Verordening 2005/940 - Mate waarin aan de aanvragen voor uitvoercertificaten in de sector slachtpluimvee kan worden voldaan - Hoofdinhoud
21.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 158/16 |
VERORDENING (EG) Nr. 940/2005 VAN DE COMMISSIE
van 20 juni 2005
tot vaststelling van de mate waarin aan de aanvragen voor uitvoercertificaten in de sector slachtpluimvee kan worden voldaan
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1372/95 van de Commissie van 16 juni 1995 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de regeling van uitvoercertificaten in de sector slachtpluimvee (1) en met name op artikel 3, lid 4,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 1372/95 is voorzien in bijzondere maatregelen die worden getroffen wanneer de aanvragen voor uitvoercertificaten betrekking hebben op hoeveelheden en/of uitgaven die, in de betrokken periode, de normale afzet, rekening houdend met de in artikel 8, lid 11, van Verordening (EEG) nr. 2777/75 van de Raad (2) bedoelde maxima, en/of de desbetreffende uitgaven overschrijden of dreigen te overschrijden. |
(2) |
De markt voor bepaalde producten van de sector slachtpluimvee wordt gekenmerkt door een onzekere situatie. In verband met het feit dat de restituties voor deze producten op zeer korte termijn worden gewijzigd, zouden met speculatieve doeleinden uitvoercertificaten kunnen worden aangevraagd. De afgifte van certificaten voor de van 13 tot en met 17 juni en op 20 juni 2005 aangevraagde hoeveelheden zou tot gevolg kunnen hebben dat de hoeveelheden worden overschreden die overeenkomen met de normale afzet van de betrokken producten. De aanvragen waarvoor voor de betrokken producten nog geen uitvoercertificaten zijn afgegeven, dienen te worden afgewezen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor aanvragen voor uitvoercertificaten die op grond van Verordening (EG) nr. 1372/95 in de sector slachtpluimvee worden ingediend, geldt dat er geen gevolg wordt gegeven aan de aanvragen van 13 tot en met 17 juni en van 20 juni 2005 die in behandeling zijn en waarvoor de certificaten respectievelijk op 22 en 29 juni 2005 hadden moeten worden afgegeven voor de in bijlage I bij genoemde verordening bedoelde categorie.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 21 juni 2005.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 20 juni 2005.
Voor de Commissie
-
J.M. SILVA RODRÍGUEZ
Directeur-generaal Landbouw en plattelandsontwíkkeling
-
PB L 133 van 17.6.1995, blz. 26. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1383/2001 (PB L 186 van 7.7.2001, blz. 26).
-
PB L 282 van 1.11.1975, blz. 77. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 806/2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.