Bijlagen bij COM(2020)667 - Strategie voor duurzame chemische stoffen Op weg naar een gifvrij milieu

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage VI bij de CLP-verordening), maar ook stoffen die recyclage tot veilige en hoogwaardige secundaire grondstoffen bemoeilijken.
(17) Dit omvat recente geschiktheidscontroles en evaluaties van de EU-wetgeving inzake chemische stoffen.
(18) COM(2001) 88 .
(19) In dit stadium kan veilig en inherent duurzaam worden gedefinieerd als een aan het op de markt brengen voorafgaande benadering van chemische stoffen die gericht is op het leveren van een functie (of dienst), waarbij volumes en chemische eigenschappen die schadelijk kunnen zijn voor de menselijke gezondheid of het milieu worden vermeden, met name wat groepen chemische stoffen betreft die (eco)toxisch, persistent, bioaccumulerend of mobiel kunnen zijn. De algehele duurzaamheid moet worden gewaarborgd door vanuit een levenscyclusperspectief de ecologische voetafdruk van chemische stoffen tot een minimum te beperken, met name wat betreft klimaatverandering, het gebruik van hulpbronnen, ecosystemen en biodiversiteit.
(20) Eurostat, Chemicals production and consumption statistics , 2020.
(21) Wood and Lowell Center for Sustainable Production, Rapport voor de Europese Commissie “ Chemicals innovation action agenda ” , 2019.
(22) Op grond van Reach, in overeenstemming met de herziening van Reach, COM(2018) 116 , maatregel 5 , en andere wetgeving, zoals de milieukeurverordening en de richtlijnen inzake ecologisch ontwerp en industriële emissies.
(23) Zie voetnoot 16.
(24) Overeenkomstig de strategie voor de bio-economie (COM(2018) 673); de ecologische duurzaamheid van biogebaseerde chemische stoffen moet worden aangetoond vanuit het perspectief van de gehele levenscyclus.
(25) Mits dit verenigbaar is met de staatssteunregelgeving.
(26) COM(2020) 98 .
(27) COM(2018) 32 .
(28) Ibid .
(29) Met name voortbouwend op de SCIP-databank van ECHA, de lopende werkzaamheden voor de evaluatie van Reach (maatregel 3),  COM(2018) 116 , en de ontwikkeling van productpaspoorten.
(30) Rekening houdend met de desbetreffende staatssteunregels.
(31) EEA, Industrial pollution in Europe ; State of the environment and outlook report , 2020.
(32) De waterstofstrategie voor een klimaatneutraal Europa onderstreept de noodzaak van maatregelen ter ondersteuning van de vraag en van het gebruik van hernieuwbare waterstof in specifieke eindgebruikersectoren zoals de chemische sector. Dergelijke quota of minimumaandelen kunnen ook in overweging worden genomen voor andere hernieuwbare brandstoffen zoals biomethaan. COM(2020) 301 .
(33) “Chemische stoffen als dienst” omvat het leasen van chemische stoffen, maar ook het leasen van diensten zoals logistiek, ontwikkeling van specifieke chemische processen en toepassingen, en afvalbeheer.
(34) Verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2020 betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen en tot wijziging van Verordening (EU) 2019/2088. De Commissie zal gedelegeerde handelingen vaststellen om technische screeningcriteria vast te stellen om te bepalen hoe en wanneer economische activiteiten als ecologisch duurzaam kunnen worden aangemerkt.
(35) De Europese structuur- en investeringsfondsen, het mechanisme voor een rechtvaardige transitie, InvestEU, de strategische investeringsfaciliteit, React-EU, Horizon Europa en het programma Digitaal Europa.
(36) Binnen het cohesiebeleid van de EU is slimme specialisatie een plaatsgebonden aanpak.
(37) Bijvoorbeeld de Europese structuur- en investeringsfondsen, het mechanisme voor een rechtvaardige transitie, het Europees Fonds voor strategische investeringen, ReactEU, Horizon Europa, mits in voorkomend geval de staatssteunregels worden nageleefd.
(38) Voor chemische stoffen waarvoor de blootstelling op de werkplek het dominerende risico is, zijn de richtlijnen inzake veiligheid en gezondheid op het werk van bijzonder belang.
(39) SWD(2019) 199 .
(40) In het wetgevingskader van de EU voor chemische stoffen is een “generieke aanpak van risicobeheer” een automatische trigger voor vooraf bepaalde risicobeheersmaatregelen (bv. verpakkingsvoorschriften, beperkingen, verboden, enz.) op basis van de gevaarlijke eigenschappen van de chemische stof en algemene overwegingen over de blootstelling eraan (bv. wijdverbreide toepassingen, toepassingen in producten voor kinderen, moeilijk te beheersen blootstelling). Deze wordt in een aantal wetgevingsteksten toegepast op basis van specifieke overwegingen (bv. kenmerken van het gevaar, kwetsbaarheid van bepaalde bevolkingsgroepen, niet-beheersbare of wijdverbreide blootstelling). SWD(2019) 199 .
(41) SWD(2019) 199 .
(42) “Specifieke risicobeoordelingen” houden rekening met het gevaar, het gebruik van de stoffen en aanverwante specifieke blootstellingsscenario’s voor mens en milieu, en risicobeheersmaatregelen worden getroffen op basis van de resultaten daarvan. SWD(2019) 199 .
(43) Het recht van kinderen op gezondheid zal ook aan bod komen in de komende EU-strategie voor de rechten van het kind.
(44) Rekening houdend met de definitie van essentiële toepassing in het  Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken , die is ingevoerd om te beoordelen of het gebruik van bepaalde chemische stoffen wel degelijk noodzakelijk is, en erkennende dat het aantal chemische stoffen die onder het regelgevingskader van de EU inzake chemische stoffen vallen veel groter is dan het aantal specifieke chemische stoffen die onder het Protocol van Montreal vallen.
(45) Hormoongerelateerde aandoeningen hebben met name gevolgen voor de werking van de schildklier, het immuunstelsel, het voortplantingsstelsel en het algemene metabolisme van de mens. SWD(2020) 249.
(46) C. Ganzleben, A. Kazmierczak, Leaving no one behind – understanding environmental inequality in Europe , 2020.
(47) Reach-verordening, Verordening (EG) nr. 1107/2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en Verordening (EU) nr. 528/2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden.
(48) SWD(2020) 249.
(49) SWD(2020) 248.
(50) Bijvoorbeeld materialen die met levensmiddelen in contact komen en milieuwetgeving; SWD(2020) 248.
(51) Richtlijn 98/24/EG van de Raad betreffende de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van werknemers tegen risico’s van chemische agentia op het werk (PB L 131 van 5.5.1998) bepaalt dat het risico van een combinatie van chemische agentia moet worden beoordeeld en beheerd.
(52) SWD(2020) 248.
(53) Dit zal in eerste instantie gebeuren in het kader van Verordening (EG) nr. 396/2005 tot vaststelling van maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen en in een tweede fase in het kader van de verordening inzake gewasbeschermingsmiddelen.
(54) SWD(2020) 248.
(55) Richtlijn 2014/40/EU betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten (PB L 127 van 29.4.2014).
(56) COM(2019) 264 .  
(57) Europese Commissie, Status of local soil contamination in Europe , 2018.
(58) En overeenkomstig de strategische aanpak van geneesmiddelen in het milieu, COM(2019) 128 .
(59) WHO, Keeping our water clean: the case of water contamination in the Veneto Region , Italië, 2017.
(60) Studie gefinancierd door de Noordse Raad van ministers, The Costs of Inaction. A socioeconomic analysis of environmental and health impacts linked to exposure to PFAS , 2019.
(61) De kosten van blootstelling aan PFAS in Europa worden geraamd op 52 à 84 miljard EUR per jaar; Ibid.
(62) Zie SWD(2020) 247 voor meer details.
(63) Verdragen van Stockholm, Rotterdam en Bazel en OESO.
(64) COM(2019) 264.
(65) De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA), het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA), het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) en het Europees Milieuagentschap (EEA).
(66) Wetenschappelijk Comité voor gezondheids-, milieu- en opkomende risico’s ( SCHEER ), Wetenschappelijk Comité voor consumentenveiligheid ( WCCV ).
(67) ECHA, Public Activities Coordination Tool .
(68) EFSA, ECHA, EMA en EEA.
(69) Wetenschappelijk Comité voor gezondheids-, milieu- en opkomende risico’s en Wetenschappelijk Comité voor consumentenveiligheid.
(70) Evaluatie van Reach, COM(2018) 116 .
(71) COM(2019) 264 .
(72) Overeenkomstig de datastrategie van de EU .
(73) ECHA, IUCLID .
(74) Europese Commissie, IPCHEM .
(75) Met name wat betreft de verplichte kennisgeving van bestelde studies en de toegankelijkheid van alle wetenschappelijke gegevens en informatie, zoals gedefinieerd met het oog op de transparantie van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen. Zie Verordening (EU) 2019/1381 betreffende de transparantie en duurzaamheid van de EU-risicobeoordeling in de voedselketen (PB L 231 van 6.9.2019).
(76) Met name door toevoeging van hormoonontregelende stoffen en PBT’s/zPzB’s, de beoordeling van de behoefte aan specifieke criteria voor immunotoxiciteit en neurotoxiciteit, die momenteel vallen onder de gevareneindpunten “specifieke doelorgaantoxiciteit” en “voortplantingstoxiciteit”, en indien nodig de wijziging daarvan.
(77) In Aanbeveling 2011/696/EU inzake de definitie van nanomateriaal (PB L 275 van 20.10.2011).
(78) Als onderdeel van de Europese dataruimte voor de Green Deal, die is aangekondigd in de datastrategie van de EU .
(79) Bijvoorbeeld PNEC’s, DNEL’s, op gezondheid gebaseerde grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling, waterkwaliteitsnormen, maximale totale dagelijkse inname enz.
(80) Voortbouwend op bestaande praktijken, zoals de evaluatie van stoffen overeenkomstig Reach, de aandachtstoffenlijsten van de kaderrichtlijn water en de grondwaterrichtlijn, de Land Use and Coverage Area frame Survey, HBM4EU, en het voorgestelde Europees partnerschap voor risicobeoordeling.
(81) Gegevens afkomstig van Safety Gate/Rapex van de EU .
(82) De Europese Commissie heeft bij de evaluatie van Reach geconcludeerd dat registratiedossiers die niet aan de voorschriften voldoen, vooruitgang in belangrijke mate vertragen. ECHA en de Commissie hebben inmiddels een  gezamenlijk actieplan  ontwikkeld om beter te controleren of registratiedossiers aan de voorschriften voldoen.
(83) Verordening (EU) 2019/1020 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten (PB L 169 van 25.6.2019), die in juli 2021 in werking treedt.
(84) Momenteel wordt onderzocht hoe de Reach-vereisten kunnen worden geïntegreerd in douaneprocessen. Daarna zal een effectbeoordeling worden verricht om de opties in kaart te brengen.
(85) Een aantal onlineplatforms heeft een  Safety Pledge ondertekend om alle in Safety Gate/RAPEX gerapporteerde producten uit hun onlinelijsten te weren.
(86) RAPEX en RASFF zijn instrumenten om consumenten en autoriteiten van de lidstaten te informeren wanneer producten een risico opleveren; Safety gate for consumers .
(87) Het  forum voor de uitwisseling van handhavingsinformatie (Forum) is een netwerk van instanties die verantwoordelijk zijn voor de handhaving van de Reach-, CLP-, PIC-, POP- en biocidenverordeningen.
(88) Bijvoorbeeld SLIC (veiligheid en gezondheid op het werk), Parcs (douane), Impel (afval en industriële emissies). 
(89) D.w.z. markttoezichtautoriteiten die zich bezighouden met chemische wetgeving betreffende Reach, cosmetica, biociden; douaneautoriteiten, consumentenbeschermingsautoriteiten en agentschappen zoals ECHA.
(90) Bijvoorbeeld wetgeving inzake afvalstoffen en industriële emissies.
(91) Europese Commissie, Environmental Compliance and Governance Forum .
(92) Impel (inspecteurs), EnviCrimeNet (politie), ENPE (aanklagers) en Eufje (rechters).
(93) Het mechanisme voor representatieve vorderingen (COM(2018) 184 final) zou kunnen worden gebruikt om gezamenlijk op te treden tegen inbreuken op EU-rechtsinstrumenten.
(94) Geïnspireerd op de regels inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken.
(95) Verordening (EU) 2019/1020 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten. 
(96) EEA, The European Environment – State and outlook report , 2020.
(97) Evaluatie van Reach, COM(2018) 116
(98) Ibid.
(99) Sinds 2000 heeft de Europese Commissie meer dan 800 miljoen euro uitgetrokken voor onderzoeksprojecten op het gebied van chemische gevaren en risico’s.
(100) Terwijl beleidsmakers de rol van een goed beheer van chemische stoffen in de economische en sociale ontwikkeling beginnen te begrijpen, bestaan er ook aanzienlijke verbanden tussen geslacht en chemische stoffen, maar ontbreken naar geslacht uitgesplitste gegevens nog grotendeels. UNDP, Chemicals and Gender, 2015.
(101) Richtlijn 2010/63/EU. In 2017 werden in de EU meer dan 230 000 dierproeven uitgevoerd om te voldoen aan de eisen van de wetgeving inzake chemische stoffen; SWD (2020)10
(102)  Bv. voorspellende toxicologie of virtuele menselijke platforms.
(103) Bijvoorbeeld monitoringinitiatieven in het kader van de EU-milieuwetgeving en monitoringsystemen zoals  Lucas , Embal, het komende EU-waarnemingscentrum voor de bodem en de monitoring van bestuivers door de EU.
(104) Aansluitend op lopende initiatieven zoals Rapex Safety Gate.
(105) Voortbouwend op bestaande initiatieven en indicatoren zal dit deel uitmaken van een breder kader voor monitoring en prognose inzake nulverontreiniging in de context van het komende Achtste milieuactieprogramma, en zal het ook dienen voor de  evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid .
(106) CEFIC, Facts and Figures Report , 2020.
(107) UNEP, Global Chemicals Outlook II , 2019.
(108)   The Lancet Commission on health and pollution , 2017.
(109)  Mensenrechtencommissie, algemene opmerking nr. 36 over het recht op leven, 2018.
(110) UNEP, Global Chemicals Outlook II , 2019.
(111)  Op basis van de SAICM-doelstelling van 2006 luidt doelstelling 12.4 van de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling van de VN: “Uiterlijk in 2020 komen tot een milieuvriendelijk beheer van chemische stoffen en alle afval gedurende hun gehele levenscyclus, in overeenstemming met overeengekomen internationale kaders, en de lozing van de stoffen in de lucht, het water en de bodem aanzienlijk beperken om hun negatieve gevolgen voor de gezondheid van de mens en het milieu tot een minimum te beperken”.
(112) UNEP, Global Chemicals Outlook II , 2019.
(113)  Ibid.
(114)  Bijvoorbeeld UNEP, de WHO, de IAO, UNIDO, de Wereldbank, de OESO, SAICM, multilaterale milieuovereenkomsten.
(115) Met name de organisaties die deelnemen aan het Interorganisationeel Programma voor een goed beheer van chemische stoffen (IOMC).
(116)  Met name de Verdragen van Stockholm, Rotterdam en Minamata.
(117) Invoering van nieuwe criteria/gevarenklassen voor PBT’s/zPzB’s, terrestrische toxiciteit, hormoonontregelende stoffen, persistentie en mobiliteit; aanpassing van bestaande criteria op basis van wetenschappelijke kennis en vooruitgang, onder meer om rekening te houden met alternatieve methoden, en verduidelijking van de criteria voor mutageniteit van geslachtscellen.
(118) CEFIC, Facts and Figures Report , 2020.
(119) Naar een brede strategie met Afrika, JOIN(2020)4.
(120)   COM/2020/102
(121)   COM/2020/456