Verordening 2005/2038 - Regels voor het beheer en de verdeling van bepaalde krachtens Verordening 517/94 voor 2006 ingestelde kwantitatieve contingenten voor textielproducten - Hoofdinhoud
15.12.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 328/27 |
VERORDENING (EG) Nr. 2038/2005 VAN DE COMMISSIE
van 14 december 2005
tot vaststelling van bijzondere regels voor het beheer en de verdeling van bepaalde krachtens Verordening (EG) nr. 517/94 van de Raad voor 2006 ingestelde kwantitatieve contingenten voor textielproducten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 517/94 van de Raad van 7 maart 1994 betreffende een gemeenschappelijke regeling voor de invoer van textielproducten uit bepaalde derde landen, die niet vallen onder bilaterale overeenkomsten, protocollen of andere regelingen, noch onder een andere, bijzondere, communautaire regeling (1), en met name op artikel 17, leden 3 en 6, en artikel 21, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 517/94 zijn kwantitatieve restricties ingesteld voor de invoer van bepaalde textielproducten van oorsprong uit bepaalde derde landen, die worden toegewezen in chronologische volgorde van binnenkomst van de kennisgevingen van de lidstaten. |
(2) |
Overeenkomstig de genoemde verordening is het in bepaalde omstandigheden mogelijk om bij de toewijzing van hoeveelheden andere methoden toe te passen, het contingent in tranches te verdelen of een aandeel van een specifiek kwantitatief maximum te reserveren voor aanvragen die door bewijzen van eerdere invoerprestaties worden gestaafd. |
(3) |
Om de continuïteit van het handelsverkeer niet te verstoren, dienen de regels voor het beheer van de kwantitatieve contingenten voor 2006 vóór aanvang van het contingentjaar te worden aangepast. |
(4) |
De in voorgaande jaren goedgekeurde maatregelen, zoals die vervat in Verordening (EG) nr. 2171/2004 van de Commissie van 17 december 2004 tot vaststelling van bijzondere regels voor het beheer en de verdeling van bepaalde krachtens Verordening (EG) nr. 517/94 van de Raad voor 2005 ingestelde kwantitatieve contingenten voor textielproducten (2), hebben tot een bevredigend resultaat geleid en het is derhalve passend soortgelijke regels goed te keuren voor 2006. |
(5) |
Om aan de behoeften van een zo groot mogelijk aantal bedrijven te voldoen, verdient het aanbeveling om de methode van toewijzing op grond van de chronologische volgorde van binnenkomst van de kennisgevingen van de lidstaten flexibeler te maken door de hoeveelheden die op grond van deze methode per bedrijf kunnen worden toegewezen, tot een maximumhoeveelheid te beperken. |
(6) |
Om de continuïteit van het handelsverkeer zoveel mogelijk te waarborgen en om een doelmatig beheer van de contingenten mogelijk te maken, is het wenselijk toe te staan dat bedrijven een eerste aanvraag voor een invoervergunning voor 2006 indienen voor de hoeveelheid producten die zij in 2005 hebben ingevoerd. |
(7) |
Met het oog op een optimale benutting van de contingenten dient te worden bepaald dat elk bedrijf, na gebruik van ten minste 50 % van een vergunning, een nieuwe aanvraag voor een vergunning kan indienen voor een bijkomende hoeveelheid, voor zover het contingent niet is uitgeput. |
(8) |
Met het oog op een goed beheer van de contingenten is het dienstig de geldigheidsduur van de invoervergunningen vast te stellen op negen maanden vanaf de datum van afgifte, met dien verstande dat zij niet langer geldig zijn dan tot het einde van het jaar. De lidstaten geven de invoervergunningen niet af dan nadat zij van de Commissie hebben vernomen dat hoeveelheden beschikbaar zijn, en uitsluitend indien het betrokken bedrijf het bestaan van een contract kan aantonen en, bij afwezigheid van een specifieke verklaring van het tegendeel, schriftelijk verklaart dat het binnen de Gemeenschap niet reeds eerder op grond van deze verordening een invoervergunning voor de betrokken categorie en het betrokken land heeft verkregen. De bevoegde nationale autoriteiten mogen de geldigheidsduur van vergunningen echter op verzoek van de betrokken importeurs verlengen met drie maanden, doch uiterlijk tot en met 31 maart 2007, indien de vergunningen op de datum van de aanvraag van de verlenging reeds voor ten minste 50 % zijn benut. |
(9) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Textielcomité dat is opgericht krachtens artikel 25 van Verordening (EG) nr. 517/94, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Deze verordening beoogt regels vast te stellen voor het beheer van kwantitatieve contingenten voor de invoer van bepaalde textielproducten, genoemd in de bijlagen III B en IV bij Verordening (EG) nr. 517/94, voor 2006.
Artikel 2
De in artikel 1 bedoelde contingenten worden toegewezen in chronologische volgorde van binnenkomst van de kennisgevingen van de lidstaten bij de Commissie. In deze kennisgevingen zijn de hoeveelheden aangegeven die de bedrijven hebben aangevraagd en die per bedrijf de in bijlage I aangegeven maximumhoeveelheden niet mogen overschrijden.
De maximumhoeveelheden zijn echter niet van toepassing op bedrijven die, ten overstaan van de bevoegde nationale autoriteiten bij hun eerste aanvraag voor 2006, aan de hand van de hun in 2005 verleende invoervergunningen, kunnen aantonen, uit het betrokken derde land een grotere hoeveelheid van dezelfde categorie producten te hebben ingevoerd dan bovenbedoelde maximumhoeveelheid voor die categorie.
Voor die bedrijven kan de hoeveelheid die door de bevoegde autoriteiten kan worden toegestaan, binnen de grenzen van de beschikbare hoeveelheden, niet hoger zijn dan de in 2005 uit hetzelfde derde land ingevoerde hoeveelheid van dezelfde categorie.
Artikel 3
Een importeur die reeds 50 % van de hem op grond van deze verordening toegewezen hoeveelheid heeft benut, kan een nieuwe aanvraag indienen voor de invoer van producten van dezelfde categorie en uit hetzelfde land van oorsprong, voor hoeveelheden die de in bijlage I genoemde maximumhoeveelheden niet overschrijden.
Artikel 4
-
1.De in bijlage II opgenomen bevoegde nationale autoriteiten kunnen de Commissie in kennis stellen van de hoeveelheden waarvoor aanvragen voor invoervergunningen worden ingediend, met ingang van 4 januari 2006, 10.00 uur.
Met de in de eerste alinea vastgestelde tijd wordt plaatselijke tijd in Brussel bedoeld.
-
2.De bevoegde nationale autoriteiten geven de invoervergunningen niet af dan nadat zij van de Commissie hebben vernomen dat hoeveelheden voor invoer beschikbaar zijn, overeenkomstig artikel 17, lid 2, van Verordening (EG) nr. 517/94.
Zij geven de invoervergunningen slechts af indien het betrokken bedrijf
a) |
het bestaan kan aantonen van een contract voor de levering van de goederen, en |
b) |
schriftelijk verklaart, voor de betrokken categorie en het betrokken land:
|
-
3.De invoervergunningen zijn vanaf de datum van afgifte negen maanden geldig, echter uiterlijk tot en met 31 december 2006.
De bevoegde nationale autoriteiten kunnen echter, op verzoek van de betrokken importeur, de geldigheidsduur van een vergunning verlengen met drie maanden, indien de vergunning op het moment van de aanvraag voor verlenging voor ten minste 50 % was benut. Een dergelijke verlenging verstrijkt in geen geval na 31 maart 2007.
Artikel 5
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2006.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 14 december 2005.
Voor de Commissie
Peter MANDELSON
Lid van de Commissie
-
PB L 67 van 10.3.1994, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 931/2005 van de Commissie (PB L 162 van 23.6.2005, blz. 37).
BIJLAGE I
Maximumhoeveelheden, bedoeld in de artikelen 2 en 3
Land |
Categorie |
Eenheid |
Maximum |
Noord-Korea |
1 |
kilogram |
10 000 |
2 |
kilogram |
10 000 |
|
3 |
kilogram |
10 000 |
|
4 |
stuks |
10 000 |
|
5 |
stuks |
10 000 |
|
6 |
stuks |
10 000 |
|
7 |
stuks |
10 000 |
|
8 |
stuks |
10 000 |
|
9 |
kilogram |
10 000 |
|
12 |
paar |
10 000 |
|
13 |
stuks |
10 000 |
|
14 |
stuks |
10 000 |
|
15 |
stuks |
10 000 |
|
16 |
stuks |
10 000 |
|
17 |
stuks |
10 000 |
|
18 |
kilogram |
10 000 |
|
19 |
stuks |
10 000 |
|
20 |
kilogram |
10 000 |
|
21 |
stuks |
10 000 |
|
24 |
stuks |
10 000 |
|
26 |
stuks |
10 000 |
|
27 |
stuks |
10 000 |
|
28 |
stuks |
10 000 |
|
29 |
stuks |
10 000 |
|
31 |
stuks |
10 000 |
|
36 |
kilogram |
10 000 |
|
37 |
kilogram |
10 000 |
|
39 |
kilogram |
10 000 |
|
59 |
kilogram |
10 000 |
|
61 |
kilogram |
10 000 |
|
68 |
kilogram |
10 000 |
|
69 |
stuks |
10 000 |
|
70 |
stuks |
10 000 |
|
73 |
stuks |
10 000 |
|
74 |
stuks |
10 000 |
|
75 |
stuks |
10 000 |
|
76 |
kilogram |
10 000 |
|
77 |
kilogram |
5 000 |
|
78 |
kilogram |
5 000 |
|
83 |
kilogram |
10 000 |
|
87 |
kilogram |
10 000 |
|
109 |
kilogram |
10 000 |
|
117 |
kilogram |
10 000 |
|
118 |
kilogram |
10 000 |
|
142 |
kilogram |
10 000 |
|
151A |
kilogram |
10 000 |
|
151B |
kilogram |
10 000 |
|
161 |
kilogram |
10 000 |
|
Repbliek Montenegro, Kosovo (1) |
1 |
kilogram |
20 000 |
2 |
kilogram |
20 000 |
|
2a |
kilogram |
10 000 |
|
3 |
kilogram |
10 000 |
|
5 |
stuks |
10 000 |
|
6 |
stuks |
10 000 |
|
7 |
stuks |
10 000 |
|
8 |
stuks |
10 000 |
|
9 |
kilogram |
10 000 |
|
15 |
stuks |
10 000 |
|
16 |
stuks |
10 000 |
|
67 |
kilogram |
10 000 |
-
Met inbegrip van Kosovo, zoals gedefinieerd in Resolutie nr. 1244 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 10 juni 1999.
BIJLAGE II
Lijst van bureaus die vergunningen afgeven, zoals bedoeld in artikel 4
1. |
België
|
2. |
Cyprus
|
3. |
Tsjechië
|
4. |
Denemarken
|
5. |
Duitsland
|
6. |
Griekenland
|
7. |
Spanje
|
8. |
Estland
|
9. |
Frankrijk
|
10. |
Hongarije
|
11. |
Ierland
|
12. |
Italië
|
13. |
Letland
|
14. |
Litouwen
|
15. |
Luxemburg
|
16. |
Malta
|
17. |
Nederland
|
18. |
Polen
|
19. |
Portugal
|
20. |
Slowakije
|
21. |
Slovenië
|
22. |
Verenigd Koninkrijk
|
23. |
Oostenrijk
|
24. |
Zweden
|
25. |
Finland
|
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.