Besluit 2000/68 - Wijziging van het basisbesluit betreffende het programma Socrates met het oog op de opneming van Turkije in de lijst van in aanmerking komende landen - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
|
Besluit nr. 68/2000/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 1999 tot wijziging van het basisbesluit betreffende het programma Socrates met het oog op de opneming van Turkije in de lijst van in aanmerking komende landen
Publicatieblad Nr. L 010 van 14/01/2000 blz. 0001 - 0002
BESLUIT Nr. 68/2000/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 13 december 1999
tot wijziging van het basisbesluit betreffende het programma Socrates met het oog op de opneming van Turkije in de lijst van in aanmerking komende landen
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 149 en 150,
Gezien het voorstel van de Commissie(1),
Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité(2),
Gezien het advies van het Comité van de Regio's(3),
Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag(4),
-
(1)Overwegende dat het Europees Parlement en de Raad bij Besluit nr. 819/95/EG van 14 maart 1995 het communautaire actieprogramma Socrates hebben ingesteld waaraan Turkije niet deelneemt(5);
-
(2)Overwegende dat Turkije een geassocieerd land is waarvan de banden met de Gemeenschap aanzienlijk zijn versterkt door de inwerkingtreding van de definitieve fase van de douane-unie;
-
(3)Overwegende dat de door de douane-unie tot stand gebrachte economische en commerciële banden door middel van een nauwere samenwerking op het gebied van onderwijs, opleiding en jeugd moeten worden versterkt;
-
(4)Overwegende dat waarschijnlijk veel tijd zal verlopen tussen de in dit besluit vastgelegde wijziging van het besluit betreffende onderhavig programma met het oog op de opneming van Turkije en het einde van de onderhandelingen over de (met name financiële) voorwaarden voor de deelname van dit land enerzijds, en tussen het einde van deze onderhandelingen en de daadwerkelijke deelname van Turkije anderzijds;
-
(5)Overwegende echter dat een dergelijke principiële openstelling niet alleen een tastbare uiting is van de reeds herhaaldelijk geuite wens van de Europese Unie om te evolueren in de richting van sectorale samenwerking met dit land, maar het ook mogelijk maakt voor voorbereidende en bewustwordingsmaatregelen te zorgen met het oog op een volledige deelname aan onderhavig programma of aan een toekomstig kaderprogramma dat nog in voorbereiding is,
BESLUITEN:
Artikel 1
In artikel 7, lid 3, van Besluit nr. 819/95/EG wordt de tweede zin vervangen door de volgende tekst:
"Dit programma wordt opengesteld voor deelname van Cyprus, Malta en Turkije op basis van aanvullende kredieten en volgens procedures waarover met deze landen overeenstemming moet worden bereikt met als uitgangspunt de regels die ten aanzien van de EVA-landen worden toegepast en met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 van het Financieel Reglement zoals dit thans luidt.".
Artikel 2
Dit besluit is gericht op de volledige of gedeeltelijke deelname van Turkije aan het programma Socrates in zijn huidige vorm, voorzover de onderhandelingen dit mogelijk maken, alsmede op het lanceren van voorbereidende of bewustwordingsmaatregelen met het oog op deze deelname of de geplande deelname aan het toekomstige kaderprogramma (2000-2004) op de kortst mogelijke termijn.
Artikel 3
Doelstelling van de deelname van Turkije aan het programma Socrates is het mogelijk maken van daadwerkelijke uitwisselingen tussen de jongeren van beide partijen en hun begeleiders met eerbiediging van de verschillen in onderwijs, taal en cultuur, overeenkomstig artikel 149, lid 1, van het Verdrag, alsook met eerbiediging van de rechten van de minderheden.
Artikel 4
Het Europees Parlement wordt op de hoogte gehouden van de diverse maatregelen die voor de tenuitvoerlegging van dit besluit worden genomen.
Artikel 5
Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Gedaan te Brussel, 13 december 1999.
Voor het Europees Parlement
De Voorzitster
-
N.FONTAINE
Voor de Raad
De voorzitter
-
S.HASSI
-
(1)PB C 186 van 26.6.1996, blz. 8.
-
(2)PB C 158 van 26.5.1997, blz. 74.
-
(3)PB C 293 van 13.10.1999, blz. 23.
-
(4)Advies van het Europees Parlement van 25 februari 1999 (PB C 153 van 1.6.1999, blz. 19), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 12 juli 1999) (PB C 249 van 1.9.1999, blz. 1) en besluit van het Europees Parlement van 28 oktober 1999.
-
(5)PB L 87 van 20.4.1995, blz. 10.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.