Bijlagen bij COM(2024)496 - - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2024)496 - . |
---|---|
document | COM(2024)496 |
datum | 21 oktober 2024 |
1.4. Het voorstel/initiatief betreft:
een nieuwe actie
een nieuwe actie na een proefproject/voorbereidende actie8
de verlenging van een bestaande actie
de samenvoeging of ombuiging van een of meer acties naar een andere/een nieuwe actie
1.5. Motivering van het voorstel/initiatief
1.5.1. Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien, met een gedetailleerd tijdschema voor de uitrol van het initiatief
De verordening moet kort na de vaststelling ervan, d.w.z. op de dag volgend op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie, volledig van toepassing zijn.
Onder voorbehoud van de goedkeuring van dit voorstel door de medewetgevers is de Commissie bereid de snelle goedkeuring van door de lidstaten overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EU) 2021/1060 ingediende verzoeken tot wijziging van het programma te faciliteren.
1.5.2. Toegevoegde waarde van de deelname van de EU (deze kan het resultaat zijn van verschillende factoren, bijvoorbeeld coördinatiewinst, rechtszekerheid, grotere doeltreffendheid of complementariteit). Voor de toepassing van dit punt wordt onder “toegevoegde waarde van het optreden van de EU” verstaan de waarde die het optreden van de Unie oplevert boven op de waarde die door een optreden van alleen de lidstaten zou zijn gecreëerd.
Het voorstel maakt het mogelijk de uitvoering van de programma’s voort te zetten, geld in de economie te pompen en tegelijkertijd de druk op de overheidsuitgaven te verminderen voor lidstaten die zijn getroffen door natuurrampen. Hetzelfde resultaat kan niet worden bereikt door maatregelen op nationaal niveau.
Recente natuurrampen rechtvaardigen de noodzaak om de capaciteit van de Unie te versterken om de lidstaten snel en doeltreffend te ondersteunen om hun inspanningen voor wederopbouw aan te vullen en de sociale en economische gevolgen voor de rechtstreeks getroffen bevolking te verzachten. De huidige bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 moeten worden aangevuld om de flexibiliteit bij de programmering van EFRO-middelen en het niveau van de financiële steun voor concrete acties voor herstel en wederopbouw na natuurrampen te vergroten, naast de middelen die beschikbaar zijn uit hoofde van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie, en om de lidstaten in staat te stellen middelen uit het ESF+ beschikbaar te stellen voor de financiering van werktijdverkorting zonder dat actieve maatregelen nodig zijn voor werknemers en zelfstandigen die door natuurrampen zijn getroffen, en voor de verstrekking van voedselhulp en fundamentele materiële bijstand zonder begeleidende maatregelen.
1.5.3. Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan
De EU heeft de afgelopen jaren wijzigingen in de regelgeving aangenomen om de inzet van EU-middelen te versnellen; CARE en FAST-CARE zijn voorbeelden van gerichte veranderingen van de fondsen in het kader van het cohesiebeleid om opkomende crises het hoofd te bieden.
Bij het opstellen van dit voorstel is rekening gehouden met deze ervaringen en met de STEP-verordening.
1.5.4. Verenigbaarheid met het meerjarig financieel kader en eventuele synergie met andere passende instrumenten
Deze verordening schept de noodzakelijke voorwaarden voor een doeltreffender en flexibeler gebruik van bestaande EFRO- en ESF+-middelen na natuurrampen zoals gedefinieerd in Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie of, in naar behoren gemotiveerde gevallen, als zodanig erkend door een bevoegde overheidsinstantie van een lidstaat. Dit vormt een aanvulling op de middelen die beschikbaar zijn uit hoofde van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie.
Dit voorstel is volledig verenigbaar met het bestaande meerjarig financieel kader en de huidige instrumenten en vereist geen extra vastleggingskredieten om de doelstellingen te verwezenlijken.
1.5.5. Beoordeling van de verschillende beschikbare financieringsopties, waaronder mogelijkheden voor herschikking
1.6. Duur en financiële gevolgen van het voorstel/initiatief
beperkte geldigheidsduur
- financiële gevolgen vanaf 2025 tot en met 2027 voor vastleggingskredieten.
onbeperkte geldigheidsduur
- uitvoering met een opstartperiode vanaf JJJJ tot en met JJJJ,
- gevolgd door een volledige uitvoering.
1.7. Wijze(n) van uitvoering van de begroting9
Direct beheer door de Commissie
- door haar diensten, waaronder het personeel in de delegaties van de Unie
- door de uitvoerende agentschappen
Gedeeld beheer met de lidstaten
Indirect beheer door begrotingsuitvoeringstaken toe te vertrouwen aan:
- derde landen of de door hen aangewezen organen
- internationale organisaties en hun agentschappen (geef aan welke)
- de Europese Investeringsbank en het Europees Investeringsfonds
- de in de artikelen 70 en 71 van het Financieel Reglement bedoelde organen
- publiekrechtelijke organen
- privaatrechtelijke organen met een openbaredienstverleningstaak, voor zover zij zijn voorzien van voldoende financiële garanties
- privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die zijn voorzien van voldoende financiële garanties
- organen waaraan of personen aan wie de uitvoering van specifieke maatregelen op het gebied van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid in het kader van titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie is toevertrouwd en die worden genoemd in de betrokken basishandeling
- in een lidstaat gevestigde organen die onder het privaatrecht van een lidstaat of onder het Unierecht vallen en die in aanmerking komen om overeenkomstig sectorspecifieke regelgeving te worden belast met de uitvoering van middelen van de Unie of begrotingsgaranties, voor zover dergelijke organen onder zeggenschap staan van publiekrechtelijke organen of privaatrechtelijke organen met een openbaredienstverleningstaak, en beschikken over voldoende financiële garanties in de vorm van hoofdelijke aansprakelijkheid van de controlerende organen of gelijkwaardige financiële garanties, die voor elke actie beperkt kunnen blijven tot het maximumbedrag van de steun van de Unie.
2. BEHEERSMAATREGELEN
2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen
De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
2.2. Beheers- en controlesyste(e)m(en)
2.2.1. Rechtvaardiging van de voorgestelde wijzen van uitvoering van de begroting, uitvoeringsmechanismen voor financiering, betalingsvoorwaarden en controlestrategie
De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
2.2.2. Informatie over de geïdentificeerde risico’s en het (de) systeem (systemen) voor interne controle dat is (die zijn) opgezet om die risico’s te beperken
De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
2.2.3. Raming en motivering van de kosteneffectiviteit van de controles (verhouding van de controlekosten tot de waarde van de desbetreffende financiële middelen) en evaluatie van het verwachte foutenrisico (bij betaling en bij afsluiting)
De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden
N.v.t.
3. GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF
3.1. Rubriek(en) van het meerjarig financieel kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven
- Bestaande begrotingsonderdelen
In volgorde van de rubrieken van het meerjarig financieel kader en de begrotingsonderdelen.
Rubriek van het meerjarig financieel kader | Begrotingsonderdeel | Soort uitgave | Bijdrage | |||
Nummer | GK/NGK10 | van EVA-landen11 | van kandidaat-lidstaten en aspirant-kandidaten12 | van andere derde landen | andere bestemmings-ontvangsten | |
2a | 05.02.01 Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) Beleidsuitgaven 07.02.01 Europees Sociaal Fonds Plus (ESF+) Beleidsuitgaven | GK | NEE | NEE | NEE | NEE |
- Vereiste nieuwe begrotingsonderdelen – n.v.t.
3.2. Geraamde financiële gevolgen van het voorstel inzake kredieten
3.2.1. Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de beleidskredieten
- Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig
- Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven
3.2.1.1. Kredieten uit goedgekeurde begroting
in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Rubriek van het meerjarig financieel kader | Nummer | 2a |
DG: REGIO | Jaar | Jaar | Jaar | Jaar | TOTAAL MFK 2021-2027 | ||
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||||
Beleidskredieten | |||||||
05.02.01 Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) Beleidsuitgaven | Vastleggingen | (1a) | 0,000 | ||||
Betalingen | (2a) | 2 070,000 | 3 003,600 | -5 073,600 | 0,000 | ||
TOTAAL kredieten voor DG REGIO | Vastleggingen | =1a+1b +3 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Betalingen | =2a+2b +3 | 0,000 | 2 070,000 | 3 003,600 | -5073,600 | 0,000* |
De aanvullende voorfinancieringsbetalingen voor het EFRO in 2025 (2 070,0 miljoen EUR) en het effect van de medefinanciering van 100 % (3 003,6 miljoen EUR in 2026) zullen leiden tot vervroegde betalingen vanaf 2027 en zullen gedurende de looptijd van het MFK 2021-27 begrotingsneutraal zijn. De bedragen in bovenstaande tabel zijn ramingen van de verwachte herprogrammering door de lidstaten van een bedrag van 10 miljard EUR, terwijl de definitieve bedragen die in het kader van het EFRO moeten worden betaald, zullen afhangen van de programmeringsbesluiten van de lidstaten en volledig zullen worden gefinancierd uit MFK-middelen.
DG: EMPL | Jaar | Jaar | Jaar | Jaar | TOTAAL MFK 2021-2027 | ||
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||||
Beleidskredieten | |||||||
07.02.01 | Vastleggingen | (1a) | 0,000 | ||||
Betalingen | (2a) | 0 | 930 | 1 000 | -1 930 | 0,000 | |
Begrotingsonderdeel | Vastleggingen | (1b) | 0,000 | ||||
Betalingen | (2b) | 0,000 | |||||
Uit het budget van specifieke programma’s gefinancierde administratieve kredieten13 | |||||||
Begrotingsonderdeel | (3) | 0,000 | |||||
TOTAAL kredieten voor DG EMPL | Vastleggingen | =1a+1b +3 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Betalingen | =2a+2b +3 | 0,000 | 930 | 1 000 | -1 930 | 0,000 |
De aanvullende voorfinancieringsbetalingen voor het ESF+ in 2025 (930 miljoen EUR) en het effect van de medefinanciering van 100 % (1 000 miljoen EUR in 2026) zullen leiden tot vervroegde betalingen vanaf 2027 en zullen gedurende de looptijd van het MFK 2021-2027 begrotingsneutraal zijn. De bedragen in bovenstaande tabel zijn ramingen van de verwachte herprogrammering door de lidstaten van een totaal bedrag van 10 miljard EUR, terwijl de definitieve bedragen die in het kader van het ESF+ moeten worden betaald, zullen afhangen van de programmeringsbesluiten van de lidstaten en volledig zullen worden gefinancierd uit MFK-middelen.
Jaar | Jaar | Jaar | Jaar | TOTAAL MFK 2021-2027 | |||
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||||
TOTAAL beleidskredieten | Vastleggingen | (4) | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Betalingen | (5) | 0,000 | 3 000,000 | 4 003,600 | -7 003,600 | 0,000 | |
TOTAAL uit het budget van specifieke programma’s gefinancierde administratieve kredieten | (6) | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | |
TOTAAL kredieten onder RUBRIEK 2a | Vastleggingen | =4+6 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
van het meerjarig financieel kader | Betalingen | =5+6 | 0,000 | 3 000,000 | 4 003,600 | -7 003,600 | 0,000 |
Jaar | Jaar | Jaar | Jaar | TOTAAL MFK 2021-2027 | ||||
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | |||||
• TOTAAL beleidskredieten (alle beleidsrubrieken) | Vastleggingen | (4) | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | |
Betalingen | (5) | 0,000 | 3 000,000 | 4 003,600 | -7 003,600 | 0,000 | ||
• TOTAAL uit het budget van specifieke programma’s gefinancierde administratieve kredieten (alle beleidsrubrieken) | (6) | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | ||
TOTAAL kredieten onder de rubrieken 1 tot en met 6 | Vastleggingen | =4+6 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | |
van het meerjarig financieel kader (referentiebedrag) | Betalingen | =5+6 | 0,000 | 3 000,000 | 4 003,600 | -7 003,600 | 0,000 |
in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Jaar | Jaar | Jaar | Jaar | TOTAAL MFK 2021-2027 | ||
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | |||
TOTAAL kredieten onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 7 | Vastleggingen | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
van het meerjarig financieel kader | Betalingen | 0,000 | 3 000,000 | 4 003,600 | -7 003,600 | 0,000 |
3.2.3. Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten
- Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig
- Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:
3.2.3.1. Kredieten uit goedgekeurde begroting
GOEDGEKEURDE KREDIETEN | Jaar | Jaar | Jaar | Jaar | TOTAAL 2021-2027 |
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||
RUBRIEK 7 | |||||
Personele middelen | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Andere administratieve uitgaven | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Subtotaal RUBRIEK 7 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Buiten RUBRIEK 7 | |||||
Personele middelen | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Andere administratieve uitgaven | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
Subtotaal buiten RUBRIEK 7 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
TOTAAL | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 | 0,000 |
3.2.4. Geraamde personeelsbehoeften
- Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig
- Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:
3.2.4.1. Gefinancierd uit goedgekeurde begroting
Raming in voltijdequivalenten (vte’s)14
GOEDGEKEURDE KREDIETEN | Jaar | Jaar | Jaar | Jaar | |
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||
Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen) | |||||
20 01 02 01 (centrale diensten en vertegenwoordigingen van de Commissie) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
20 01 02 03 (EU-delegaties) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
01 01 01 01 (onderzoek onder contract) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
01 01 01 11 (eigen onderzoek) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Ander begrotingsonderdeel (te vermelden) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
• Extern personeel (in vte’s) | |||||
20 02 01 (AC, END van de “totale financiële middelen”) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
20 02 03 (AC, AL, END en JPD in de EU-delegaties) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Admin. ondersteuning [XX.01.YY.YY] | - centrale diensten | 0 | 0 | 0 | 0 |
- EU-delegaties | 0 | 0 | 0 | 0 | |
01 01 01 02 (AC, END – onderzoek onder contract) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
01 01 01 12 (AC, END – eigen onderzoek) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Andere begrotingsonderdelen (te vermelden) – rubriek 7 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Andere begrotingsonderdelen (te vermelden) – buiten rubriek 7 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
TOTAAL | 0 | 0 | 0 | 0 |
3.2.6. Verenigbaarheid met het huidige meerjarig financieel kader
Het voorstel/initiatief:
- kan volledig worden gefinancierd door middel van herschikking binnen de relevante rubriek van het meerjarig financieel kader (MFK)
- hiervoor moet een beroep worden gedaan op de niet-toegewezen marge in de desbetreffende rubriek van het MFK en/of op de speciale instrumenten zoals gedefinieerd in de MFK-verordening
- hiervoor is een herziening van het MFK nodig
3.2.7. Bijdragen van derden
Het voorstel/initiatief:
- voorziet niet in medefinanciering door derden
- voorziet in medefinanciering door derden, zoals hieronder wordt geraamd:
Kredieten in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Jaar 2024 | Jaar 2025 | Jaar 2026 | Jaar 2027 | Totaal | |
Medefinancieringsbron | |||||
TOTAAL medegefinancierde kredieten |
3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten
- Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten
- Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:
- voor de eigen middelen
- voor overige ontvangsten
- geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven
in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)
Begrotingsonderdeel voor ontvangsten: | Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredieten | Gevolgen van het voorstel/initiatief15 | |||
Jaar 2024 | Jaar 2025 | Jaar 2026 | Jaar 2027 | ||
Artikel …………. |
Vermeld voor de toegewezen ontvangsten het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.
N.v.t.
Andere opmerkingen (bv. over de methode/formule voor de berekening van de gevolgen voor de ontvangsten of andere informatie).
4. DIGITALE DIMENSIES
4.1. Voorschriften met digitale relevantie
Deze verordening bevat geen aanvullende voorschriften met digitale relevantie. De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing en omvatten voorschriften met digitale relevantie op het gebied van gegevensverzameling, -overdracht, -opslag en -uitwisseling.
4.2. Gegevens
Deze verordening bevat geen aanvullende voorschriften met digitale relevantie voor het verzamelen, verwerken, genereren, uitwisselen of delen van gegevens. De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
4.3. Digitale oplossingen
Deze verordening bevat geen aanvullende voorschriften waarvoor een digitale oplossing vereist is. De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
4.4. Interoperabiliteitsbeoordeling
Deze verordening bevat geen aanvullende voorschriften met digitale relevantie die betrekking hebben op digitale overheidsdiensten. De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
4.5. Maatregelen ter ondersteuning van de digitale uitvoering
Deze verordening bevat geen aanvullende voorschriften met digitale relevantie waarvoor specifieke uitvoeringsmaatregelen nodig zijn. De bepalingen van Verordening (EU) 2021/1060 zijn van toepassing.
1PB C, [...], blz. [...].
2PB C, [...], blz. [...].
3Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s – De Europese Green Deal (COM(2019) 640 final).
4Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s “Een klimaatveerkrachtig Europa tot stand brengen — de nieuwe EU-strategie voor aanpassing aan de klimaatverandering” (COM(2021) 82 final).
5Verordening (EU) 2021/1058 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en het Cohesiefonds (PB L 231 van 30.6.2021, blz. 60, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2021/1058/oj).
6Verordening (EU) 2021/1057 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 tot oprichting van het Europees Sociaal Fonds Plus (ESF+) en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1296/2013 (PB L 231 van 30.6.2021, blz. 21, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2021/1057/oj).
7Verordening (EU) 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid (PB L 231 van 30.6.2021, blz. 159, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2021/1060/oj).
8In de zin van artikel 58, lid 2, punt a) of b), van het Financieel Reglement.
9Nadere gegevens over de wijzen van uitvoering van de begroting en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BUDGpedia: https://myintracomm.ec.europa.eu/corp/budget/financial-rules/budget-implementation/Pages/implementation-methods.aspx.
10GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten.
11EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
12Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, aspirant-kandidaten van de Westelijke Balkan.
13Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma’s en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek onder contract, eigen onderzoek.
14Specificeer onder de tabel hoeveel vte’s binnen het aangegeven aantal reeds zijn toegewezen voor het beheer van de actie en/of binnen uw DG kunnen worden heringezet en wat uw netto behoeften zijn.
15Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 20 % aan inningskosten.
NL NL