAO op dit gebied bevorderen.

4.3. Uitvoering van multilaterale milieuovereenkomsten

Tijdens de bijeenkomst van de raad hebben de partijen ook van gedachten gewisseld over milieukwesties en onder andere Costa Rica lichtte zijn strategie toe om gebruik te maken van zijn ambitieuze doelstellingen voor een koolstofarme economie om innovatie te stimuleren in productieve sectoren zoals de koffieproductie en de veehouderij. De EU bracht ontwikkelingen zoals het pakket circulaire economie en het actieplan tegen de illegale handel in wilde dieren en planten onder de aandacht.

De Midden-Amerikaanse partijen en de EU wezen erop dat zij tijdens de conferentie van de partijen bij CITES in september 2016 hadden samengewerkt rond een aantal kwesties, onder meer door steun van de EU voor een voorstel van Guatemala en drie andere leden van CITES om de handel in alle soorten Dalbergia (palissander) te reguleren.

4.4. Ontwikkeling van een positieve agenda voor handel en duurzame ontwikkeling

Er is verder gedebatteerd over de ontwikkeling van een positieve agenda, met een aantal uiteenlopende standpunten over de voornaamste doelstelling van die activiteiten. Een voorstel om begin 2017 een evenement te organiseren over verantwoordelijke mondiale waardeketens kreeg algemene steun.

5. UITVOERING VAN DE VERORDENING (STABILISATIEMECHANISME VOOR BANANEN)

De overeenkomst voorziet in een preferentieel douanerecht op bananen voor ieder Midden-Amerikaans land onder rubriek 0803.00.19 (verse bananen) sinds de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst tot het jaar 2020 (aangegeven in een tariefverlagingstabel per jaar en per land). Deze bijzondere regeling is gebaseerd op een stabiliseringsclausule, waarin werd voorzien in een jaarlijks drempelvolume voor de invoer uit de landen van Midden-Amerika tijdens de overgangsperiode.


Indien als gevolg van de verlaging van de douanerechten de invoer van bananen dusdanig wordt dat deze ernstige schade voor de bananensector in de EU veroorzaakt of dreigt te veroorzaken, stelt de verordening de passende procedures vast om ernstige schade aan deze sector te vermijden. Derhalve heeft de Commissie, overeenkomstig de artikelen 3 en 13 van de verordening, toezicht gehouden op de ontwikkeling van de invoer van bananen uit Midden-Amerikaanse landen om na te gaan of aan de voorwaarden van de verordening om een vrijwaringsonderzoek te beginnen of voorafgaande toezichtmaatregelen in te voeren, werd voldaan.

Hoewel de invoer van bananen uit Guatemala in 2015 27 % boven de drempelwaarde uitsteeg, heeft de Commissie geen vrijwaringsonderzoek of tenuitvoerlegging van voorafgaande toezichtmaatregelen ingeleid en evenmin verzoeken hiertoe ontvangen. Deze invoer werd niet beschouwd als bedreiging voor de bananensector in de EU. Tegelijkertijd kwamen de andere Midden-Amerikaanse landen lang niet aan hun drempelwaarden in het kader van het stabilisatiemechanisme. In feite was het totale volume waarvoor in Midden-Amerika de preferentiële behandeling genoten werd eind 2015 goed voor slechts 65 % van de vastgestelde drempelwaarde.

LandBenut volumeDrempelwaarde%
GUATEMALA79 068 83462 500 000127
HONDURAS4 440 60162 500 0007
NICARAGUA8 389 29412 500 00067
PANAMA207 829 771468 750 00044
COSTA RICA927 260 9971 281 250 00072
EL SALVADOR02 500 0000
TOTAAL1 226 989 4971 890 000 00065


De invoer in 2015 van bananen in het kader van het stabilisatiemechanisme (in kg)

6. CONCLUSIE

Drie jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst vordert het tenuitvoerleggingsproces gestaag en functioneert het institutionele kader van de overeenkomst goed.

Ondanks negatieve algemene tendenzen in de Midden-Amerikaanse handelsomgeving is in de handelsstromen van de EU met Midden-Amerika een tamelijk sterke positieve ontwikkeling merkbaar. De verplaatsing van de activiteiten van een belangrijke regionale exporteur van IT-componenten in Midden-Amerika heeft nog steeds een sterk negatief effect – zoals het geval was in 2014 – hoewel de overige uitvoer uit Midden-Amerika naar de EU in 2015 met gemiddeld 13,8 % steeg, met de belangrijke bijdrage van het herstel van de uitvoer door de koffie-industrie, die met 34 % steeg ten opzichte van het voorgaande jaar. De EU-uitvoer naar Midden-Amerika hield gelijke tred met dit niveau van groei, met een stijging van liefst 22 % ten opzichte van 2015.

Ondanks deze forse groei blijft de benuttingsgraad van bestaande preferenties voor de EU-uitvoer naar Midden-Amerika aan de lage kant, maar voor de EU-invoer uit de regio zijn de cijfers beter. Mogelijk zijn in de EU verdere communicatie-inspanningen nodig om de voordelen die de overeenkomst EU-exporteurs kan bieden beter onder de aandacht te brengen. De Commissie blijft betrokken bij acties die marktdeelnemers bewuster moeten maken van de kansen die de overeenkomst biedt. Actie vanwege de lidstaten zou ook relevant kunnen zijn.

Aangezien de tariefcontingenten nog niet ten volle worden benut, zijn er voor marktdeelnemers duidelijk nog mogelijkheden om de handelsbetrekkingen uit te breiden.

Met betrekking tot het stabilisatiemechanisme voor bananen bleef de totale invoer uit Midden-Amerika over het algemeen stabiel en duidelijk onder de gecumuleerde drempelwaarden. Hoewel de invoer van bananen uit Guatemala de drempelwaarde overschreed, werd het niet nodig geacht een schorsing van de preferentiële douanerechten te overwegen, omdat de overschrijding niet geacht werd de EU-markt te destabiliseren.

Op het gebied van de handel in diensten, daalden de handelsstromen tussen de twee regio’s in 2014 licht tot 5,9 miljard EUR. Panama, Costa Rica en Guatemala blijven de belangrijkste handelspartners in deze economische ruimte. De handelsreeks is echter nog steeds te beperkt om het effect van de overeenkomst op de handel in diensten te kunnen beoordelen.

Een prioriteit voor de EU zal zijn om de positieve samenwerking met Midden-Amerika te blijven handhaven en versterken met als gemeenschappelijke doelstelling de juiste tenuitvoerlegging van de overeenkomst door alle betrokken actoren. Marktdeelnemers, consumenten en maatschappelijke organisaties uit beide regio’s zullen op die manier ten volle kunnen profiteren van de door de overeenkomst ontstane mogelijkheden en hierop kunnen voortbouwen, om zo een wederzijds voordelige relatie verder te consolideren.

De correcte werking van de instellingen in het kader van de overeenkomst is essentieel voor een goede tenuitvoerlegging. Zij vormen het forum waar de discussie kan worden aangegaan en voor alle partijen aanvaardbare oplossingen kunnen worden gezocht voor diverse problemen gaande van de naleving van de afspraken in het kader van de verschillende titels van de overeenkomst (bijvoorbeeld op het gebied van handel en duurzame ontwikkeling, overheidsopdrachten enz.) tot vraagstukken in verband met markttoegang en helpen over het algemeen bij het op gestructureerde en onderling overeengekomen wijze aanpakken van uitdagingen op het gebied van de tenuitvoerlegging.

In dit verband waren meer recente inspanningen gericht op samenwerking inzake arbeidskwesties en milieunormen, met een bredere visie op het gebied van deelname van het maatschappelijk middenveld, sociale dialoog, circulaire economie en waardeketens - allemaal in overeenstemming met het bestaande EU-handelsbeleid. 10

De Commissie zal zich samen met Midden-Amerika blijven inzetten in het tenuitvoerleggingsproces en alle problemen in verband met de tenuitvoerlegging van de overeenkomst die door ondernemingen, burgers of andere belanghebbenden worden aangekaart, blijven aanpakken. Zij roept ook de EU-lidstaten en het Europees Parlement op actief aan dit proces te blijven bijdragen.

(1) PB L 346 van 15.12.2012, blz. 3.
(2) PB L 17 van 19.1.2013, blz. 13.
(3) COM(2016) 73 final.
(4) De gemiddelde wisselkoersen voor EUR/USD waren 1,3281 in 2013, 1,3285 in 2014 en 1,1095 in 2015.
(5) Secretaría de Integración Económica Centroamericana.
(6) Bron: Eurostat, DG Handel.
(7) Bron: Eurostat.
(8) Gemiddeld percentage op basis van de beschikbare gegevens per Midden-Amerikaans land.
(9) Zie beleidsdocument "Handel voor iedereen" (http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2015/october/tradoc_153846.pdf).