Besluit 2022/2199 - Standpunt EU in het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap over de vaststelling van de begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2023

1.

Wettekst

11.11.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 292/50

 

BESLUIT (EU) 2022/2199 VAN DE RAAD

van 8 november 2022

betreffende het namens de Europese Unie in het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap in te nemen standpunt over de vaststelling van de begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2023

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91 en artikel 100, lid 2, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap (1) (het “verdrag”) is door de Unie ondertekend overeenkomstig Besluit (EU) 2017/1937 van de Raad (2). Het is namens de Unie op 4 maart 2019 bij Besluit (EU) 2019/392 van de Raad (3) goedgekeurd. Het verdrag is op 1 mei 2019 in werking getreden.

 

(2)

Op grond van artikel 35 van het verdrag dient het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap (het “stuurcomité”) jaarlijks de begroting van de Vervoersgemeenschap vast te stellen. In artikel 35 van het verdrag wordt aan het stuurcomité tevens de bevoegdheid verleend om besluiten vast te stellen waarin de procedures voor de tenuitvoerlegging van de begroting worden gespecificeerd.

 

(3)

Het stuurcomité dient tijdens zijn laatste vergadering van 2022 een besluit vast te stellen over de begroting van de Vervoersgemeenschap voor 2023.

 

(4)

De voorgestelde begroting van de Vervoersgemeenschap voor 2023 is nodig om de goede werking van de organen van de Vervoersgemeenschap te waarborgen. Ze dekt de uitgaven voor personeel, reiskosten, IT-apparatuur en software, alsook voor operationele uitgaven zoals studies, capaciteitsopbouw, technische bijstand en de organisatie van conferenties en vergaderingen.

 

(5)

Het is passend het standpunt vast te stellen dat namens de Unie in het stuurcomité moet worden ingenomen over het besluit betreffende de vaststelling van de begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2023, aangezien een dergelijk besluit noodzakelijk is voor de werking van het permanent secretariaat van de Vervoersgemeenschap en bindend zal zijn voor de Unie.

 

(6)

Het standpunt van de Unie in het stuurcomité moet bijgevolg gebaseerd worden op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het regionale stuurcomité van de Vervoersgemeenschap (het “stuurcomité”) over de vaststelling van de begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2023 wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het stuurcomité.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.

Gedaan te Brussel, 8 november 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

  • Z. 
    STANJURA
 

  • (2) 
    Besluit (EU) 2017/1937 van de Raad van 11 juli 2017 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie en de voorlopige toepassing van het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap (PB L 278 van 27.10.2017, blz. 1).
  • (3) 
    Besluit (EU) 2019/392 van de Raad van 4 maart 2019 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap (PB L 71 van 13.3.2019, blz. 1).
 

ONTWERP

BESLUIT Nr. …/2022 VAN HET REGIONAAL STUURCOMITÉ VAN DE VERVOERSGEMEENSCHAP

van …

inzake de vaststelling van de begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2023

HET REGIONAAL STUURCOMITÉ VAN DE VERVOERSGEMEENSCHAP,

Gezien het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap (1), en met name artikel 24, lid 1, en artikel 35,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De aan dit besluit gehechte begroting van de Vervoersgemeenschap voor het jaar 2023 wordt vastgesteld.

Artikel 2

  • 1. 
    Overeenkomstig artikel 10, lid 1, van de financiële regels en auditprocedures die van toepassing zijn op de Vervoersgemeenschap, mag in totaal maximaal 10 % van de kredieten die voor het jaar 2023 aan een bepaalde begrotingslijn zijn toegewezen, worden aangewend voor doeleinden die in de begroting aan een ander begrotingsonderdeel zijn gekoppeld. Dat geldt niet voor het begrotingsonderdeel personeelsuitgaven.
  • 2. 
    Kredieten die worden overgedragen met het oog op de nakoming van verplichtingen die eind 2022 zijn aangegaan, zoals aangegeven in de aan dit besluit gehechte begroting, komen niet in aanmerking voor het in lid 1 bedoelde gebruik. Zij worden niet in aanmerking genomen voor de berekening van het in lid 1 bedoelde maximum van 10 %.

Artikel 3

Kredieten die aan het einde van het begrotingsjaar 2022 niet zijn vastgelegd, worden geannuleerd en aan de partijen terugbetaald overeenkomstig de in bijlage V bij het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap vastgestelde percentages en de werkelijk betaalde bijdragen.

Gedaan te … op … 2022.

Voor het Regionaal Stuurcomité

van de Vervoersgemeenschap

De voorzitter

 

 

BEGROTING VAN DE VERVOERSGEMEENSCHAP VOOR HET JAAR 2023

 

Begrotingsonderdeel

Bedrag

(EUR)

1.

Permanent secretariaat

 

1.1.

Personeelskosten

1 502 097

1.2.

Reiskosten

119 220

1.3.

Kantoren, uitrusting en software

64 150

1.4.

Overige kosten en diensten, met inbegrip van:

 

uitbestede en andere diensten (audit, zichtbaarheid, personeelsopleiding, bankkosten),

 

kosten van vergaderingen & conferenties,

 

IT- en communicatiekosten,

 

rekruteringskosten.

543 117

1.5.

Studies, technische bijstand ter ondersteuning van de tenuitvoerlegging van het EU-acquis en actieplannen (1).

730 000

waarvan nieuwe kredieten

510 000

waarvan overgedragen begrotingskredieten in verband met verplichtingen die eind 2022 zijn aangegaan en waarvoor in 2023 betalingen verschuldigd zijn

220 000

2.

Ministerraad

 

2.1.

Kosten van vergaderingen & conferenties

28 000

3.

Regionaal Stuurcomité

 

3.1.

Kosten van vergaderingen & conferenties

18 560

4.

Technische comités

 

4.1.

Kosten van vergaderingen & conferenties

177 300

5.

Sociaal forum

 

5.1.

Kosten van vergaderingen & conferenties

10 800

6.

Begrotingscomité

 

6.1.

Kosten van vergaderingen & conferenties

5 720

Totaal nieuwe kredieten (exclusief reserve)

2 978 964

Reserve (ongeveer 3 % van de nieuwe kredieten)

81 036

Totaal nieuwe kredieten

3 060 000

Totaal overdrachten van 2022

220 000

Algemeen totaal

3 280 000

EU-bijdrage (80 % van de nieuwe kredieten)

2 448 000

Bijdrage van Zuidoost-Europese Partijen (20 % van de nieuwe kredieten: Bijlage V bij het Verdrag tot oprichting van de Vervoersgemeenschap bevat de verdeling per land).

612 000

 

  • (1) 
    Het totale bedrag wordt bepaald na afloop van de aanbestedingsprocedures en dienstencontracten die in het derde kwartaal van 2022 zijn ondertekend.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.