Bijlagen bij COM(2023)443 - Gebruik van spoorweginfrastructuurcapaciteit in de gemeenschappelijke Europese spoorwegruimte - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2023)443 - Gebruik van spoorweginfrastructuurcapaciteit in de gemeenschappelijke Europese spoorwegruimte. |
---|---|
document | COM(2023)443 ![]() ![]() |
datum | 11 juli 2023 |
in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Jaar N | Jaar N+1 | Jaar N+2 | Jaar N+3 | Jaar N+X | TOTAAL | ||||
DG: <…….> | |||||||||
·Personele middelen | |||||||||
·Andere administratieve uitgaven | |||||||||
TOTAAL DG <…….> | Kredieten |
TOTAAL kredieten voor RUBRIEK 7 van het meerjarig financieel kader | (totaal vastleggingen = totaal betalingen) |
in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Jaar 2025 32 | Jaar 2026 | Jaar 2027 | Jaar 2028+ 33 | TOTAAL (2025 – 2027) | |||
TOTAAL kredieten voor RUBRIEKEN 1 tot en met 7 van het meerjarig financieel kader | Vastleggingen | 5,5 | 5,5 | 5,5 | 5,5 | 16,5 | |
Betalingen | 5,5 | 5,5 | 5,5 | 5,5 | 16,5 |
3.2.2.Geraamde output, gefinancierd met beleidskredieten
Vastleggingskredieten, in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Vermeld doelstellingen en outputs | Jaar 2025 | Jaar 2026 | Jaar 2027 | Jaar 2028+ | TOTAAL (2025 - 2027) | |||||||||||
OUTPUTS | ||||||||||||||||
Soort | Gem. kosten | Aantal | Kosten | Aantal | Kosten | Aantal | Kosten | Aantal | Kosten | Totaal aantal | Totale kosten | |||||
Steun voor de coördinatie van infrastructuurbeheerders 34 | ||||||||||||||||
Output | Aantal “gecoördineerde” grensoverschrijdingen | 0,013 35 | 73 | 0,941 | 73 | 0,941 | 73 | 0,941 | 73 | 0,941 | 219 | 2,823 | ||||
Subtotaal voor activiteit nr. 1 | 73 | 0,941 | 73 | 0,941 | 73 | 0,941 | 73 | 0,941 | 219 | 2,823 | ||||||
Steun voor de coördinatie van toezichthoudende instanties voor het spoor: | ||||||||||||||||
Output | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | ||||
Subtotaal voor activiteit nr. 2 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | ||||||
Prestatiebeoordelingsorgaan | ||||||||||||||||
Output | Aantal leden | 0,009 36 | 11 | 0,099 | 11 | 0,099 | 11 | 0.099 | 11 | 0,099 | 33 | 0,297 | ||||
Subtotaal voor activiteit nr. 3 | 11 | 0,099 | 11 | 0,099 | 11 | 0,099 | 11 | 0,099 | 33 | 0,297 | ||||||
TOTAAL 37 | 84 | 1,040 | 84 | 1,040 | 84 | 1,040 | 84 | 1,040 | 252 | 3,120 |
3.2.3.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten
– Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig
– Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:
in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Jaar N 38 | Jaar N+1 | Jaar N+2 | Jaar N+3 | Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) | TOTAAL |
RUBRIEK 7 van het meerjarig financieel kader | ||||||||
Personele middelen | ||||||||
Andere administratieve uitgaven | ||||||||
Subtotaal RUBRIEK 7 van het meerjarig financieel kader |
Buiten RUBRIEK 7 39 van het meerjarig financieel kader | ||||||||
Personele middelen | ||||||||
Andere administratieve uitgaven | ||||||||
Subtotaal buiten RUBRIEK 7 van het meerjarig financieel kader |
TOTAAL |
De benodigde kredieten voor personeel en andere administratieve uitgaven zullen worden gefinancierd uit de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.
3.2.3.1.Geraamde personeelsbehoeften
– Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig
– Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:
Raming in voltijdequivalenten
Jaar N | Jaar N+1 | Jaar N+2 | Jaar N+3 | Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) | ||||
·Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen) | ||||||||
20 01 02 01 (centrale diensten en vertegenwoordigingen van de Commissie) | ||||||||
20 01 02 03 (delegaties) | ||||||||
01 01 01 01 (onderzoek onder contract) | ||||||||
01 01 01 11 (eigen onderzoek) | ||||||||
Ander begrotingsonderdeel (te vermelden) | ||||||||
·Extern personeel (in voltijdequivalenten VTE) 40 | ||||||||
20 02 01 (AC, END, INT van de “totale financiële middelen”) | ||||||||
20 02 03 (AC, AL, END, INT en JPD in de delegaties) | ||||||||
XX 01 xx yy zz 41 | - centrale diensten | |||||||
- delegaties | ||||||||
01 01 01 02 (AC, END, INT – onderzoek onder contract) | ||||||||
01 01 01 12 (AC, END, INT – eigen onderzoek) | ||||||||
Ander begrotingsonderdeel (te vermelden) | ||||||||
TOTAAL |
XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel.
Voor de benodigde personele middelen zal een beroep worden gedaan op het personeel van het DG dat reeds voor het beheer van deze actie is toegewezen en/of binnen het DG is herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.
Beschrijving van de uit te voeren taken:
Ambtenaren en tijdelijk personeel | |
Extern personeel |
3.2.4.Verenigbaarheid met het huidige meerjarig financieel kader
Het voorstel/initiatief:
– kan volledig worden gefinancierd door middel van herschikking binnen de relevante rubriek van het meerjarig financieel kader (MFK).
De activiteiten in kader 1.5.5 maken gebruik van bestaande fondsen voor technische bijstand in het kader van de CEF (begrotingsonderdeel 02 03 01 00) die momenteel gepland zijn voor toewijzing aan infrastructuurbeheerders in de periode 2025 - 2027 in de lopende wijziging van het meerjarenwerkprogramma van de CEF.
– hiervoor moet een beroep worden gedaan op de niet-toegewezen marge in de desbetreffende rubriek van het MFK en/of op de speciale instrumenten zoals gedefinieerd in de MFK-verordening.
– hiervoor is een herziening van het MFK nodig.
3.2.5.Bijdragen van derden
Het voorstel/initiatief:
– voorziet niet in medefinanciering door derden
– voorziet in medefinanciering door derden, zoals hieronder wordt geraamd 42 :
Kredieten in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Jaar 2025 43 | Jaar 2026 | Jaar 2027 | Jaar 2028+ | TOTAAL (2025 – 2050) | |
Infrastructuurbeheerders 44 | 13,667 | 5,312 | 5,312 | 5,312 | 32,606 |
Nationale toezichthoudende instanties 45 | 3,558 | 0,180 | 0,185 | 0,190 | 9,401 |
TOTAAL medegefinancierde kredieten | 17,226 | 5,492 | 5,496 | 5,501 | 42,007 |
3,3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten
– Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten
– Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:
– voor de eigen middelen
– voor overige ontvangsten
–Geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven
in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Begrotingsonderdeel voor ontvangsten: | Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredieten | Gevolgen van het voorstel/initiatief 46 | ||||||
Jaar N | Jaar N+1 | Jaar N+2 | Jaar N+3 | Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) | ||||
Artikel …………. |
Vermeld voor de toegewezen ontvangsten het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.
/
Andere opmerkingen (bv. over de methode/formule voor de berekening van de gevolgen voor de ontvangsten of andere informatie).
(1) Met name deel 3 van hoofdstuk IV van Richtlijn 2012/34/EU.
(2) COM(2018) 189 final van 16 april 2018. Het verslag werd voorafgegaan door een verslag van de Europese Rekenkamer (Europese Rekenkamer, “Goederenvervoer per trein in de EU: nog steeds niet op het juiste spoor”, Speciaal verslag nr. 8, Luxemburg, Publicatiebureau van de Europese Unie, 2016).
(3) SWD(2021) 134 final van 2 juni 2021.
(4) Internationaal goederen- en passagiersvervoer – vergroting van het aandeel van het spoorverkeer
(5) Internationaal goederen- en passagiersvervoer – vergroting van het aandeel van het spoorverkeer
(6) Platform of Rail Infrastructure Managers in Europe (PRIME), voor samenwerking tussen infrastructuurbeheerders en de diensten van de Commissie.
(7) Een forum voor spoorwegondernemingen, waar ook de diensten van de Commissie en Spoorwegbureau van de Europese Unie aan deelnemen.
(8) SEC(2023) 443.
(9) SWD(2023) 443.
(10) De focus blijft echter liggen op de lijnen met het grootste strategische belang, om overregulering van lijnen die alleen regionaal belang en/of een lage verkeersdichtheid hebben, te vermijden.
(11) PB C van , blz. .
(12) PB C van , blz. .
(13) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s “De Europese Green Deal”, COM(2019)640 final van 11 december 2019.
(14) Mededeling van de Commissie “Route naar een gezonde planeet voor iedereen EU-actieplan: “Verontreiniging van lucht, water en bodem naar nul””, COM(2021) 400 final van 12 mei 2021.
(15) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s “Strategie voor duurzame en slimme mobiliteit - Het Europees vervoer op het juiste spoor naar de toekomst”, COM(2020)789 final van 9 december 2020.
(16) Richtlijn 2012/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 tot instelling van één Europese spoorwegruimte (PB L 343 van 14.12.2012, blz. 32).
(17) Verordening (EU) nr. 913/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europese spoorwegnet voor concurrerend goederenvervoer (PB L 276 van 20.10.2010, blz. 22).
(18) PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.
(19) Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).
(20)
SWD(2021) 134 final van 2 juni 2021.
(21) Richtlijn (EU) 2016/797 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Europese Unie (PB L 138 van 26.5.2016, blz. 44).
(22) Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2177 van de Commissie van 22 november 2017 betreffende de toegang tot dienstvoorzieningen en spoorgebonden diensten (PB L 307 van 23.11.2017, blz. 1).
(23) Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1100 van de Commissie van 7 juli 2015 betreffende de rapportageplicht van de lidstaten in het kader van het toezicht op de spoormarkt (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 1).
(24) In de zin van artikel 58, lid 2, punt a) of b), van het Financieel Reglement.
(25) Nadere gegevens over de wijzen van uitvoering van de begroting en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op de website BUDGpedia: https://myintracomm.ec.europa.eu/corp/budget/financial-rules/budget-implementation/Pages/implementation-methods.aspx
(26) GK = gesplitste kredieten / NGK = niet-gesplitste kredieten.
(27) EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
(28) Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, aspirant-kandidaten van de Westelijke Balkan.
(29) Het jaar 2025 is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen. Voor de periode 2025 - 2027 worden de uitgaven gedekt door fondsen voor technische bijstand in het kader van de CEF Vervoer.
(30) De bedragen voor de periode na 2028 zijn zuiver indicatief en hangen af van de besprekingen en het definitieve akkoord over het volgende meerjarig financieel kader.
(31) Volgens de officiële begrotingsnomenclatuur.
(32) Het jaar 2025 is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.
(33) De bedragen voor de periode na 2028 zijn zuiver indicatief en hangen af van de besprekingen en het definitieve akkoord over het volgende meerjarig financieel kader.
(34) Zoals beschreven in punt 1.5.5. “Beoordeling van de verschillende beschikbare financieringsmogelijkheden...”
(35) Jaarlijkse kosten van het ENIM / de netwerkcoördinator om te zorgen voor afstemming tussen infrastructuurbeheerders bij grensoverschrijdingen (personeelskosten).
(36) Jaarlijkse kosten ter dekking van de uitgaven van leden van het prestatiebeoordelingsorgaan (per dag).
(37) Merk op dat deze totalen de som zijn van kosten voor uitsluitend de in de tabel getoonde outputs en niet de totale kosten van activiteiten 1, 2 en 3 die door EU-financiering worden gedekt.
(38) Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen. Vervang “N” door het verwachte eerste jaar van uitvoering (bijvoorbeeld: 2021). Hetzelfde voor de volgende jaren.
(39) Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek onder contract, eigen onderzoek.
(40) AC = Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL = Agent Local (plaatselijk functionaris); END = Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT = Intérimaire (uitzendkracht); JPD = Junior Professionals in Delegations (jonge deskundige in delegaties).
(41) Subplafond voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere “BA”-onderdelen).
(42) Berekeningen voor derde partijen zijn berekend als het verschil tussen de som van de geraamde kosten van met het voorstel verband houdende maatregelen die worden gedragen door de relevante begunstigde (zie kader 1.5.5 hierboven) en het aandeel medefinanciering dat aan die begunstigde is verleend. De geraamde kosten werden rechtstreeks afgeleid uit de berekeningen die zijn opgesteld voor de effectbeoordeling van het voorstel.
(43) Het jaar 2025 is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.
(44) Financiering van de netwerkcoördinator, zie punt (1) in kader 1.5.5. hierboven.
(45) Om de kosten van de oprichting van een secretariaat voor het ENRRB te dekken, zie punt (2) in kader 1.5.5 hierboven.
(46) Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 20 % aan inningskosten.