Bijlagen bij COM(2024)431 - - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2024)431 - . |
---|---|
document | COM(2024)431 |
datum | 1 oktober 2024 |
BIJLAGE 2 36
1. Samenvatting
Het verslag over het inzetten van arbeidscontractanten binnen de instellingen en agentschappen van de Europese Unie in 2022 wordt ingediend overeenkomstig artikel 79, lid 3, van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie (RAP). Het verslag bevat een analyse op basis van gegevens die tot 31 december 2022 zijn verzameld van 63 entiteiten, waaronder de Europese Commissie en andere instellingen en agentschappen van de Unie. Dit is een toename ten opzichte van de zestig entiteiten waarop het verslag van 2021 betrekking had als gevolg van de oprichting van drie nieuwe gemeenschappelijke ondernemingen (GO’s): Slimme netwerken en diensten (SNS), Mondiale gezondheid EDCTP3 en het Europees Kenniscentrum en netwerk op het gebied van cyberbeveiliging (ECCC).
De categorie arbeidscontractanten, zoals gedefinieerd in de artikelen 3 bis en 3 ter van de RAP, werd in 2004 gecreëerd en speelt een cruciale rol in alle EU-instellingen bij het verrichten van administratieve ondersteunende taken.
In vergelijking met 2021 is het totale aantal arbeidscontractanten in 2022 met bijna 3 % gestegen.
Binnen de Commissie daalde het aantal arbeidscontractanten met 0,42 % licht. Het merendeel van de arbeidscontractanten bij de Commissie (46 %) is aangesteld voor het verrichten van werkzaamheden van administratieve aard, advisering, werkzaamheden op taalkundig gebied en gelijkwaardige technische werkzaamheden (FG IV). Ongeveer 60 % van de arbeidscontractanten van de Commissie is vrouw, voornamelijk voor administratieve en uitvoerende taken, terwijl handenarbeid vaker door mannen worden uitgevoerd. In de functiegroepen II, III en IV waren alle lidstaten vertegenwoordigd.
Het aantal arbeidscontractanten dat bij andere EU-instellingen in dienst was, vertoonde tussen 2021 en 2022 een bescheiden stijging van 1,08 %, wat een opmerkelijke vertraging is ten opzichte van het voorgaande jaar: tussen 2020 en 2021 was er sprake van een toename van 12,09 %. Evenzo vertoonden de EU-agentschappen in 2022 een stijging van 9,08 %, veel minder dan de 15,31 % tussen 2020 en 2021. Het Europees Parlement heeft van alle EU-instellingen de meeste arbeidscontractanten in dienst en is goed voor 64 % van het totaal. Daarnaast werkte in 2022 53,7 % van de arbeidscontractanten bij een gedecentraliseerd agentschap, 41,5 % bij een uitvoerend agentschap en 4,7 % bij een gemeenschappelijke onderneming.
2. Inleiding
a. Reikwijdte van het verslag
Dit verslag is opgesteld op grond van artikel 79, lid 3, van de RAP, waarin het volgende is bepaald: “De Commissie legt jaarlijks een verslag voor over de inschakeling van arbeidscontractanten, met opgave van het aantal contractanten, het niveau en type van de ambten, het geografisch evenwicht en de begrotingsmiddelen per functiegroep”. Tenzij anders vermeld, bevat het verslag de informatie per 31 december 2022.
Dit verslag bevat gegevens voor de 63 verschillende entiteiten waarop het Statuut van toepassing is, onderverdeeld in:
a. de Europese Commissie;
b. de overige instellingen van de Unie in de zin van artikel 13 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, met uitzondering van de Europese Centrale Bank1, en de organen die met de instellingen worden gelijkgesteld voor de toepassing van het Statuut, krachtens artikel 1 ter van het Statuut2; en
c. de agentschappen, dat wil zeggen de organen waarop het Statuut van toepassing is krachtens de besluiten van de Unie waarbij zij zijn opgericht, zoals omschreven in artikel 1 bis, lid 2, van het Statuut3. Deze organen omvatten gedecentraliseerde agentschappen, GO’s4 en uitvoerende agentschappen.
De gegevens over de Commissie betreffen alle arbeidscontractanten, dat wil zeggen personeelsleden waarvoor de financiering afkomstig is uit de begrotingsonderdelen voor administratie, beleidsuitgaven en onderzoek, en uit inkomsten uit dienstenniveau-overeenkomsten met de andere instellingen en organen5.
b. Arbeidscontractanten
De categorie arbeidscontractanten werd in 2004 gecreëerd in het kader van de hervorming van het Statuut. Sindsdien leveren arbeidscontractanten een nuttige bijdrage aan het werk van de instellingen: zij verrichten ondersteunende administratieve werkzaamheden tegen lagere kosten en brengen vaardigheden mee waarover de betrokken instelling niet altijd beschikt.
In de artikelen 3 bis en 3 ter van de RAP wordt beschreven welke rol arbeidscontractanten kunnen vervullen en welke werkzaamheden zij kunnen verrichten.
Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 bis zijn personeelsleden die niet worden tewerkgesteld in een ambt dat deel uitmaakt van de personeelsformatie van de betrokken instelling en die voltijds of deeltijds worden aangesteld:
- bij een instelling: om uitsluitend handenarbeid of administratieve ondersteunende diensten te verrichten in functiegroep I;
- bij de vertegenwoordigingen of delegaties van de Europese Unie, de agentschappen of andere entiteiten: om in de functiegroepen I, II, III en IV werkzaamheden te verrichten die zijn gespecificeerd in artikel 80, lid 2, van de RAP.
Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 bis krijgen een contract dat na een eerste verlenging voor bepaalde duur kan worden omgezet in een contract van onbepaalde duur.
Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 ter (of “arbeidscontractanten voor hulptaken”) worden aangesteld bij een instelling:
- om andere dan de in artikel 3 bis, lid 1, punt a), van de RAP bedoelde ambten te vervullen zonder te worden tewerkgesteld in een ambt dat deel uitmaakt van de personeelsformatie van de betrokken instelling; of
- om ambtenaren of tijdelijke functionarissen te vervangen die op dat ogenblik niet in staat zijn hun ambt te vervullen.
Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 ter worden in dienst genomen voor perioden van beperkte duur van ten minste drie maanden tot ten hoogste zes jaar.
In artikel 80 van de RAP is beschreven welk soort werkzaamheden arbeidscontractanten binnen een bepaalde functiegroep (FG) kunnen verrichten:
Functiegroep | Rang | Taken |
IV | 13 tot en met 18 | Werkzaamheden van administratieve aard, advisering, werkzaamheden op taalkundig gebied en gelijkwaardige technische werkzaamheden, uitgevoerd onder toezicht van ambtenaren of tijdelijke functionarissen. |
III | 8 tot en met 12 | Uitvoerende werkzaamheden, werkzaamheden op redactioneel en boekhoudkundig gebied en gelijkwaardige technische werkzaamheden, uitgevoerd onder toezicht van ambtenaren of tijdelijke functionarissen. |
II | 4 tot en met 7 | Kantoor- en secretariaatswerkzaamheden, kantoorleiding en gelijkwaardige werkzaamheden, uitgevoerd onder toezicht van ambtenaren of tijdelijke functionarissen. |
I | 1 tot en met 3 | Handenarbeid en administratieve ondersteunende diensten, uitgevoerd onder toezicht van ambtenaren of tijdelijke functionarissen. |
3. Arbeidscontractanten bij instellingen en agentschappen
Het aantal arbeidscontractanten bleef in 2022 groeien, zij het met een iets lager tempo dan in de twee voorgaande jaren. Het totale aantal arbeidscontractanten steeg ten opzichte van 2021 met bijna 3 %, een daling ten opzichte van de groeipercentages van respectievelijk 5 en 7 % in 2020 en 2021.
Binnen de Commissie nam het aantal arbeidscontractanten licht af, met een marginale daling van 0,42 %, wat overeenkomt met 32 arbeidscontractanten. Als gevolg van deze daling en slechts lichte stijgingen in 2020 en 2021 is het aandeel arbeidscontractanten van de Commissie ten opzichte van het totale aantal arbeidscontractanten verder gedaald.
Bij andere instellingen wordt een lichte stijging waargenomen, terwijl bij de agentschappen sprake was van een grotere stijging. De salarissen van de arbeidscontractanten in de agentschappen worden gefinancierd met middelen uit de operationele begroting van de agentschappen, terwijl hun pensioenen worden gefinancierd uit de totale administratieve begroting van de instellingen (rubriek VII).
Op 31 december bedroeg het aantal arbeidscontractanten:
Figuur 1 — Aantal arbeidscontractanten bij de Commissie, de overige instellingen en de agentschappen
2020 | 2021 | 2022 | |
Europese Commissie | 7 581 | 7 615 | 7 583 |
Overige instellingen | 3 051 | 3 420 | 3 457 |
Agentschappen | 4 606 | 5 311 | 5 793 |
Totaal | 15 238 | 16 346 | 16 833 |
Figuur 2 — Ontwikkeling van het aantal arbeidscontractanten bij de Commissie, de overige instellingen en de agentschappen
2021 t.o.v. 2020 | 2022 t.o.v. 2021 | |
Europese Commissie | 0,45 % | –0,42 % |
Overige instellingen | 12,09 % | 1,08 % |
Agentschappen | 15,31 % | 9,08 % |
Totaal | 7,27 % | 2,98 % |
Figuur 3 — Aandeel van de Commissie, de overige instellingen en de agentschappen in het totale aantal arbeidscontractanten
Figuur 4 — Ontwikkeling van het relatieve aandeel van de Commissie, de overige instellingen en de agentschappen en gemeenschappelijke ondernemingen in het totale aantal arbeidscontractanten
2020 | 2021 | 2022 | 2021 t.o.v. 2020 | 2022 t.o.v. 2021 | |
Europese Commissie | 49,75 % | 46,59 % | 45,07 % | –6,4 % | –3,2 % |
Overige instellingen | 20,02 % | 20,92 % | 20,54 % | +4,5 % | –1,82 % |
Agentschappen en GO’s | 30,23 % | 32,49 % | 34,43 % | +7,5 % | 5,9 % |
4. Arbeidscontractanten bij de Europese Commissie
a. Ontwikkeling van de inzet van arbeidscontractanten bij de Commissie
Het aantal arbeidscontractanten bij de Commissie heeft zich sinds de invoering van arbeidscontractanten in 2004 als volgt ontwikkeld.
Figuur 5 — Ontwikkeling binnen de Commissie
b. Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar functiegroep
Het merendeel van de arbeidscontractanten bij de Commissie (46 %) is aangesteld voor het verrichten van werkzaamheden van administratieve aard, advisering, werkzaamheden op taalkundig gebied en gelijkwaardige technische werkzaamheden (FG IV).
Figuur 6 — Arbeidscontractanten bij de Commissie naar functiegroep
2020 | 2021 | 2022 | |
FG I | 857 | 851 | 700 |
FG II | 2 083 | 2 029 | 1 994 |
FG III | 1 485 | 1 414 | 1 397 |
FG IV | 3 156 | 3 321 | 3 492 |
Totaal | 7 581 | 7 615 | 7 583 |
Figuur 6a —Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar functiegroep
c. Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar geslacht in 2022
Het merendeel van de arbeidscontractanten bij de Commissie is vrouw (circa 60 % wanneer alle functiegroepen samen in aanmerking worden genomen). Er zijn echter significante verschillen afhankelijk van de functiegroep.
In functiegroep IV (werkzaamheden van administratieve aard, advisering, werkzaamheden op taalkundig gebied en gelijkwaardige technische werkzaamheden) is de verdeling relatief evenwichtig. Er werken overwegend vrouwen in de functiegroepen III (uitvoerende werkzaamheden) en II (kantoor- en secretariaatswerkzaamheden), terwijl er in functiegroep I (handenarbeid) overwegend mannen werken.
In de onderstaande diagrammen en figuren is de verdeling van de arbeidscontractanten naar geslacht, functiegroep (FG en rang) en rang weergegeven.
Figuur 7 — Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar geslacht, functiegroep en rang in 2022
Figuur 8 — Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar functiegroep en geslacht in 2022
2022 | Vrouwen | Mannen | Totaal | |||
FG I | FG I 01 | 11 | 15 % | 62 | 85 % | 73 |
FG I 02 | 40 | 31 % | 89 | 69 % | 129 | |
FG I 03 | 183 | 37 % | 315 | 63 % | 498 | |
FG I alle | 234 | 33 % | 466 | 67 % | 700 | |
FG II | FG II 04 | 178 | 74 % | 64 | 26 % | 242 |
FG II 05 | 703 | 80 % | 173 | 20 % | 876 | |
FG II 06 | 458 | 79 % | 119 | 21 % | 577 | |
FG II 07 | 253 | 85 % | 46 | 15 % | 299 | |
FG II alle | 1 592 | 80 % | 402 | 20 % | 1 994 | |
FG III | FG III 08 | 214 | 63 % | 125 | 37 % | 339 |
FG III 09 | 388 | 68 % | 186 | 32 % | 574 | |
FG III 10 | 183 | 57 % | 137 | 43 % | 320 | |
FG III 11 | 64 | 51 % | 61 | 49 % | 125 | |
FG III 12 | 19 | 49 % | 20 | 51 % | 39 | |
FG III alle | 868 | 62 % | 529 | 38 % | 1 397 | |
FG IV | FG IV 13 | 179 | 59 % | 123 | 41 % | 302 |
FG IV 14 | 1 029 | 58 % | 749 | 42 % | 1 778 | |
FG IV 15 | 181 | 51 % | 173 | 49 % | 354 | |
FG IV 16 | 415 | 50 % | 409 | 50 % | 824 | |
FG IV 17 | 76 | 41 % | 108 | 59 % | 184 | |
FG IV 18 | 14 | 28 % | 36 | 72 % | 50 | |
FG IV alle | 1 894 | 54 % | 1 598 | 46 % | 3 492 | |
Totaal bestand arbeidscontractanten | 4 588 | 61 % | 2 995 | 39 % | 7 583 |
d. Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar nationaliteit
Net als ambtenaren en tijdelijke functionarissen worden ook arbeidscontractanten aangeworven op basis van het profiel, de vaardigheden en de talenkennis van de kandidaten zonder dat er quota per nationaliteit worden opgelegd.
Waarschijnlijk is een combinatie van factoren van invloed op de verdeling naar nationaliteit, met name de geografische nabijheid van de plaats waar de instelling zich bevindt (voor de Commissie voornamelijk Brussel, Luxemburg en Ispra), de salarisschalen en de looptijd van de contracten. Kandidaten zijn sneller geneigd een tijdelijke baan te accepteren als ze wonen in (de buurt van) de plaats waar de instelling zich bevindt, ook gelet op het feit dat het eerste contract in de regel een looptijd van één jaar heeft.
In 2022 waren alle lidstaten vertegenwoordigd in de functiegroepen II, III en IV. In 2022-2023 is de Commissie met de lidstaten actieplannen overeengekomen om het geografische evenwicht van haar personeel, met inbegrip van arbeidscontractanten, te bevorderen.
Figuur 9 — Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar nationaliteit en geslacht in 2022
asess geographical balance.
Figuur 10 — Arbeidscontractanten bij de Commissie naar nationaliteit en geslacht in 2022
2022 | Vrouwelijk personeel | Mannelijk personeel | Totaal | ||||
Alle FG’s | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in het totaal | Gecumuleerd aandeel |
IT | 902 | 55 % | 736 | 45 % | 1 638 | 21,6 % | 22 % |
BE | 767 | 62 % | 475 | 38 % | 1 242 | 16,4 % | 38 % |
FR | 564 | 58 % | 411 | 42 % | 975 | 12,9 % | 51 % |
ES | 452 | 56 % | 352 | 44 % | 804 | 10,6 % | 61 % |
GR | 261 | 57 % | 196 | 43 % | 457 | 6,0 % | 67 % |
RO | 266 | 74 % | 94 | 26 % | 360 | 4,7 % | 72 % |
PL | 212 | 72 % | 83 | 28 % | 295 | 3,9 % | 76 % |
DE | 139 | 52 % | 126 | 48 % | 265 | 3,5 % | 80 % |
PT | 157 | 63 % | 92 | 37 % | 249 | 3,3 % | 83 % |
BG | 97 | 64 % | 54 | 36 % | 151 | 2,0 % | 85 % |
HU | 87 | 70 % | 37 | 30 % | 124 | 1,6 % | 87 % |
HR | 86 | 72 % | 33 | 28 % | 119 | 1,6 % | 88 % |
NL | 50 | 52 % | 46 | 48 % | 96 | 1,3 % | 89 % |
LT | 56 | 65 % | 30 | 35 % | 86 | 1,1 % | 90 % |
SK | 57 | 69 % | 26 | 31 % | 83 | 1,1 % | 92 % |
IE | 43 | 57 % | 33 | 43 % | 76 | 1,0 % | 93 % |
CZ | 46 | 61 % | 29 | 39 % | 75 | 1,0 % | 94 % |
AT | 51 | 70 % | 22 | 30 % | 73 | 1,0 % | 95 % |
SI | 43 | 67 % | 21 | 33 % | 64 | 0,8 % | 95 % |
FI | 46 | 74 % | 16 | 26 % | 62 | 0,8 % | 96 % |
SE | 47 | 77 % | 14 | 23 % | 61 | 0,8 % | 97 % |
CY | 27 | 66 % | 14 | 34 % | 41 | 0,5 % | 98 % |
LV | 30 | 77 % | 9 | 23 % | 39 | 0,5 % | 98 % |
EE | 33 | 87 % | 5 | 13 % | 38 | 0,5 % | 99 % |
DK | 21 | 66 % | 11 | 34 % | 32 | 0,4 % | 99 % |
LU | 9 | 56 % | 7 | 44 % | 16 | 0,2 % | 99 % |
MT | 10 | 77 % | 3 | 23 % | 13 | 0,2 % | 99 % |
Andere | 29 | 59 % | 20 | 41 % | 49 | 0,6 % | 100 % |
Totaal | 4 588 | 61 % | 2 995 | 39 % | 7 583 | 100 % |
Figuur 11 — Arbeidscontractanten in functiegroep IV naar geslacht en nationaliteit in 2022
2022 | Vrouwelijk personeel | Mannelijk personeel | Totaal | ||||
FG IV | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in het totaal | Gecumuleerd aandeel |
IT | 431 | 50 % | 423 | 50 % | 854 | 24,5 % | 24 % |
FR | 266 | 53 % | 239 | 47 % | 505 | 14,5 % | 39 % |
ES | 210 | 50 % | 212 | 50 % | 422 | 12,1 % | 51 % |
BE | 137 | 53 % | 121 | 47 % | 258 | 7,4 % | 58 % |
GR | 100 | 49 % | 103 | 51 % | 203 | 5,8 % | 64 % |
DE | 82 | 47 % | 93 | 53 % | 175 | 5,0 % | 69 % |
PL | 82 | 64 % | 46 | 36 % | 128 | 3,7 % | 73 % |
RO | 79 | 65 % | 42 | 35 % | 121 | 3,5 % | 76 % |
PT | 72 | 61 % | 46 | 39 % | 118 | 3,4 % | 80 % |
BG | 48 | 61 % | 31 | 39 % | 79 | 2,3 % | 82 % |
HU | 38 | 57 % | 29 | 43 % | 67 | 1,9 % | 84 % |
NL | 33 | 54 % | 28 | 46 % | 61 | 1,7 % | 86 % |
AT | 33 | 66 % | 17 | 34 % | 50 | 1,4 % | 87 % |
IE | 27 | 55 % | 22 | 45 % | 49 | 1,4 % | 88 % |
LT | 26 | 53 % | 23 | 47 % | 49 | 1,4 % | 90 % |
HR | 28 | 60 % | 19 | 40 % | 47 | 1,3 % | 91 % |
CZ | 22 | 54 % | 19 | 46 % | 41 | 1,2 % | 92 % |
SK | 25 | 63 % | 15 | 38 % | 40 | 1,1 % | 94 % |
SI | 25 | 66 % | 13 | 34 % | 38 | 1,1 % | 95 % |
FI | 26 | 76 % | 8 | 24 % | 34 | 1,0 % | 96 % |
SE | 24 | 73 % | 9 | 27 % | 33 | 0,9 % | 97 % |
CY | 14 | 70 % | 6 | 30 % | 20 | 0,6 % | 97 % |
EE | 16 | 84 % | 3 | 16 % | 19 | 0,5 % | 98 % |
DK | 12 | 67 % | 6 | 33 % | 18 | 0,5 % | 98 % |
LV | 13 | 81 % | 3 | 19 % | 16 | 0,5 % | 99 % |
LU | 7 | 70 % | 3 | 30 % | 10 | 0,3 % | 99 % |
MT | 7 | 88 % | 1 | 13 % | 8 | 0,2 % | 99 % |
Andere | 11 | 38 % | 18 | 62 % | 29 | 0,8 % | 100 % |
Totaal | 1 894 | 54 % | 1 598 | 46 % | 3 492 | 100 % |
Figuur 12 — Arbeidscontractanten in functiegroep III naar geslacht en nationaliteit in 2022
2022 | Vrouwelijk personeel | Mannelijk personeel | Totaal | ||||
FG III | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in het totaal | Gecumuleerd aandeel |
IT | 165 | 61 % | 107 | 39 % | 272 | 19,5 % | 19 % |
FR | 100 | 57 % | 74 | 43 % | 174 | 12,5 % | 32 % |
BE | 94 | 56 % | 74 | 44 % | 168 | 12,0 % | 44 % |
ES | 96 | 60 % | 64 | 40 % | 160 | 11,5 % | 55 % |
GR | 57 | 59 % | 39 | 41 % | 96 | 6,9 % | 62 % |
RO | 71 | 76 % | 23 | 24 % | 94 | 6,7 % | 69 % |
PL | 43 | 72 % | 17 | 28 % | 60 | 4,3 % | 73 % |
DE | 33 | 57 % | 25 | 43 % | 58 | 4,2 % | 77 % |
PT | 17 | 50 % | 17 | 50 % | 34 | 2,4 % | 80 % |
HR | 25 | 76 % | 8 | 24 % | 33 | 2,4 % | 82 % |
BG | 18 | 56 % | 14 | 44 % | 32 | 2,3 % | 85 % |
SK | 17 | 68 % | 8 | 32 % | 25 | 1,8 % | 86 % |
HU | 19 | 83 % | 4 | 17 % | 23 | 1,6 % | 88 % |
CZ | 13 | 68 % | 6 | 32 % | 19 | 1,4 % | 89 % |
NL | 8 | 44 % | 10 | 56 % | 18 | 1,3 % | 91 % |
LT | 11 | 69 % | 5 | 31 % | 16 | 1,1 % | 92 % |
FI | 10 | 67 % | 5 | 33 % | 15 | 1,1 % | 93 % |
SE | 11 | 73 % | 4 | 27 % | 15 | 1,1 % | 94 % |
AT | 11 | 85 % | 2 | 15 % | 13 | 0,9 % | 95 % |
SI | 10 | 77 % | 3 | 23 % | 13 | 0,9 % | 96 % |
IE | 7 | 58 % | 5 | 42 % | 12 | 0,9 % | 97 % |
LV | 8 | 73 % | 3 | 27 % | 11 | 0,8 % | 97 % |
CY | 6 | 60 % | 4 | 40 % | 10 | 0,7 % | 98 % |
EE | 7 | 88 % | 1 | 13 % | 8 | 0,6 % | 99 % |
DK | 3 | 50 % | 3 | 50 % | 6 | 0,4 % | 99 % |
LU | 0 % | 2 | 100 % | 2 | 0,1 % | 99 % | |
MT | 1 | 50 % | 1 | 50 % | 2 | 0,1 % | 99 % |
Andere | 7 | 88 % | 1 | 13 % | 8 | 0,6 % | 100 % |
Totaal | 868 | 62 % | 529 | 38 % | 1 397 | 100 % |
Figuur 13 — Arbeidscontractanten in functiegroep II naar geslacht en nationaliteit in 2022
2022 | Vrouwelijk personeel | Mannelijk personeel | Totaal | ||||
FG II | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in het totaal | Gecumuleerd aandeel |
BE | 451 | 81 % | 104 | 19 % | 555 | 27,8 % | 28 % |
IT | 253 | 80 % | 63 | 20 % | 316 | 15,8 % | 44 % |
FR | 182 | 71 % | 75 | 29 % | 257 | 12,9 % | 57 % |
ES | 125 | 76 % | 40 | 24 % | 165 | 8,3 % | 65 % |
RO | 110 | 85 % | 19 | 15 % | 129 | 6,5 % | 71 % |
GR | 91 | 74 % | 32 | 26 % | 123 | 6,2 % | 77 % |
PL | 71 | 81 % | 17 | 19 % | 88 | 4,4 % | 82 % |
PT | 56 | 89 % | 7 | 11 % | 63 | 3,2 % | 85 % |
HR | 33 | 87 % | 5 | 13 % | 38 | 1,9 % | 87 % |
BG | 29 | 83 % | 6 | 17 % | 35 | 1,8 % | 89 % |
HU | 29 | 91 % | 3 | 9 % | 32 | 1,6 % | 90 % |
DE | 23 | 79 % | 6 | 21 % | 29 | 1,5 % | 92 % |
LT | 19 | 95 % | 1 | 5 % | 20 | 1,0 % | 93 % |
SK | 15 | 88 % | 2 | 12 % | 17 | 0,9 % | 94 % |
CZ | 11 | 79 % | 3 | 21 % | 14 | 0,7 % | 94 % |
NL | 9 | 69 % | 4 | 31 % | 13 | 0,7 % | 95 % |
IE | 8 | 67 % | 4 | 33 % | 12 | 0,6 % | 96 % |
SE | 11 | 92 % | 1 | 8 % | 12 | 0,6 % | 96 % |
AT | 7 | 70 % | 3 | 30 % | 10 | 0,5 % | 97 % |
FI | 9 | 90 % | 1 | 10 % | 10 | 0,5 % | 97 % |
LV | 9 | 90 % | 1 | 10 % | 10 | 0,5 % | 98 % |
SI | 8 | 80 % | 2 | 20 % | 10 | 0,5 % | 98 % |
CY | 7 | 78 % | 2 | 22 % | 9 | 0,5 % | 99 % |
EE | 9 | 100 % | 0 % | 9 | 0,5 % | 99 % | |
DK | 6 | 86 % | 1 | 14 % | 7 | 0,4 % | 99 % |
LU | 2 | 100 % | 0 % | 2 | 0,1 % | 100 % | |
MT | 2 | 100 % | 0 % | 2 | 0,1 % | 100 % | |
Andere | 7 | 100 % | 0 % | 7 | 0,4 % | 100 % | |
Totaal | 1 592 | 80 % | 402 | 20 % | 1 994 | 100 % |
Figuur 14 — Arbeidscontractanten in functiegroep I naar geslacht en nationaliteit in 2022
2022 | Vrouwelijk personeel | Mannelijk personeel | Totaal | ||||
FG I | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in nationaliteit | Personeelsleden | Aandeel in het totaal | Gecumuleerd aandeel |
BE | 85 | 33 % | 176 | 67 % | 261 | 37,3 % | 37 % |
IT | 53 | 27 % | 143 | 73 % | 196 | 28,0 % | 65 % |
ES | 21 | 37 % | 36 | 63 % | 57 | 8,1 % | 73 % |
FR | 16 | 41 % | 23 | 59 % | 39 | 5,6 % | 79 % |
GR | 13 | 37 % | 22 | 63 % | 35 | 5,0 % | 84 % |
PT | 12 | 35 % | 22 | 65 % | 34 | 4,9 % | 89 % |
PL | 16 | 84 % | 3 | 16 % | 19 | 2,7 % | 92 % |
RO | 6 | 38 % | 10 | 63 % | 16 | 2,3 % | 94 % |
BG | 2 | 40 % | 3 | 60 % | 5 | 0,7 % | 95 % |
NL | 0 % | 4 | 100 % | 4 | 0,6 % | 95 % | |
DE | 1 | 33 % | 2 | 67 % | 3 | 0,4 % | 96 % |
FI | 1 | 33 % | 2 | 67 % | 3 | 0,4 % | 96 % |
IE | 1 | 33 % | 2 | 67 % | 3 | 0,4 % | 96 % |
SI | 0 % | 3 | 100 % | 3 | 0,4 % | 97 % | |
CY | 0 % | 2 | 100 % | 2 | 0,3 % | 97 % | |
EE | 1 | 50 % | 1 | 50 % | 2 | 0,3 % | 97 % |
HU | 1 | 50 % | 1 | 50 % | 2 | 0,3 % | 98 % |
LU | 0 % | 2 | 100 % | 2 | 0,3 % | 98 % | |
LV | 0 % | 2 | 100 % | 2 | 0,3 % | 98 % | |
CZ | 0 % | 1 | 100 % | 1 | 0,1 % | 98 % | |
DK | 0 % | 1 | 100 % | 1 | 0,1 % | 99 % | |
HR | 0 % | 1 | 100 % | 1 | 0,1 % | 99 % | |
LT | 0 % | 1 | 100 % | 1 | 0,1 % | 99 % | |
MT | 0 % | 1 | 100 % | 1 | 0,1 % | 99 % | |
SE | 1 | 100 % | 0 % | 1 | 0,1 % | 99 % | |
SK | 0 % | 1 | 100 % | 1 | 0,1 % | 99 % | |
Andere | 4 | 80 % | 1 | 20 % | 5 | 0,7 % | 100 % |
Totaal | 234 | 33 % | 466 | 67 % | 700 | 100 % |
e. Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar DG
De onderstaande cijfers geven een overzicht van de verdeling van de arbeidscontractanten van de Commissie over de verschillende directoraten-generaal, diensten en bureaus van de Commissie67, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen administratieve/adviserende/taalkundige taken (FG IV) en ondersteunende taken (FG III, FG II, FG I).
Figuur 15 — Verdeling van de arbeidscontractanten bij de Commissie naar geslacht, DG en twee blokken functiegroepen in 2022
FG I-II-III | FG IV | TOTAAL ALLE FG’S | |||||||||
V | M | Totaal | % | V | M | Totaal | % | Totaal | % | ||
AGRI | 24 | 5 | 29 | 39,7 % | 24 | 20 | 44 | 60,3 % | 73 | 1,0 % | |
BUDG | 27 | 6 | 33 | 48,5 % | 25 | 10 | 35 | 51,5 % | 68 | 0,9 % | |
CdP-OSP | 10 | 10 | 100,0 % | 0,0 % | 10 | 0,1 % | |||||
CLIMA | 14 | 4 | 18 | 58,1 % | 5 | 8 | 13 | 41,9 % | 31 | 0,4 % | |
CNECT | 33 | 18 | 51 | 35,2 % | 54 | 40 | 94 | 64,8 % | 145 | 1,9 % | |
COMM | 220 | 91 | 311 | 85,4 % | 31 | 22 | 53 | 14,6 % | 364 | 4,8 % | |
COMP | 32 | 19 | 51 | 100,0 % | 0,0 % | 51 | 0,7 % | ||||
DEFIS | 11 | 3 | 14 | 51,9 % | 10 | 3 | 13 | 48,1 % | 27 | 0,4 % | |
DGT | 33 | 16 | 49 | 33,6 % | 69 | 28 | 97 | 66,4 % | 146 | 1,9 % | |
DIGIT | 18 | 13 | 31 | 31,3 % | 21 | 47 | 68 | 68,7 % | 99 | 1,3 % | |
EAC | 25 | 10 | 35 | 68,6 % | 11 | 5 | 16 | 31,4 % | 51 | 0,7 % | |
ECFIN | 8 | 1 | 9 | 9,6 % | 44 | 41 | 85 | 90,4 % | 94 | 1,2 % | |
ECHO | 51 | 34 | 85 | 57,0 % | 40 | 24 | 64 | 43,0 % | 149 | 2,0 % | |
EMPL | 60 | 18 | 78 | 53,4 % | 42 | 26 | 68 | 46,6 % | 146 | 1,9 % | |
ENER | 26 | 14 | 40 | 75,5 % | 6 | 7 | 13 | 24,5 % | 53 | 0,7 % | |
ENV | 26 | 5 | 31 | 77,5 % | 5 | 4 | 9 | 22,5 % | 40 | 0,5 % | |
EPSO | 13 | 7 | 20 | 95,2 % | 1 | 1 | 4,8 % | 21 | 0,3 % | ||
ESTAT | 26 | 15 | 41 | 53,2 % | 28 | 8 | 36 | 46,8 % | 77 | 1,0 % | |
FISMA | 18 | 3 | 21 | 80,8 % | 3 | 2 | 5 | 19,2 % | 26 | 0,3 % | |
FPI | 30 | 12 | 42 | 33,3 % | 49 | 35 | 84 | 66,7 % | 126 | 1,7 % | |
GROW | 28 | 12 | 40 | 54,1 % | 22 | 12 | 34 | 45,9 % | 74 | 1,0 % | |
HERA | 4 | 4 | 40,0 % | 3 | 3 | 6 | 60,0 % | 10 | 0,1 % | ||
HOME | 23 | 10 | 33 | 76,7 % | 5 | 5 | 10 | 23,3 % | 43 | 0,6 % | |
HR | 138 | 61 | 199 | 88,8 % | 14 | 11 | 25 | 11,2 % | 224 | 3,0 % | |
IAS | 2 | 2 | 4 | 57,1 % | 3 | 3 | 42,9 % | 7 | 0,1 % | ||
INTPA | 112 | 51 | 163 | 14,6 % | 518 | 438 | 956 | 85,4 % | 1 119 | 14,8 % | |
JRC | 129 | 132 | 261 | 23,6 % | 387 | 456 | 843 | 76,4 % | 1 104 | 14,6 % | |
JUST | 22 | 7 | 29 | 85,3 % | 3 | 2 | 5 | 14,7 % | 34 | 0,5 % | |
MARE | 27 | 16 | 43 | 68,3 % | 14 | 6 | 20 | 31,7 % | 63 | 0,8 % | |
MOVE | 34 | 13 | 47 | 81,0 % | 7 | 4 | 11 | 19,0 % | 58 | 0,8 % | |
NEAR | 98 | 43 | 141 | 26,7 % | 210 | 178 | 388 | 73,3 % | 529 | 7,0 % | |
OIB | 610 | 367 | 977 | 97,1 % | 24 | 5 | 29 | 2,9 % | 1 006 | 13,3 % | |
OIL | 153 | 97 | 250 | 98,0 % | 3 | 2 | 5 | 2,0 % | 255 | 3,4 % | |
OLAF | 12 | 5 | 17 | 77,3 % | 1 | 4 | 5 | 22,7 % | 22 | 0,3 % | |
OP | 11 | 15 | 26 | 92,9 % | 1 | 1 | 2 | 7,1 % | 28 | 0,4 % | |
PMO | 301 | 120 | 421 | 98,6 % | 4 | 2 | 6 | 1,4 % | 427 | 5,7 % | |
REFORM | 21 | 7 | 28 | 43,1 % | 26 | 11 | 37 | 56,9 % | 65 | 0,9 % | |
REGIO | 52 | 37 | 89 | 71,8 % | 24 | 11 | 35 | 28,2 % | 124 | 1,6 % | |
RTD | 45 | 23 | 68 | 27,1 % | 106 | 77 | 183 | 72,9 % | 251 | 3,3 % | |
SANTE | 47 | 8 | 55 | 59,1 % | 23 | 15 | 38 | 40,9 % | 93 | 1,2 % | |
SCIC | 35 | 32 | 67 | 100,0 % | 0,0 % | 67 | 0,9 % | ||||
SG | 22 | 22 | 44 | 83,0 % | 2 | 7 | 9 | 17,0 % | 53 | 0,7 % | |
SJ | 13 | 2 | 15 | 65,2 % | 6 | 2 | 8 | 34,8 % | 23 | 0,3 % | |
TAXUD | 11 | 7 | 18 | 66,7 % | 5 | 4 | 9 | 33,3 % | 27 | 0,4 % | |
TRADE | 24 | 9 | 33 | 78,6 % | 4 | 5 | 9 | 21,4 % | 42 | 0,6 % | |
Totaal | 2 679 | 1 392 | 4 071 | 54,0 % | 1 883 | 1 591 | 3 474 | 46,0 % | 7 545 | 100,0 % |
Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 bis
Figuur 16 — Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 bis bij de Commissie naar functiegroep, geslacht en DG in 2022
FG I | FG II | FG III | FG IV | ||||||||||||
V | M | Totaal | V | M | Totaal | V | M | Totaal | V | M | Totaal | Totaal | % | ||
AGRI | 4 | 3 | 7 | 1 | 2 | 3 | 10 | 0,3 % | |||||||
BUDG | 11 | 4 | 15 | 15 | 0,4 % | ||||||||||
CLIMA | 1 | 1 | 1 | 0,0 % | |||||||||||
CNECT | 3 | 7 | 10 | 10 | 0,3 % | ||||||||||
COMM | 4 | 32 | 36 | 135 | 27 | 162 | 71 | 22 | 93 | 31 | 22 | 53 | 344 | 9,7 % | |
COMP | 2 | 4 | 6 | 6 | 0,2 % | ||||||||||
DEFIS | 1 | 1 | 1 | 0,0 % | |||||||||||
DGT | 3 | 3 | 6 | 6 | 0,2 % | ||||||||||
DIGIT | 3 | 1 | 4 | 4 | 0,1 % | ||||||||||
EAC | 1 | 3 | 4 | 4 | 0,1 % | ||||||||||
ECHO | 4 | 1 | 5 | 5 | 0,1 % | ||||||||||
EMPL | 10 | 3 | 13 | 13 | 0,4 % | ||||||||||
ENER | 8 | 2 | 10 | 10 | 0,3 % | ||||||||||
ENV | 1 | 1 | 1 | 0,0 % | |||||||||||
EPSO | 1 | 1 | 11 | 6 | 17 | 2 | 2 | 1 | 1 | 21 | 0,6 % | ||||
ESTAT | 3 | 2 | 5 | 5 | 0,1 % | ||||||||||
FISMA | 2 | 2 | 2 | 0,1 % | |||||||||||
FPI | 2 | 2 | 1 | 2 | 3 | 30 | 27 | 57 | 62 | 1,8 % | |||||
GROW | 5 | 1 | 6 | 6 | 0,2 % | ||||||||||
HERA | 1 | 1 | 1 | 0,0 % | |||||||||||
HR | 23 | 24 | 47 | 47 | 1,3 % | ||||||||||
INTPA | 7 | 3 | 10 | 11 | 19 | 30 | 361 | 366 | 727 | 767 | 21,7 % | ||||
JRC | 7 | 56 | 63 | 63 | 1,8 % | ||||||||||
JUST | 1 | 1 | 2 | 2 | 0,1 % | ||||||||||
MARE | 10 | 2 | 12 | 2 | 4 | 6 | 18 | 0,5 % | |||||||
MOVE | 5 | 2 | 7 | 7 | 0,2 % | ||||||||||
NEAR | 6 | 4 | 10 | 8 | 8 | 16 | 149 | 145 | 294 | 320 | 9,0 % | ||||
OIB | 59 | 203 | 262 | 495 | 112 | 607 | 56 | 52 | 108 | 24 | 5 | 29 | 1 006 | 28,4 % | |
OIL | 7 | 25 | 32 | 119 | 55 | 174 | 27 | 17 | 44 | 3 | 2 | 5 | 255 | 7,2 % | |
OLAF | 2 | 4 | 6 | 6 | 0,2 % | ||||||||||
OP | 10 | 10 | 10 | 0,3 % | |||||||||||
PMO | 6 | 21 | 27 | 246 | 55 | 301 | 49 | 44 | 93 | 4 | 2 | 6 | 427 | 12,1 % | |
REGIO | 3 | 4 | 7 | 7 | 0,2 % | ||||||||||
RTD | 5 | 9 | 14 | 1 | 1 | 2 | 16 | 0,5 % | |||||||
SANTE | 7 | 1 | 8 | 8 | 0,2 % | ||||||||||
SCIC | 9 | 16 | 25 | 25 | 0,7 % | ||||||||||
SG | 6 | 9 | 15 | 15 | 0,4 % | ||||||||||
SJ | 1 | 1 | 1 | 0,0 % | |||||||||||
TAXUD | 1 | 1 | 1 | 0,0 % | |||||||||||
TRADE | 2 | 1 | 3 | 1 | 1 | 2 | 1 | 4 | 5 | 10 | 0,3 % | ||||
TOTAAL | 233 | 465 | 698 | 1 007 | 256 | 1 263 | 225 | 164 | 389 | 608 | 580 | 1 188 | 3 538 | 100,0 % |
Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 ter
Figuur 17 — Arbeidscontractanten in de zin van artikel 3 ter bij de Commissie naar functiegroep, geslacht en DG in 2022
FG II | FG III | FG IV | ||||||||||
V | M | Totaal | V | M | Totaal | V | M | Totaal | Totaal | % | ||
AGRI | 10 | 10 | 10 | 2 | 12 | 23 | 18 | 41 | 63 | 1,6 % | ||
BUDG | 4 | 4 | 12 | 2 | 14 | 25 | 10 | 35 | 53 | 1,3 % | ||
CdP-OSP | 9 | 9 | 1 | 1 | 10 | 0,2 % | ||||||
CLIMA | 10 | 4 | 14 | 3 | 3 | 5 | 8 | 13 | 30 | 0,7 % | ||
CNECT | 15 | 2 | 17 | 15 | 9 | 24 | 54 | 40 | 94 | 135 | 3,4 % | |
COMM | 3 | 1 | 4 | 7 | 9 | 16 | 20 | 0,5 % | ||||
COMP | 10 | 3 | 13 | 20 | 12 | 32 | 45 | 1,1 % | ||||
DEFIS | 6 | 2 | 8 | 4 | 1 | 5 | 10 | 3 | 13 | 26 | 0,6 % | |
DGT | 29 | 13 | 42 | 1 | 1 | 69 | 28 | 97 | 140 | 3,5 % | ||
DIGIT | 5 | 1 | 6 | 10 | 11 | 21 | 21 | 47 | 68 | 95 | 2,4 % | |
EAC | 9 | 2 | 11 | 15 | 5 | 20 | 11 | 5 | 16 | 47 | 1,2 % | |
ECFIN | 2 | 2 | 6 | 1 | 7 | 44 | 41 | 85 | 94 | 2,3 % | ||
ECHO | 17 | 1 | 18 | 30 | 32 | 62 | 40 | 24 | 64 | 144 | 3,6 % | |
EMPL | 26 | 2 | 28 | 24 | 13 | 37 | 42 | 26 | 68 | 133 | 3,3 % | |
ENER | 7 | 2 | 9 | 11 | 10 | 21 | 6 | 7 | 13 | 43 | 1,1 % | |
ENV | 15 | 2 | 17 | 11 | 2 | 13 | 5 | 4 | 9 | 39 | 1,0 % | |
ESTAT | 14 | 4 | 18 | 9 | 9 | 18 | 28 | 8 | 36 | 72 | 1,8 % | |
FISMA | 5 | 1 | 6 | 11 | 2 | 13 | 3 | 2 | 5 | 24 | 0,6 % | |
FPI | 6 | 3 | 9 | 21 | 7 | 28 | 19 | 8 | 27 | 64 | 1,6 % | |
GROW | 11 | 2 | 13 | 12 | 9 | 21 | 22 | 12 | 34 | 68 | 1,7 % | |
HERA | 2 | 2 | 1 | 1 | 3 | 3 | 6 | 9 | 0,2 % | |||
HOME | 6 | 2 | 8 | 17 | 8 | 25 | 5 | 5 | 10 | 43 | 1,1 % | |
HR | 74 | 16 | 90 | 41 | 21 | 62 | 14 | 11 | 25 | 177 | 4,4 % | |
IAS | 1 | 1 | 2 | 1 | 1 | 2 | 3 | 3 | 7 | 0,2 % | ||
INTPA | 36 | 9 | 45 | 58 | 20 | 78 | 157 | 72 | 229 | 352 | 8,8 % | |
JRC | 72 | 23 | 95 | 50 | 53 | 103 | 387 | 456 | 843 | 1 041 | 26,0 % | |
JUST | 6 | 3 | 9 | 15 | 3 | 18 | 3 | 2 | 5 | 32 | 0,8 % | |
MARE | 3 | 2 | 5 | 14 | 12 | 26 | 12 | 2 | 14 | 45 | 1,1 % | |
MOVE | 17 | 2 | 19 | 12 | 9 | 21 | 7 | 4 | 11 | 51 | 1,3 % | |
NEAR | 24 | 5 | 29 | 60 | 26 | 86 | 61 | 33 | 94 | 209 | 5,2 % | |
OLAF | 3 | 3 | 7 | 1 | 8 | 1 | 4 | 5 | 16 | 0,4 % | ||
OP | 11 | 5 | 16 | 1 | 1 | 2 | 18 | 0,4 % | ||||
REFORM | 5 | 3 | 8 | 16 | 4 | 20 | 26 | 11 | 37 | 65 | 1,6 % | |
REGIO | 13 | 4 | 17 | 36 | 29 | 65 | 24 | 11 | 35 | 117 | 2,9 % | |
RTD | 15 | 4 | 19 | 25 | 10 | 35 | 105 | 76 | 181 | 235 | 5,9 % | |
SANTE | 31 | 4 | 35 | 9 | 3 | 12 | 23 | 15 | 38 | 85 | 2,1 % | |
SCIC | 26 | 11 | 37 | 5 | 5 | 42 | 1,0 % | |||||
SG | 6 | 7 | 13 | 10 | 6 | 16 | 2 | 7 | 9 | 38 | 0,9 % | |
SJ | 10 | 1 | 11 | 3 | 3 | 6 | 2 | 8 | 22 | 0,5 % | ||
TAXUD | 3 | 3 | 8 | 6 | 14 | 5 | 4 | 9 | 26 | 0,6 % | ||
TRADE | 12 | 2 | 14 | 9 | 5 | 14 | 3 | 1 | 4 | 32 | 0,8 % | |
TOTAAL | 578 | 144 | 722 | 636 | 363 | 999 | 1 275 | 1 011 | 2 286 | 4 007 | 100,0 % |
5. Arbeidscontractanten bij de overige instellingen en de agentschappen
a. Inleiding
Het aantal arbeidscontractanten dat voor de overige instellingen werkt, steeg tussen 2021 en 2022 met 1,08 %. Dit is een marginale stijging, die lager is dan de stijgingen van 12,09 % tussen 2020 en 2021 en 4,56 % tussen 2019 en 2020.
Voor de agentschappen bedraagt de stijging 9,08 %, wat ook lager is dan de stijging van 15,31 % tussen 2020 en 2021 en 12,10 % tussen 2019 en 2020.
Figuur 18 — Ontwikkelingen in de verdeling van arbeidscontractanten tussen de overige instellingen en agentschappen
b. Arbeidscontractanten bij de overige instellingen
De onderstaande tabellen bevatten de verdeling van arbeidscontractanten over de andere instellingen dan de Commissie.
Figuur 19 Verdeling van de arbeidscontractanten bij de overige instellingen in 2022
Figuur 20 — Verdeling bij de overige instellingen naar geslacht en functiegroep in 2022
FG I | FG II | FG III | FG IV | Totaal | |||||||||
V | M | Totaal | V | M | Totaal | V | M | Totaal | V | M | Totaal | ||
Europees Parlement | 227 | 814 | 1 041 | 168 | 48 | 216 | 288 | 255 | 543 | 245 | 169 | 414 | 2 214 |
Raad | 25 | 116 | 141 | 10 | 10 | 20 | 1 | 21 | 24 | 15 | 39 | 211 | |
Hof van Justitie van de Europese Unie | 3 | 81 | 84 | 8 | 9 | 17 | 36 | 18 | 54 | 17 | 7 | 24 | 179 |
Europese Rekenkamer | 5 | 36 | 41 | 15 | 2 | 17 | 8 | 4 | 12 | 16 | 5 | 21 | 91 |
Europese Dienst voor extern optreden | 11 | 19 | 30 | 140 | 14 | 154 | 66 | 93 | 159 | 117 | 137 | 254 | 597 |
Europees Economisch en Sociaal Comité | 8 | 12 | 20 | 8 | 3 | 11 | 7 | 1 | 8 | 8 | 1 | 9 | 48 |
Europees Comité van de Regio’s | 7 | 14 | 21 | 6 | 2 | 8 | 5 | 5 | 10 | 12 | 6 | 18 | 57 |
Europese Ombudsman | 1 | 1 | 2 | 1 | 1 | 2 | 2 | 4 | 7 | ||||
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming | 8 | 8 | 15 | 5 | 20 | 19 | 6 | 25 | 53 | ||||
Totaal-generaal | 286 | 1 092 | 1 378 | 364 | 79 | 443 | 446 | 382 | 828 | 460 | 348 | 808 | 3 457 |
Figuur 21 — Verdeling bij de overige instellingen naar nationaliteit in 2022
AT | BE | BG | CY | CZ | DE | DK | EE | ES | FI | FR | GR | HR | HU | IE | IT | LT | LU | LV | MT | NL | PL | PT | RO | SE | SI | SK | Andere | Totaal | |
Europees Parlement | 17 | 527 | 37 | 7 | 14 | 76 | 13 | 12 | 186 | 21 | 391 | 108 | 31 | 19 | 22 | 234 | 23 | 16 | 7 | 4 | 29 | 53 | 98 | 190 | 15 | 17 | 19 | 28 | 2 214 |
Raad | 2 | 71 | 3 | 1 | 5 | 2 | 22 | 2 | 18 | 7 | 2 | 4 | 37 | 1 | 1 | 1 | 1 | 11 | 8 | 6 | 1 | 1 | 2 | 2 | 211 | ||||
Hof van Justitie van de Europese Unie | 1 | 14 | 3 | 5 | 5 | 2 | 2 | 11 | 57 | 9 | 1 | 2 | 2 | 17 | 2 | 6 | 1 | 1 | 1 | 7 | 15 | 8 | 1 | 2 | 1 | 3 | 179 | ||
Europese Rekenkamer | 8 | 1 | 2 | 1 | 2 | 8 | 1 | 20 | 6 | 2 | 3 | 1 | 8 | 5 | 4 | 1 | 1 | 2 | 9 | 2 | 3 | 1 | 91 | ||||||
Europese Dienst voor extern optreden | 9 | 118 | 19 | 2 | 3 | 26 | 2 | 6 | 62 | 6 | 84 | 32 | 4 | 8 | 6 | 84 | 8 | 1 | 4 | 7 | 18 | 26 | 47 | 2 | 4 | 5 | 4 | 597 | |
Europees Economisch en Sociaal Comité | 1 | 13 | 1 | 5 | 1 | 4 | 3 | 11 | 2 | 3 | 3 | 1 | 48 | ||||||||||||||||
Europees Comité van de Regio’s | 16 | 1 | 2 | 5 | 1 | 8 | 1 | 3 | 1 | 1 | 1 | 10 | 1 | 1 | 3 | 1 | 1 | 57 | |||||||||||
Europese Ombudsman | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 2 | 7 | ||||||||||||||||||||||
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming | 9 | 4 | 2 | 4 | 8 | 7 | 9 | 1 | 1 | 4 | 2 | 1 | 1 | 53 | |||||||||||||||
Totaal-generaal | 30 | 777 | 66 | 12 | 25 | 122 | 18 | 25 | 307 | 31 | 584 | 175 | 39 | 35 | 36 | 410 | 39 | 28 | 14 | 7 | 40 | 100 | 162 | 259 | 19 | 27 | 29 | 41 | 3 457 |
c. Arbeidscontractanten bij de agentschappen
In de volgende figuur is te zien hoe het aantal arbeidscontractanten bij de agentschappen zich sinds 2013 heeft ontwikkeld.
Figuur 22a — Verdeling van de arbeidscontractanten naar soort agentschap in de periode 2013-2022
In 2022 werkte 53,7 % van de arbeidscontractanten bij een gedecentraliseerd agentschap, 41,5 % bij een uitvoerend agentschap en 4,7 % bij een gemeenschappelijke onderneming. Deze cijfers stemmen overeen met de waargenomen stijging van het relatieve aandeel aan arbeidscontractanten bij de gedecentraliseerde agentschappen en met een daling van het relatieve aandeel aan arbeidscontractanten bij de uitvoerende agentschappen en gemeenschappelijke ondernemingen.
Figuur 22b — Verdeling van de arbeidscontractanten naar soort agentschap in de periode 2013-2022
2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Gedecentraliseerde agentschappen | 44,6 % | 48,3 % | 40,8 % | 44,3 % | 47,2 % | 47,4 % | 49,1 % | 51,1 % | 52,0 % | 53,7 % |
Uitvoerende agentschappen | 48,5 % | 44,7 % | 52,0 % | 49,3 % | 46,2 % | 46,5 % | 44,9 % | 43,3 % | 43,1 % | 41,5 % |
Gemeenschappelijke ondernemingen | 6,9 % | 7,0 % | 7,2 % | 6,4 % | 6,6 % | 6,1 % | 6,0 % | 5,6 % | 4,9 % | 4,7 % |
De verdelingen naar functiegroep, geslacht en nationaliteit zien er als volgt uit.
Figuur 23 — Verdeling naar functiegroep in 2022
FG I | FG II | FG III | FG IV | Totaal | ||||||
Gedecentraliseerde agentschappen | 33 | 70,2 % | 223 | 41,4 % | 915 | 47,1 % | 1 942 | 59,5 % | 3 113 | 53,7 % |
Uitvoerende agentschappen | 14 | 29,8 % | 298 | 55,3 % | 919 | 47,3 % | 1 175 | 36,0 % | 2 406 | 41,5 % |
Gemeenschappelijke ondernemingen | 18 | 3,3 % | 109 | 5,6 % | 147 | 4,5 % | 274 | 4,7 % |
Figuur 24 — Verdeling naar functiegroep en geslacht in 2022
Figuur 25 — Verdeling naar nationaliteit in 2022
BIJLAGE 1
Rectificatie van het verslag van de Commissie over het inzetten van arbeidscontractanten in 2021: Tabel 25b — Verdeling naar nationaliteit in 2021
AT | BE | BG | CY | CZ | DE | DK | EE | EL | ES | FI | FR | HR | HU | IE | IT | LT | LU | LV | MT | NL | PL | PT | RO | SE | SI | SK | Andere | Totaal | |||
Gedecentraliseerde agentschappen | 72 | 88 | 10 | 41 | 96 | 16 | 31 | 276 | 330 | 60 | 183 | 46 | 90 | 33 | 401 | 58 | 2 | 36 | 21 | 84 | 264 | 144 | 221 | 39 | 29 | 39 | 30 | 2763 | |||
Berec-Bureau | Riga, LV | Bureau voor ondersteuning van Berec | 1 | 1 | 1 | 2 | 2 | 13 | 1 | 21 | |||||||||||||||||||||
CPVO | Angers, FR | Communautair Bureau voor plantenrassen | 1 | 2 | 2 | 5 | |||||||||||||||||||||||||
EU-OSHA | Bilbao, ES | Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 19 | 1 | 1 | 1 | 1 | 28 | ||||||||||||||||||
EASO | Valletta, MT | Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken | 2 | 3 | 4 | 1 | 1 | 2 | 28 | 9 | 1 | 8 | 3 | 4 | 1 | 65 | 3 | 15 | 5 | 5 | 3 | 1 | 1 | 1 | 166 | ||||||
EBA | Parijs, FR | Europese Bankautoriteit | 1 | 1 | 2 | 1 | 3 | 1 | 5 | 1 | 4 | 3 | 2 | 7 | 1 | 1 | 2 | 5 | 3 | 2 | 1 | 1 | 1 | 48 | |||||||
Frontex | Warschau, PL | Europees Grens- en kustwachtagentschap | 3 | 5 | 18 | 1 | 2 | 5 | 2 | 70 | 31 | 4 | 6 | 8 | 10 | 3 | 23 | 17 | 6 | 3 | 1 | 173 | 36 | 68 | 6 | 5 | 1 | 507 | |||
ECDC | Stockholm, SE | Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding | 1 | 4 | 1 | 7 | 1 | 2 | 8 | 3 | 4 | 8 | 2 | 1 | 10 | 4 | 1 | 1 | 11 | 6 | 12 | 30 | 2 | 1 | 120 | ||||||
Cedefop | Thessaloniki, EL | Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding | 16 | 1 | 1 | 18 | |||||||||||||||||||||||||
ECHA | Helsinki, FI | Europees Agentschap voor chemische stoffen | 1 | 1 | 7 | 1 | 1 | 3 | 1 | 12 | 13 | 38 | 10 | 1 | 3 | 2 | 9 | 2 | 2 | 5 | 4 | 10 | 1 | 2 | 4 | 133 | |||||
EEA | Kopenhagen, DK | Europees Milieuagentschap | 1 | 4 | 4 | 10 | 2 | 11 | 3 | 6 | 2 | 4 | 10 | 4 | 1 | 4 | 6 | 2 | 1 | 2 | 4 | 81 | |||||||||
EFCA | Vigo, ES | Europees Bureau voor visserijcontrole | 9 | 1 | 2 | 12 | |||||||||||||||||||||||||
EFSA | Parma, IT | Europese Autoriteit voor voedselveiligheid | 3 | 4 | 9 | 1 | 11 | 11 | 8 | 2 | 2 | 70 | 6 | 4 | 4 | 4 | 2 | 141 | |||||||||||||
Eurofound | Dublin, IE | Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden | 1 | 3 | 1 | 2 | 3 | 1 | 1 | 1 | 13 | ||||||||||||||||||||
EIGE | Vilnius, LT | Europees Instituut voor gendergelijkheid | 1 | 1 | 7 | 1 | 1 | 1 | 12 | ||||||||||||||||||||||
Eiopa | Frankfurt am Main, DE | Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen | 2 | 3 | 1 | 5 | 1 | 1 | 2 | 1 | 2 | 1 | 5 | 2 | 1 | 2 | 4 | 1 | 34 | ||||||||||||
ELA | Bratislava, SK | Europese Arbeidsautoriteit | 1 | 1 | 2 | 2 | 2 | 3 | 11 | ||||||||||||||||||||||
EMSA | Lissabon, PT | Europees Agentschap voor maritieme veiligheid | 5 | 1 | 2 | 1 | 3 | 9 | 1 | 5 | 1 | 1 | 20 | 1 | 50 | ||||||||||||||||
EMA | Amsterdam, NL | Europees Geneesmiddelenbureau | 3 | 5 | 11 | 1 | 2 | 6 | 1 | 2 | 22 | 30 | 15 | 5 | 9 | 3 | 35 | 5 | 1 | 2 | 10 | 11 | 10 | 2 | 2 | 5 | 7 | 205 | |||
EMCDDA | Lissabon, PT | Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving | 4 | 1 | 1 | 1 | 2 | 1 | 3 | 1 | 3 | 2 | 14 | 3 | 36 | ||||||||||||||||
EOM | Luxemburg, LU | Europees Openbaar Ministerie | 3 | 2 | 1 | 2 | 3 | 1 | 2 | 3 | 7 | 1 | 5 | 30 | |||||||||||||||||
ESMA | Parijs, FR | Europese Autoriteit voor effecten en markten | 1 | 2 | 1 | 1 | 4 | 9 | 3 | 1 | 21 | 1 | 3 | 1 | 20 | 1 | 2 | 2 | 6 | 1 | 4 | 1 | 85 | ||||||||
ETF | Turijn, IT | Europese Stichting voor opleiding | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 26 | 1 | 2 | 2 | 1 | 2 | 41 | |||||||||||||||
Eurojust | Den Haag, NL | Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken | 2 | 2 | 2 | 1 | 1 | 2 | 4 | 2 | 1 | 1 | 7 | 3 | 1 | 2 | 1 | 1 | 7 | 2 | 42 | ||||||||||
Enisa | Heraklion, EL | Agentschap van de Europese Unie voor cyberbeveiliging | 2 | 1 | 18 | 3 | 1 | 2 | 1 | 28 | |||||||||||||||||||||
FRA | Wenen, AT | Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten | 7 | 2 | 3 | 1 | 2 | 1 | 5 | 2 | 2 | 2 | 2 | 2 | 1 | 1 | 1 | 34 | |||||||||||||
Europol | Den Haag, NL | Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving | 5 | 8 | 2 | 2 | 7 | 19 | 20 | 4 | 10 | 3 | 11 | 3 | 23 | 5 | 1 | 58 | 9 | 17 | 26 | 1 | 1 | 1 | 1 | 237 | |||||
Cepol | Boedapest, HU | Agentschap van de Europese Unie voor opleiding op het gebied van rechtshandhaving | 1 | 1 | 5 | 2 | 3 | 27 | 3 | 2 | 3 | 1 | 7 | 3 | 58 | ||||||||||||||||
ERA | Valenciennes, FR | Spoorwegbureau van de Europese Unie | 10 | 1 | 1 | 2 | 1 | 10 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 2 | 1 | 3 | 1 | 37 | |||||||||||||
ACER | Ljubljana, SL | Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators | 2 | 1 | 1 | 3 | 3 | 2 | 4 | 2 | 1 | 5 | 2 | 9 | 35 | ||||||||||||||||
eu-LISA | Tallinn, EE; Straatsburg, FR | Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht | 2 | 2 | 5 | 2 | 2 | 14 | 17 | 6 | 1 | 21 | 1 | 2 | 2 | 8 | 5 | 2 | 2 | 1 | 11 | 1 | 107 | ||||||||
Euspa | Praag, CZ | Agentschap van de Europese Unie voor het ruimtevaartprogramma | 1 | 2 | 16 | 1 | 1 | 5 | 6 | 1 | 4 | 6 | 1 | 1 | 8 | 2 | 1 | 56 | |||||||||||||
EASA | Keulen, DE | Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart | 4 | 3 | 1 | 24 | 1 | 8 | 7 | 6 | 2 | 2 | 1 | 4 | 1 | 6 | 1 | 10 | 1 | 1 | 2 | 85 | |||||||||
EUIPO | Alicante, ES | Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie | 3 | 5 | 2 | 3 | 2 | 1 | 7 | 113 | 23 | 1 | 6 | 28 | 3 | 4 | 6 | 2 | 9 | 1 | 4 | 1 | 224 | ||||||||
CdT | Luxemburg, LU | Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie | 1 | 3 | 3 | 2 | 1 | 5 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 2 | 1 | 23 | |||||||||||||||
Uitvoerende agentschappen | 13 | 455 | 84 | 9 | 16 | 67 | 2 | 5 | 24 | 221 | 242 | 13 | 211 | 24 | 37 | 13 | 412 | 32 | 4 | 7 | 5 | 21 | 99 | 54 | 176 | 13 | 10 | 18 | 2 287 | ||
Cinea | Brussel, BE | Europees Uitvoerend Agentschap klimaat, infrastructuur en milieu | 4 | 50 | 7 | 3 | 3 | 8 | 1 | 4 | 42 | 47 | 4 | 37 | 8 | 3 | 1 | 64 | 10 | 1 | 4 | 24 | 7 | 24 | 3 | 2 | 3 | 364 | |||
EACEA | Brussel, BE | Europees Uitvoerend Agentschap onderwijs en cultuur | 2 | 97 | 8 | 1 | 2 | 15 | 5 | 18 | 28 | 4 | 44 | 1 | 5 | 2 | 70 | 6 | 2 | 1 | 4 | 7 | 9 | 12 | 1 | 1 | 6 | 351 | |||
Hadea | Brussel, BE | Europees Uitvoerend Agentschap voor gezondheid en digitaal beleid | 3 | 27 | 11 | 1 | 4 | 8 | 1 | 5 | 29 | 32 | 18 | 4 | 3 | 1 | 49 | 6 | 1 | 3 | 12 | 10 | 22 | 1 | 1 | 252 | |||||
Eismea | Brussel, BE | Europees Uitvoerend Agentschap Innovatieraad en het mkb | 1 | 48 | 16 | 4 | 8 | 3 | 21 | 24 | 28 | 4 | 2 | 4 | 42 | 4 | 1 | 2 | 1 | 5 | 14 | 8 | 25 | 4 | 3 | 3 | 275 | ||||
ERCEA | Brussel, BE | Uitvoerend Agentschap Europese Onderzoeksraad | 2 | 93 | 13 | 2 | 11 | 1 | 1 | 3 | 36 | 30 | 37 | 3 | 13 | 2 | 55 | 3 | 1 | 4 | 12 | 7 | 36 | 1 | 1 | 2 | 369 | ||||
REA | Brussel, BE | Europees Uitvoerend Agentschap onderzoek | 1 | 140 | 29 | 2 | 3 | 17 | 3 | 4 | 75 | 81 | 5 | 47 | 4 | 11 | 3 | 132 | 3 | 1 | 2 | 4 | 30 | 13 | 57 | 4 | 2 | 3 | 676 | ||
Gemeenschappelijke ondernemingen | 0 | 20 | 3 | 0 | 2 | 10 | 0 | 1 | 2 | 6 | 90 | 1 | 30 | 2 | 19 | 2 | 33 | 1 | 0 | 0 | 0 | 2 | 5 | 9 | 18 | 1 | 1 | 3 | 261 | ||
CBE JU | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming “Een circulair biogebaseerd Europa” | 1 | 2 | 1 | 4 | 1 | 9 | |||||||||||||||||||||||
CAJU | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming “Schone luchtvaart” | 1 | 1 | 2 | 1 | 5 | ||||||||||||||||||||||||
CHP | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming “Schone waterstof” | 1 | 1 | 2 | ||||||||||||||||||||||||||
EU-RAIL | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming “Europese spoorwegen” | 4 | 1 | 1 | 4 | 1 | 1 | 1 | 13 | |||||||||||||||||||||
EuroHPC | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming Europese high-performance computing | 1 | 2 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 2 | 11 | |||||||||||||||||||
EIT | Boedapest, HU | Europees Instituut voor innovatie en technologie | 1 | 1 | 1 | 13 | 1 | 1 | 1 | 2 | 21 | ||||||||||||||||||||
F4E | Barcelona, ES | Gemeenschappelijke Onderneming Fusion for Energy | 7 | 1 | 2 | 8 | 1 | 1 | 80 | 1 | 16 | 1 | 3 | 1 | 25 | 1 | 1 | 2 | 6 | 7 | 1 | 3 | 168 | ||||||||
IHI JU | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming “Initiatief voor innovatieve gezondheidszorg” | 1 | 1 | 3 | 2 | 1 | 2 | 3 | 13 | |||||||||||||||||||||
KDT JU | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming “Digitale sleuteltechnologieën” | 6 | 3 | 2 | 5 | 1 | 1 | 18 | ||||||||||||||||||||||
SESAR | Brussel, BE | Gemeenschappelijke Onderneming SESAR | 1 | 1 | |||||||||||||||||||||||||||
36 | 547 | 175 | 19 | 59 | 173 | 18 | 37 | 503 | 662 | 74 | 424 | 72 | 146 | 48 | 846 | 91 | 6 | 43 | 26 | 107 | 368 | 207 | 415 | 53 | 40 | 65 | 51 | 5 311 |
BIJLAGE 2
Lijst met directoraten-generaal, diensten en bureaus van de Europese Commissie op 31 december 2022
1. AGRI: Landbouw en Plattelandsontwikkeling
2. BUDG: Begroting
3. CdP-OSP: Personeelscomité — representatieve vak- en beroepsorganisaties
4. CLIMA: Klimaat
5. CNECT: Communicatienetwerken, Inhoud en Technologie
6. COMM: Communicatie
7. COMP: Concurrentie
8. DEFIS: Defensie-industrie en Ruimtevaart
9. DGT: Vertaling
10. DIGIT: Informatica
11. EAC: Onderwijs, Jongerenzaken, Sport en Cultuur
12. ECFIN: Economische en Financiële Zaken
13. ECHO: Europese Civiele Bescherming en Humanitaire Hulp (ECHO)
14. EMPL: Werkgelegenheid, Sociale Zaken en Inclusie
15. ENER: Energie
16. ENV: Milieu
17. EPSO: Europees Bureau voor personeelsselectie
18. ESTAT: Eurostat
19. FISMA: Financiële Stabiliteit, Financiële Diensten en Kapitaalmarktenunie
20. FPI: Dienst Instrumenten buitenlands beleid
21. GROW: Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf
22. HERA: Autoriteit voor paraatheid en respons inzake noodsituaties op gezondheidsgebied
23. HOME: Migratie en Binnenlandse Zaken
24. HR: Personele Middelen en Veiligheid
25. IAS: Dienst Interne Audit
26. INTPA: Internationale partnerschappen (Internationale Samenwerking en Ontwikkeling (DEVCO) in 2020)
27. JRC: Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek
28. JUST: Justitie en Consumentenzaken
29. MARE: Maritieme Zaken en Visserij
30. MOVE: Mobiliteit en Vervoer
31. NEAR: Nabuurschapsbeleid en Uitbreidingsonderhandelingen
32. OIB: Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel
33. OIL: Bureau voor infrastructuur en logistiek in Luxemburg
34. OLAF: Europees Bureau voor fraudebestrijding
35. OP: Publicatiebureau
36. PMO: Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten
37. REFORM: Steun voor structurele hervormingen
38. REGIO: Regionaal Beleid en Stadsontwikkeling
39. RTD: Onderzoek en Innovatie
40. SANTE: Gezondheid en Voedselveiligheid
41. SCIC: Tolken
42. SG: Secretariaat-generaal
43. SJ: Juridische dienst
44. TAXUD: Belastingen en Douane-unie
45. TRADE: Handel
1 “De instellingen van de Unie zijn: het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, de Europese Commissie (hierna “de Commissie” te noemen), het Hof van Justitie van de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, de Rekenkamer.”
2 “Tenzij in dit Statuut anders is aangegeven, zijn: a) de Europese dienst voor extern optreden (hierna “EDEO” genoemd), b) het Europees Economisch en Sociaal Comité, c) het Comité van de Regio’s, d) de Europese ombudsman, en e) de Europees Toezichthouder voor gegevensbescherming voor de toepassing van dit Statuut gelijkgesteld met de instellingen van de Unie.”
3 “Deze definitie is ook van toepassing op de personen die zijn aangesteld door de organen van de Unie, op wie dit Statuut van toepassing is krachtens de besluiten waarbij zij zijn opgericht (hierna “organen” te noemen). Verwijzingen in dit Statuut naar de instellingen zijn ook van toepassing op de organen, tenzij in dit Statuut anders is bepaald.”
4 Zie artikel 187 VWEU.
5 De begrotingsgegevens (die elk jaar met de ontwerpbegroting aan de begrotingsautoriteit worden overgelegd — Werkdocument, delen II en III) bevatten een overzicht van het aantal arbeidscontractanten dat bij de EU werkzaam is op het moment dat de ontwerpbegroting wordt ingediend (onder wie de arbeidscontractanten die zijn aangeworven met behulp van bestemmingsontvangsten), dat wil zeggen het overzicht per 1 april van het jaar N-1 (waarbij N het jaar van de ontwerpbegroting is), de uitvoering van de begroting in het jaar N-2 en de kredietaanvragen met ramingen in voltijdequivalenten (vte) voor het jaar N. Dat verklaart dus eventuele verschillen in het aantal arbeidscontractanten tussen verschillende gegevensbronnen. Aangezien verschillende begrotingsonderdelen kredieten voor extern personeel omvatten zonder dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen de verschillende categorieën extern personeel, bevatten de begrotingscijfers een zo goed mogelijke raming op basis van de meest waarschijnlijke gemiddelde kosten en de verdeling over de categorieën.
6 Zie bijlage 2 voor de lijst met de volledige namen van de directoraten-generaal, diensten en bureaus op 31 december 2022.
7 De in dit punt opgenomen gegevens hebben betrekking op personeelsleden die werkzaam waren ten tijde van de momentopname. Daarom verschillen de totaalcijfers van de gegevens in de andere hoofdstukken.
NL NL