Bijlagen bij COM(2020)288 - Geconsolideerde jaarrekening van de EU voor het begrotingsjaar 2019

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage 1 bij Besluit C(2017) 7693 van de Commissie van 22 november 2017. De Commissie is gemachtigd tot het beleggen van de activa van het EFSI-garantiefonds op de financiële markten in overeenstemming met het beginsel van goed financieel beheer en met inachtneming van adequate prudentiële regels. De activa worden zo beheerd dat zij voor voldoende liquiditeit zorgen in verhouding tot de potentiële garantieverzoeken, maar toch gericht blijven op een optimaal niveau van rendement en risico dat verenigbaar is met het behoud van een hoge graad van zekerheid en stabiliteit.


102.VALUTARISICO

Valutarisico voor de financiële instrumenten van de EU aan het einde van het jaar — nettopositie

miljoen EUR
31.12.2019
USDGBPDKKSEKEUROverigeTotaal
Financiële activa
Voor verkoop beschikbare financiële activa5776217917 7232118 407
Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in overschot/tekort(393)529137
Leningen*1732657121
Vorderingen en verhaalbare bedragen30804629322 75123323 974
Geldmiddelen en kasequivalenten10031131943216 9101 67319 745
3321 20939853357 9791 93462 384
Financiële verplichtingen
Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen reële waarde via veranderingen in overschot/tekort(0)(10)(2)(12)
Crediteuren(5)(1)(0)(1)(27 200)(33)(27 241)
(5)(1)(0)(1)(27 211)(35)(27 254)
Totaal3261 20839853230 7681 89835 130

* Met uitzondering van back-to-backleningen voor financiële bijstand.

miljoen EUR
31.12.2018
USDGBPDKKSEKEUROverigeTotaal
Financiële activa
Voor verkoop beschikbare financiële activa6195718714 7251715 443
Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in overschot/tekort(475)49116
Leningen*6056567
Vorderingen en verhaalbare bedragen194 1099910920 02630324 664
Geldmiddelen en kasequivalenten491 52429040614 3381 50518 113
2185 69040752349 6351 83058 303
Financiële verplichtingen
Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen reële waarde via veranderingen in overschot/tekort(20)(2)(22)
Crediteuren(2)(1)(0)(0)(32 218)(5)(32 227)
(2)(1)(0)(0)(32 238)(7)(32 249)
Totaal2165 68940752317 3971 82426 055

* Met uitzondering van back-to-backleningen voor financiële bijstand.

Indien de euro ten opzichte van andere munteenheden met 10 % zou zijn toegenomen, zou dit het volgende effect hebben:

miljoen EUR
Economisch resultaat
USDGBPDKKSEK
2019(14)(104)(35)(48)
2018(7)(512)(35)(47)

miljoen EUR
Nettoactiva
USDGBPDKKSEK
2019(17)(6)(2)(1)
2018(13)(5)(2)(1)


Indien de EUR 10 % zwakker was geworden ten opzichte van deze munteenheden, zou dit het volgende effect hebben gehad:

miljoen EUR
Economisch resultaat
USDGBPDKKSEK
2019171274258
201896254357

miljoen EUR
Nettoactiva
USDGBPDKKSEK
201920721
201816621


Opgenomen en verstrekte leningen voor financiële bijstand

De financiële activa en verplichtingen luiden thans enkel in euro, zodat de EU geen valutarisico loopt.

Kasverrichtingen

De eigen middelen die door de lidstaten in andere valuta's dan de euro worden betaald, worden overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) nr. 2014/609 van de Raad (gewijzigd bij Verordening (EU, Euratom) 804/2016 van de Raad) aangehouden op de eigenmiddelenrekeningen. Zij worden in euro omgezet wanneer dat nodig is om betalingen uit te voeren. De procedures die voor het beheer van deze middelen moeten worden gevolgd, zijn in bovengenoemde verordening vastgesteld. Af en toe worden zij onmiddellijk gebruikt voor betalingen die in dezelfde valuta worden uitgevoerd.

De Commissie houdt bij commerciële banken een aantal rekeningen aan in andere Europese munten dan in euro en in Amerikaanse dollar en Zwitserse frank, om betalingen in deze valuta’s te verrichten. Deze rekeningen worden aangevuld naargelang het bedrag van de te verrichten betalingen, zodat hun posities geen blootstelling aan valutarisico’s inhouden.

Wanneer diverse bedragen (behalve eigen middelen) in andere munten dan de euro worden ontvangen, worden zij ofwel overgeschreven naar andere rekeningen van de Commissie in dezelfde valuta wanneer dat nodig is om de uitvoering van betalingen te dekken, ofwel omgezet in euro en overgeschreven naar andere rekeningen in euro. Gelden ter goede rekening in andere munten dan de euro worden aangevuld naargelang de verwachte behoefte aan plaatselijke betalingen op korte termijn in dezelfde munten. De saldi op deze rekeningen worden onder hun respectieve bovengrenzen gehouden.


Geldboeten

Aangezien alle boeten worden opgelegd, betaald of voorlopig geïnd in euro, is er geen valutarisico.

Garantiefonds voor externe acties

De financiële activa van dit fonds zijn in euro uitgedrukt en daarom is er geen valutarisico. De leningen waarvoor subrogatie door de EU heeft plaatsgevonden door een beroep te doen op het fonds na wanbetalingen door de ontvanger van een lening, worden in de oorspronkelijke munteenheid verricht en daarom wordt de EU aan valutarisico blootgesteld. Er zijn geen afdekkingsactiviteiten („hedging“) om valutaschommelingen te compenseren door de onzekerheid over de timing van de terugbetaling van leningen.

EFSI-garantiefonds

Het EFSI-garantiefonds is momenteel actief in zowel de euro als de US-dollar. Het valutarisico wordt beheerst door het aangaan van derivaatcontracten (valutatermijncontracten) ter afdekking van de marktwaarde van de beleggingsportefeuille in USD. De limiet voor niet-afgedekte valutarisico’s is vastgesteld op 1 % van de totale waarde van de portefeuille, binnen de benchmark en de toewijzingen van de strategie voor het jaar. Bijgevolg zouden opwaartse of neerwaartse bewegingen van de marktwaarde van de beleggingen in USD boven of onder de limiet van 1 % leiden tot een herbalanceringstransactie (een nieuw termijncontract in dezelfde of in tegenovergestelde richting) om de afgedekte positie te corrigeren of om te keren. Een correctie van de afdekking kan ook in gang worden gezet door schommelingen van de EUR/USD-wisselkoers.

De leningen waarvoor subrogatie door de EU heeft plaatsgevonden door een beroep te doen op het fonds na wanbetalingen door de ontvanger van een lening, worden in de oorspronkelijke munteenheid verricht en daarom wordt de EU aan valutarisico blootgesteld. Voor gesubrogeerde leningen zijn er geen afdekkingsactiviteiten („hedging“) om valutaschommelingen te compenseren vanwege de onzekerheid over de timing van de terugbetaling van leningen.

EFDO-garantiefonds

Het EFDO-garantiefonds is momenteel alleen in euro actief, maar de richtsnoeren voor het beheer van de fondsactiva voorzien in de mogelijkheid om in sommige andersluidende activa te beleggen.

103.RENTERISICO

De onderstaande tabel toont de rentegevoeligheid van voor verkoop beschikbare financiële activa bij een mogelijke wijziging in de rentevoet van +/- 100 basispunten (1 %).

miljoen EUR
Stijging (+)/daling (–) in basispuntenEffect op de nettoactiva
2019: Voor verkoop beschikbare financiële activa+100(447)
-100483
2018: Voor verkoop beschikbare financiële activa+100(348)
-100374

Opgenomen en verstrekte leningen voor financiële bijstand

Gezien de aard van de verstrekte en opgenomen leningen heeft de EU aanzienlijke rentedragende activa en passiva. Er is echter geen renterisico aangezien tegenover de opgenomen leningen gelijkwaardige verstrekte leningen staan met dezelfde voorwaarden („back-to-back“-leningen).

Kasverrichtingen

Voor de thesaurie van de Commissie worden geen leningen opgenomen. Daarom is zij niet blootgesteld aan een renterisico. De rente wordt echter berekend op saldi die op verschillende bankrekeningen worden aangehouden. De Commissie heeft daarom maatregelen getroffen om ervoor te zorgen dat de verkregen rente overeenstemt met de marktrente en de mogelijke schommelingen daarvan.

Rekeningen geopend bij schatkisten van lidstaten leveren geen rente op en zijn vrij van kosten. Voor rekeningen bij nationale centrale banken (eigen middelen en andere) kan een vergoeding worden ontvangen volgens de door elke instantie gehanteerde officiële tarieven. Aangezien sommige van de vergoedingen voor deze rekeningen momenteel negatief kunnen zijn, worden procedures voor kasmiddelenbeheer toegepast om de op deze rekeningen aangehouden saldi zo klein mogelijk te houden. De eigenmiddelenrekeningen worden beschermd tegen de gevolgen van negatieve rente overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) nr. 2014/609 van de Raad, gewijzigd bij Verordening (EU, Euratom) 804/2016 van de Raad.

Overnightsaldi op rekeningen die bij commerciële banken worden aangehouden, leveren dagelijks rente op. Deze is gebaseerd op de variabele marktrente waarop een contractuele marge (positief of negatief) wordt toegepast. De tarieven die door commerciële banken worden toegepast, kennen over het algemeen een bodemrente van nul voor operationele saldi tot een bepaald maximumbedrag.

De rentegevoeligheid van portefeuilles geldmarktinstrumenten en obligaties neemt toe met de looptijd. De looptijden van de belangrijkste door de Commissie beheerde activaportefeuilles worden hieronder toegelicht.

Geldboeten

De voorlopig geïnde geldboeten worden belegd in een portefeuille van geldmarktinstrumenten en langlopende obligaties met een gemiddelde portefeuillelooptijd van 2,57 jaar.

Garantiefonds voor externe acties

De middelen van het Garantiefonds worden belegd in een portefeuille van geldmarktinstrumenten en langlopende obligaties met een gemiddelde totale portefeuilleduur van 2,99 jaar.

EFSI-garantiefonds

De middelen van het EFSI-garantiefonds worden belegd in een portefeuille van geldmarktinstrumenten en langlopende obligaties met een gemiddelde totale portefeuilleduur van 3,07 jaar.

EFDO-garantiefonds

De middelen van het EFSI-garantiefonds worden belegd in een portefeuille van geldmarktinstrumenten en langlopende obligaties met een gemiddelde totale portefeuilleduur van 2,51 jaar.

104.KREDIETRISICO

De bedragen die de blootstelling van de EU aan kredietrisico aan het eind van de verslagperiode weerspiegelen, zijn de boekwaarden van de financiële instrumenten als vermeld in toelichting 2.


Leeftijdsanalyse van de financiële activa die niet zijn afgewaardeerd

miljoen EUR
TotaalNoch vervallen, noch afgewaardeerdVervallen maar niet afgewaardeerd
< 1 jaar1-5 jaar> 5 jaar
Verstrekte leningen52 68452 6831
Vorderingen en verhaalbare bedragen23 9749 4102 72611 543295
Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in overschot/tekort137137
Totaal op 31.12.201976 79562 2312 72711 543295
Verstrekte leningen53 93953 9390
Vorderingen en verhaalbare bedragen24 66414 7376 5853 209134
Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in overschot/tekort1616
Totaal op 31.12.201878 62068 6926 5853 209134


Vervallen vorderingen en verhaalbare bedragen op minder dan 1 jaar omvatten verhaalbare bedragen van 1 799 miljoen EUR in verband met mededingingsboeten. Vervallen vorderingen en verhaalbare bedragen op 1 tot 5 jaar omvatten verhaalbare bedragen van 9 212 miljoen EUR in verband met mededingingsboeten en vervallen vorderingen en verhaalbare bedragen op meer dan 5 jaar verhaalbare bedragen van 257 miljoen EUR in verband met mededingingsboeten. De bovenvermelde bedragen zijn grotendeels gedekt door bankgaranties, waardoor de Commissie weinig kredietrisico loopt. De beboete ondernemingen verstrekken deze garanties in plaats van voorlopige betalingen te doen. Bovendien omvatten de vervallen vorderingen en verhaalbare bedragen op minder dan 1 jaar en die op 1 tot 5 jaar vorderingen van 0,8 miljard EUR en verhaalbare bedragen van 2,1 miljard EUR respectievelijk in verband met de inbreukzaak in toelichting 2.6.1.1.

Kredietkwaliteit van financiële activa die noch vervallen, noch afgewaardeerd zijn

miljoen EUR
31.12.2019
VVB*Financiële activa RWOT**Verstrekte leningenVorderingen en verhaalbare bedragenContantenTotaal
Tegenpartijen met externe kredietrating
Beste en uitstekende rating8 848137323 63215 45228 101
Rating hoge middenklasse3 58823 0131 4443 68831 734
Rating lage middenklasse2 29824 7111 86732229 198
Niet-investeringswaardig2644 8554782625 858
14 99813752 6107 42219 72494 891
Tegenpartijen zonder externe kredietrating
Groep 1731 987212 082
Groep 222
731 989212 083
Totaal14 99813752 6839 41019 74596 974

miljoen EUR
31.12.2018
VVB*Financiële activa RWOT**Verstrekte leningenVorderingen en verhaalbare bedragenContantenTotaal
Tegenpartijen met externe kredietrating
Beste en uitstekende rating9 01916989 06414 95033 146
Rating hoge middenklasse3 20923 5137552 74030 217
Rating lage middenklasse1 76525 7751 45618129 177
Niet-investeringswaardig4 4882002214 909
13 9931653 87411 47518 09297 449
Tegenpartijen zonder externe kredietrating
Groep 1643 262213 347
Groep 2202
663 262213 349
Totaal13 9931653 93914 73718 113100 797

* Voor verkoop beschikbare financiële activa (uitgezonderd beleggingen in geldmarktfondsen en eigenvermogensinstrumenten).

**    Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in overschot/tekort.

In bovenstaande tabel zijn voor verkoop beschikbare financiële activa in de vorm van eigenvermogensinstrumenten zonder externe kredietrating niet meegenomen. De vier hierboven vermelde risicocategorieën zijn in beginsel gebaseerd op de ratingcategorieën van externe ratingagentschappen en hebben betrekking op:

·Beste en uitstekende rating: Moody P1, Aaa – Aa3; S&P A1+, A1, AAA – AA-; Fitch F1+, F1, AAA – AA- en gelijkwaardig

·Rating hoge middenklasse: Moody P2, A1 – A3; S&P A2, A+ – A-; Fitch F2, A+ – A- en gelijkwaardig

·Rating lage middenklasse: Moody P3, Baa1 – Baa3, S&P A3, BBB+ – BBB-; Fitch F3, BBBB+ – BBB- en gelijkwaardig

·Niet-investeringswaardig: Moody not prime, Ba1 – C; S&P B, C, BB+ – D; Fitch B, C, BB+ – D en gelijkwaardig

De EU gebruikt deze ratingcategorieën van externe agentschappen voornamelijk als referentie voor financiële instrumenten en commerciële banken, maar kan de bedragen na haar eigen analyse van individuele gevallen ook in een van de bovengenoemde risicocategorieën houden, ook al heeft een van de bovengenoemde ratingagentschappen de rating van de desbetreffende tegenpartij verlaagd. Wat de tegenpartijen zonder rating betreft, heeft groep 1 betrekking op debiteuren zonder wanbetalingen in het verleden en groep 2 op debiteuren met wanbetalingen in het verleden.

De hierboven weergegeven bedragen onder “Verstrekte leningen”, ingedeeld in „non-investment grade”, hebben voornamelijk betrekking op financieel steunkrediet van de Commissie aan partnerlanden in financiële moeilijkheden. Het bedrag onder “Vorderingen en verhaalbare bedragen” betreft op sommige lidstaten verhaalbare bedragen op grond van eigenmiddelenverordeningen of een andere rechtsgrondslag. Het bedrag onder „Contanten“ heeft hoofdzakelijk betrekking op bij de schatkist of in de centrale banken van de lidstaten geopende eigenmiddelenrekeningen om de eigenmiddelenbijdragen aan te houden zoals voorzien in de bovenvermelde verordening. De Commissie mag slechts geld van deze rekeningen afhalen om aan haar behoeften aan kasmiddelen voor de uitvoering van de begroting te voldoen.


Opgenomen en verstrekte leningen voor financiële bijstand

De blootstelling aan kredietrisico wordt in de eerste plaats beheerd door garanties van landen te krijgen in het geval van Euratom, daarna via het Garantiefonds voor externe maatregelen (MFB en Euratom), dan via de mogelijkheid de nodige middelen te onttrekken uit de eigenmiddelenrekeningen van de Commissie bij de lidstaten en uiteindelijk via de begroting van de EU.

In de eigenmiddelenwetgeving is het plafond voor betalingen van eigen middelen vastgesteld op 1,20 % van het bni van de lidstaten en in 2019 werd 0,88 % daadwerkelijk gebruikt om betalingskredieten te dekken. Dit betekent dat er op 31 december 2019 een beschikbare marge van 0,32 % bestond om die garanties te dekken. Hiervoor mag de EU een beroep doen op de lidstaten om ervoor te zorgen dat de juridische verbintenis van de EU ten opzichte van haar leners kan worden nageleefd.

Kasverrichtingen

De meeste kasmiddelen van de Commissie worden conform Verordening (EU, Euratom) nr. 609/2014 van de Raad (gewijzigd bij Verordening (EU, Euratom 2016/804) aangehouden op rekeningen die geopend zijn door de lidstaten voor de betaling van hun bijdragen (eigen middelen). Al deze rekeningen worden aangehouden bij de schatkist of de nationale centrale banken van de lidstaten. Deze instellingen houden voor de Commissie zo goed als geen krediet- of tegenpartijrisico in, aangezien het risico bij de lidstaten ligt. Voor het deel van de kasmiddelen van de Commissie dat wordt aangehouden bij commerciële banken ter dekking van betalingen, worden de rekeningen precies op tijd aangevuld. Dit gebeurt automatisch door het kasmiddelenbeheersysteem van de afdeling thesaurie. Op elke rekening wordt het laagst mogelijk saldo aangehouden, rekening houdende met het gemiddelde bedrag van de betalingen die dagelijks vanaf die rekening worden verricht. Daarom is het totale bedrag dat overnight op deze rekeningen staat, voortdurend zeer laag (gemiddeld om en bij de 70 miljoen EUR, gespreid over twintig rekeningen) en loopt de Commissie slechts een beperkt risico. Deze bedragen moeten worden gezien in het licht van het dagelijkse totaal van de kasmiddelensaldi, dat in 2019 schommelde tussen 6 miljard EUR en 40 miljard EUR, en in het licht van het totale bedrag van de in 2019 verrichte betalingen (ruim 158 miljard EUR).

Bovendien worden specifieke richtsnoeren toegepast voor de selectie van de commerciële banken om het tegenpartijrisico waaraan de Commissie is blootgesteld, nog verder te minimaliseren:

·alle commerciële banken worden via openbare aanbestedingen geselecteerd. Om toegelaten te worden tot de aanbestedingsprocedures, moeten de banken minimaal over een kortetermijnrating beschikken van Moody's P-1 of gelijkwaardig. In bepaalde, naar behoren gerechtvaardigde, omstandigheden volstaat een lagere rating;

·de kredietrating van de commerciële banken waarbij de Commissie rekeningen heeft, wordt dagelijks bekeken;

·in delegaties buiten de EU worden gelden ter goede rekening aangehouden bij lokale banken die geselecteerd worden met behulp van een vereenvoudigde aanbestedingsprocedure. De vereiste ratings zijn afhankelijk van de plaatselijke situatie en kunnen aanzienlijk verschillen van land tot land. Om de blootstelling aan kredietrisico te beperken worden de saldi op deze rekeningen zo laag mogelijk gehouden (waarbij rekening wordt gehouden met de operationele behoeften), worden deze rekeningen periodiek aangevuld en worden de toegepaste bovengrenzen jaarlijks herzien.

Geldboeten

Voorlopig geïnde geldboeten: deposito’s

De banken die deposito’s houden in verband met vóór 2010 voorlopig geïnde geldboeten worden geselecteerd in een aanbestedingsprocedure volgens het risicobeheerbeleid waarin bepaalde eisen zijn vastgesteld qua kredietrating en het bedrag van de middelen die in verhouding tot het vermogen van de tegenpartij kunnen worden geplaatst.

Voor commerciële banken die specifiek zijn geselecteerd voor het depot van voorlopig geïnde geldboeten geldt als algemene regel een minimale langetermijnrating A- (S&P of gelijkwaardig) van twee ratingbureaus. Er gelden specifieke maatregelen ingeval de rating van de banken in die groep wordt verlaagd. Daarnaast is het bedrag dat bij elke bank wordt gedeponeerd beperkt tot een bepaald percentage van haar eigen middelen, dat varieert volgens het ratingniveau van elke instelling. Bij de berekening van die limieten wordt ook rekening gehouden met de uitstaande garanties die diezelfde instelling aan de Commissie heeft verstrekt. Op gezette tijden wordt nagegaan of de uitstaande garanties voldoen aan de geldende eisen van het beleid.

Voorlopig geïnde geldboeten: BUFI-portefeuille

Voor de beleggingen in staatsschuldinstrumenten uit voorlopig geïnde boeten vanaf 2010 neemt de Commissie het kredietrisico over. De blootstelling is het grootst op Spanje, dat 20 % van de totale portefeuille uitmaakt. De vijf landen waarop de blootstelling het grootst is (Spanje, Italië, Duitsland, Frankrijk en België) vertegenwoordigen in totaal 52 % van de beleggingsportefeuille. De gewogen gemiddelde rating van de portefeuille is A (S&P, of gelijkwaardig).

Financiële waarborgen

Het risicobeheersingsbeleid voor het aanvaarden van dergelijke garanties staat borg voor een hoge kredietkwaliteit voor de Commissie. In het kader van dat beleid wordt een maximale kredietblootstelling per entiteit van de financiële sector vastgesteld op basis van de rating en het kapitaalniveau van de entiteit zoals opgenomen in haar financiële staten volgens de IFRS. Op gezette tijden wordt nagegaan of de uitstaande garanties voldoen aan de geldende eisen van het beleid.

Garantiefonds voor externe acties

De richtsnoeren voor het beheer van de activa en/of de beleggingsstrategie stellen bepaalde limieten en restricties in om de blootstelling van de portefeuille aan het kredietrisico te beperken. Die limieten en restricties omvatten beleggingsscriteria, absolute kredietlimieten in nominale termen volgens de categorie uitgever, relatieve concentratielimieten volgens de categorie uitgever en concentratielimieten per uitgifte. Alle beleggingen moeten ten minste de rating investeringswaardig hebben.

EFSI-garantiefonds

De richtsnoeren voor het beheer van de activa en de risico- en beleggingsstrategieën stellen bepaalde limieten en restricties in om de blootstelling van de portefeuille aan het kredietrisico, dat beperkt is tot de rating investeringswaardig, behalve voor de blootstelling op EU-lidstaten. De gewogen gemiddelde rating van de portefeuille is BBB+ (S&P, of gelijkwaardig).

Omdat de Banque de France per 31 december 2019 de enige tegenpartij is voor alle uitstaande valutatermijncontracten, zijn er op die datum geen kredietverbeteringen, zoals onderpand, schuldvergelijkingsovereenkomsten of garanties. De maximale blootstelling aan kredietrisico voor valutaderivaten met een positieve reële waarde aan het einde van de verslagperiode is gelijk aan de boekwaarde op de balans.

EFDO-garantiefonds

De richtsnoeren voor het beheer van de activa en de risico- en beleggingsstrategieën stellen bepaalde limieten en restricties in om de blootstelling van de portefeuille aan het kredietrisico, dat beperkt is tot de rating investeringswaardig, behalve voor de blootstelling op EU-lidstaten. De gewogen gemiddelde rating van de portefeuille is BBB+ (S&P, of gelijkwaardig).


105.LIQUIDITEITSRISICO

Looptijdanalyse van de financiële verplichtingen per resterende contractuele looptijd

miljoen EUR
< 1 jaar1-5 jaar> 5 jaarTotaal
Opgenomen leningen(1 273)(19 312)(31 978)(52 564)
Crediteuren(27 241)(27 241)
Financiële verplichtingen in verband met garanties(20)(20)
Overige(149)(640)(1 132)(1 921)
Totaal op 31.12.2019(28 684)(19 952)(33 110)(81 746)
Opgenomen leningen(2 350)(17 363)(34 158)(53 872)
Crediteuren(32 227)(32 227)
Overige(252)(648)(1 112)(2 012)
Totaal op 31.12.2018(34 829)(18 011)(35 270)(88 110)

Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in overschot/tekort

miljoen EUR
< 1 jaar1-5 jaar> 5 jaarTotaal
Te betalen bedragen uit derivaten(397)(2)(7)(406)
Te ontvangen bedragen uit derivaten395395
Nettokasstromen op 31.12.2019(2)(2)(7)(10)
Te betalen bedragen uit derivaten(490)(2)(6)(498)
Te ontvangen bedragen uit derivaten477477
Nettokasstromen op 31.12.2018(14)(2)(6)(21)

Opgenomen en verstrekte leningen voor financiële bijstand

Het liquiditeitsrisico dat voortvloeit uit leningactiviteiten wordt meestal geneutraliseerd door leningen tegen soortgelijke voorwaarden (back-to-backverrichtingen). Voor MFB en Euratom dient het Garantiefonds voor externe maatregelen als liquiditeitsreserve (of vangnet) ingeval de leners niet of laattijdig betalen. Voor het betalingsbalansmechanisme voorziet Verordening (EG) nr. 2009/431 in een procedure die voldoende tijd laat om middelen uit de eigenmiddelenrekeningen van de Commissie bij de lidstaten te mobiliseren. Voor het EFSM voorziet Verordening (EU) nr. 2010/407 van de Raad in een soortgelijke procedure.

Kasverrichtingen

De begrotingsbeginselen van de EU garanderen dat de totale kasmiddelen voor het jaar te allen tijde volstaan om alle betalingen uit te voeren. De totale bijdragen van de lidstaten en de diverse ontvangsten zijn in feite gelijk aan het bedrag van de betalingskredieten van het begrotingsjaar. De bijdragen van de lidstaten worden echter in de loop van het jaar ontvangen in twaalf maandelijkse tranches en zijn gebaseerd op de goedgekeurde begroting, terwijl de betalingen afhankelijk zijn van de operationele behoeften. Verder worden, overeenkomstig Verordening 609/2014 (betreffende de regels en procedures voor de terbeschikkingstelling van de eigen middelen, gewijzigd bij Verordening 804/2016) de bijdragen van de lidstaten in verband met gewijzigde begrotingen die in een bepaalde maand N, ofwel pas op de eerste werkdag van maand N+1 (indien goedgekeurd vóór de 16e van maand N), ofwel op de eerste werkdag van maand N+2 (indien goedgekeurd op of na de 16e van maand N) ter beschikking gesteld, terwijl de daarmee verband houdende betalingskredieten onmiddellijk beschikbaar zijn.

Om ervoor te zorgen dat in elke maand de beschikbare kasmiddelen altijd toereikend zijn om de uit te voeren betalingen te dekken, worden procedures gevolgd om periodiek een prognose van de kasmiddelen te maken. Onder bepaalde voorwaarden en tot op zekere hoogte kunnen eigen middelen of aanvullende financiering vroegtijdig bij de lidstaten worden afgeroepen. In verband met de operationele behoeften en de globale budgettaire beperkingen van de voorbije jaren moet het tempo van de betalingen in de loop van het jaar meer van nabij worden gevolgd. Daarnaast zorgen automatische instrumenten voor kasmiddelenbeheer ervoor dat er dagelijks op elke bankrekening van de Commissie voldoende liquiditeit is om de dagelijkse verrichtingen te kunnen doen.


Geldboeten

Het BUFI-fonds waarin de voorlopig betaalde geldboeten worden belegd, wordt beheerd volgens het beginsel dat de activa voldoende liquide moeten zijn om voor de betrokken verbintenissen te kunnen worden gemobiliseerd. De portefeuille bestaat hoofdzakelijk uit zeer liquide effecten die te gelde kunnen worden gemaakt om uitstromen van kasmiddelen op korte termijn op te vangen. Daarnaast maken geldmiddelen en kasequivalenten en effecten met een looptijd korter dan 1 jaar 24 % uit.

Garantiefonds voor externe acties

Het fonds wordt beheerd volgens het beginsel dat de activa voldoende liquide moeten zijn om voor de betrokken verbintenissen te kunnen worden gemobiliseerd. Het fonds houdt daarom een bedrag aan monetaire activa aan dat toereikend is om uitstromen van kasmiddelen op korte termijn te dekken. Geldmiddelen en kasequivalenten en effecten met een looptijd korter dan 1 jaar maken 11 % uit.

EFSI-garantiefonds

Het EFSI-garantiefonds wordt beheerd volgens het beginsel dat de activa voldoende liquide moeten zijn om voor de betrokken verbintenissen te kunnen worden gemobiliseerd. De portefeuille bestaat uit liquide effecten die te gelde kunnen worden gemaakt om eventuele uitstromen van kasmiddelen op korte termijn op te vangen. Daarnaast maken geldmiddelen en kasequivalenten en effecten met een looptijd korter dan 1 jaar 23 % uit.

De afwikkeling van derivatencontracten gebeurt bruto en op basis van de contractuele looptijd. Verplichtingen worden nagekomen via verkoop van activa in USD en/of een swap, wat aanleiding kan geven tot een uitstroom van kasmiddelen als gevolg van wisselkoersverschillen.

Er is geen liquiditeitenbeheer nodig wat betreft onderpand/marginvereisten aangezien de afdekkende tegenpartij aanvaardt om met de Commissie samen te werken zonder eisen inzake zekerheden/margestortingen.

EFDO-garantiefonds

Het EFSD-garantiefonds wordt beheerd volgens het beginsel dat de activa voldoende liquide moeten zijn om voor de betrokken verbintenissen te kunnen worden gemobiliseerd.

De portefeuille bestaat uit liquide effecten die te gelde kunnen worden gemaakt om eventuele uitstromen van kasmiddelen op korte termijn op te vangen. Daarnaast maken geldmiddelen en kasequivalenten en effecten met een looptijd korter dan 1 jaar 42 % uit.

Overige financiële instrumenten — financiële verplichtingen uit derivaat

In 2017 heeft de EU een derivatencontract afgesloten (een valutaoptie) waarmee het zich indekt tegen de devaluatie van een valuta in verband met leningen verstrekt door financiële instellingen in het kader van het programma van mkb-financieringsfaciliteit voor het Oostelijk Partnerschap (zie toelichting 2.11.2). Voorts houdt de EU-garantie op de aandelenportefeuilles van de EIB-groep een financiële verplichting in om mutaties in de waarde of afwaarderingen van onderliggende beleggingen te dekken. Zoals voor de andere financiële instrumenten die uit de EU-begroting worden gefinancierd, kan het bedrag waarvoor de EU uit hoofde van deze optie aansprakelijk is, ten hoogste het bedrag zijn waarvoor een vastlegging is gedaan, waardoor het liquiditeitsrisico beperkt is.


106.INFORMATIEVERSCHAFFING OVER VERBONDEN PARTIJEN

107.VERBONDEN PARTIJEN

De verbonden partijen van de EU zijn de andere geconsolideerde EU-entiteiten, de geassocieeerde deelnemingen en de leidinggevenden van die entiteiten. Verrichtingen tussen deze entiteiten maken deel uit van de normale verrichtingen van de EU en daarom gelden er overeenkomstig de boekhoudregels van de EU geen specifieke verplichtingen tot informatieverschaffing voor deze verrichtingen.

108.RECHTEN VAN LEIDINGGEVENDEN

Voor de informatieverschaffing over verrichtingen met verbonden partijen met betrekking tot de leidinggevenden van de EU, werden deze in vijf categorieën onderverdeeld:

Categorie 1: de voorzitter van de Europese Raad, de voorzitter van de Commissie en de voorzitter van het Hof van Justitie.

Categorie 2: de vicevoorzitter van de Commissie en de hoge vertegenwoordiger van de EU voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de andere vicevoorzitters van de Commissie.

Categorie 3: de secretaris-generaal van de Raad, de leden van de Commissie, de rechters en de advocaten-generaal van het Hof van Justitie, de voorzitter en de leden van het Gerecht van eerste aanleg, de Ombudsman en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.

Categorie 4: de voorzitter en de leden van de Rekenkamer.

Categorie 5: de topambtenaren van de instellingen en agentschappen. Hieronder wordt een overzicht van hun rechten gegeven.

Overige informatie kan ook worden gevonden in het Statuut dat bekendgemaakt is op de Europa-website. Het Statuut is het officiële document waarin de rechten en plichten van alle ambtenaren van de EU zijn beschreven. Leidinggevenden hebben geen preferentiële leningen van de EU ontvangen.


GELDELIJKE RECHTEN VAN LEIDINGGEVENDEN

EUR
Rechten (per personeelslid)Categorie 1Categorie 2Categorie 3Categorie 4Categorie 5
Basissalaris (per maand)28 461,3925 780,25 -20 624,20 -22 274,14 -13 113,98 -
26 811,4723 202,2323 717,8420 624,20
Verblijfstoelage/Ontheemdingstoelage15 %15 %15 %15 %0-4%-16%
Gezinstoelagen:
Kostwinnerstoelage (% salaris)2% + 191,442% + 191,442% + 191,442% + 191,442% + 191,44
Kindertoelage418,31418,31418,31418,31418,31
Voorschoolse toelage102,18102,18102,18102,18102,18
Schooltoelage of283,82283,82283,82283,82283,82
schooltoelage buiten standplaats567,38567,38567,38567,38567,38
Voorzitterstoelagen.v.t.n.v.t.651,20n.v.t.n.v.t.
Representatietoelage1 542,36991,26651,20n.v.t.n.v.t.
Jaarlijkse reiskostenn.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t.
Overdrachten naar lidstaten:
Schooltoelage*JaJaJaJaJa
% salaris*5 %5 %5 %5 %5 %
% salaris zonder correctiecoëfficiëntmax. 25 %max. 25 %max. 25 %max. 25 %max. 25 %
Representatiekostenvergoedvergoedvergoedn.v.t.n.v.t.
Ambtsaanvaarding:
Inrichtingskosten56 922,7751 560,4941 248,3944 548,28vergoed
- 53 622,93
- 46 404,45
- 47 435,67
Reiskosten familievergoedvergoedvergoedvergoedvergoed
Verhuiskostenvergoedvergoedvergoedvergoedvergoed
Ambtsneerlegging:
Inrichtingskosten28 461,3925 780,25 -20 624,20 -22 274,14 -vergoed
26 811,4723 202,2323 717,84
Reiskosten familievergoedvergoedvergoedvergoedvergoed
Verhuiskostenvergoedvergoedvergoedvergoedvergoed
Overbrugging (% salaris)**40 % - 65 %40 % - 65 %40 % - 65 %40 % - 65 %n.v.t.
ZiektekostenverzekeringGedektGedektGedektGedektGedekt
Pensioen (% salaris, vóór belastingen)max. 70 %max. 70 %max. 70 %max. 70 %max. 70 %
Inhoudingen:
Belasting op salaris8 % - 45 %8 % - 45 %8 % - 45 %8 % - 45 %8 % - 45 %
Ziektekostenverzekering (% salaris)1,7 %1,7 %1,7 %1,7 %1,7 %
Speciale heffing op salaris7 %7 %7 %7 %6-7%
Pensioenbijdragen.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t.9,7 %
Aantal personen aan het einde van het jaar389328112

* Met toepassing van de correctiecoëfficiënt.

** Betaald gedurende de eerste drie jaar na vertrek.


109.GEBEURTENISSEN NA DE BALANSDATUM

Bij het opstellen van de jaarrekeningen en de bijbehorende toelichtingen werd gebruik gemaakt van de recentste beschikbare gegevens en dit komt tot uiting in de hierboven opgenomen informatie. Op de datum van aftekening van deze jaarrekening zijn er twee relevante gebeurtenissen, die hierna worden belicht: het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie en de EU-respons op de uitbraak van het coronavirus. Er zijn geen andere relevante punten onder de aandacht gekomen van de rekenplichtige van de Commissie die een afzonderlijke vermelding in deze rubriek zouden vereisen. Evenmin waren dergelijke punten bij hem gemeld.

COVID-19, de ziekte veroorzaakt door het coronavirus

De uitbraak van het coronavirus heeft in de eerste helft van 2020 wereldwijd een enorme impact gehad. Deze gebeurtenis vereist geen aanpassing van de gerapporteerde cijfers. In volgende verslagperioden zal de implementatie van de onmiddellijke initiatieven die door de Commissie zijn voorgesteld (zoals het heractiveren van het instrument voor noodhulpinstrument (ESI) en de verdere versterking van het mechanisme voor civiele bescherming van de Unie (UCPM/rescEU), het investeringsinitiatief Coronavirusrespons (CRII en CRII+) en het instrument voor tijdelijke steun om het risico op werkloosheid in noodsituaties te beperken (SURE) naar aanleiding van de uitbraak van COVID-19) gevolgen hebben voor de opname, de weging of de herclassificatie van bepaalde activa en passiva in de financiële staten:

·Heractivering van het instrument voor noodhulpinstrument (ESI) en verdere versterking van het mechanisme voor civiele bescherming van de Unie (UCPM/rescEU):

wegens de diepte van de crisis als gevolg van de COVID-19-uitbraak en de omvang en de aard van de behoeften die steun uit de EU-begroting noodzakelijk maken, heeft de EU het ESI geheractiveerd. Dit oorspronkelijk in maart 2016 ingestelde instrument om het hoofd te bieden aan de noodsituatie ten gevolge van de massale toestroom van vluchtelingen in Griekenland (zie Verordening (EU) 2016/369 van de Raad van 15 maart 2016), is voor een periode van drie jaar (1 februari 2020 - 31 januari 2022) geheractiveerd ter financiering van uitgaven om de COVID-19-pandemie aan te pakken (zie Verordening (EU) 2020/521 van 14 april 2020). Voor dit doel is de EU-begroting voor 2020 gewijzigd om 2,7 miljard EUR aan vastleggingskredieten en 1,4 miljard EUR aan betalingskredieten erin op te nemen (zie definitieve vaststelling (EU, EU, Euratom) 2020/537 van de gewijzigde begroting nr. 2 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2020 van 17 april 2020). Deze heractivering zal de Unie in staat stellen maatregelen uit te rollen die gericht zijn op preventie en matiging van de ernstige gevolgen in een of meer lidstaten, en op een gecoördineerde manier op te treden met betrekking tot de COVID-19-ramp, door hulp die via andere EU-instrumenten wordt verstrekt aan te vullen. Het instrument wordt centraal beheerd door de Commissie en spitst zich hoofdzakelijk toe op rechtstreekse aankoop en subsidies; in sommige gevallen zullen de acties worden uitgevoerd via partners zoals internationale organisaties.

Ter aanvulling van het ESI is het Uniemechanisme voor civiele bescherming/rescEU versterkt met het oog op het aanleggen van grotere reserves en het coördineren van de verdeling van essentiële hulpmiddelen over Europa (zie Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/570 van de Commissie, zoals gewijzigd bij Uitvoeringsbesluit 2020/414 van de Commissie van 19 maart 2020 en Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/452 van de Commissie van 26 maart 2020). Daartoe is de begroting 2020 gewijzigd en versterkt met 0,3 miljard EUR aan vastleggingskredieten en 0,2 miljard EUR aan betalingskredieten. De versterking van het UCPM/rescEU is erop gericht de lidstaten te ondersteunen bij de voorziening van bepaalde noodzakelijke uitrusting (zoals therapeutica, medische apparatuur, persoonlijke beschermingsmiddelen, laboratoriumbenodigdheden) door middel van de aanschaf van prioritaire goederen (in volume en diversiteit) via gezamenlijke aanbesteding in het kader van de desbetreffende overeenkomst. Deze gecoördineerde aanpak levert de lidstaten een sterkere positie op in onderhandelingen met het bedrijfsleven over de beschikbaarheid en de prijs van medische producten. De directe subsidies uit rescEU betekenen 100% financiering uit de EU-begroting en omvat volledige financiering van de ontwikkeling van deze capaciteiten en volledige financiering van het inzetten ervan. De aangekochte uitrusting zal in een of meer lidstaten worden opgeslagen en de besluitvorming zal op EU-niveau worden georganiseerd. Hiermee zullen noodvoorraden worden verstrekt bovenop nationale voorraden. De apparatuur is voor alle lidstaten beschikbaar en zal worden gebruikt in geval van onvoldoende nationale capaciteit.


·Investeringsinitiatief Coronavirusrespons (CRII en CRII+):

bij het op grond van Verordening 2020/460 van het Europees Parlement en de Raad van 30 maart 2020 ten uitvoer gelegde CRII zijn bijzondere maatregelen ingesteld om investeringen in de gezondheidszorgstelsels van de lidstaten en in andere sectoren van hun economie te mobiliseren in antwoord op de uitbraak van COVID-19, door middel van de verstrekking van onmiddellijke liquiditeit voor de versnelde uitvoering van 37 miljard EUR aan Europese publieke investeringen, de introductie van flexibiliteit bij de toepassing van de EU-regels voor uitgaven en de verruiming van de werkingssfeer van het Solidariteitsfonds van de EU. Bij CRII+, ingesteld bij Verordening 2020/558 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2020, zijn nadere maatregelen geïntroduceerd om uitzonderlijke flexibiliteit toe te staan voor het inzetten van de Europese structuur- en investeringsfondsen. Op de balans 2019 was 6,8 miljard EUR opgenomen als kortlopende voorfinanciering omdat het de bedoeling was dat de betrokken bedragen in de loop van 2020 zouden worden terugbetaald. Als gevolg van het CRII blijven de bedragen nu bij de lidstaten om te worden gebruikt om investeringen in verband met de COVID-19-uitbraak versneld uit te voeren. Omdat in het CRII is bepaald dat de voorfinancieringen worden verrekend of terugbetaald bij afsluiting en de subsidiabiliteitsperioden einddatum 2022 kunnen hebben, zal de volledige 6,8 miljard EUR kortlopende voorfinanciering overeenkomstig de boekhoudregels wellicht worden geherclassificeerd als langlopend in de financiële staten van 2020.

·Europees instrument voor tijdelijke steun om het risico op werkloosheid te beperken in een noodtoestand (SURE) als gevolg van de COVID-19-uitbraak:

als onderdeel van haar noodhulppakket om de economische gevolgen van de COVID-19-crisis op te vangen, heeft de EU op 19 mei 2020 Verordening (EU) 2020/672 van de Raad vastgesteld tot instelling van het SURE-instrument dat werknemers moet helpen hun baan tijdens de crisis te behouden. SURE is een tijdelijke regeling die tot 100 miljard EUR aan financiële bijstand (leningen tegen gunstige voorwaarden) aan de lidstaten kan verstrekken. Zij houdt in dat lidstaten financiële bijstand van de EU kunnen vragen voor de financiering van plotse, forse toenamen van de nationale overheidsuitgaven na 1 februari 2020, in verband met nationale regelingen voor arbeidstijdverkorting en soortgelijke maatregelen, ook voor zelfstandigen, of met gezondheidsgerelateerde maatregelen, in het bijzonder op de werkplek, in reactie op de crisis. Om de EU in staat te stellen financiële bijstand in het kader van SURE te verlenen, wordt de Commissie gemachtigd om namens de EU tot maximaal 100 miljard EUR op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen te lenen. De SURE-leningen worden gedekt door de EU-begroting en garanties van de lidstaten in verhouding tot hun aandeel in het bni van de EU. Het totale garantiebedrag is 25 miljard EUR; het instrument wordt pas operationeel wanneer alle garanties zijn gegeven. Het instrument is begrensd in de tijd tot 31 december 2022.

·Next Generation EU:

voorts heeft voorzitter Von der Leyen op 27 mei 2020 een nieuw voorstel gepresenteerd voor de meerjarenbegroting van de EU (het meerjarig financieel kader) 2021-2027 en de sectorale programma’s versterkt door “Next Generation EU” 13 , een tijdelijk noodinstrument om de onmiddellijke economische en sociale schade van de coronaviruspandemie op te vangen, het herstel fors aan te zwengelen en een betere toekomst voor de volgende generatie voor te bereiden. Dit voorstel wordt momenteel met de lidstaten en het Europees Parlement besproken. Indien over dit voorstel een akkoord wordt bereikt, zullen ettelijke EU-uitgavenprogramma’s worden versterkt met middelen die de EU uit leningen zal opnemen. Gezien de omvang van de voorgestelde bedragen, zou dit een significante impact hebben op toekomstige EU-balansen; de precieze impact kan pas worden bepaald wanneer het definitieve voorstel door de begrotingsautoriteit is goedgekeurd en de uitvoering ervan begint.

Vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie

Sinds 1 februari 2020 is het Verenigd Koninkrijk geen lidstaat van de Europese Unie meer. Overeenkomstig het tussen beide partijen gesloten Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (“het terugtrekkingsakkoord”) verplicht het Verenigd Koninkrijk zich ertoe al zijn uit het lidmaatschap van de Unie voortvloeiende financiële verplichtingen van het huidige MFK en eerdere financiële kaders na te komen.

Op de datum van aftekening van deze jaarrekening dient, rekening houdende met het terugtrekkingsakkoord dat reeds in werking is getreden, geen financiële impact te worden gerapporteerd in deze jaarrekening.

110.CONSOLIDATIEBEREIK

A. ENTITEITEN WAAROVER ZEGGENSCHAP WORDT UITGEOEFEND (52)
1. Instellingen en raadgevende organen (11)
Europees ParlementEuropese Toezichthouder voor gegevensbescherming
Europese RaadEuropees Economisch en Sociaal Comité
Europese CommissieEuropese Ombudsman
Europese RekenkamerComité van de Regio’s
Hof van Justitie van de Europese UnieRaad van de Europese Unie
Europese Dienst voor extern optreden
2. EU-agentschappen (39)
2.1. Uitvoerende agentschappen (6)
Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur — EACEAUitvoerend Agentschap voor kleine en middelgrote ondernemingen (EASME)
Uitvoerend Agentschap voor consumenten, gezondheid, landbouw en voeding (Chafea)Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad (ERCEA)
Uitvoerend Agentschap Onderzoek (REA)Uitvoerend Agentschap innovatie en netwerken (INEA)
2.2. Gedecentraliseerde agentschappen (33)
Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA)Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA)
Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA)Spoorwegbureau van de Europese Unie (RAIL)
Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA)Communautair Bureau voor plantenrassen (CBP/CPVO)
Europees Instituut voor gendergelijkheid (EIGE)Europees Bureau voor visserijcontrole (EBVC/EFCA)
Europees Milieuagentschap (EEA)Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (EUIPO)
Europese Bankautoriteit (EBA)Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA)
Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO)Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA)
Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex)Europese Stichting voor opleiding (ETF)
Agentschap van de Europese Unie voor opleiding op het gebied van rechtshandhaving (Cepol)Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Eurofound)
Agentschap voor het Europees wereldwijd satellietnavigatiesysteem (GSA)Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD)
Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust)Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol)
Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-OSHA)Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA)
Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC)Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen — Eiopa
Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding (Cedefop)Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie
Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER)Fusion for Energy (Europese Gemeenschappelijke Onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie)
Bureau voor ondersteuning van het orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec-Bureau)Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA)
Agentschap van de Europese Unie voor cyberbeveiliging (Enisa)
3. Overige entiteiten waarover zeggenschap wordt uitgeoefend (2)
Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (in liquidatie)Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT)
B. GEASSOCIEERDE DEELNEMINGEN (1)
het Europees Investeringsfonds (EIF)


KLEINE ENTITEITEN

De volgende entiteiten zijn niet geconsolideerd volgens de vermogensmutatiemethode in de geconsolideerde jaarrekening 2019 van de EU wegens de immaterialiteit:

Gemeenschappelijke onderneming biogebaseerde industrieën (BBI)

BBI is een publiek-privaat partnerschap (PPP) tussen de Europese Unie en het Bio-Based Industries Consortium (BIC). De doelstellingen van de BBI zijn bij te dragen tot een meer hulpbronnenefficiënte en duurzame koolstofarme economie en tot meer economische groei en werkgelegenheid door de ontwikkeling van duurzame en concurrerende biogebaseerde industrieën in Europa.

Gemeenschappelijke Onderneming Clean Sky (Clean Sky)

Clean Sky is het grootste Europese onderzoeksprogramma voor de ontwikkeling van innovatieve, geavanceerde technologie ter vermindering van de CO2-uitstoot en de geluidsoverlast door vliegtuigen. Clean Sky, dat wordt gefinancierd uit het EU-programma Horizon 2020, draagt bij tot het versterken van de samenwerking, het mondiaal leiderschap en het concurrentievermogen van de Europese luchtvaartindustrie.

Gemeenschappelijke Onderneming voor het initiatief inzake innovatieve geneesmiddelen (IMI)

IMI, een partnerschap tussen de Europese Unie en de Europese farmaceutische industrie, is het grootste publiek-private partnerschap in de wereld inzake levenswetenschappen en streeft naar bevordering van de volksgezondheid door de ontwikkeling van en de toegang van patiënten tot innovatieve geneesmiddelen te versnellen, in het bijzonder op gebieden met een onvervulde medische of sociale behoefte.

Gemeenschappelijke Onderneming Elektronische Componenten en Systemen voor Europees Leiderschap (Ecsel)

Ecsel, een PPP inzake elektronische componenten en systemen, financiert onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten voor expertise van wereldklasse op het gebied van elektronische componenten en systemen, aldus bijdragend tot de totstandkoming van een sterke, wereldwijd concurrerende industrie in de Europese Unie.

Gemeenschappelijke Onderneming brandstofcellen en waterstof (FCH)

FCH is een PPP ter ondersteuning van onderzoeks-, technologische ontwikkelings- en demonstratieactiviteiten (RTD) op het gebied van brandstofcel- en waterstofenergie in Europa. Het doel is het versnellen van de marktintroductie van deze technologieën en het ontsluiten van hun potentieel als middel om een koolstofarm energiesysteem tot stand te brengen.

Gemeenschappelijke Onderneming Single European Sky ATM Research (Sesar)

Sesar is een PPP voor de modernisering van het Europese luchtverkeersbeheer (ATM) door middel van coördinatie en concentratie van alle onderzoeks- en innovatie-initiatieven op het gebied van ATM in de EU.

Gemeenschappelijke Onderneming Europese spoorwegen (Shift2Rail)

Shift2Rail is het eerste Europese gezamenlijke initiatief voor spoorwegtechnologie, specifiek gericht op onderzoek en innovatie (O&I) en marktgerichte oplossingen, ter bespoediging van de integratie van nieuwe en geavanceerde technologieën in innovatieve oplossingen. 

De jaarrekening van de bovengenoemde entiteiten is voor het publiek toegankelijk op de respectieve websites.


FINANCIËLE STATEN — BESPREKING EN ANALYSE

BEGROTINGSJAAR 2019


Doordat de cijfers afgerond zijn tot miljoen euro, kan het lijken alsof sommige financiële gegevens in de tabellen hieronder niet correct zijn opgeteld.

INHOUDSOPGAVE


1. GECONSOLIDEERDE FINANCIËLE STATEN VAN DE EU: DE FINANCIËLE SITUATIE IN 2019    

1.1.    ONTVANGSTEN    

1.2.    UITGAVEN    

1.3.    ACTIVA    

1.4.    VERPLICHTINGEN    

2. BEHEER VAN RISICO’S EN ONZEKERHEDEN TEN AANZIEN VAN DE UITVOERING VAN DE EU-BEGROTING    

2.1.    MACRO-ECONOMISCH KLIMAAT    

2.2.    VOORWAARDELIJKE BEGROTINGSVERPLICHTINGEN VOOR FINANCIËLE BIJSTAND    

2.3.    BEGROTINGSGARANTIES    

2.4.    NIEUWKOMERSRESERVE (NEW ENTRANTS' RESERVE — NER 300)    


Het doel van deze bespreking en analyse van de financiële staten (FSDA) is lezers te helpen inzicht te krijgen in de financiële situatie, de financiële resultaten en de kasstromen zoals deze in de geconsolideerde jaarrekening van de EU worden gepresenteerd. De hier verstrekte informatie is niet door een accountant gecontroleerd.

1. GECONSOLIDEERDE FINANCIËLE STATEN VAN    DE EU: DE FINANCIËLE SITUATIE IN 2019

2.0.ONTVANGSTEN

De geconsolideerde ontvangsten van de EU omvatten bedragen in verband met ruiltransacties en niet-ruiltransacties, waarvan de laatste het meest significant zijn.

Vijfjarige trend van de ontvangsten uit niet-ruiltransacties (in miljoen EUR)


Omdat de begrotingsontvangsten gelijk aan (of groter dan) de uitgaven moeten zijn, zijn de betalingen van het jaar de belangrijkste factor in de bovenstaande trend van de ontvangsten.

In 2019 bedroegen de geconsolideerde ontvangsten 160,3 miljard EUR, een beperkte daling van 2,6 miljard EUR of 1,6 % ten opzichte van vorig jaar (162,9 miljard EUR), voornamelijk doordat de toename van de bni- en btw-middelen werd geneutraliseerd door een afname in andere ontvangstencategorieën:

·de ontvangsten op basis van het bni (bruto nationaal inkomen), de belangrijkste component van de operationele ontvangsten van de EU, en de btw-ontvangsten stegen van 123,4 miljard EUR in 2018 tot 126,9 miljard EUR in 2019. De stijging van 3,5 miljard EUR, of 2,8 %, was hoofdzakelijk toe te schrijven aan aanpassingen van bedragen uit het verleden (vooral voor de jaren 2012-2017) in verband met de actualisering van de bni-/btw-grondslagen aan de hand van de werkelijke gegevens.

·Meer terugvorderingen van uitgaven (0,4 miljard EUR of 18,2 %, van 2,2 miljard EUR naar 2,6 miljard EUR) droegen eveneens bij tot hogere ontvangsten.

·Terzelfder tijd verminderden de ontvangsten uit geldboeten, die in 2018 6,7 miljard EUR beliepen, met 2,4 miljard EUR of 35,8 % tot 4,3 miljard EUR doordat het bedrag van de opgelegde boeten minder hoog was. Terwijl de drie grootste boeten samen in 2018 5,7 miljard EUR bedroegen, was dat in 2019 3,1 miljard EUR.

De bovenstaande mutaties gingen gepaard met dalende ontvangsten uit traditionele eigen middelen, van 22,8 miljard EUR in 2018 tot 21,2 miljard EUR in 2019 (min 1,6 miljard EUR of 7,0 %) en dalende financiële ontvangsten, van 3,1 miljard EUR in 2018 tot 1,8 miljard EUR in 2019 (min 1,3 miljard EUR, het bedrag van een in 2018 in de boeken opgenomen achterstandsrente in verband met TEM-zaken betreffende het VK, of 41,9 %).

1.2.UITGAVEN

De belangrijkste uitgavencomponent in de geconsolideerde financiële staten wordt gevormd door overdrachten onder gedeeld beheer, die de volgende fondsen omvatten: i) het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF), ii) het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en andere instrumenten voor plattelandsontwikkeling (Elfpo), iii) het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) en het Cohesiefonds (CF), en iv) het Europees Sociaal Fonds (ESF). Deze fondsen waren goed voor 66,8 % van de totale uitgaven in 2019 (2018: 66,3 %) – zie de grafiek hierna voor een uitsplitsing.

Relatief gewicht van de belangrijkste uitgaven, uitgevoerd door de lidstaten (onder gedeeld beheer), voor het begrotingsjaar 2019


Uitgaven onder direct beheer betreffen het door de Commissie, de uitvoerende agentschappen en trustfondsen uitgevoerde deel van de begroting. De begrotingsuitvoering onder indirect beheer wordt gedaan door agentschappen en organen van de EU, derde landen, internationale organisaties en andere entiteiten.

De uitgaven onder direct en indirect beheer maakten 29 miljard EUR of 18,7 % van de totale uitgaven uit en bleven daarmee op hetzelfde niveau als vorig begrotingsjaar (2018: 28,5 miljard EUR of 19,1 %).

De EU verwerkt sommige toekomstige betalingsverplichtingen als uitgaven, ook als die nog niet in de begrotingsboekhouding op kasbasis zijn opgenomen. Belangrijke bedragen worden opgevoerd onder crediteuren en toegerekende lasten voor landbouw- en plattelandsontwikkeling en onder verplichtingen voor pensioenen en personeelsbeloningen uit hoofde van pensioenrechten en andere rechten na uitdiensttreding die door commissarissen, leden van de EU-instellingen en personeelsleden zijn verworven (zie toelichting 2.9).

In totaal zijn de uitgaven met 4,4 % of 6,5 miljard EUR gestegen van 149 miljard EUR tot 155,5 miljard EUR in vergelijking met 2018, voornamelijk de uitgaven voor door de lidstaten onder gedeeld beheer uitgevoerde programma’s, die met 4,8 miljard EUR of 4,7 % van 101,7 miljard EUR tot 106,5 miljard EUR zijn toegenomen. Ten grondslag hieraan ligt de uitvoering van programma’s van het EFRO en het Cohesiefonds in lijn met de vordering van het huidige MFK.


2.0.ACTIVA

De belangrijkste posten aan de actiefzijde van de balans zijn financiële activa (verstrekte leningen, voor verkoop beschikbare financiële activa en geldmiddelen) en voorfinancieringsbedragen, die alles bij elkaar goed zijn voor 79,6 % van de activa van de EU (2018: 78,8 %).

Samenstelling van de geconsolideerde activa van de EU


Per 31 december 2019 bedroegen de totale activa 178,9 miljard EUR, wat een toename met 4,5 miljard EUR of 2,6 % ten opzichte van het vorige jaar betekent (2018: 174,4 miljard EUR). De belangrijkste veranderingen zijn:

·een toename van de voor verkoop beschikbare financiële activa met 3,0 miljard EUR (19,2 %) in verband met de verdere voorziening van de EFSI- en EFDO-garantiefondsen, alsook van Horizon 2020;

·een toename met 1,6 miljard EUR (9,0 %) van de geldmiddelen en kasequivalenten (zie hierna);

·een lichte toename van de voorfinancieringen, d.w.z. voorschotten betaald aan begunstigden van EU-middelen, met 1,1 miljard EUR (2,5 %);

·deze mutaties werden gedeeltelijk gecompenseerd door een afname van de verstrekte leningen met 1,3 miljard EUR (2,3 %), voornamelijk als gevolg van de terugbetaling van BB-leningen door Roemenië (1 miljard EUR) en Letland (0,5 miljard EUR) in 2019. Het effect daarvan werd deels geneutraliseerd door nieuwe MFB-leningen.

De EU-instellingen en organen streven er in het algemeen naar de geldmiddelen en kasequivalenten zo laag mogelijk te houden. Het kassaldo van 19,7 miljard EUR per jaareinde bestaat uit de volgende grote onderdelen:

·2,6 miljard EUR door de Commissie wegens inbreuk op de mededingingsregels opgelegde geldboeten, definitief geïnd in 2019 en nog niet in een gewijzigde begroting opgenomen.

·Daarnaast omvat het kassaldo ook nog niet gebruikte bestemmingsontvangsten en andere betalingskredieten van de begroting 2019 ten belope van 9,7 miljard EUR.


Voorfinanciering

Er zij op gewezen dat het niveau van de voorfinanciering sterk wordt beïnvloed door de MFK-cyclus: aan het begin van een MFK-periode kan men verwachten dat er omvangrijke voorschotten worden betaald aan lidstaten in het kader van het cohesiebeleid en deze bedragen blijven beschikbaar voor de lidstaten tot de afsluiting van de programma’s. Daarnaast is er een jaarlijkse voorfinanciering, die binnen het jaar moet worden gebruikt of het volgende jaar wordt teruggevorderd in het kader van de jaarlijkse cyclus van afsluiting van de rekeningen. De Commissie stelt alles in het werk om ervoor te zorgen dat de niveaus van voorfinanciering op een passend niveau worden gehouden. Er moet een evenwicht worden gevonden tussen het waarborgen van toereikende financiering voor projecten en de tijdige erkenning van de uitgaven.

De totale voorfinanciering (exclusief andere voorschotten aan de lidstaten en bijdragen aan de trustfondsen Bêkou en Afrika) op de balans van de EU bedraagt 44,4 miljard EUR (2018: 43,4 miljard EUR), die nagenoeg volledig betrekking hebben op activiteiten van de Commissie. Ongeveer 56 % van de voorfinanciering door de Commissie betreft gedeeld beheer, wat wil zeggen dat de uitvoering van de begroting aan de lidstaten wordt gedelegeerd (waarbij de Commissie haar rol van toezichthouder behoudt).

Voorfinanciering door de Commissie volgens beheersvorm


Het grootste deel van de voorfinanciering onder gedeeld beheer betreft het EFRO en Cohesiefonds (14,4 miljard EUR) en is qua niveau vergelijkbaar met 2018 (14,6 miljard EUR).

FINANCIERINGSINSTRUMENTEN

De volgende items worden in boekhoudkundige termen opgevoerd als financieringsinstrumenten in de geconsolideerde financiële staten van de EU:

·Financieringsinstrumenten die uit de EU-begroting worden gefinancierd: bij dit type begrotingsuitvoering zijn de middelen hetzij reeds gestort op de fiduciaire rekeningen die worden beheerd door de entiteiten waaraan de uitvoering is toevertrouwd en blijven zij beschikbaar (als geldmiddelen en kasequivalenten, schuldtitels of beleggingen in geldmarktfondsen of gepoolde activaportefeuilles) om toekomstige garantieclaims te dekken, hetzij belegd in aandelen;

·Financiële activa aangehouden in waarborgfondsen voor begrotingsgaranties: bij dit type begrotingsuitvoering verstrekt de EU aan tegenpartijen garanties waarvoor slechts gedeeltelijke voorzieningen zijn aangelegd via door de Commissie opgerichte garantiefondsen en die bijgevolg voorwaardelijke verplichtingen voor de EU-begroting vormen (zie toelichting 4.1), en

·Verstrekte leningen en daarmee samenhangende opgenomen middelen voor financiële bijstandsprogramma’s.


Financieringsinstrumenten die uit de EU-begroting worden gefinancierd

Het belang en de omvang van de financieringsinstrumenten die uit de EU-begroting worden gefinancierd onder direct en indirect beheer nemen van jaar tot jaar toe. In tegenstelling tot de traditionele begrotingsuitvoeringsmethode van subsidieverstrekking is de grondgedachte achter deze aanpak dat voor elke via de financieringsinstrumenten uitgegeven euro de eindbegunstigde meer dan 1 euro aan financiële steun ontvangt als gevolg van het hefboomeffect. Dit gebruik van de EU-begroting is gericht op het maximaliseren van het effect van de beschikbare middelen. Financieringsinstrumenten die uit de EU-begroting worden gefinancierd, kunnen de vorm aannemen van garantie-instrumenten, eigenvermogensinstrumenten en schuldinstrumenten (zie onderstaand overzicht per MFK). Activa van deze instrumenten worden ofwel aangehouden in geldmiddelen en kasequivalenten of belegd in eigenvermogensinstrumenten en schuldtitels die als voor verkoop beschikbare financiële activa in de geconsolideerde jaarrekening van de EU worden opgevoerd.

Voor verkoop beschikbare financiële activa van financieringsinstrumenten die uit de EU-begroting worden gefinancierd (waarde per jaareinde):


De volgende tabellen geven een overzicht van de financieringsinstrumenten die uit de EU-begroting worden gefinancierd, per MFK, en hun waarde per 31 december 2019:

miljoen EUR
Meer dan één MFK betreffendActiva*Passiva**Voorwaardelijke verplichtingen***
Garanties en instrumenten voor risicodeling:
Garantiefaciliteit in het kader van de Westelijke Balkan (EDIF)36(40)-
36(40)-
Eigenvermogensinstrumenten:
Europees fonds voor Zuidoost-Europa (EFSE)166--
Green for Growth Fund voor de landen van het Oostelijk Nabuurschap71--
Europees Progress-microfinancieringsfonds53--
MENA-fonds voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (SANAD)44--
Fonds voor bedrijfsinnovatie (ENIF)17--
Fonds voor bedrijfsuitbreiding (ENEF)10--
Microfinancieringsfonds voor Azië (MIFA)9--
370--
Totaal406(40)-

MFK 2014-2020ActivaVerplichtingenVoorwaardelijke verplichtingen
Garanties en instrumenten voor risicodeling:
Horizon 2020 — InnovFin Loan & Guarantee Service for R&I1 237(33)(1 091)
Horizon 2020 — InnovFin SME Guarantee936(557)(361)
Schuldinstrument van de Connecting Europe Facility (CEF DI)708(4)(684)
Cosme-leninggarantiefaciliteit401(758)(2)
Instrument voor particuliere financiering van energie-efficiëntie (PF4EE)44(2)(8)
Garantiefaciliteit voor de culturele en creatieve sectoren37(28)-
SEMED MSME Financial Inclusion Programme25-(12)
Transferability & Convertibility (T&C) Facility16(1)-
MFK 2014-2020ActivaVerplichtingenVoorwaardelijke verplichtingen
(vervolg van vorige bladzijde)
Garantiefaciliteit voor studentenleningen14(1)-
Mkb-financieringsfaciliteit voor het Oostelijk Partnerschap13(4)(2)
Faciliteit voor de financiering van natuurlijk kapitaal11(0)(7)
Overige garanties en instrumenten voor risicodeling8(1)(6)
3 451(1 387)(2 175)
Eigenvermogensinstrumenten:
Horizon 2020 InnovFin Equity Facility for R&I515(17)(131)
Eigenvermogensfaciliteit voor groei (Cosme)86(2)-
Risicokapitaalfaciliteit voor de landen van het zuidelijke nabuurschap24--
Climate Investor One15--
Investeringsfaciliteit voor Latijns-Amerika12--
Africa Agriculture Trade and Investment Fund11--
Andere eigen-vermogensinstrumenten16(1)-
679(20)(131)
Gemengde instrumenten:
Garantiefaciliteit voor Werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI) en capaciteitsopbouw81(72)-
Faciliteit voor een diepe en brede EU-vrijhandelsruimte62(24)-
Faciliteit voor energieintegratie37(3)-
ElectriFI30--
Landbouwfinancieringsinitiatief21--
232(98)-
Totaal4 362(1 505)(2 306)
MFK vóór 2014ActivaVerplichtingenVoorwaardelijke verplichtingen
Garanties en instrumenten voor risicodeling:
Financieringsfaciliteit met risicodeling (RSFF)609(58)(110)
Mkb-garantiefaciliteit in het kader van het CIP71(140)-
Meerjarenprogramma (MAP) voor ondernemingen32(31)-
Europese Progress-microfinancieringsgarantiefaciliteit4(4)-
716(233)(110)
Eigenvermogensinstrumenten:
Faciliteit voor snelgroeiende, innovatieve kmo’s in het kader van het CIP448(4)-
Meerjarig kaderprogramma (MAP) eigenvermogensfaciliteit196--
Europees Fonds voor energie-efficiëntie105--
Wereldfonds voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie79(4)-
Margueritefonds54--
Europese technologie-startersregeling 1998 (ETF)3(0)-
885(8)-
Gemengde instrumenten:
Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (ENPI)124(2)-
Instrument voor economische en financiële samenwerking MEDA119(2)-
243(4)-
Totaal1 844(244)(110)
Totaal-generaal6 612(1 790)(2 416)
* De activa in deze tabel omvatten diverse posten van de financiële staten (Voor verkoop beschikbare activa van 5 028 miljoen EUR; Geldmiddelen en kasequivalenten van 1 485 miljoen EUR; Verstrekte leningen van 73 miljoen EUR en andere posten voor 24 miljoen EUR).

**    De passiva in deze tabel omvatten diverse posten van de financiële staten (Voorzieningen van 1 702 miljoen EUR; Crediteuren van 75 miljoen EUR en andere posten voor 12 miljoen EUR).

***    Voor sommige garanties is het door de EU gedragen risico volledig gedekt door voorzieningen.


Financiële activa aangehouden in waarborgfondsen voor begrotingsgaranties

De Commissie heeft waarborgfondsen gecreëerd ter dekking van begrotingsgaranties die aan de EIB-groep en andere financiële instellingen zijn gegeven (zie toelichting 4.1.1 bij de geconsolideerde financiële staten). Deze waarborgfondsen worden geprovisioneerd uit de EU-begroting en moeten een liquiditeitsbuffer verschaffen tegen potentiële verliezen op gegarandeerde verrichtingen. De middelen van de fondsen worden belegd in financiële instrumenten zoals schuldtitels, geldmarktfondsen, contanten en termijndeposito’s. De financiële activa aangehouden door de Commissie per 31 december 2019 bedragen:

·2,6 miljard EUR in het Garantiefonds voor externe acties;

·6,7 miljard EUR voor het EFSI-garantiefonds en

·0,6 miljard EUR voor het EFDO-garantiefonds.

Verstrekte leningen en daarmee samenhangende opgenomen middelen voor financiële bijstandsprogramma’s

De Commissie verstrekt op grond van een besluit van het Europees Parlement en de Raad financiële bijstand aan lidstaten en derde landen in de vorm van bilaterale leningen die op de kapitaalmarkten worden gefinancierd met een garantie van de EU-begroting.

De Commissie beheert momenteel drie belangrijke programma’s namens de EU:

·het Europees financieel stabilisatiemechanisme (EFSM);

·de betalingsbalanssteun (BB) en

·macrofinanciële bijstand (MFB), in het kader waarvan zij leningen kan toekennen.

Het kapitaal dat nodig is om de leningsactiviteiten van de EU uit te voeren, wordt op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen opgenomen.

Per 31 december 2019 bedroegen de voor financiële bijstand in het kader van het EFSM en de BB verstrekte leningen nominaal:

(in miljard EUR)
BBEFSM*TOTAAL
LetlandRoemeniëTotaalIerlandPortugalTotaal
Totaal toegestaan3,15,0**8,122,526,048,556,6
Totaal uitbetaald op 31.12.20192,95,07,922,524,346,854,7
Totaal terugbetaald op 31.12.2019(2,7)(5,0)(7,7)---(7,7)
Uitstaand bedrag op 31.12.20190,200,222,524,346,847,0

* Zonder herfinancieringsverrichtingen.

**    Exclusief anticiperende bijstand.

EFSM

Het EFSM is opgericht om financiële bijstand te verlenen aan alle lidstaten die worden geconfronteerd met of bedreigd door ernstige financieel-economische ontregeling ten gevolge van buitengewone gebeurtenissen waarop zij geen vat hebben. Het EFSM is aangesproken om financiële bijstand te verstrekken aan Ierland en Portugal tussen 2011 en 2014 mits zij hervormingen doorvoerden.

Dit programma is afgelopen en er kunnen geen leningen meer worden opgenomen, maar het blijft van kracht voor specifieke taken zoals het verlengen van de looptijd van leningen aan Ierland en Portugal en het verstrekken van overbruggingsleningen.

De hoofdpunten van het EFSM-programma zijn als volgt:

Ierland

·Ierland vroeg in december 2010 het volledige door het EFSM toegestane bedrag van 22,5 miljard EUR op. Dit bedrag werd tussen januari 2011 en maart 2014 in acht tranches uitbetaald.

·In 2019 waren er geen aflossingen op de hoofdsom gepland. Alle gevraagde rentebetalingen werden tijdig verricht.

Portugal

·Portugal heeft in mei 2011 24,3 miljard EUR van het volledige door het EFSM toegestane bedrag van 26 miljard EUR opgevraagd. Dit bedrag werd tussen mei 2011 en november 2014 in zeven tranches uitbetaald.

·Zoals voor Ierland waren er geen aflossingen op de hoofdsom gepland in 2019 en werden alle gevraagde rentebetalingen tijdig verricht.

·Portugal heeft de EU formeel verzocht af te zien van zijn rechten uit hoofde van de “verplichte vooruitbetalingsclaususe” van de overeenkomst inzake de EFSM-leenfaciliteit, zodat het land een bedrag van 2 miljard EUR vervroegd kan terugbetalen aan de Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit (EFSF). Een vervroegde terugbetaling aan de EFSF leidt in principe tot een verplichte overeenkomstige terugbetaling van EFSM-leningen. Bij besluit van de Commissie is de ontheffing toegestaan; hieraan zijn sommige voorwaarden gekoppeld.

BB

Het BB-mechanisme is een bijstandsprogramma voor landen buiten de eurozone die geconfronteerd worden met feitelijke of dreigende betalingsbalansmoeilijkheden. De betalingsbalanssteun wordt verstrekt in de vorm van leningen op middellange termijn waaraan de voorwaarde is gekoppeld dat beleidsmaatregelen worden genomen om de onderliggende economische problemen aan te pakken. Betalingsbalanssteun van de EU wordt doorgaans aangeboden in samenwerking met het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en andere internationale instellingen/landen.

De belangrijkste punten zijn de volgende:

·In de loop van 2019 hebben de BB-ontvangende lidstaten tijdig en volledig een totaal bedrag van 1,5 miljard EUR terugbetaald, waarvan 1,0 miljard EUR terugbetaling van de hoofdsom door Roemenië en 0,5 miljard EUR terugbetaling van de hoofdsom door Letland. Bovendien hebben beide lidstaten de in 2019 verschuldigde rente op tijd betaald.

·Het per einde 2019 uitstaande bedrag is 0,2 miljard EUR, uitsluitend voor Letland; de terugbetaling is gepland in 2025. Roemenië heeft de hoofdsom en alle rente betaald, zodat zijn programma van betalingsbalanssteun kan worden afgesloten.

MFB

MFB is een vorm van financiële bijstand van de EU aan partnerlanden buiten de EU die een crisis inzake de betalingsbalans doormaken. De bijstand wordt verstrekt in de vorm van leningen op (middel)lange termijn of giften, of een combinatie van beide, en is enkel beschikbaar voor landen met een IMF-uitkeringsprogramma.

Per 31 december 2019 bedroeg het totale uitstaande volume leningen van het MFB-programma (nominale waarde) 4,7 miljard EUR.

MFB
OekraïneTunesiëJordaniëOverigeTotaal
Totaal toegestaan3,80,80,40,55,5
Totaal uitbetaald op 31.12.20193,30,80,40,44,9
Totaal terugbetaald op 31.12.20190,00,00,0(0,2)(0,2)
Uitstaand bedrag op 31.12.20193,30,80,40,24,7

De belangrijkste punten zijn de volgende:

·In 2019 werd voor een totaal van 0,4 miljard EUR aan nieuwe leningen verstrekt, waarvan 0,3 miljard EUR aan Tunesië, 0,1 miljard EUR aan Jordanië en 0,02 miljard EUR aan Moldavië.

De grootste begunstigde van MFB-leningen is Oekraïne, dat 3,3 miljard EUR leningen heeft ontvangen en waaraan nog eens 0,5 miljard EUR is toegezegd; de overeenkomst hiervoor is gesloten, maar het geld is nog niet uitbetaald. Oekraïne heeft in 2019 aan alle betalingsverplichtingen voldaan.

2.0.VERPLICHTINGEN

De passiefzijde van de balans bestaat voornamelijk uit de volgende vier posten: i) verplichtingen voor pensioenen en andere personeelsbeloningen; ii) opgenomen leningen; iii) crediteuren, en iv) toegerekende lasten.

Samenstelling van de passiva op de geconsolideerde balans van de EU


Per 31 december 2019 bedroegen de totale passiva 251,5 miljard EUR, wat een toename met 15,6 miljard EUR of 6,6 % ten opzichte van het vorige jaar (235,9 miljard EUR) betekent.

De belangrijkste mutaties hadden betrekking op het volgende:

·De pensioenen en andere prestaties na uitdiensttreding zijn toegenomen met 17,2 miljard EUR of 21,4 %. De toename is hoofdzakelijk het gevolg van actuariële verliezen in verband met financiële veronderstellingen wegens de significante daling van de disconteringsvoet, die voor het eerst negatief werd.

·De opgenomen leningen verminderden met 1,3 miljard EUR of 2,4 %, voornamelijk als gevolg van de terugbetaling van BB-leningen (1 miljard EUR door Roemenië en 0,5 miljard EUR door Letland), wat deels werd geneutraliseerd door nieuwe MFB-leningen ten belope van 0,4 miljard EUR.

·Crediteuren (min 5,0 miljard EUR) en toegerekende lasten (plus 4,0 miljard EUR) samen in aanmerking genomen, blijven de passiva globaal op hetzelfde niveau. De post Crediteuren laat een daling zien omdat per jaareinde niet hetzelfde volume kostendeclaraties was ontvangen voor het cohesiebeleid (EFRO, CF en ESF); de toegerekende lasten zullen toenemen, wat erop wijst dat de uitvoering van de programma’s vordert.

Totaal ontvangen kostendeclaraties en facturen geboekt onder de balanspost Crediteuren


Nettoactiva

Het feit dat de passiva de activa overtreffen, betekent niet dat de EU-instellingen en organen zich in financiële moeilijkheden bevinden, maar eerder dat bepaalde passiva ten laste worden gebracht van toekomstige jaarlijkse begrotingen. Heel wat uitgaven worden volgens de boekhoudregels op transactiebasis aan het lopende jaar toegerekend, niettegenstaande de betaling maar effectief in het (de) volgende jaar (jaren) en ten laste van toekomstige begrotingen zal plaatsvinden; de overeenkomstige ontvangsten zullen slechts in de toekomst worden geboekt. De meest significante te vermelden bedragen, zijn die betreffende de activiteiten van het ELGF (waarvan het merendeel gewoonlijk in het eerste kwartaal van het volgende jaar wordt uitgebaald) en de verplichting personeelsbeloningen (te betalen in de komende dertig jaar of meer).

2.BEHEER VAN RISICO’S EN ONZEKERHEDEN TEN AANZIEN VAN DE UITVOERING VAN DE EU-BEGROTING

0.4.MACRO-ECONOMISCH KLIMAAT

Vanwege de huidige internationale situatie met betrekking tot de verspreiding van COVID-19 in het eerste kwartaal van 2020 is het op het moment van presentatie van deze jaarrekening onmogelijk de ongetwijfeld negatieve impact ervan op het macro-economisch klimaat in de EU precies te ramen.

Het macro-economisch klimaat in de EU beïnvloedt het vermogen van de lidstaten om te voldoen aan hun financiële verplichtingen jegens de instellingen en organen van de EU en bijgevolg het vermogen van de EU om het EU-beleid te blijven uitvoeren.

De groei van het bbp in de eurozone en in de EU wordt voor 2019 geraamd op respectievelijk 1,2 % en 1,5 %. De gemiddelde inflatie in de eurozone bedroeg in 2019 1,2 %, wat beduidend minder was dan de 1,7 % van een jaar eerder en verband houdt met de daling van de energieprijzen en het feit dat de forse loongroei niet werd doorgegeven aan de kerninflatie. De arbeidsmarkt in de eurozone toonde zich in 2019 behoorlijk veerkrachtig, rekening houdende met de betrekkelijk bescheiden economische groei. De werkloosheidsgraad stond aan het einde van het jaar op of in de buurt van 7,4 %, zijnde het laagste percentage sinds mei 2008. In december 2019 waren er 4,6 % minder werklozen dan een jaar eerder en 36,8 % minder dan op het piekniveau van april 2013.

2.2.VOORWAARDELIJKE BEGROTINGSVERPLICHTINGEN VOOR FINANCIËLE BIJSTAND

De leningsactiviteiten van de EU voor financiële bijstandsprogramma’s zijn operaties buiten de begroting. De aangetrokken middelen worden back-to-back, d.w.z. met dezelfde coupon en looptijd en voor hetzelfde bedrag, uitgeleend aan het begunstigde land. Wel blijft de schuldendienst van de financieringsinstrumenten een juridische verbintenis voor de EU, die ervoor moet zorgen dat alle betalingen volledig en op tijd geschieden. De Commissie heeft procedures ingesteld om ook in geval van wanbetaling, de terugbetaling van leningen te verzekeren.

Opgenomen leningen van de EU zijn directe en onvoorwaardelijke verbintenissen van de EU en worden gegarandeerd door de EU-lidstaten (voorwaardelijke begrotingsverplichtingen). Leningen die zijn opgenomen voor de financiering van leningen aan landen buiten de EU zijn gedekt door het Garantiefonds. Mocht een begunstigde lidstaat in gebreke blijven, dan zal de schuldendienst indien mogelijk worden onttrokken uit het beschikbare kassaldo van de Commissie. Mocht dat niet mogelijk zijn, dan zal de Commissie de nodige middelen bij de lidstaten ophalen. De EU-lidstaten zijn op grond van de EU-wetgeving inzake eigen middelen (artikel 14 van Verordening (EU, Euratom) nr. 2014/609 van de Raad) wettelijk verplicht om voldoende middelen ter beschikking te stellen om te voldoen aan de verplichtingen van de EU. De investeerders zijn dus alleen blootgesteld aan het kredietrisico van de EU, en niet aan dat van de begunstigde van de gefinancierde leningen. Met „back-to-back“-leningen loopt de EU-begroting geen rente- of wisselkoersrisico’s.

Voor elk landprogramma worden het globale toegekende bedrag, het aantal te betalen termijnen en de maximale (gemiddelde) looptijd van het leningpakket bij besluiten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie vastgesteld. Vervolgens moeten de Commissie en de begunstigde lidstaat overeenstemming bereiken over de lening-/financieringsparameters, in het bijzonder de duur van de termijnen. Daarnaast zijn alle termijnen van de lening (met uitzondering van de eerste) bij gezamenlijke financiële EU/IMF-bijstand afhankelijk van de naleving van de contractvoorwaarden, een factor die eveneens de timing van financieringsoperaties beïnvloedt. De timing en looptijden van emissies hangen dus af van de desbetreffende EU-leningactiviteit. De financiering geschiedt uitsluitend in euro en de looptijden variëren van 3 tot 30 jaar.


In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van het geplande terugbetalingsschema in nominale waarde voor uitstaande EFSM- en betalingsbalansleningen op 31 december 2019:

(in miljard EUR)
BBEFSMTOTAAL
LetlandRoemeniëTotaalIerlandPortugalTotaal
2021---3,06,89,89,8
2022----2,72,72,7
2023---2,01,53,53,5
2024---0,81,82,62,6
20250,2-0,22,4-2,42,6
2026---2,02,04,04,0
2027---1,02,03,03,0
2028---2,3-2,32,3
2029---1,00,41,41,4
2031----2,22,22,2
2032---3,0-3,03,0
2033---1,50,62,12,1
2035---2,0-2,02,0
2036----1,01,01,0
20381,81,81,8
2042---1,51,53,03,0
Totaal0,2-0,222,524,346,847,0

De intergouvernementele mechanismen voor financiële stabiliteit Europese faciliteit voor financiële stabiliteit (EFSF) en het Europees stabiliteitsmechanisme (ESM) vallen buiten het kader van het EU-Verdrag en zijn dus niet opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de EU.

3.BEGROTINGSGARANTIES

De EU heeft garanties verstrekt aan de EIB-groep voor leningen buiten de EU en voor lening- en eigenvermogensoperaties die door de EFSI-garantie zijn gedekt. Op 31 december 2019 vermeldt de EU in de toelichtingen bij haar geconsolideerde financiële staten (zie toelichting 4.1.1) voorwaardelijke verplichtingen voor beide garanties, terwijl de bedragen die huidige verplichtingen vormen in de financiële staten zijn opgenomen als voorzieningen en verplichtingen voor financiële garanties (zie respectievelijk toelichting 2.10 en toelichting 2.11.3 bij de geconsolideerde financiële staten). Om het risico van het aanspreken van garanties door de EIB-groep voor de EU-begroting te matigen, heeft de Commissie afzonderlijke waarborgfondsen opgericht, nl. het Garantiefonds voor externe acties en het EFSI-garantiefonds. Het Garantiefonds voor externe acties wordt geprovisioneerd uit de EU-begroting;

het moet 9 % dekken van de per jaareinde uitstaande gewaarborgde leningen aan derde landen in het kader van het externe leningsmandaat van de EIB. Per 31 december 2019 dekken de totale activa van 2,6 miljard EUR een blootstelling van 20,2 miljard EUR aan uitbetaalde sommen.

Het EFSI-garantiefonds is in april 2016 actief geworden. Overeenkomstig de gewijzigde EFSI-verordening (Verordening (EU) 2017/2396) is het plafond van de EUEFSI-garantie opgetrokken tot 26 miljard EUR (oorspronkelijk 16 miljard EUR) en de ondergrens voor het garantiefonds verlaagd naar 35 % (oorspronkelijk 50 %) van de totale EU-garantieverplichting. Dit heeft tot gevolg dat het totale EFSI-garantiefonds nu naar verwachting zal uitkomen op 9,1 miljard EUR in totaal. De totale activa van het EFSI-garantiefonds bedragen per 31 december 2019 6,7 miljard EUR, waarmee een blootstelling van 17,7 miljard EUR aan uitbetaalde sommen is gedekt.

Krachtens de EFDO-verordening (EU) 2017/1601) moet de EFDO-garantie tot 1,5 miljard EUR (vermeerderd met externe bijdragen) beschikbaar worden gesteld om investeringen te ondersteunen in partnerlanden in Afrika en in het Europese nabuurschap. De EU vermeldt de EFDO-garantie in de toelichtingen bij haar geconsolideerde financiële staten (zie toelichting 4.1.1) als voorwaardelijke verplichting. Per 31 december 2019 was één EFDO-garantieovereenkomst in werking getreden, met een totale limiet van 50 miljoen EUR, maar er waren nog geen onderliggende verrichtingen ondertekend door de uitvoerende partner. Het EFDO-garantiefonds is ingesteld om potentiële toekomstige garantieclaims te dekken. De totale stortingen in het fonds bedroegen per 31 december 2019 0,6 miljard EUR.

4.NIEUWKOMERSRESERVE (NEW ENTRANTS' RESERVE — NER 300)

Het NER 300-fonds komt voort uit de verkoop van emissierechten op grond van Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Unie. Het fonds behoort toe aan de lidstaten, die het geld gebruiken om innovatieve, koolstofarme energiedemonstratieprojecten te financieren. De Commissie beheert het programma namens de lidstaten; de EIB is verantwoordelijk voor het beheer van de activa van het NER 300-fonds en treedt op als technisch adviseur overeenkomstig het samenwerkingsakkoord met de Commissie. Wegens de beperkte rol van de Commissie in het besluitvormingsproces van het NER300-programma en het feit dat de inkomsten uit de veiling van rechten niet aan de EU-begroting toevallen, wordt NER 300 buiten het EU-consolidatiebereik gelaten, wat betekent dat noch de inkomsten uit de rechten noch de uitgaven voor gefinancierde projecten in de EU-rekeningen worden opgenomen.

In 2017 besloten de lidstaten (Beschikking (EU) 2017/2172 van de Commissie) dat de NER 300-inkomsten die niet volledig waren gebruikt voor de subsidiëring van demonstratieprojecten op het gebied van koolstofarme energie, deels moesten worden ingezet voor financieringsinstrumenten. In het bijzonder worden NER 300-middelen gebruikt ten behoeve van de verstrekking van garanties aan de EIB voor haar leningen voor energiedemonstratieprojecten, bovenop de garantie van de EU-begroting in het kader van H2020- en CEF-financieringsinstrumenten. Deze NER 300-middelen zijn door de EIB voor activabeheersdoeleinden weliswaar gepoold met de middelen uit de EU-begroting, maar blijven een integrerend deel uitmaken van het NER 300-programma en de EU heeft er geen zeggenschap over. Bijgevolg boekt de EU haar aandeel in de desbetreffende activaportefeuilles als voor verkoop beschikbare financiële activa (zie toelichting 2.4.1 van de geconsolideerde financiële staten).

De overige NER 300-activa, die niet zijn gebruikt voor demonstratieprojecten voor koolstofarme energie, worden overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG zoals gewijzigd bij Richtlijn (EU) 2018/410 in 2018 gebruikt voor innovatiesteun voor koolstofarme technologieën en processen, bovenop een rechtenpool die ter beschikking moet worden gesteld voor de oprichting van een “innovatiefonds”. Overeenkomstig Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/856 van de Commissie wordt het innovatiefonds beheerd door de Commissie en vormt de aan de EU-begroting overgemaakte bijdrage van NER 300 externe bestemmingsontvangsten. Aangezien het innovatiefonds nog niet operationeel is geworden en de niet-gebruikte NER 300-middelen in 2019 evenmin aan de Commissie zijn overgemaakt, zijn de betrokken middelen niet als activa opgenomen in de geconsolideerde financiële staten van de EU voor 2019.


EUROPESE UNIE

BEGROTINGSJAAR 2019


VERSLAGEN OVER DE UITVOERING VAN DE BEGROTING EN TOELICHTINGEN DAARBIJ


Doordat de cijfers afgerond zijn tot miljoen euro, kan het lijken alsof sommige financiële gegevens in de tabellen hieronder niet correct zijn opgeteld.

INHOUDSOPGAVE

EU-BEGROTINGSRESULTAAT    

VERGELIJKENDE STATEN VAN DE BEGROTING EN DE WERKELIJKE BEDRAGEN    

TOELICHTING BIJ DE VERSLAGEN OVER DE UITVOERING VAN DE BEGROTING    

1. HET EU-BEGROTINGSKADER    

1.1.    MEERJARIG FINANCIEEL KADER 2014-2020    

1.2.    GEDETAILLEERDE MFK-RUBRIEKEN (PROGRAMMA’S)    

1.3.    JAARLIJKSE BEGROTING    

1.4.    ONTVANGSTEN    

1.5.    BEREKENING VAN HET BEGROTINGSRESULTAAT    

1.6.    AANSLUITING VAN HET ECONOMISCH RESULTAAT MET HET BEGROTINGSRESULTAAT    

2. UITVOERING VAN DE EU-BEGROTING 2019 – TOELICHTING    

2.1.    ONTVANGSTEN    

2.2.    UITGAVEN    

3. UITVOERING VAN DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE EU-BEGROTING    

3.1.    OVERZICHT VAN DE UITVOERING VAN DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE EU-BEGROTING    134

4. UITVOERING VAN DE UITGAVENZIJDE VAN DE EU-BEGROTING    135

4.1.    MFK: SAMENSTELLING EN ONTWIKKELING VAN DE VASTLEGGINGS- EN BETALINGSKREDIETEN    135

4.2.    MFK: BESTEDING VAN DE VASTLEGGINGSKREDIETEN    137

4.3.    MFK: BESTEDING VAN DE BETALINGSKREDIETEN    138

4.4.    MFK: ONTWIKKELING VAN DE NOG BETAALBAAR TE STELLEN VASTLEGGINGEN (RAL)    139

4.5.    MFK: RAL NAAR JAAR VAN OORSPRONG    140

4.6.    MFK IN DETAIL: SAMENSTELLING EN ONTWIKKELING VAN DE VASTLEGGINGS- EN BETALINGS- KREDIETEN    141

4.7.    MFK IN DETAIL: BESTEDING VAN DE VASTLEGGINGSKREDIETEN    147

4.8.    MFK IN DETAIL: BESTEDING VAN DE BETALINGSKREDIETEN    152

4.9.    MFK IN DETAIL: ONTWIKKELING VAN DE NOG BETAALBAAR TE STELLEN VASTLEGGINGEN (RAL)    159

4.10.    MFK IN DETAIL: RAL NAAR JAAR VAN OORSPRONG    164

5. UITVOERING VAN DE BEGROTING PER INSTELLING    169

5.1.    UITVOERING VAN DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE BEGROTING    169

5.2.    BESTEDING VAN DE VASTLEGGINGSKREDIETEN    170

5.3.    BESTEDING VAN DE BETALINGSKREDIETEN    171

6. UITVOERING VAN DE BEGROTING VAN DE AGENTSCHAPPEN    172

6.1.    BEGROTINGSONTVANGSTEN    172

6.2.    VASTLEGGINGS- EN BETALINGSKREDIETEN PER AGENTSCHAP    174


EU-BEGROTINGSRESULTAAT

miljoen EUR
Toelichting20192018
aOntvangsten van het begrotingsjaar163 918159 318
bBetalingen uit de kredieten van het lopende jaar(157 428)(154 833)
cNaar jaar n+1 overgedragen betalingskredieten(1 615)(1 675)
dAnnulering van niet-bestede betalingskredieten overgedragen uit jaar n–175106
eOntwikkeling van bestemmingsontvangsten (B)-(A)(1 736)(1 114)
Op het einde van het lopende jaar niet-bestede kredieten (A)9 1447 408
Op het einde van het vorige jaar niet-bestede kredieten (B)7 4086 295
fWisselkoersverschillen voor het jaar4(1)
Begrotingsresultaat3 2171 802


Het begrotingsresultaat van de EU wordt in de loop van 2020 aan de lidstaten terugbetaald door het in mindering te brengen op de bedragen die zij verschuldigd zijn. Het wordt berekend overeenkomstig artikel 1, lid 1, van Verordening nr. 608/2014 betreffende uitvoeringsmaatregelen voor het stelsel van eigen middelen. Nadere informatie is te vinden onder „Berekening van het begrotingsresultaat“.

a.Ontvangsten van het begrotingsjaar: zie tabel 3.1 „Overzicht van de uitvoering van de ontvangstenzijde van de EU-begroting“, kolom 8 „Totaal Ontvangsten“.

b.Betalingen uit de kredieten van het lopende jaar: zie tabel 4.3 „MFK: Besteding van de betalingskredieten“, kolom 2 „Betalingen van definitief goedgekeurde begroting“ en kolom 4 „Betalingen van bestemmingsontvangsten“.

c.Naar jaar n+1 overgedragen betalingskredieten: zie tabel 4.3 „MFK: Besteding van de betalingskredieten“, kolom 7 „Automatische overdrachten“ en kolom 8 „Overdrachten bij besluit“.

d.Annulering van niet-bestede betalingskredieten overgedragen uit jaar n–1: omvat het bedrag aan overgedragen betalingskredieten (automatisch en bij besluit) op het einde van vorig jaar en de „Betalingen van overdrachten“ van het lopende jaar in kolom 3 van tabel 4.3 „MFK: Besteding van de betalingskredieten“.

e.Ontwikkeling van de totale kredieten uit bestemmingsontvangsten per jaareinde: berekening van het verschil tussen de kredieten uit bestemmingsontvangsten aan het einde van het vorige jaar (plus) en aan het einde van het lopende jaar (zoals opgenomen in kolom 9 van tabel 4.3 „MFK: Besteding van de betalingskredieten“ — minus) om de nettovariatie van de bestemmingsontvangsten in het lopende jaar te verkrijgen.

f.Wisselkoersverschillen omvatten de gerealiseerde en niet-gerealiseerde wisselkoersverschillen.


VERGELIJKENDE STATEN VAN DE BEGROTING EN DE WERKELIJKE BEDRAGEN

Begrotingsontvangsten

miljoen EUR
Oorspronkelijk goedgekeurde begrotingDefinitief goedgekeurde begrotingVastgestelde rechtenOntvangsten
1Eigen middelen146 305144 795147 056144 766
11 — Suikerheffingen(1)(1)
12 — Douanerechten21 47121 47123 65621 365
13 — Btw17 73917 73917 77517 775
14 — Bni107 095105 585105 700105 700
15 — Correctie van begrotingsonevenwichtigheden(81)(81)
16 — Vermindering bijdrage op basis van het bni van Nederland en Zweden77
3Overschotten, saldi en aanpassingen1 8031 8111 805
4Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie1 6071 6071 5851 576
5Ontvangsten voortvloeiend uit de administratieve werking van de instelling2525589558
6Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma’s van de Unie13013014 13412 577
7Achterstandsrente en geldboeten11511518 5752 625
8Opgenomen en verstrekte leningen3333
9Diverse ontvangsten1515178
Totaal148 199148 492183 771163 918


Begrotingsuitgaven: vastleggingen per rubriek van het meerjarig financieel kader (MFK)

miljoen EUR

MFK-rubriekOorspronkelijk goedgekeurde begrotingDefinitief goedgekeurde begrotingTotaal

beschikbare

kredieten
Vastleggingen
1Slimme en inclusieve groei80 52780 62792 79490 536
1a: Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid23 33523 43527 82625 782
1b: Economische, sociale en territoriale cohesie57 19257 19264 96964 754
2Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen59 64259 64262 84660 600
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen43 19243 19244 80643 962
3Veiligheid en burgerschap3 7873 7874 0653 874
4Europa als wereldspeler11 31911 62513 45413 111
5Administratie9 9439 94310 77610 371
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen4 1154 1154 5504 371
6Compensaties
8Negatieve reserve en van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort
9Speciale instrumenten577565618295
Totaal165 796166 189184 554178 787


Begrotingsuitgaven: betalingen per rubriek van het meerjarig financieel kader (MFK)

miljoen EUR
MFK-rubriekOorspronkelijk goedgekeurde begrotingDefinitief goedgekeurde begrotingTotaal

beschikbare

kredieten
Gedane betalingen
1Slimme en inclusieve groei67 55767 82382 55375 535
1a: Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid20 52220 26126 04421 748
1b: Economische, sociale en territoriale cohesie47 03547 56156 51053 787
2Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen57 40057 83761 25259 521
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen43 11643 11344 93343 885
3Veiligheid en burgerschap3 5273 2913 5753 256
4Europa als wereldspeler9 3588 95310 93310 108
5Administratie9 9459 94211 69410 381
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen4 1154 1155 1074 377
6Compensaties
8Negatieve reserve en van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort
9Speciale instrumenten412647671295
Totaal148 199148 492170 679159 096


TOELICHTING BIJ DE VERSLAGEN OVER DE UITVOERING VAN DE BEGROTING

1. HET EU-BEGROTINGSKADER

De begrotingsboekhouding wordt gevoerd overeenkomstig het Financieel Reglement (FR). De algemene begroting is het besluit waarbij de ontvangsten en uitgaven van de Unie elk jaar binnen de grenzen van de maxima en andere bepalingen die in het meerjarig financieel kader zijn in overeenstemming met de wetgevingsbesluiten betreffende meerjarenprogramma’s die volgens dit kader.

1.1.MEERJARIG FINANCIEEL KADER 2014-2020

miljoen EUR
2014201520162017201820192020Totaal
1. Slimme en inclusieve groei
52 75677 98669 30473 51276 42079 92483 661513 563
1.a Concurrentievermogen voor groei en banen16 56017 66618 46719 92521 23923 08225 191142 130
1.b Economische, sociale en territoriale samenhang36 19660 32050 83753 58755 18156 84258 470371 433
2. Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen
49 85764 69264 26260 19160 26760 34460 421420 034
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen43 77944 19043 95144 14644 16343 88143 888307 998
3. Veiligheid en burgerschap
1 7372 4562 5462 5782 6562 8012 95117 725
4. Europa als wereldspeler
8 3358 7499 1439 4329 82510 26810 51066 262
5. Administratie
8 7219 0769 4839 91810 34610 78611 25469 584
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen7 0567 3517 6798 0078 3608 7009 07156 224
6. Compensaties
2929
8. Negatieve reserve
9. Speciale instrumenten
Vastleggingskredieten121 435162 959154 738155 631159 514164 123168 7971 087 197
Totaal betalingskredieten135 762140 719130 694126 492154 355166 709172 4201 027 151

In de bovenstaande tabel worden de maxima van het meerjarig financieel kader tegen lopende prijzen getoond. 2019 was het voorlaatste begrotingsjaar van het MFK 2014-2020. Het totale maximum voor de vastleggingskredieten voor 2019 bedroeg 164 123 miljoen EUR, hetgeen overeenkomt met 1,00 % van het bni van de EU, en het overeenkomstige maximum voor betalingskredieten bedroeg 166 709 miljoen EUR, oftewel 1,01 % van het bni van de EU voor het begrotingsjaar 2019.

Voor het MFK 2014-2020 zijn nieuwe flexibiliteitsbepalingen afgesproken. Een van de nieuwe bepalingen maakt het mogelijk onbenutte marges onder de maxima voor de betalingskredieten over de dragen (tot de bij de verordening vastgestelde maxima) naar volgende jaren, via de globale marge voor betalingen in het kader van de technische aanpassing van het MFK voor het volgende jaar. Het ongebruikte bedrag van 2016 (13 991 miljoen euro in lopende prijzen), 2017 (16 414 miljoen EUR in lopende prijzen) en 2018 (210 miljoen EUR van de berekende 11 386 miljoen EUR wegens de begrenzing) werd overgeschreven naar de jaren 2018-2020 en de maxima voor 2016-2020 werden dienovereenkomstig aangepast. Op 15 mei 2019 nam de Commissie een mededeling aan betreffende de technische aanpassing van het financieel kader voor 2020 in overeenstemming met de ontwikkeling van het bni (ESR 2010) (COM(2019) 310).


Hieronder wordt uitleg gegeven over de verschillende rubrieken van het MFK:

Rubriek 1 — Slimme en inclusieve groei

Deze rubriek is onderverdeeld in twee afzonderlijke, maar onderling afhankelijke componenten:

1a    concurrentievermogen voor groei en banen, die uitgaven bevat voor onderzoek en innovatie, onderwijs en opleiding, Connecting Europe Facility, sociaal beleid, de interne markt en bijbehorende beleidslijnen;

1b    economische, sociale en territoriale samenhang, bedoeld om de convergentie van de minst ontwikkelde lidstaten en regio’s te verhogen, om de EU-strategie voor duurzame ontwikkeling buiten de minder welvarende regio’s aan te vullen en om de interregionale samenwerking te steunen.

Rubriek 2 — Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen

Rubriek 2 omvat het gemeenschappelijk beleid inzake landbouw en visserij, en milieumaatregelen, in het bijzonder het Life+-programma.

Rubriek 3 — Veiligheid en burgerschap

Rubriek 3 (veiligheid en burgerschap) weerspiegelt het groeiend belang dat wordt gehecht aan bepaalde domeinen waarin de EU nieuwe opdrachten heeft gekregen, meer bepaald justitie en binnenlandse zaken, bescherming van de grenzen, immigratie- en asielbeleid, gezondheidszorg en consumentenbescherming, cultuur, jeugd, informatie en de dialoog met de burgers.

Rubriek 4 — Europa als wereldspeler

Rubriek 4 heeft betrekking op alle externe maatregelen, inclusief ontwikkelingssamenwerking, humanitaire hulp, pretoetredings- en nabuurschapsinstrumenten. Het EOF maakt geen deel uit van de EU-begroting en evenmin van het MFK.

Rubriek 5 — Administratie

Deze rubriek heeft betrekking op de administratieve uitgaven van alle instellingen, de pensioenen en de Europese Scholen. Voor de andere instellingen dan de Commissie vormen de administratieve uitgaven al hun uitgaven.

Rubriek 6 — Compensaties

Overeenkomstig het politieke akkoord dat nieuwe lidstaten helemaal aan het begin van hun lidmaatschap geen nettobetalers aan de begroting zouden worden, is hiervoor in deze rubriek voorzien in een compensatie. Dit bedrag was beschikbaar voor de betrokken lidstaten via overschrijvingen om hun begrotingsontvangsten en -bijdragen in evenwicht te brengen.

Rubriek 9 — Speciale instrumenten

Flexibiliteitmechanismen stellen de EU in staat de nodige middelen vrij te maken om te reageren op onvoorziene gebeurtenissen, zoals crisis- en noodsituaties. De reikwijdte ervan, de financiële middelen en de procedures zijn geregeld in de MFK-verordening en het Interinstitutioneel Akkoord. In de huidige context van besparing op de uitgaven, zorgen zij er ook voor dat de budgettaire middelen kunnen worden afgestemd op veranderende prioriteiten, zodat iedere euro wordt ingezet waar die het hardst nodig is. De meeste flexibiliteitsmechanismen worden derhalve buiten het MFK gehouden en de financiële middelen kunnen worden ingezet boven de uitgavenplafonds.

1.2.GEDETAILLEERDE MFK-RUBRIEKEN (PROGRAMMA’S)

De MFK-rubrieken worden verder onderverdeeld in meer gedetailleerde subrubrieken die overeenkomen met de grote uitgavenprogramma’s (zoals Horizon 2020, Erasmus+, enz.). De rechtsgrondslagen voor de uitvoering van de begroting worden vastgesteld op programmaniveau. De rapportering over de begrotingsuitvoering en de resultaten vindt doorgaans ook plaats op het niveau van het programma. Tabellen per programma zijn opgenomen in de verslagen over de begrotingsuitvoering (zie tabellen 4.6 - 4.10 hieronder).

1.3.JAARLIJKSE BEGROTING

Elk jaar maakt de Commissie voor het komende jaar een raming op van de ontvangsten en uitgaven van alle instellingen en stelt zij een ontwerpbegroting op die zij bij de begrotingsautoriteit indient. Op basis van deze ontwerpbegroting stelt de Raad zijn standpunt vast, waarover de twee takken van de begrotingsautoriteit vervolgens onderhandelen. De vaststelling van het gemeenschappelijk ontwerp wordt geconstateerd door de voorzitter van het EP, die daarmee de begroting uitvoerbaar maakt. De gewijzigde begrotingen worden in de loop van het jaar in kwestie goedgekeurd. De uitvoering van de begroting is een opdracht die vooral toevalt aan de Commissie.

De begrotingsstructuur voor de Commissie bestaat uit administratieve en beleidskredieten. De overige instellingen hebben alleen administratieve kredieten. De begroting onderscheidt nog twee soorten kredieten: niet-gesplitste en gesplitste. Niet-gesplitste kredieten zijn bestemd voor de financiering van verrichtingen die beperkt zijn tot het jaar (en voldoen aan het jaarperiodiciteitsbeginsel). Gesplitste kredieten worden gebruikt om het jaarperiodiciteitsbeginsel te verzoenen met de financiering van meerjarenacties. De gesplitste kredieten bestaan uit vastleggingskredieten en betalingskredieten:

-vastleggingskredieten: dekken de totale kosten van de juridische verbintenissen die in het begrotingsjaar zijn aangegaan voor maatregelen waarvan de tenuitvoerlegging zich over verschillende begrotingsjaren uitstrekt. De begrotingsvastleggingen voor acties die zich over meer dan één begrotingsjaar uitstrekken, mogen echter door middel van jaartranches over verschillende jaren worden gespreid wanneer het basisbesluit daarin voorziet;


-betalingskredieten: dekken de uitgaven die voortvloeien uit de nakoming van de verplichtingen die in het begrotingsjaar en/of in vorige begrotingsjaren zijn aangegaan.

In de jaarrekening worden de financieringsbronnen ingedeeld in twee grote categorieën:

·definitief goedgekeurde begrotingskredieten en

·aanvullende kredieten uit:

–overdrachten van het voorgaande jaar (het Financieel Reglement staat in een beperkt aantal gevallen toe dat niet-bestede bedragen van het vorige jaar naar het lopende jaar worden overgedragen), en en

–bestemmingsontvangsten uit terugbetalingen, bijdragen van derde partijen/landen aan EU-programma’s en vergoedingen van werkzaamheden verricht voor derden worden rechtstreeks toegewezen aan de betrokken op de begroting voorziene uitgaven en vormen de derde financieringspijler.

Alle soorten van financiering vormen samen de beschikbare kredieten.

1.4.ONTVANGSTEN

1.4.1.Ontvangsten uit eigen middelen

De overgrote meerderheid van de ontvangsten bestaat uit eigen middelen, die in de volgende categorieën kunnen worden ingedeeld:

(1) traditionele eigen middelen (TEM): zijn gewoonlijk goed voor circa 14 % van de totale ontvangsten uit eigen middelen;

(2) middelen op basis van de belasting over de toegevoegde waarde (btw): zijn gewoonlijk goed voor circa 12 % van de totale ontvangsten uit eigen middelen;

(3) middelen op basis van het bruto nationaal inkomen (bni): zijn gewoonlijk goed voor circa 74 % van de totale ontvangsten uit eigen middelen.

De toewijzing van eigen middelen gebeurt overeenkomstig de regels die zijn vastgesteld in Besluit 2014/335/EU, Euratom van de Raad van 26 mei 2014 betreffende het stelsel van eigen middelen van de EU (EMB 2014). Dit besluit is op 1 oktober 2016 in werking getreden en geldt met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2014.

Het totale bedrag van de aan de Unie ter dekking van de jaarlijkse betalingskredieten toegewezen eigen middelen is niet hoger dan 1,20 % van de som van de bni's van alle lidstaten.

1.4.2.Traditionele eigen middelen (TEM)

Traditionele eigen middelen (TEM) zijn douanerechten (geheven op invoer uit derde landen) en suikerheffingen (door de suikerproducenten betaald ter financiering van uitgaven voor de gemeenschappelijke ordening der markten) verschuldigd door marktdeelnemers en geïnd door de lidstaten namens de EU. De lidstaten mogen evenwel 20 % inhouden als vergoeding voor hun inningskosten. Elk vastgesteld bedrag aan traditionele eigen middelen moet in één van beide door de bevoegde autoriteiten gevoerde boekhoudingen worden opgenomen:

-in de „normale” boekhouding als bedoeld in artikel 6, lid 3, onder a), van Verordening (EU, Euratom) nr. 609/2014: elk geïnd of gewaarborgd bedrag;

-In de specifieke boekhouding bedoeld in bovengenoemd artikel: elk nog niet geïnd en/of niet gegarandeerd bedrag; de gegarandeerde, maar betwiste bedragen kunnen ook in deze boekhouding worden opgenomen.

Traditionele eigen middelen moeten uiterlijk op de eerste werkdag na de 19e van de tweede maand die volgt op de maand waarin het recht is vastgesteld (of geïnd in het geval van de specifieke boekhouding), door de lidstaat worden geboekt op de rekening van de Commissie bij de schatkist of de centrale bank van het land.

1.4.3.Belasting over de toegevoegde waarde (btw)

De eigen middelen gebaseerd op de btw worden geheven op basis van de btw-grondslagen van de lidstaten, die voor dit doel geharmoniseerd worden volgens de regels van de EU. De btw-grondslag wordt echter afgetopt op 50 % van het bni van elke lidstaat. Het uniforme btw-afroeppercentage is 0,30 %, met uitzondering van de periode 2014-2020, waarin het percentage voor Duitsland, Nederland en Zweden op 0,15 % is vastgesteld.

1.4.4.Bruto nationaal inkomen (bni)

De middelen op basis van het bni dienen om dat deel van de begroting te financieren dat niet gedekt wordt door andere bronnen van ontvangsten. Op het bni van elke lidstaat wordt hetzelfde percentage geheven, dat wordt vastgesteld volgens de regels van de EU.

De btw- en bni-middelen worden vastgesteld op basis van ramingen van de respectieve grondslagen bij de opstelling van de ontwerpbegroting. Deze ramingen worden vervolgens tijdens het betrokken begrotingsjaar herzien en bijgewerkt via een gewijzigde begroting. De positieve of negatieve verschillen tussen de bedragen die de lidstaten verschuldigd zijn op grond van de werkelijke grondslagen en de bedragen die zij daadwerkelijk hebben betaald op grond van de (herziene) ramingen, worden door de Commissie bij de lidstaten opgevraagd voor de eerste werkdag in juni van het tweede jaar dat volgt op het betrokken begrotingsjaar. Gedurende de volgende vier jaar kunnen nog correcties worden aangebracht op de werkelijke btw- en bni-grondslagen, tenzij er voorbehoud is gemaakt. Die punten van voorbehoud moeten worden beschouwd als mogelijke vorderingen op de lidstaten voor onzekere bedragen, aangezien de financiële impact niet precies kan worden geraamd. Wanneer het precieze bedrag kan worden vastgesteld, worden de overeenstemmende btw- en bni-middelen afgeroepen, hetzij in het kader van btw- en bni-saldoaanzuiveringen of via afzonderlijke afroepingen van middelen.

1.4.5.Correctie voor het Verenigd Koninkrijk

Door de Europese Raad van Fontainebleau (in juni 1984) is een mechanisme ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk geïntroduceerd om begrotingsonevenwichtigheden te corrigeren (verlaging van de eigenmiddelenbijdrage en verhoging van die van andere lidstaten). Duitsland, Oostenrijk, Zweden en Nederland dragen in mindere mate aan die correctie bij (beperkt tot een kwart van hun normale aandeel).

1.4.6.Brutovermindering

De Europese Raad van 7–8 februari 2013 heeft besloten dat Denemarken, Nederland en Zweden voor de periode 2014-2020 in aanmerking komen voor een brutovermindering van hun jaarlijkse bijdragen op basis van het bni en Oostenrijk uitsluitend voor de jaren 2014-2016. De jaarlijkse verminderingen zijn als volgt: Denemarken 130 miljoen EUR, Nederland 695 miljoen EUR en Zweden 185 miljoen EUR.

1.5.BEREKENING VAN HET BEGROTINGSRESULTAAT

Het begrotingsresultaat van de EU wordt in de loop van het volgende jaar terugbetaald aan de lidstaten door een vermindering van de bedragen die zij voor dat jaar zijn verschuldigd.

De eigen middelen worden geboekt op basis van de bedragen waarmee de door de lidstaten voor de Commissie geopende rekeningen in de loop van het jaar worden gecrediteerd. In het geval van een overschot omvatten de ontvangsten ook het begrotingsresultaat van het vorige begrotingsjaar. De overige ontvangsten worden geboekt op basis van de in de loop van het jaar werkelijk geïnde bedragen.

Voor de berekening van het begrotingsresultaat van het jaar worden onder uitgaven verstaan de betalingen uit de kredieten van het jaar, vermeerderd met de kredieten van hetzelfde jaar die naar het volgende jaar zijn overgedragen. De betalingen uit de kredieten van het jaar zijn die welke uiterlijk op 31 december van dat begrotingsjaar door de rekenplichtige worden verricht. Voor het ELGF worden als betalingen die betalingen geboekt die de lidstaten tussen 16 oktober n–1 en 15 oktober n hebben verricht, voor zover de vastlegging en de betalingsopdracht uiterlijk op 31 januari n+1 door de rekenplichtige zijn ontvangen. Ten aanzien van de uitgaven van het ELGF kan een later conformiteitsbesluit worden genomen, nadat in de lidstaten controles zijn verricht.

Het begrotingsresultaat bestaat uit twee delen: het resultaat van de EU en het resultaat van de deelneming van de EVA-landen die lid zijn van de Europese Economische Ruimte (EER). Overeenkomstig artikel 1, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) nr. 608/2014 betreffende de eigen middelen weerspiegelt dit resultaat het verschil tussen:

-de totale begrotingsontvangsten van het begrotingsjaar en


-het bedrag van de betalingen uit de kredieten van het begrotingsjaar, vermeerderd met de kredieten van hetzelfde jaar die naar het volgende jaar zijn overgedragen.

Dit verschil wordt vermeerderd of verminderd met:

-het nettobedrag dat voortvloeit uit de annulering van uit vorige jaren overgedragen betalingskredieten en de bij de betalingen door veranderingen van de wisselkoersen van de euro opgetreden overschrijdingen van de niet-gesplitste kredieten die van het vorige jaar zijn overgedragen;


-de ontwikkeling van bestemmingsontvangsten en


-de gedurende het jaar geboekte netto wisselkoerswinsten en verliezen.

Van het vorige begrotingsjaar overgedragen kredieten die betrekking hebben op bijdragen van en werkzaamheden voor derden worden uiteraard nooit geannuleerd en worden opgenomen als aanvullende kredieten voor het begrotingsjaar. Dit verklaart het verschil tussen de van het voorafgaande jaar overgedragen kredieten in de verslagen over de uitvoering van de begroting N en de naar het volgende jaar overgedragen kredieten in de verslagen over de uitvoering van de begroting N-1. Wederopgevoerde kredieten na terugstorting van vooruitbetalingen maken geen deel uit van het resultaat van het begrotingsjaar.

De overgedragen betalingskredieten omvatten: automatische overdrachten en overdrachten bij besluit. De annulering van niet-bestede betalingskredieten die van het vorige jaar zijn overgedragen toont de annuleringen van kredieten die van rechtswege zijn overgedragen en kredieten die bij besluit zijn overgedragen.

1.6.AANSLUITING VAN HET ECONOMISCH RESULTAAT MET HET BEGROTINGSRESULTAAT 

miljoen EUR
20192018
ECONOMISCH RESULTAAT VAN HET JAAR4 79613 918
Ontvangsten
Rechten die in het lopende jaar zijn vastgesteld, maar nog niet zijn geïnd(6 193)(6 220)
Rechten die in vorige jaren zijn vastgesteld en in het lopende jaar zijn geïnd8 6569 331
Toegerekende baten (netto)3 341(4 015)
5 804(904)
Uitgaven
Toegerekende uitgaven (netto)8 3944 511
Uitgaven van een vorig jaar betaald in het lopende jaar(3 832)(6 086)
Netto-effect voorfinanciering(10 981)(8 634)
Betalingskredieten overgedragen naar volgend jaar(3 532)(2 941)
Betalingen gedaan uit overdrachten en annulering van niet-bestede betalingskredieten1 9242 098
Mutaties in voorzieningen3 8013 567
Overige(3 076)(4 175)
(7 304)(11 660)
Economisch resultaat agentschappen en EGKS i.l.(79)448
BEGROTINGSRESULTAAT VAN HET JAAR3 2171 802

In overeenstemming met het Financieel Reglement wordt het economisch resultaat van het jaar berekend op transactiebasis (EU-boekhoudregels), terwijl het begrotingsresultaat op het gewijzigdekasbeginsel wordt gebaseerd. Aangezien het economisch resultaat en het begrotingsresultaat het gevolg zijn van dezelfde onderliggende verrichtingen, met uitzondering van de overige (niet-budgettaire) ontvangstenbronnen en de uitgaven van de agentschappen en de EGKS in liquidatie, die uitsluitend in het economisch resultaat worden opgenomen (zie toelichting 6), is het aansluiten van het economisch resultaat voor het jaar met het begrotingsresultaat voor het jaar een nuttige consistentiecontrole.

Sluitposten — Ontvangsten

De werkelijke begrotingsontvangsten van een begrotingsjaar zijn gelijk aan de bedragen die worden geïnd van in de loop van het jaar vastgestelde rechten en de bedragen die worden geïnd van rechten die in vorige jaren zijn vastgesteld. Daarom moeten de rechten die in het lopende jaar zijn vastgesteld maar nog niet geïnd zijn ten behoeve van de afstemming van het economisch resultaat worden afgetrokken, aangezien ze geen deel uitmaken van de begrotingsontvangsten. Daarentegen moeten de rechten die in vorige jaren zijn vastgesteld en in het lopende jaar geïnd zijn, ten behoeve van de afstemming bij het economisch resultaat worden opgeteld.

De toegerekende baten bestaan hoofdzakelijk uit toegerekende baten voor de landbouw, eigen middelen, en rente en dividenden. Alleen het netto-effect, d.w.z. de toegerekende baten voor het lopende jaar verminderd met de teruggeboekte toegerekende baten van vorig jaar, wordt in aanmerking genomen.

Sluitposten — Uitgaven

De toegerekende uitgaven bestaan hoofdzakelijk uit uitgaven die toegerekend zijn met het oog op afsluiting aan het einde van het jaar, d.w.z. subsidiabele uitgaven die begunstigden van EU-middelen hebben gedaan, maar nog niet aan de Commissie hebben gedeclareerd. Alleen het netto-effect, d.w.z. de toegerekende uitgaven voor het lopende jaar verminderd met de teruggeboekte toegerekende baten van vorig jaar, wordt in aanmerking genomen. Betalingen tijdens het lopende jaar betreffende in voorgaande jaren ingeschreven facturen maken deel uit van de uitgaven van het lopende begrotingsjaar en moeten derhalve met het oog op de aansluiting bij het economisch resultaat worden opgeteld.

Het netto-effect van voorfinanciering is de combinatie van 1) de nieuwe voorfinancieringsbedragen die in het lopende jaar zijn betaald en als begrotingsuitgaven van het jaar geboekt zijn, en 2) de verrekening van voorfinanciering via de aanvaarding van subsidiabele kosten in het lopende jaar. De laatste zijn wel toegerekende uitgaven, maar geen uitgaven in de begrotingsboekhouding, aangezien de aanvankelijke voorfinanciering reeds als een begrotingsuitgave werd beschouwd op het ogenblik van de betaling.

Naast de betalingen die verricht zijn uit de kredieten van het jaar, dienen de kredieten voor dat jaar die naar het volgende jaar worden overgedragen ook in aanmerking te worden genomen voor de berekening van het begrotingsresultaat van het jaar (overeenkomstig artikel 1, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) nr. 608/2014). Hetzelfde geldt voor begrotingsbetalingen die in het lopende jaar zijn gedaan uit van voorgaande jaren overgedragen kredieten en de annulering van niet-bestede betalingskredieten.

De mutatie in de voorzieningen heeft betrekking op ramingen die aan het einde van het jaar in de financiële staten zijn gedaan (hoofdzakelijk personeelsbeloningen) die geen invloed hebben op de begrotingsboekhouding. Andere afstemmingsbedragen omvatten verschillende elementen zoals de afschrijving/waardevermindering van activa, de verwerving van activa, financiëleleaseverplichtingen en financiële participaties, waarvan de behandeling in de begrotingsboekhouding en in de boekhouding op transactiebasis verschilt.

Sluitpost - Economisch resultaat agentschappen en EGKS in liquidatie

Het begrotingsresultaat voor het jaar is een niet-geconsolideerd cijfer en omvat niet de overige (niet-budgettaire) ontvangstenbronnen en de uitgaven van de geconsolideerde agentschappen en de EGKS in liquidatie (zie toelichting 6). Voor de aansluiting van het economisch resultaat voor het jaar - een geconsolideerd cijfer waarin die bedragen wel zijn opgenomen - met het begrotingsresultaat voor het jaar wordt het volledig geconsolideerde economisch resultaat voor het jaar van de agentschappen en de EGKS i.l. als sluitpost weergegeven.


2. UITVOERING VAN DE EU-BEGROTING 2019 –    TOELICHTING

2.1.ONTVANGSTEN

Het bedrag van de vastleggingskredieten in de oorspronkelijk goedgekeurde EU-begroting, die op 12 december 2018 door de voorzitter van het Europees Parlement werd ondertekend, werd vastgelegd op 148 199 miljoen EUR, voor 146 305 miljoen EUR uit eigen middelen te financieren. De geraamde ontvangsten en uitgaven in de oorspronkelijke begroting worden doorgaans in de loop van het begrotingsjaar aangepast en die wijzigingen worden in gewijzigde begrotingen opgenomen. Wijzigingen in de eigenmiddelenbetalingen op basis van het bni garanderen dat de begrote ontvangsten precies overeenstemmen met de begrote uitgaven. In overeenstemming met het evenwichtsbeginsel moeten de ontvangsten en de uitgaven van de begroting (betalingskredieten) in evenwicht zijn.

In 2019 werden drie gewijzigde begrotingen goedgekeurd. De definitieve goedgekeurde ontvangsten voor 2019 kwamen hierdoor uit op 148 492 miljoen EUR en het totaal gefinancierd met eigen middelen 144 795 miljoen EUR. De belangrijkste reden voor de vermindering van de bijdragen van de lidstaten in 2019 was het overschot van het vorige begrotingsjaar (1 803 miljoen EUR); daartegenover stond een beperkte nettotoename van de betalingskredieten (met 293 miljoen EUR).

Wat het resultaat van de eigen middelen betreft, lag de inning van traditionele eigen middelen zeer dicht bij de geraamde bedragen.

De definitieve btw- en bni-betalingen van de lidstaten lagen ook dicht bij de laatste begrotingsraming. De verschillen tussen de geraamde bedragen en de werkelijk betaalde bedragen worden veroorzaakt door de verschillen tussen de eurokoersen die voor begrotingsdoeleinden zijn gebruikt en de koersen die golden op het ogenblik waarop de lidstaten die geen deel uitmaken van de EMU, hun betalingen daadwerkelijk hebben verricht.

Wat de btw- en bni-saldi betreft, zijn de regels vastgesteld in artikel 10 ter van de verordening inzake de terbeschikkingstelling (Verordening 609/2014). Deze procedure leidt niet automatisch tot een wijziging van de begroting en daarom roept de Commissie de nettobedragen rechtstreeks bij de lidstaten af. Er was zo goed als geen impact op de EU-begroting als gevolg van dit salderingssysteem.

De post „Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma’s van de EU“ betreft voornamelijk ontvangsten van financiële correcties (ESIF, ELFG en Elfpo), de deelname van derde landen aan onderzoeksprogramma’s, de goedkeuring van de rekeningen voor de landbouwfondsen en andere bijdragen en terugbetalingen aan programma’s/activiteiten van de EU. Een aanzienlijk deel van dit totaal bestaat uit bestemmingsontvangsten, wat doorgaans aanleiding geeft tot de opname van aanvullende kredieten op de uitgavenzijde. In 2019 was het totaal van deze bijdragen 12,6 miljard EUR.

De ontvangsten uit boeten betreft met name geldboeten in verband met mededingingszaken.

2.2.UITGAVEN

De EU-begroting speelt een belangrijke rol in de ondersteuning van het beleid en de verwezenlijking van de prioriteiten van de Unie. Ondanks haar beperkte omvang – ongeveer 2 % van alle overheidsuitgaven in de Unie – vult zij de nationale begrotingen aan, met een duidelijke focus op investeringen en toegevoegde waarde. Binnen het brede scala van Europees beleids- en regelgevingsinstrumenten is zij een cruciaal onderdeel voor de uitvoering van de beleidsprioriteiten die door alle EU-lidstaten zijn onderschreven en die zijn vertaald in een meerjarig financieel kader dat de verschillende programma’s omvat en uitgavenplafonds vaststelt.

De EU-begroting 2019, zoals goedgekeurd op 12 december 2018, bewijst dat het geld van de EU terechtkomt waar het nodig is. Zoals de Commissie al in mei 2018 had voorgesteld, werd het grootste deel van de middelen in 2019 gebruikt om de werkgelegenheid te stimuleren, in het bijzonder voor jongeren, en om groei, strategische investeringen en convergentie aan te zwengelen. Ook de inspanningen om zowel binnen de EU als daarbuiten het migratievraagstuk op een doeltreffende manier aan te pakken, werden door de EU verder ondersteund.

2019 was het zesde jaar van het huidige meerjarig financieel kader (MFK) 2014-2020. Nagenoeg alle programma’s zaten op kruissnelheid, behalve de nieuwe programma’s of acties waarvoor het wetgevingsproces pas onlangs is afgerond.

In lijn met de in het MFK voorziene jaarlijkse ontwikkeling bedroegen de in de ontwerpbegroting voorgestelde kredieten 165,6 miljard EUR (3,1 % meer dan de begroting 2018) voor vastleggingen en 148,7 miljard EUR (2,7 % meer) voor betalingen, oftewel 1,00 % en 0,90 % respectievelijk van het bni van de EU.

Voor alle rubrieken werden in 2019 hoge uitvoeringsniveaus opgetekend. De uitvoering voor alle soorten kredieten (begrotingskredieten, overdrachten van vorig jaar en bestemmingsontvangsten) bedroeg in 2019 97 % wat de vastleggingen en 93 % wat de betalingen betreft. De bestedingspercentages exclusief bestemmingsontvangsten wijzen op een volledige uitvoering in 2019 (99,4 % voor de vastleggingen en 98,4 % voor de betalingen).

De nog betaalbaar te stellen vastleggingen (de zogeheten „RAL”) bedroegen per jaareinde 297,7 miljard EUR. Een toename ten opzichte van het niveau van 2018 was verwacht, gelet op het verschil tussen de vastleggings- en betalingskredieten (17,7 miljard EUR) in de goedgekeurde begroting en op het feit dat het een normale ontwikkeling betreft doordat het meerjarig financieel kader in een jaarlijkse stijging van de vastleggingskredieten voorziet. De toename beliep uiteindelijk 16,5 miljard EUR.


3. UITVOERING VAN DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE EU-BEGROTING 

3.1.OVERZICHT VAN DE UITVOERING VAN DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE EU-BEGROTING 

miljoen EUR
BegrotingskredietenVastgestelde rechtenOntvangstenOntvangsten als % van de begrotingNog te

ontvangen
OmschrijvingOorspronkelijk goedgekeurde begrotingDefinitief

goedgekeurde begroting
Lopend jaarOvergedragenTotaalOp

rechten

van lopend jaar
Op

overgedragen

rechten
Totaal
12345=3+4678=6+79=8/210=5-8
1Eigen middelen146 305144 795147 01344147 056144 75412144 766100 %2 291
3Overschotten, saldi en aanpassingen1 8031 8111 8111 8051 805100 %7
4Ontvangsten afkomstig van personen die verbonden zijn aan de instellingen en andere organen van de Unie1 6071 6071 576101 5851 566101 57698 %10
5Ontvangsten voortvloeiend uit de administratieve werking van de instelling252557019589546125582 229 %31
6Bijdragen en terugbetalingen in het kader van overeenkomsten en programma’s van de Unie13013013 56456914 13412 27929812 5779 674 %1 557
7Achterstandsrente en geldboeten1151155 45613 11918 5752 3552712 6252 283 %15 949
8Opgenomen en verstrekte leningen333333110 %
9Diverse ontvangsten1515891771852 %9
Totaal148 199148 492170 00113 770183 771163 314604163 918110 %19 853


4.UITVOERING VAN DE UITGAVENZIJDE VAN DE EU-BEGROTING

4.1.MFK: SAMENSTELLING EN ONTWIKKELING VAN DE VASTLEGGINGS- EN BETALINGSKREDIETEN

miljoen EUR
VastleggingskredietenBetalingskredieten
MFK-rubriekBegrotingsmiddelenAanvullende kredietenTotaal beschikbare kredietenBegrotingsmiddelenAanvullende

kredieten
Totaal beschikbare kredieten
Oorspronkelijk goedgekeurde begrotingGewijzigde begrotingen & overschrijvingenDefinitief goedgekeurde begrotingOver-drachtenBestemmings-ontvangstenOorspronkelijk goedgekeurde begrotingGewijzigde begrotingen & overschrijvingenDefinitief goedgekeurde begrotingOverdrachtenBestemmings-ontvangsten
123=1+2456=3+

4+5
789=7+8101112=9+

10+11
1Slimme en inclusieve groei80 52710080 627012 16692 79467 55726667 82313114 60082 553
1a: Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid23 33510023 43504 39027 82620 522(260)20 2611185 66426 044
1b: Economische, sociale en territoriale cohesie57 19257 1927 77764 96947 03552647 561138 93556 510
2Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen59 64259 6424602 74562 84657 40043757 8376722 74361 252
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen43 19243 1924601 15544 80643 116(3)43 1136651 15544 933
3Veiligheid en burgerschap3 78703 7872794 0653 527(237)3 29192763 575
4Europa als wereldspeler11 31930611 625341 79513 4549 358(406)8 953641 91610 933
5Administratie9 94309 943183210 7769 945(2)9 94291683611 694
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen4 1154 1154354 5504 1154 1155544375 107
6Compensaties
8Negatieve reserve en van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort
9Speciale instrumenten577(12)5653024618412236647024671
Totaal165 796394166 18952517 840184 554148 199294148 4921 79220 394170 679


4.2.MFK: BESTEDING VAN DE VASTLEGGINGSKREDIETEN

miljoen EUR
Totaal

beschikbarekredieten
VastleggingenNaar 2020 overgedragen kredietenVervallen kredieten
MFK-rubriekVan definitief goed-

gekeurde begroting
Van over-drachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal%Bestemmings-ontvangstenOverdrachten bij besluitTotaalVan definitief goed-gekeurde begrotingVan over-drachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal
12345=2+3

+4
6=5/1789=7+810111213=10+

11+12
1Slimme en inclusieve groei92 79480 54009 99690 53698 %2 074362 1105297149
1a: Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid27 82623 40602 37625 78293 %2 01332 01627128
1b: Economische, sociale en territoriale cohesie64 96957 1347 62064 754100 %6033932596121
2Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen62 84659 1614381 00160 60096 %1 3304671 7971421414449
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen44 80642 71843880743 96298 %34846781582129
3Veiligheid en burgerschap4 0653 7371373 87495 %14214250050
4Europa als wereldspeler13 45411 622341 45413 11197 %3401341202
5Administratie10 7769 797157410 37196 %25525514603149
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen4 5504 0333384 37196 %94094820385
6Compensaties
8Negatieve reserve en van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort
9Speciale instrumenten61829529548 %8941021753016221
Totaal184 554165 15347313 161178 78797 %4 1495984 747438515301 019


4.3.MFK: BESTEDING VAN DE BETALINGSKREDIETEN

miljoen EUR
Totaal beschikbarekredietenGedane betalingenNaar 2020 overgedragen kredietenVervallen kredieten
MFK-rubriekVan definitief goed-gekeurde begrotingVan overdrachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal%Automatische overdrachtenOverdrachten bij besluitBestemmings-ontvangstenTotaalVan definitief goed-gekeurde begrotingVan overdrachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal
12345=2+

3+4
6=5/178910=7+

8+9
11121314=11+

12+13
1Slimme en inclusieve groei82 55367 6371137 78575 53591 %15136 8136 9673218152
1a: Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid26 04420 0901021 55521 74884 %13834 1084 2493016148
1b: Economische, sociale en territoriale cohesie56 51047 547106 23053 78795 %132 7052 7182204
2Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen61 25257 1636371 72159 52197 %1984671 0231 68793544
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen44 93342 44963180643 88598 %1904673491 00673442
3Veiligheid en burgerschap3 5753 1537963 25691 %918018812920131
4Europa als wereldspeler10 9338 908601 14010 10892 %3977281164414
5Administratie11 6949 04885048210 38189 %74803491 098146664216
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen5 1073 5715152914 37786 %463014360582393124
6Compensaties
8Negatieve reserve en van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort0
9Speciale instrumenten671295029544 %189352016368
Totaal170 679146 2031 66711 225159 09693 %1 1454709 14410 75967512525825


4.4.MFK: ONTWIKKELING VAN DE NOG BETAALBAAR TE STELLEN VASTLEGGINGEN (RAL)

miljoen EUR
RAL eind vorig jaarVastleggingen van het jaarTotale RAL per jaareinde
MFK-rubriekVan vorig jaar overgedragen vastleggingenVrijmakingen/her-waarderingen/

annuleringen
BetalingenRAL per jaareindeVastleggingen tijdens het jaarBetalingenAnnulering van niet-overdraagbare vastleggingenRAL per jaareinde
1234=1+2+35678=5+6+79=4+8
1Slimme en inclusieve groei206 991(1 360)(66 413)139 21790 536(9 122)(4)81 410220 627
1a: Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid37 006(738)(13 367)22 90125 782(8 380)(4)17 39740 298
1b: Economische, sociale en territoriale cohesie169 985(622)(53 046)116 31764 754(742)(0)64 012180 329
2Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen40 047(253)(15 133)24 66160 600(44 387)(0)16 21340 874
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen359(6)(235)11743 962(43 650)313430
3Veiligheid en burgerschap5 834(269)(1 934)3 6323 874(1 323)2 5516 183
4Europa als wereldspeler27 352(1 200)(6 918)19 23413 111(3 190)(0)9 92029 154
5Administratie961(97)(859)510 371(9 522)(1)849854
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen587(69)(515)24 371(3 861)0510511
6Compensaties
8Negatieve reserve en van het vorige begrotingsjaar overgedragen tekort
9Speciale instrumenten0(0)(0)295(295)11
Totaal281 185(3 179)(91 257)186 749178 787(67 838)(5)110 944297 693


4.5.MFK: RAL NAAR JAAR VAN OORSPRONG 

miljoen EUR
MFK-rubriek< 20132013201420152016201720182019Totaal
1Slimme en inclusieve groei1 4283 6402 1394 68312 47645 92468 92481 414220 627
1a: Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid4729211 1751 6083 1335 42710 16017 40240 298
1b: Economische, sociale en territoriale cohesie9562 7199643 0759 34340 49658 76364 012180 329
2Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen681302851 3162 6857 60312 57516 21340 874
waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen133776313430
3Veiligheid en burgerschap331820534331 2231 8512 5526 183
4Europa als wereldspeler9099581 0101 8513 2534 9736 2319 97029 154
5Administratie0012851854
waarvan: administratieve uitgaven van de instellingen0000000511511
9Speciale instrumenten011
Totaal2 4384 7463 4537 90418 84659 72389 583110 999297 693


De inrichting van de nieuwe Commissie ging gepaard met een interne reorganisatie van de diensten. De reallocatie van de overeenkomstige transacties leidde tot een verschuiving van het uitstaande bedrag tussen jaren. Het totale bedrag van de nog betaalbaar te stellen vastleggingen bleef ongewijzigd.

4.6.MFK IN DETAIL: SAMENSTELLING EN ONTWIKKELING VAN DE VASTLEGGINGS- EN BETALINGSKREDIETEN

miljoen EUR
VastleggingskredietenBetalingskredieten
BegrotingsmiddelenAanvullende kredietenTotaal beschikbare kredietenBegrotingsmiddelenAanvullende kredietenTotaal beschikbare kredieten
ProgrammaOorspronkelijk goedgekeurde begrotingGewijzigde begrotingen en over-schrijvingenDefinitief goedgekeurde begrotingOver-drachtenBestemmings-ontvangstenOorspronkelijk goedgekeurde begrotingGewijzigde begrotingen en over-schrijvingenDefinitief goedgekeurde begrotingOver-drachtenBestemmings-ontvangsten
123=1+2456=3+

4+5
789=7+8101112=9+

10+11
1Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI)1871871903771 02211 0231901 213
Europese satellietnavigatie (Egnos/Galileo)6916911288199237099322531 248
Internationale thermonucleaire reactor (ITER)407240949458617(58)559049608
Europees programma voor aardobservatie (Copernicus)861861218826021603214619
Europees Solidariteitskorps (ESK)14314308151120(12)10878123
Industrieel ontwikkelingsprogramma voor de Europese defensie (EDIDP)245245245147(145)22
Nucleaire veiligheid en ontmanteling144144144158(1)157157
Horizon 202012 3128012 3922 65215 04310 972(160)10 812733 76714 652
Euratom-programma voor onderzoek en opleiding3740374115488370(3)36719153539
Concurrentievermogen van ondernemingen en kmo’s (Cosme)36703674741425225277386365
Onderwijs, opleiding en sport (Erasmus+)2 766202 7864843 2712 563462 60976013 217
Programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI)1361365118711810129150180
Douane, Fiscalis en fraudebestrijding135135111461341135010145
CEF — Energie94994944993327(1)32613331
CEF — Vervoer2 6402 640822 7221 223921 3141181 334
CEF — Information & Communications Technology (ICT)1751755180152(33)11804123
Energieprojecten voor economisch herstel (EERP)0061(61)3535
Gedecentraliseerde agentschappen383(4)37927406382(2)37927406
Andere acties en programma’s194(2)193473665165(1)1641391556
Proefprojecten en voorbereidende acties97(0)97198100(32)68169
Specifieke bevoegdheden van de Commissie1284133413711531184122
Regionale convergentie (regio’s met een ontwikkelingsachterstand)27 875927 8853 65431 53924 04220624 2484 30428 551
Overgangsregio’s5 84955 8548066 6604 370(271)4 0991 1185 217
Concurrentievermogen (meer ontwikkelde regio’s)8 649278 6761 1519 8277 442287 4701 3828 852
Ultraperifere en dunbevolkte regio’s231231222531763821528242
Cohesiefonds9 7549 7541 80111 5557 7064008 1071 6959 801
Europese territoriale samenwerking1 9731 9732352 2081 1912561 4472561 703
Technische bijstand2402402242213(25)187122202
Europese hulp aan de meest behoeftigen (FEAD)5685682359140111412094506
Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief350(41)30981390632(109)52356579
Connecting Europe Facility (CEF)1 7001 70011 701852(8)8432845
Proefprojecten en voorbereidende acties440411(0)11011
Totaal MFK-rubriek 180 52710080 627012 16692 79467 55726667 82313114 60082 553
2Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)43 19243 1924601 15544 80643 116(3)43 1136651 15544 933
Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo)14 72714 7271 35616 08313 14836213 51021 35614 868
Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV)9429422181 160571816521218871
Visserijpartnerschapsovereenkomsten en organisaties voor visserijbeheer1481481481420142142
Milieu- en klimaatactie (LIFE)558155975673421335446365
Gedecentraliseerde agentschappen616187061(2)59868
Andere acties en maatregelen
Proefprojecten en voorbereidende acties14(1)1201220(14)606
Specifieke acties000
Totaal MFK-rubriek 259 64259 6424602 74562 84657 40043757 8376722 74361 252
3Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF)1 121701 191171 20895321974117992
Consumenten2929130243271128
Creatief Europa245245142581957202114217
Noodhulp binnen de Unie (IES)000070(10)600060
Fonds voor interne veiligheid533(0)533148681664(162)5021146649
IT-systemen0(0)0000
Justitie45(0)45145389471148
Rechten, gelijkheid en burgerschap6666267584620264
Uniemechanisme voor civiele bescherming150(45)105410982(13)69372
Europa voor de burger292902929(4)250025
Levensmiddelen en diervoeders2902904294239224215247
Gezondheid6868371613641267
Gedecentraliseerde agentschappen1 090(25)1 066851 151998(87)91185996
Proefprojecten en voorbereidende acties151501518(10)808
Specifieke acties1061060106100(0)9910101
Totaal MFK-rubriek 33 78703 7872794 0653 527(237)3 29192763 575
4Pretoetredingssteun (IPA II)2 423(29)2 3947393 1331 708(325)1 38255621 950
Macrofinanciële bijstand (MFB)27(27)0027(17)1010
Garantiefonds voor externe acties110110110110
Uniemechanisme voor civiele bescherming24(11)1311321(10)11111
EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp20(1)1901916(3)13013
Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO)2525129154252525429479
Europees nabuurschapsinstrument (ENI)2 677612 738412 7792 06012 0614412 106
Instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)3 190153 205833 2872 796(219)2 578161232 716
Partnerschapsinstrument (PI)154(5)149101591003613609145
Europees Initiatief voor democratie en mensenrechten (EIDHR)197(18)1792181159316332167
Stabiliteit en vrede (IcSP)377037711388321(3)31939331
Humanitaire hulp1 6523151 966344242 4251 6031371 74063712 117
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB)3358343413843063309053362
Samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (INSC)343403441(6)361036
Gedecentraliseerde agentschappen20200212020021
Andere acties en programma’s84(3)81205286734770206282
Proefprojecten en voorbereidende acties6(4)2028(1)717
Specifieke acties7558008174(6)68068
Totaal MFK-rubriek 411 31930611 625341 79513 4549 358(406)8 953641 91610 933
5Pensioenen2 004(2)2 00202 0022 004(2)2 00202 002
Europese scholen191(11)18112193191(11)181212195
Gedecentraliseerde agentschappen
Proefprojecten en voorbereidende acties44046(2)4106
Administratieve uitgaven van de Commissie3 629123 64113854 0273 629113 6403593864 385
Administratieve uitgaven van andere instellingen4 1154 11504354 5504 1154 1155544375 107
Totaal MFK-rubriek 59 943(0)9 943183210 7769 945(2)9 94291683611 694
6Compensaties
Totaal MFK-rubriek 6
8Negatieve reserve
Overgedragen tekort
Totaal MFK-rubriek 8
9Reserve voor noodhulp (EAR)352(306)4646352352352
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)1761762419910(9)102425
Solidariteitsfonds van de Europese Unie (EUSF)502943443037350245295295
Totaal MFK-rubriek 9577(12)5653024618412236647024671
Totaal165 796394166 18952517 840184 554148 199294148 4921 79220 394170 679

4.7.MFK IN DETAIL: BESTEDING VAN DE VASTLEGGINGSKREDIETEN

miljoen EUR
Totaal

beschikbare

kredieten
VastleggingenNaar 2020 overgedragen kredietenVervallen kredieten
ProgrammaVan definitief goed-

gekeurde begroting
Van over-drachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal%Bestemmings-ontvangstenOver-drachten bij besluitTotaalVan definitief goed-gekeurde begrotingVan over-drachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal
12345=2+3

+4
6=5/1789=7+810111213=10+

11+12
1Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI)377187190377100 %00
Europese satellietnavigatie (Egnos/Galileo)8196918277394 %464600
Internationale thermonucleaire reactor (ITER)4584091742693 %323200
Europees programma voor aardobservatie (Copernicus)88286121882100 %00
Europees Solidariteitskorps (ESK)1511430414898 %33
Industrieel ontwikkelingsprogramma voor de Europese defensie (EDIDP)245245245100 %
Nucleaire veiligheid en ontmanteling144144144100 %00
Horizon 202015 04312 3911 41713 80892 %1 2341 234011
Euratom-programma voor onderzoek en opleiding4883715142286 %64367000
Concurrentievermogen van ondernemingen en kmo’s (Cosme)4143673139896 %1515000
Onderwijs, opleiding en sport (Erasmus+)3 2712 7862733 06094 %211211
Programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI)1871352515985 %2626202
Douane, Fiscalis en fraudebestrijding146135814398 %3300
CEF — Energie99394944992100 %1100
CEF — Vervoer2 7222 639772 716100 %4411
CEF — Information & Communications Technology (ICT)180171417598 %00404
Energieprojecten voor economisch herstel (EERP)000
Gedecentraliseerde agentschappen4063601637693 %101019019
Andere acties en programma’s66519311230446 %361361000
Proefprojecten en voorbereidende acties9897198100 %0000
Specifieke bevoegdheden van de Commissie137132213498 %22101
Regionale convergentie (regio’s met een ontwikkelingsachterstand)31 53927 8773 56731 444100 %434384351
Overgangsregio’s6 6605 8518066 657100 %0033
Concurrentievermogen (meer ontwikkelde regio’s)9 8278 6741 1309 804100 %8811415
Ultraperifere en dunbevolkte regio’s25323122253100 %
Cohesiefonds11 5559 7521 77511 527100 %(0)212626
Europese territoriale samenwerking2 2081 9732162 18999 %7701212
Technische bijstand242228022894 %1112113
Europese hulp aan de meest behoeftigen (FEAD)59156723590100 %101
Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief3902778135892 %3232
Connecting Europe Facility (CEF)1 7011 7001 700100 %11
Proefprojecten en voorbereidende acties44497 %00
Totaal MFK-rubriek 192 79480 54009 99690 53698 %2 074362 1105297149
2Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)44 80642 71843880743 96298 %34846781582129
Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo)16 08314 7254014 76592 %9039032413415
Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV)1 1609401421 08293 %7575213
Visserijpartnerschapsovereenkomsten en organisaties voor visserijbeheer148148148100 %
Milieu- en klimaatactie (LIFE)5675595564100 %22000
Gedecentraliseerde agentschappen705976795 %1122
Andere acties en maatregelen
Proefprojecten en voorbereidende acties121212100 %0000
Specifieke acties
Totaal MFK-rubriek 262 84659 1614381 00160 60096 %1 3304671 7971421414449
3Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF)1 2081 18491 19299 %9977
Consumenten3029130100 %00000
Creatief Europa2582451025599 %4400
Noodhulp binnen de Unie (IES)00038 %00000
Fonds voor interne veiligheid6815336459788 %848400
IT-systemen
Justitie454504599 %00000
Rechten, gelijkheid en burgerschap676616799 %11000
Uniemechanisme voor civiele bescherming1097037367 %1135035
Europa voor de burger292902999 %0000
Levensmiddelen en diervoeders294290329299 %22000
Gezondheid7168271100 %00000
Gedecentraliseerde agentschappen1 1511 059441 10296 %4141707
Proefprojecten en voorbereidende acties15151599 %00000
Specifieke acties1061060106100 %0000
Totaal MFK-rubriek 34 0653 7371373 87495 %14214250050
4Pretoetredingssteun (IPA II)3 1332 3936012 99496 %138138101
Macro-financiële bijstand (MFB)00097 %00
Garantiefonds voor externe acties11010310394 %77
Uniemechanisme voor civiele bescherming131301399 %0000
EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp1919019100 %0000
Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO)15425709561 %6060
Europees nabuurschapsinstrument (ENI)2 7792 738312 769100 %101000
Instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)3 2873 204583 26299 %2525000
Partnerschapsinstrument (PI)159149715698 %3300
Europees Initiatief voor democratie en mensenrechten (EIDHR)181179117999 %1100
Stabiliteit en vrede (IcSP)38837710387100 %1100
Humanitaire hulp2 4251 966344122 41299 %1313
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB)3843431736094 %242400
Samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (INSC)343434100 %0000
Gedecentraliseerde agentschappen2120021100 %00
Andere acties en programma’s2868114522679 %6060000
Proefprojecten en voorbereidende acties21147 %01100
Specifieke acties8180081100 %00
Totaal MFK-rubriek 413 45411 622341 45413 11197 %3401341202
5Pensioenen2 0021 99001 99099 %001212
Europese scholen1931811019199 %2200
Gedecentraliseerde agentschappen
Proefprojecten en voorbereidende acties444100 %00
Administratieve uitgaven van de Commissie4 0273 58912253 81695 %159159510052
Administratieve uitgaven van andere instellingen4 5504 03303384 37196 %94094820385
Totaal MFK-rubriek 510 7769 797157410 37196 %25525514603149
6Compensaties
Totaal MFK-rubriek 6
8Negatieve reserve
Overgedragen tekort
Totaal MFK-rubriek 8
9Reserve voor noodhulp (EAR)464646
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)199110 %8817516191
Solidariteitsfonds van de Europese Unie (EUSF)37329529579 %49493030
Totaal MFK-rubriek 961829529548 %8941021753016221
Totaal184 554165 15347313 161178 78797 %4 1495984 747438515301 019

4.8.MFK IN DETAIL: BESTEDING VAN DE BETALINGSKREDIETEN

miljoen EUR
Totaal

beschikbare

kredieten
Gedane betalingenNaar 2020 overgedragen kredietenVervallen kredieten
ProgrammaVan definitief goed-

gekeurde begroting
Van over-drachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal%Auto-matische over-drachtenOver-drachten bij besluitBestemmings-ontvangstenTotaalVan definitief goed-gekeurde begrotingVan

over-drachten
Van bestemmings-ontvangstenTotaal
12345=2+

3+4
6=5/178910=7+

8+9
11121314=11+

12+13
1Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI)1 2131 0231631 18698 %0272700
Europese satellietnavigatie (Egnos/Galileo)1 2489912481 04183 %2205207000
Internationale thermonucleaire reactor (ITER)60855801757595 %13232000
Europees programma voor aardobservatie (Copernicus)619601214617100 %202(0)00
Europees Solidariteitskorps (ESK)1231054010989 %37100404
Industrieel ontwikkelingsprogramma voor de Europese defensie (EDIDP)2007 %2200
Nucleaire veiligheid en ontmanteling157157157100 %00
Horizon 202014 65210 7316578211 57879 %812 9833 06508110
Euratom-programma voor onderzoek en opleiding539331174239072 %3331111460202
Concurrentievermogen van ondernemingen en kmo’s (Cosme)36527435333090 %233360000
Onderwijs, opleiding en sport (Erasmus+)3 2172 60272482 85789 %73533600001
Programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI)1801260312972 %147482103
Douane, Fiscalis en fraudebestrijding1451330413795 %066202
CEF — Energie33132513330100 %111000
CEF — Vervoer1 3341 3121141 327100 %246001
CEF — Information & Communications Technology (ICT)1231180412299 %0010000
Energieprojecten voor economisch herstel (EERP)35353599 %000
Gedecentraliseerde agentschappen4063611637793 %0101019019
Andere acties en programma’s556162110626848 %12852871001
Proefprojecten en voorbereidende acties696416594 %00044
Specifieke bevoegdheden van de Commissie122116311997 %011202
Regionale convergentie (regio’s met een ontwikkelingsachterstand)28 55124 2483 28127 52996 %01 0231 023
Overgangsregio’s5 2174 0991 0535 15199 %06666
Concurrentievermogen (meer ontwikkelde regio’s)8 8527 4709828 45295 %0400400
Ultraperifere en dunbevolkte regio’s242215922392 %01919
Cohesiefonds9 8018 1076868 79390 %01 0081 008
Europese territoriale samenwerking1 7031 447991 54691 %0157157
Technische bijstand20217310118491 %131141204
Europese hulp aan de meest behoeftigen (FEAD)506412092504100 %0220000
Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief5795232654995 %03030
Connecting Europe Facility (CEF)8458432845100 %00
Proefprojecten en voorbereidende acties111101196 %00000
Totaal MFK-rubriek 182 55367 6371137 78575 53591 %15136 8136 9673218152
2Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)44 93342 44963180643 88598 %1904673491 00673442
Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo)14 86813 505270514 21396 %2650652202
Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV)871651119784897 %12122000
Visserijpartnerschapsover-eenkomsten en organisaties voor visserijbeheer142142142100 %0
Milieu- en klimaatactie (LIFE)3653504535999 %415000
Gedecentraliseerde agentschappen685976798 %01100
Andere acties en maatregelen0
Proefprojecten en voorbereidende acties666100 %000
Specifieke acties000100 %000
Totaal MFK-rubriek 261 25257 1636371 72159 52197 %1984671 0231 68793544
3Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF)9928781888689 %191195195
Consumenten2826012797 %1010000
Creatief Europa2172001820996 %2680000
Noodhulp binnen de Unie (IES)60600060100 %000000
Fonds voor interne veiligheid64950012752981 %111812000(0)0
IT-systemen0000100 %0
Justitie4846004796 %0110001
Rechten, gelijkheid en burgerschap6461016298 %0110000
Uniemechanisme voor civiele bescherming724224461 %01127027
Europa voor de burger2525002598 %00000
Levensmiddelen en diervoeders2472411424699 %1110000
Gezondheid6763126597 %1120000
Gedecentraliseerde agentschappen9969054494995 %04141606
Proefprojecten en voorbereidende acties87784 %000101
Specifieke acties101991010099 %101000
Totaal MFK-rubriek 33 5753 1537963 25691 %918018812920131
4Pretoetredingssteun (IPA II)1 9501 37552021 58381 %63603661102
Macro-financiële bijstand (MFB)101010100 %0
Garantiefonds voor externe acties11010310394 %77
Uniemechanisme voor civiele bescherming1191982 %022
EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp1313013100 %00
Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO)479252527532568 %154154
Europees nabuurschapsinstrument (ENI)2 1062 0554222 08099 %61925001
Instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)2 7162 56414482 62797 %1373860213
Partnerschapsinstrument (PI)1451340413895 %0331023
Europees Initiatief voor democratie en mensenrechten (EIDHR)1671593016297 %3141102
Stabiliteit en vrede (IcSP)3313153732498 %4260101
Humanitaire hulp2 1171 73453242 06497 %64753000
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB)36230803134094 %0222200
Samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (INSC)363503698 %101000
Gedecentraliseerde agentschappen2120021100 %00000
Andere acties en programma’s28276012319971 %08383000
Proefprojecten en voorbereidende acties77793 %000011
Specifieke acties6868068100 %000000
Totaal MFK-rubriek 410 9338 908601 14010 10892 %3977281164414
5Pensioenen2 0021 9901 99099 %0001212
Europese scholen19518121019299 %03300
Gedecentraliseerde agentschappen
Proefprojecten en voorbereidende acties6410477 %000011
Administratieve uitgaven van de Commissie4 3853 3033321823 81787 %2852044895226179
Administratieve uitgaven van andere instellingen5 1073 5715152914 37786 %463014360582393124
Totaal MFK-rubriek 511 6949 04885048210 38189 %74803491 098146664216
6Compensaties
Totaal MFK-rubriek 6-
8Negatieve reserve0
Overgedragen tekort0
Totaal MFK-rubriek 8-0
9Reserve voor noodhulp (EAR)3520352352
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)250001 %189001616
Solidariteitsfonds van de Europese Unie (EUSF)295295295100 %011
Totaal MFK-rubriek 9671295029544 %189352016368
Totaal170 679146 2031 66711 225159 09693 %1 1454709 14410 75967512525825


4.9.MFK IN DETAIL: ONTWIKKELING VAN DE NOG BETAALBAAR TE STELLEN VASTLEGGINGEN (RAL)

miljoen EUR
RAL eind vorig jaarVastleggingen van het jaarTotale RAL per jaareinde
ProgrammaVan vorig jaar overgedragen vastleggingenVrijmakingen/

Herwaarderingen/

annuleringen
BetalingenRAL per jaareindeVastleggingen tijdens het jaarBetalingenAnnulering van niet-overdraagbare vastleggingenRAL per jaareinde
1234=1+2+35678=5+6+79=4+8
1Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI)2 714(0)(1 015)1 698377(171)2061 905
Europese satellietnavigatie (Egnos/Galileo)1 224(0)(724)500773(316)456957
Internationale thermonucleaire reactor (ITER)1 454(0)(519)935426(56)(0)3701 305
Europees programma voor aardobservatie (Copernicus)243(1)(230)12882(387)495507
Europees Solidariteitskorps (ESK)17(0)(6)10148(103)4555
Industrieel ontwikkelingsprogramma voor de Europese defensie (EDIDP)245(0)245245
Nucleaire veiligheid en ontmanteling596(0)(128)468144(29)115583
Horizon 202020 541(412)(7 640)12 49013 808(3 938)(4)9 86622 356
Euratom-programma voor onderzoek en opleiding275(11)(145)119422(245)(0)176295
Concurrentievermogen van ondernemingen en kmo’s (Cosme)943(19)(296)628398(33)365993
Onderwijs, opleiding en sport (Erasmus+)855(62)(387)4063 060(2 469)591997
Programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI)222(22)(95)105159(34)125230
Douane, Fiscalis en fraudebestrijding175(6)(98)71143(39)103175
CEF — Energie2 072(14)(320)1 738992(9)9832 721
CEF — Vervoer4 241(75)(1 277)2 8902 716(51)2 6665 556
CEF — Information & Communications Technology (ICT)448(12)(116)321175(7)169490
Energieprojecten voor economisch herstel (EERP)254(48)(35)172172
Gedecentraliseerde agentschappen52(36)15376(341)3651
Andere acties en programma’s404(30)(173)200304(95)210410
Proefprojecten en voorbereidende acties107(8)(48)5198(17)81131
Specifieke bevoegdheden van de Commissie169(18)(80)72134(39)95166
Regionale convergentie (regio’s met een ontwikkelingsachterstand)85 194(494)(27 428)57 27231 444(101)31 34388 615
Overgangsregio’s18 502(24)(5 139)13 3386 657(12)6 64519 984
Concurrentievermogen (meer ontwikkelde regio’s)26 523(52)(8 380)18 0929 804(72)9 73227 824
Ultra-perifere en dunbevolkte regio’s588(205)384253(18)234618
Cohesiefonds25 851(3)(8 404)17 44411 527(389)11 13828 582
Europese territoriale samenwerking4 502(2)(1 536)2 9642 189(10)2 1785 142
Technische bijstand251(21)(96)134228(89)(0)139273
Europese hulp aan de meest behoeftigen (FEAD)1 304(1)(483)820590(21)5691 390
Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief1 655(13)(527)1 114358(22)3371 450
Connecting Europe Facility (CEF)5 595(11)(838)4 7451 700(7)1 6946 439
Proefprojecten en voorbereidende acties20(1)(10)84(0)312
Totaal MFK-rubriek 1206 991(1 360)(66 413)139 21790 536(9 122)(4)81 410220 627
2Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)359(6)(235)11743 962(43 650)313430
Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo)34 594(38)(13 714)20 84214 765(499)14 26635 108
Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV)3 280(73)(826)2 3821 082(22)(0)1 0593 441
Visserijpartnerschapsovereenkomsten en organisaties voor visserijbeheer15(2)(6)8148(136)1219
Milieu- en klimaatactie (LIFE)1 768(131)(342)1 294564(17)5481 841
Gedecentraliseerde agentschappen3(0)(3)67(64)33
Andere acties en maatregelen
Proefprojecten en voorbereidende acties28(3)(6)1912(0)1231
Specifieke acties0(0)(0)
Totaal MFK-rubriek 240 047(253)(15 133)24 66160 600(44 387)(0)16 21340 874
3Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF)2 662(98)(750)1 8141 192(136)1 0572 870
Consumenten40(1)(18)2230(10)2043
Creatief Europa219(8)(96)115255(113)141256
Noodhulp binnen de Unie (IES)62(0)(60)20(0)02
Fonds voor interne veiligheid1 746(103)(525)1 118597(4)5931 711
IT-systemen46(36)(0)1010
Justitie90(2)(30)5845(16)2987
Rechten, gelijkheid en burgerschap105(1)(45)5967(18)49108
Uniemechanisme voor civiele bescherming43(3)(17)2273(27)4567
Europa voor de burger21(1)(11)929(14)1524
Levensmiddelen en diervoeders319(9)(178)132292(68)225357
Gezondheid133(1)(51)8271(14)56138
Gedecentraliseerde agentschappen242(0)(85)1571 102(864)238395
Proefprojecten en voorbereidende acties24(3)(7)1415(1)1429
Specifieke acties82(2)(63)17106(37)6986
Totaal MFK-rubriek 35 834(269)(1 934)3 6323 874(1 323)2 5516 183
4Pretoetredingssteun (IPA II)7 425(355)(1 414)5 6562 994(169)2 8268 481
Macro-financiële bijstand (MFB)45(0)(10)350035
Garantiefonds voor externe acties103(103)
Uniemechanisme voor civiele bescherming15(2)(4)913(5)817
EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp22(0)(3)1919(10)928
Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO)325(241)8495(84)1095
Europees nabuurschapsinstrument (ENI)7 833(526)(1 713)5 5942 769(367)2 4017 995
Instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)8 755(187)(2 298)6 2693 262(329)2 9339 203
Partnerschapsinstrument (PI)386(3)(118)264156(21)135400
Europees Initiatief voor democratie en mensenrechten (EIDHR)358(8)(115)235179(47)133367
Stabiliteit en vrede (IcSP)627(13)(206)408387(118)(0)268676
Humanitaire hulp893(36)(552)3052 412(1 511)(0)9011 205
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB)266(49)(130)88360(210)150238
Samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (INSC)107(3)(24)8034(12)22102
Gedecentraliseerde agentschappen21(21)00
Andere acties en programma’s152(8)(38)105226(161)65171
Proefprojecten en voorbereidende acties16(3)(6)61(0)17
Specifieke acties126(4)(46)7681(21)59135
Totaal MFK-rubriek 427 352(1 200)(6 918)19 23413 111(3 190)(0)9 92029 154
5Pensioenen1 990(1 990)(0)
Europese scholen2(2)191(190)00
Gedecentraliseerde agentschappenh
Proefprojecten en voorbereidende acties6(4)24(0)46
Administratieve uitgaven van de Commissie366(28)(337)03 816(3 480)(1)335335
Administratieve uitgaven van andere instellingen587(69)(515)24 371(3 861)0510511
Totaal MFK-rubriek 5961(97)(859)510 371(9 522)(1)849854
6Compensaties
Totaal MFK-rubriek 6
8Negatieve reserve
Overgedragen tekort
Totaal MFK-rubriek 8
9Reserve voor noodhulp (EAR)
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)0(0)(0)1(0)11
Solidariteitsfonds van de Europese Unie (EUSF)295(295)
Totaal MFK-rubriek 90(0)(0)295(295)11
Totaal281 185(3 179)(91 257)186 749178 787(67 838)(5)110 944297693


4.10.MFK IN DETAIL: RAL NAAR JAAR VAN OORSPRONG

miljoen EUR
Programma< 20132013201420152016201720182019Totaal
1Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI)441 6912061 905
Europese satellietnavigatie (Egnos/Galileo)03011121338456957
Internationale thermonucleaire reactor (ITER)3482663213701 305
Europees programma voor aardobservatie (Copernicus)0336495507
Europees Solidariteitskorps (ESK)104555
Industrieel ontwikkelingsprogramma voor de Europese defensie (EDIDP)245245
Nucleaire veiligheid en ontmanteling354177103105107115583
Horizon 20202713858231 1871 9883 2194 6159 86622 356
Euratom-programma voor onderzoek en opleiding8121993051176295
Concurrentievermogen van ondernemingen en kmo’s (Cosme)513741384153231365993
Onderwijs, opleiding en sport (Erasmus+)0012041106237591997
Programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie (EaSI)01762764125230
Douane, Fiscalis en fraudebestrijding0171252103175
CEF — Energie21831822565136019832 721
CEF — Vervoer2391414877241 5432 6665 556
CEF — Information & Communications Technology (ICT)0201211060115172490
Energieprojecten voor economisch herstel (EERP)172172
Gedecentraliseerde agentschappen1503651
Andere acties en programma’s1110816154199210410
Proefprojecten en voorbereidende acties011493681131
Specifieke bevoegdheden van de Commissie00135194395166
Regionale convergentie (regio’s met een ontwikkelingsachterstand)6652 1844241 3884 25919 72428 62831 34388 615
Overgangsregio’s37853141 3825 2306 2916 64519 984
Concurrentievermogen (meer ontwikkelde regio’s)533631295321 1146 5029 3989 73227 824
Ultraperifere en dunbevolkte regio’s61627113221234618
Cohesiefonds1541221222527936 0619 94011 13828 582
Europese territoriale samenwerking4850099861 8712 1785 142
Technische bijstand024172963139273
Europese hulp aan de meest behoeftigen (FEAD)3963343885691 390
Jongerenwerkgelegenheidsinitiatief1054002283813371 450
Connecting Europe Facility (CEF)1974411 2451 2831 5791 6946 439
Proefprojecten en voorbereidende acties00143312
Totaal MFK-rubriek 11 4283 6402 1394 68312 47645 92468 92481 414220 627
2Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)133776313430
Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo)01981 1492 1486 41310 93414 26635 108
Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV)1287253429111 0221 0593 441
Visserijpartnerschapsovereenkomsten en organisaties voor visserijbeheer351219
Milieu- en klimaatactie (LIFE)5643841621902365245481 841
Gedecentraliseerde agentschappen33
Andere acties en maatregelen
Proefprojecten en voorbereidende acties01023131231
Specifieke acties
Totaal MFK-rubriek 2681302851 3162 6857 60312 57516 21340 874
3Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF)311232677247961 0572 870
Consumenten001117122043
Creatief Europa10192085141256
Noodhulp binnen de Unie (IES)20002
Fonds voor interne veiligheid157361013376515931 711
IT-systemen01010
Justitie24351215162987
Rechten, gelijkheid en burgerschap72349132149108
Uniemechanisme voor civiele bescherming1125144567
Europa voor de burger00000271524
Levensmiddelen en diervoeders1235143473225357
Gezondheid423513233156138
Gedecentraliseerde agentschappen042115238395
Proefprojecten en voorbereidende acties00122171429
Specifieke acties00012146986
Totaal MFK-rubriek 3331820534331 2231 8512 5526 183
4Pretoetredingssteun (IPA II)1793562196461 0961 5181 6422 8268 481
Macro-financiële bijstand (MFB)305035
Garantiefonds voor externe acties
Uniemechanisme voor civiele bescherming22123817
EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp63144928
Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO)841095
Europees nabuurschapsinstrument (ENI)4552663454529811 3021 7702 4247 995
Instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)2473033396089621 7382 0492 9569 203
Partnerschapsinstrument (PI)592123466298135400
Europees Initiatief voor democratie en mensenrechten (EIDHR)451423315698137367
Stabiliteit en vrede (IcSP)101323365797172268676
Humanitaire hulp81018751949011 205
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB)1181852917150238
Samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid (INSC)3571113142722102
Gedecentraliseerde agentschappen(0)00
Andere acties en programma’s4071528213065171
Proefprojecten en voorbereidende acties10202117
Specifieke acties011311223759135
Totaal MFK-rubriek 49099581 0101 8513 2534 9736 2319 97029 154
5Pensioenen
Europese scholen000
Gedecentraliseerde agentschappen
Proefprojecten en voorbereidende acties01246
Administratieve uitgaven van de Commissie0000335335
Administratieve uitgaven van andere instellingen0000000511511
Totaal MFK-rubriek 50012851854
6Compensaties
Totaal MFK-rubriek 6
8Negatieve reserve
Overgedragen tekort
Totaal MFK-rubriek 8
9Reserve voor noodhulp (EAR)
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG)11
Solidariteitsfonds van de Europese Unie (EUSF)
Totaal MFK-rubriek 911
Totaal2 4384 7463 4537 90418 84659 72389 583110 999297 693


De inrichting van de nieuwe Commissie ging gepaard met een interne reorganisatie van de diensten. De reallocatie van de overeenkomstige transacties leidde tot een verschuiving van het uitstaande bedrag tussen jaren. Het totale bedrag van de nog betaalbaar te stellen vastleggingen bleef ongewijzigd.

5.UITVOERING VAN DE BEGROTING PER INSTELLING

5.1.UITVOERING VAN DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE BEGROTING

miljoen EUR
BegrotingskredietenVastgestelde rechtenOntvangstenOntvangsten als % van de begrotingNog te

ontvangen
InstellingOorspronkelijk goedgekeurde begrotingDefinitief goedgekeurde begrotingLopend jaarOver-gedragenTotaalOp rechten van lopend jaarOp overgedragen rechtenTotaal
12345=3+4678=6+79=8/210=5-8
Europees Parlement171171207222282016208121 %21
Europese Raad en Raad55557317572173132 %2
Commissie147 824148 117169 32213 747183 069162 644596163 240110 %19 829
Hof van Justitie5656550555505598 %0
Rekenkamer2222222222022103 %0
Europees Economisch en Sociaal Comité12121701717017134 %0
Comité van de Regio’s10101201212012121 %0
Europese Ombudsman1110110190 %
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming1110110187 %
Europese Dienst voor extern optreden464629012902881289623 %2
Totaal148 199148 492170 00113 770183 771163 314604163 918110 %19 853

Net als in de voorbije jaren is de uitvoering van de begroting van alle instellingen opgenomen in de geconsolideerde verslagen over de uitvoering van de algemene begroting van de EU, aangezien binnen de EU-begroting een afzonderlijke begroting voor iedere instelling is vastgesteld.

De begroting van de agentschappen en de uitvoering ervan zijn niet geconsolideerd in de EU-begroting en zijn niet opgenomen in de begrotingsverslaglegging van de EU. De subsidie die de Commissie aan de agentschappen betaalt, maakt evenwel deel uit van de EU-begroting. In dit begrotingsgedeelte van de jaarrekening wordt enkel de subsidie die uit de begroting van de Commissie aan de agentschappen wordt betaald in aanmerking genomen.

Wat de EDEO betreft zij opgemerkt dat deze dienst naast zijn eigen begroting ook bijdragen ontvangt van de Commissie ten belope van 152,7 miljoen EUR (2018: 141,7 miljoen EUR) en van het EOF en de trustfondsen ten belope van 63,1 miljoen EUR (2018: 70,1 miljoen EUR). Deze bijdragen dekken de in het kader van het EOF en de trustfondsen gefinancierde kosten van het personeel van de Commissie bij de delegaties en omvatten in het jaar door deze bijdragen voortgebrachte bestemmingsontvangsten. Deze begrotingskredieten worden ter beschikking gesteld van de EDEO (als bestemmingsontvangsten), in de eerste plaats ter dekking van de kosten van de personeelsleden van de Commissie die in de EU-delegaties werken. Deze delegaties worden administratief beheerd door de EDEO.

5.2.BESTEDING VAN DE VASTLEGGINGSKREDIETEN

miljoen EUR
Totaal

beschikbare

kredieten
VastleggingenNaar 2020 overgedragen kredietenVervallen kredieten
InstellingVan definitief goed-gekeurde begrotingVan over-drachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal%Van bestemmings-ontvangstenOver-drachten bij besluitTotaalVan definitief goed-gekeurde begrotingVan over-drachtenVan bestemmings-ontvangstenTotaal
12345=2+3+46=5/1789=7+810111213=10+ 11+12
Europees Parlement2 0831 9730602 03398 %23023240226
Europese Raad en Raad62153702556291 %14014450045
Commissie180 004161 12047312 823174 41697 %4 0555984 65335651527934
Hof van Justitie4314240142599 %1016006
Rekenkamer1471440014498 %0003003
Europees Economisch en Sociaal Comité1431360414098 %0003003
Comité van de Regio’s101980210099 %1010000
Europese Ombudsman1111001192 %0001001
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming1715001592 %000101
Europese Dienst voor extern optreden996694024694094 %550550001
Totaal:184 554165 15347313 161178 78797 %4 1495984 747438515301 019


5.3.BESTEDING VAN DE BETALINGSKREDIETEN 

miljoen EUR
Totaal

beschikbare

kredieten
Gedane betalingenNaar 2020 overgedragen kredietenVervallen kredieten
InstellingVan

definitief

goed-gekeurde

begroting
Van

over-

drachten
Van

bestemmings-ontvangsten
Totaal%Auto-matische

overdrachten
Over-

drachten

bij

besluit
Van bestemmings-ontvangstenTotaalVan

definitief

goed-gekeurde

begroting
Van

over-

drachten
Van

bestemmings-

ontvangsten
Totaal
12345=2+3+46=5/178910=7+8+911121314=11+12+13
Europees Parlement2 3821 699284522 03585 %2740313052415241
Europese Raad en Raad682484532456282 %5301567457053
Commissie165 573142 6331 15210 934154 71993 %6824709 00110 1545928622700
Hof van Justitie45239918141893 %2501256308
Rekenkamer1551387014493 %70073103
Europees Economisch en Sociaal Comité1511287313891 %80193204
Comité van de Regio’s11088819788 %1102130101
Europese Ombudsman1210001190 %00001001
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming1913201581 %2002102
Europese Dienst voor extern optreden1 14361013521095684 %84093177010011
Totaal170 679146 2031 66711 225159 09693 %1 1454709 14410 75967512525825


6.UITVOERING VAN DE BEGROTING VAN DE AGENTSCHAPPEN

De ontvangsten en uitgaven van de agentschappen, zoals hieronder weergegeven in de verslagen 6.1 en 6.2, worden niet geconsolideerd in de EU-begroting. In dit begrotingsgedeelte van de jaarrekening wordt enkel de subsidie die uit de begroting van de Commissie aan de agentschappen wordt betaald in aanmerking genomen.

In de begrotingsuitvoeringsverslagen van de EU zijn de eventuele subsidies die uit de EU-begroting aan de agentschappen zijn betaald, opgenomen als vastleggings- en betalingskredieten.

De onderstaande verslagen voor de agentschappen geven een overzicht van alle agentschappen, zowel gedecentraliseerde (of “klassieke”) als uitvoerende agentschappen, en van hun ontvangsten (6.1) en uitgaven (6.2).

Andere bronnen van inkomsten en daarmee verrichte uitgaven worden niet in de begrotingsrekeningen van de EU opgenomen. Elk agentschap presenteert zijn eigen stel jaarrekeningen.

6.1.BEGROTINGSONTVANGSTEN

miljoen EUR
AgentschapFinanciering uit MFK-subrubriekDefinitief goedgekeurde begrotingOntvangsten
Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen3138140
Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators1a1616
Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie1a66
Communautair Bureau voor plantenrassenn.v.t.1818
Uitvoerend Agentschap voor consumenten, gezondheid, landbouw en voeding31111
Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur1a, 3, 45151
Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk1a1616
Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken3103103
Europese Bankautoriteit1a4546
Europees Grens- en kustwachtagentschap3333350
Europees Centrum voor ziektepreventie en bestrijding35959
Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding1a1919
Europees Agentschap voor chemische stoffen1a, 2116112
Europees Milieuagentschap25252
Europees Bureau voor visserijcontrole21717
Europese Autoriteit voor voedselveiligheid38080
Agentschap voor het Europees wereldwijd satellietnavigatiesysteem (GNSS)1a36768
Europees Instituut voor gendergelijkheid388
Europees Instituut voor innovatie en technologie1a416416
Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen1a2727
Europees Agentschap voor maritieme veiligheid1a7997
Europees Geneesmiddelenbureau3347340
Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving31618
Europese Onderzoeksraad1a5252
Europese Autoriteit voor effecten en markten1a4547
Europese Stichting voor opleiding42121
Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken33940
Agentschap van de Europese Unie voor cyberbeveiliging1a1617
Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving3138143
Agentschap van de Europese Unie voor opleiding op het gebied van rechtshandhaving3917
Spoorwegbureau van de Europese Unie1a2829
Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart1a196171
Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten32223
Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unien.v.t.252259
Uitvoerend Agentschap voor kleine en middelgrote ondernemingen1a4949
Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden1a2122
Gemeenschappelijke onderneming Fusion for Energy1a576729
Uitvoerend Agentschap innovatie en netwerken1a2929
Uitvoerend Agentschap onderzoek57676
Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie54737
Totaal3 6264 533
Soort ontvangstenDefinitief goedgekeurde begrotingOntvangen bedragen
Subsidie van de Commissie1 4591 471
Inkomsten uit heffingen726732
Overige inkomsten1 4412 331
Totaal3 6264 533


6.2.VASTLEGGINGS- EN BETALINGSKREDIETEN PER AGENTSCHAP 

miljoen EUR
VastleggingskredietenBetalingskredieten
AgentschapTotaal beschikbare kredietenGedane vastleggingenTotaal beschikbare kredietenGedane betalingen
Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen355178219133
Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators16161916
Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie6665
Communautair Bureau voor plantenrassen20191916
Uitvoerend Agentschap voor consumenten, gezondheid, landbouw en voeding11111311
Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur51515649
Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk16152117
Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken1099411896
Europese Bankautoriteit48455446
Europees Grens- en kustwachtagentschap357346446318
Europees Centrum voor ziektepreventie en bestrijding59597058
Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding18182019
Europees Agentschap voor chemische stoffen115112130110
Europees Milieuagentschap73609259
Europees Bureau voor visserijcontrole17172017
Europese Autoriteit voor voedselveiligheid81818879
Agentschap voor het Europees wereldwijd satellietnavigatiesysteem (GNSS)1 1643251 211560
Europees Instituut voor gendergelijkheid88108
Europees Instituut voor innovatie en technologie558481425415
Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen27273127
Europees Agentschap voor maritieme veiligheid11110512198
Europees Geneesmiddelenbureau375362412345
Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving18171917
Europese Onderzoeksraad52525451
Europese Autoriteit voor effecten en markten48475347
Europese Stichting voor opleiding21212120
Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken39394440
Agentschap van de Europese Unie voor cyberbeveiliging17161813
Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving155150169144
Agentschap van de Europese Unie voor opleiding op het gebied van rechtshandhaving17122114
Spoorwegbureau van de Europese Unie30303229
Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart256189267163
Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten24232923
Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie455249477240
Uitvoerend Agentschap voor kleine en middelgrote ondernemingen49-485247
Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden23222621
Gemeenschappelijke onderneming Fusion for Energy730728761739
Uitvoerend Agentschap innovatie en netwerken29293029
Uitvoerend Agentschap onderzoek76768275
Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie46434942
Totaal5 6784 2255 8064 253

miljoen EUR
VastleggingskredietenBetalingskredieten
Soort uitgaveTotaal beschikbare kredietenGedane vastleggingenTotaal beschikbare kredietenGedane betalingen
Personeelskosten1 2691 2511 2881 246
Administratieve430414502387
Operationeel3 9792 5614 0162 621
Totaal5 6784 2255 8064 253


VERKLARENDE BEGRIPPENLIJST

Actuariële veronderstellingen

Hypothesen gebruikt voor de berekening van de kosten van toekomstige gebeurtenissen die van invloed zijn op de pensioenverplichtingen.

Actuariële winsten en verliezen

Voor pensioenregelingen op basis van toegezegde uitkeringen, de wijzigingen in actuariële tekorten of overschotten. Zij ontstaan als gevolg van verschillen tussen de eerdere actuariële veronderstellingen en daadwerkelijke gebeurtenissen en als gevolg van de effecten van wijzigingen in actuariële veronderstellingen.

Administratieve kredieten

Administratieve kredieten dienen ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van de instellingen en entiteiten (personeel, gebouwen, kantoorapparatuur).

Goedgekeurde begroting

De ontwerpbegroting wordt de goedgekeurde begroting zodra de begrotingsautoriteit ermee heeft ingestemd.

Gewijzigde begroting

Tijdens het begrotingsjaar genomen besluit tot wijziging (verhoging, verlaging, overschrijving) van onderdelen van de goedgekeurde begroting van dat jaar.

Bij de lidstaten op te vragen bedragen

Tijdens de verslagperiode gedane uitgaven die moeten worden gefinancierd uit toekomstige begrotingen, d.w.z. door de EU-lidstaten. Dit is een gevolg van het naast elkaar bestaan van een boekhouding op transactiebasis en een begroting op kasbasis.

Jaarlijks activiteitenverslag (AAR)

De jaarlijkse activiteitenverslagen bevatten onder andere de met de activiteiten bereikte resultaten in het licht van de gestelde doelen, de daaraan verbonden risico’s en het internecontrolekader. Met ingang van het begrotingsjaar 2001 wat de Europese Commissie betreft en vanaf 2003 voor alle andere EU-instellingen moet de „gedelegeerd ordonnateur“ aan zijn instelling verantwoording afleggen over de uitoefening van zijn taken in de vorm van een jaarlijks activiteitenverslag met gegevens over de financiën en het beheer.

Kredieten

De begrotingsmiddelen. De begroting is een prognose van zowel vastleggingen als betalingen (contante of girale betalingen aan de begunstigden). Er is vaak een verschil tussen de kredieten voor vastleggingen en die voor betalingen (de „gesplitste“ kredieten) omdat de middelen voor meerjarige programma’s en projecten gewoonlijk volledig worden vastgelegd in het jaar waarin de desbetreffende besluiten worden genomen en de betalingen worden gespreid over een aantal jaren, in het tempo waarin programma’s en projecten worden uitgevoerd. Niet-gesplitste kredieten betreffen administratieve uitgaven, ondersteuning van de landbouwmarkten en rechtstreekse betalingen; vastleggingskredieten en betalingskredieten zijn in dat geval gelijk.

Bestemmingsontvangsten

Specifieke ontvangsten bestemd voor de financiering van welbepaalde uitgaven. De belangrijkste externe bestemmingsontvangsten zijn de financiële bijdragen van derde landen aan programma’s die door de Unie worden gefinancierd. De belangrijkste interne bestemmingsontvangsten zijn de van derden ontvangen betalingen voor goederen, diensten en werkzaamheden die op hun verzoek zijn geleverd; ontvangsten uit de terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen en de opbrengsten van de verkoop van publicaties en films.

Voor verkoop beschikbare financiële activa

Alle financiële activa of passiva die volgens de internationale boekhoudnormen voor de overheidssector tegen reële waarde worden gewaardeerd en waarvan de veranderingen in reële waarde als overschot of tekort voor de periode moeten worden geboekt (bv. derivaten).

Begrotingsonderdeel

De begroting is gestructureerd in ontvangsten en uitgaven die worden weergegeven overeenkomstig een bindende nomenclatuur die de door de begrotingsautoriteit vastgestelde aard en het doel van elk onderdeel weerspiegelt. De afzonderlijke rubrieken (titel, hoofdstuk, artikel of post) vormen een formele beschrijving van de nomenclatuur.

Annulering van kredieten

Ongebruikte kredieten die niet meer mogen worden gebruikt.

Overdracht van kredieten

Uitzondering op het beginsel van jaarperiodiciteit, waarbij kredieten die in een bepaald begrotingsjaar niet konden worden gebruikt, bij wijze van uitzondering en onder strikte voorwaarden worden overgedragen voor gebruik in het volgende jaar.

Vastlegging

Juridische verbintenissen om financiële middelen te verstrekken mits bepaalde voorwaarden worden nageleefd. De EU verbindt zich ertoe haar aandeel in de kosten van een door de EU gefinancierd project te dragen. De vastleggingen van vandaag geven aanleiding tot de betalingen van morgen. De betalingen van vandaag vinden hun oorsprong in vastleggingen uit het verleden.

Vastleggingskredieten

Vastleggingskredieten dekken de totale kosten van juridische verplichtingen (contracten, subsidieovereenkomsten en besluiten) die kunnen worden aangegaan in het lopende begrotingsjaar.

Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten

De toename van de verplichtingen die voortvloeien uit de regeling in het lopende begrotingsjaar.

Vrijmaking

Een handeling waarbij een eerdere vastlegging (of een deel daarvan) wordt geschrapt.

Regeling met toegezegde uitkeringen

Een pensioen- of andere uittredingsregeling waarbij de pensioenuitkering in het kader van regeling wordt toegezegd onafhankelijk van de te betalen premies en de uitkeringen niet rechtstreeks gekoppeld zijn aan de beleggingen van de regeling. De regeling kan met of zonder kapitaaldekking zijn.

Derivaten

Financieel instrument waarvan de waarde gekoppeld is aan de ontwikkeling van de waarde van een ander financieel instrument, een index of een goed. In tegenstelling tot de houder van een primair financieel instrument (bijvoorbeeld een overheidsobligatie), die een onvoorwaardelijk recht heeft om geldmiddelen (of andere economische voordelen) te ontvangen in de toekomst, heeft de houder van een derivaat slechts een beperkt recht op een dergelijk voordeel. Een voorbeeld van een derivaat is een valutatermijncontract.

Direct beheer

Wijze van uitvoering van de begroting. Bij direct beheer geschiedt de uitvoering van de begroting rechtstreeks door de diensten van de Commissie, uitvoerende agentschappen of trustfondsen.

Disconteringsvoet

Percentage toegepast om rekening te houden met de tijdswaarde van geld. Discontering is een techniek die wordt gebruikt om kosten en baten te vergelijken die zich in verschillende perioden voordoen.

Effectieve rentevoet

De rentevoet waarmee de geraamde toekomstige contante ontvangsten of betalingen tijdens de verwachte looptijd van het financiële actief of de financiële verplichting wordt verdisconteerd tot de nettoboekwaarde van het actief of de verplichting.

Financiële activa of passiva gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in overschot of tekort

Alle financiële activa (met uitzondering van derivaten) die volgens de internationale boekhoudnormen voor de overheidssector tegen reële waarde worden gewaardeerd en waarvan de veranderingen in reële waarde in een reserve onder de nettoactiva moeten worden opgenomen tot de verwijdering (of afwaardering).

Financiële correctie

Financiële correcties dienen om de EU-begroting te beschermen tegen onterechte of onregelmatige uitgaven. Voor uitgaven onder gedeeld beheer ligt de verantwoordelijkheid voor het terugvorderen van ten onrechte verrichte betalingen in de eerste plaats bij de lidstaat.

Een „bevestigde“ financiële correctie is een correctie die door de betrokken lidstaat is aanvaard. Een „vastgestelde“ financiële correctie is bij besluit van de Commissie goedgekeurd en is altijd een nettocorrectie, d.w.z. dat de lidstaat verplicht is de onregelmatige sommen aan de EU-begroting terug te storten en de aan de betrokken lidstaat toegewezen middelen definitief worden gekort. Bevestigde en vastgestelde financiële correcties worden in dit verslag als één categorie beschouwd.

De financiële correctie is „uitgevoerd“ wanneer de vastgestelde onregelmatigheid is rechtgezet.

Indirect beheer

Wijze van uitvoering van de begroting. Bij indirect beheer vertrouwt de Commissie taken tot uitvoering van de begroting toe aan organen van EU- of nationaal recht.

Onderbrekingen en opschortingen

Indien de Commissie op basis van haar eigen werkzaamheden of van door de controle-autoriteiten verstrekte informatie constateert dat een lidstaat naliet ernstige gebreken van de beheers- en controlesystemen te verhelpen en/of onregelmatige maar gedeclareerde en gecertificeerde uitgaven te corrigeren, kan zij de betalingen onderbreken of opschorten.

Onregelmatigheid

Onder onregelmatigheid wordt verstaan, iedere handeling die niet in overeenstemming is met de EU-regels en de financiële belangen van de EU kan schaden, voortkomend uit vergissingen begaan door begunstigden die geldmiddelen aanvragen of door de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de betalingen. Is de onregelmatigheid opzettelijk, dan is er sprake van fraude.

Vervallen kredieten

Ongebruikte kredieten die op het einde van het begrotingsjaar worden geannuleerd. Vervallen betekent de volledige of gedeeltelijke intrekking van de autorisatie om uitgaven te doen en/of verplichtingen aan te gaan, belichaamd door een krediet. Enkel voor gemeenschappelijke ondernemingen (GO’s) kunnen ongebruikte kredieten overeenkomstig hun financiële regels worden opgenomen in de raming van ontvangsten en uitgaven van de volgende drie begrotingsjaren (de zogeheten „n+3“-regel). Vervallen kredieten voor GO’s kunnen met andere woorden tot begrotingsjaar „n+3“ opnieuw worden opgevoerd.

Nog betaalbaar te stellen vastleggingen

Ook wel Reste à Liquider (RAL) genoemd: de bedragen waarvoor een vastlegging in de begroting is gedaan, maar vervolgens nog geen betaling is verricht. Zij vormen betalingsverplichtingen voor de EU voor de komende jaren en zijn het directe gevolg van de spreiding van programma’s over meerdere jaren en de splitsing in vastleggings- en betalingskredieten.

Eigen middelen

De belangrijkste financieringsbron voor de instellingen en organen van de EU, zoals omschreven in de eigenmiddelenverordening nr. 609/2014. De eigen middelen bestaan uit op het bni gebaseerde middelen, btw-middelen en de traditionele eigen middelen.

Betalingskredieten

Betalingskredieten dekken uitgaven die in het lopende jaar moeten worden gedaan uit hoofde van juridische verplichtingen van het lopende en/of eerdere jaren.

Voorfinanciering

Voorfinanciering heeft ten doel de begunstigde te voorzien van een kasvoorschot, dus van contante middelen. Zij kan worden opgesplitst in een aantal betalingen gedurende een periode die in het desbetreffende contract, besluit, overeenkomst of basisrechtshandeling is vastgesteld. Het voorschot wordt gebruikt voor het doel waarvoor het gedurende de in de overeenkomst vastgestelde periode is verstrekt of wordt teruggestort.

Preventieve maatregel

Preventieve maatregelen, die ter beschikking van de Commissie staan ter bescherming van de EU-begroting wanneer zij weet heeft van mogelijke tekortkomingen, omvatten opschortingen en onderbrekingen van betalingen uit de EU-begroting aan operationele programma’s.

Reste à liquider (RAL — nog betaalbaar te stellen vastleggingen)

De bedragen waarvoor een vastlegging in de begroting is gedaan, maar vervolgens nog geen betaling is verricht. Zij vormen betalingsverplichtingen voor de EU voor de komende jaren en zijn het directe gevolg van de spreiding van programma’s over meerdere jaren en de splitsing in vastleggings- en betalingskredieten.

Gedeeld beheer

Wijze van uitvoering van de begroting. Bij gedeeld beheer worden bepaalde taken tot uitvoering van de begroting aan de lidstaten gedelegeerd. Ongeveer 80 % van de EU-uitgaven valt onder deze wijze van uitvoering.

Traditionele eigen middelen

Inkomsten van de EU die deel uitmaken van de „eigen middelen“ waarmee de activiteiten van de EU worden gefinancierd. De traditionele eigen middelen zijn gedefinieerd in Verordening 609/2014 en omvatten douanerechten en suikerheffingen.

Overschrijvingen (tussen begrotingsonderdelen)

Overschrijvingen houden de verplaatsing in van kredieten van het ene begrotingsonderdeel naar het andere in de loop van het begrotingsjaar en vormen dus een uitzondering op het begrotingsspecialiteitsbeginsel. Zij zijn echter uitdrukkelijk toegestaan bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn vastgelegd in het Financieel Reglement (FR). Het FR kent verschillende soorten overschrijvingen, al naargelang zij tussen of binnen begrotingstitels, hoofdstukken, artikelen en posten plaatsvinden en het vereiste niveau van goedkeuring.


LIJST VAN AFKORTINGEN

AARJaarlijks activiteitenverslag
AMIF Fonds voor asiel, migratie en integratie
ATMLuchtverkeersbeheer
BBBetalingsbalans
BbpBruto binnenlands product
Bni Bruto nationaal inkomen
BTW Belasting over de toegevoegde waarde
BUFI-fondsFonds voor geldboeten
CCS LGFGarantiefaciliteit voor de culturele en creatieve sectoren
CEFConnecting Europe Facility
CEF DISchuldinstrument van de Connecting Europe Facility
CFCohesiefonds
CIPKaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie
CommissieEuropese Commissie
CosmeProgramma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en voor kleine en middelgrote ondernemingen
COSO    COSO Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission
EARBoekhoudregel van de Europese Unie
EaSIWerkgelegenheid en sociale innovatie
EBWOEuropese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling
ECBEuropese Centrale Bank
ECOFINRaad Economische en Financiële Zaken
EDEOEuropese Dienst voor extern optreden
EDIFGarantiefaciliteit in het kader van de Westelijke Balkan
EEREuropese Economische Ruimte
EFDOEuropees Fonds voor duurzame ontwikkeling
EFRO Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling
EFSE Europees Fonds voor Zuidoost-Europa
EFSF Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit
EFSIEuropees Fonds voor strategische investeringen
EFSMEuropees financieel stabilisatiemechanisme
EGKS i.l. Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal in liquidatie
EGNOS Europees overlaysysteem voor geostationaire navigatie
EIB Europese Investeringsbank
EIF Europees Investeringsfonds
ElectriFIElektrificatiefinancieringsinitiatief 
ELFPOEuropees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling
ELGF     Europees Landbouwgarantiefonds
ELM

EMFF 
Mandaat voor externe leningen (External Lending Mandate)

European Maritime and Fisheries Fund
EMB Eigenmiddelenbesluit
EMU Economische en monetaire unie
ENEF Fonds voor bedrijfsuitbreiding
ENIF Fonds voor bedrijfsinnovatie
ENPI Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument
EOFEuropees Ontwikkelingsfonds
EP Europees Parlement
EP-lid Lid van het Europees Parlement
ERI

ESA 
EIB-veerkrachtinitiatief

Europees Ruimte-Agentschap
ERKEuropese Rekenkamer
ESF Europees Sociaal Fonds
ESIF Europese structuur- en investeringsfondsen
ESM Europees Stabiliteitsmechanisme
ETF Europese technologie-startersregeling 1998
EU Europese Unie
EUMETSAT Eumetsat Europese Organisatie voor de Exploitatie van Meteorologische Satellieten
EuratomEuropese Gemeenschap voor Atoomenergie
EVA Europese Vrijhandelsassociatie
FIFOFirst-in, First-out
FR Financieel Reglement van de EU
FSDA     Financiële staten — Bespreking en analyse
GLBGemeenschappelijk landbouwbeleid
GNSS Global Navigation Satellite Systems (wereldwijde satellietnavigatiesystemen).
GO Gemeenschappelijke ondernemingen
H2020 Horizon 2020
IIW Venster infrastructuur en innovatie
IMF Internationaal Monetair Fonds
IPSASInternational Public Sector Accounting Standards (internationale boekhoudnormen voor de overheid)
IT Informatietechnologie
ITER Internationale Thermonucleaire Experimentele Reactor
JRC Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek
KMO/MKBKleine en middelgrote onderneming/Midden- en kleinbedrijf
KP7 Zevende kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling
LGTT Garantie-instrument voor leningen voor TEN-T-projecten
MFB Macrofinanciële bijstand
MFK Meerjarig financieel kader
MKMOMicro-, kleine of middelgrote onderneming
MPOO Meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap
O & BKAOntmanteling en Beheer van kernafval
OTO Onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie
PBI Projectobligatie-initiatief
PF4EE Instrumenten voor particuliere financiering van energie-efficiëntie
PGF Deelnemersgarantiefonds
PPP Publiek-privaat partnerschap
PSEO Pensioenregeling van de Europese ambtenaren
RALNog betaalbaar te stellen vastleggingen
RSFF Financieringsfaciliteit met risicodeling
S&P Standard & Poor's Financial Services LLC
SANAD MENA fonds voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen
SAPARD Speciaal toetredingsprogramma voor landbouw en plattelandsontwikkeling.
SEMED Southern and Eastern Mediterranean Micro, Small and Middle sized Entreprises Financial Inclusion Programme
SIUGI Instrument voor onbeperkte garantie in het kader van het KMO-initiatief
SMEW KMO/MKB Kleine en middelgrote onderneming/Midden- en kleinbedrijf SMEW Kmo-venster
TEM Traditionele eigen middelen
TRDI Tijdelijk plattelandsontwikkelingsinstrument (TRDI)
VGBVerordening gemeenschappelijke bepalingen
VWEU Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie


(1)

   Krachtens het subsidiariteitsbeginsel treedt de Unie slechts op indien en voor zover de doelstellingen van het overwogen optreden onvoldoende door de lidstaten, maar vanwege de schaal of de impact beter op het niveau van de Unie kunnen worden verwezenlijkt. Krachtens het evenredigheidsbeginsel mogen de inhoud en de vorm van het optreden van de Unie niet verdergaan dan wat nodig is om de doelstellingen van het Verdrag te verwezenlijken (artikel 5 VEU).

(2) Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer (2013/C 373/01).
(3) Verordening (EU, Euratom) nr. 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 2012/966 (PB L 193 van 30 juli 2018, blz. 1).
(4) Zie artikel 317 VWEU.
(5) Zie voor nadere informatie de mededeling aan de Commissie van voorzitter Juncker en eerste vicevoorzitter Timmermans: Governance in the European Commission, C(2017) 6915 final van 11 oktober 2017, URL: https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/c_2017_6915_final_en.pdf .
(6) De term “de Europese Commissie” wordt daarom gebruikt ter aanduiding zowel van de instelling gevormd door de leden van de Commissie — het College — als van de administratie geleid door de directeuren-generaal van de diensten (en de hoofden van andere administratieve structuren zoals diensten, bureaus en uitvoerende agentschappen).
(7)

     Zie het Besluit van de Commissie van 21 november 2018 inzake de Corporate Management Board, C (2018) 7706 final.

(8) De interne controlebeginselen van de Commissie bijvoorbeeld, zijn gebaseerd op de internecontrolebeginselen van COSO.
(9) https://ec.europa.eu/info/publications/governance-in-the-commission_en . Voor nadere bijzonderheden, zie Mededeling aan de Commissie C(2018) 7704: “Streamlining and strengthening corporate governance within the European Commission”, https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/file_import/streamlining-strengthening-corporate-governance-european-commission_en.pdf .
(10)

Speciaal verslag nr. 27/2016 “Governance bij de Europese Commissie — goede praktijken?”

(11)

   Sinds medio 2019 is (overeenkomstig het herziene artikel 12 van de interne regels) het beheer van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) gedeeld gedelegeerd aan vijf diensten (DEVCO, ECHO, EAC, EACEA en JRC).

(12)

   De pensioenregeling is een notioneel (virtueel) fonds met toegezegde uitkeringen, waarbij de toekomstige pensioenen worden gefinancierd uit de bijdragen van personeelsleden. Alhoewel de bijdragen niet in een echt fonds worden belegd, wordt verondersteld dat het bedrag dat in een dergelijk fonds zou zijn ingebracht, is belegd in langlopende obligaties van de lidstaten en wordt dat bedrag vertaald in de pensioenverplichting opgenomen in de jaarrekening van de Europese Unie. De lidstaten garanderen gezamenlijk de betaling van de prestaties overeenkomstig artikel 83 van het Statuut en artikel 4, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (zie COM(2018) 829 voor een gedetailleerde beschrijving van het stelsel).

(13)

https://ec.europa.eu/info/strategy/eu-budget/eu-long-term-budget/2021-2027_nl