Uitvoeringsbesluit 2023/1533 - Erkenning van de eisen van het milieubeheersysteem Ecoprofit als zijnde in overeenstemming met de overeenkomstige eisen van het milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS) overeenkomstig artikel 45 van Verordening 1221/2009 - Hoofdinhoud
25.7.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 186/28 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2023/1533 VAN DE COMMISSIE
van 24 juli 2023
betreffende de erkenning van de eisen van het milieubeheersysteem Ecoprofit als zijnde in overeenstemming met de overeenkomstige eisen van het milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS) overeenkomstig artikel 45 van Verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van Verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie (1), en met name artikel 45, lid 4,
Na raadpleging van het bij artikel 49 van Verordening (EG) nr. 1221/2009 ingestelde comité,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Oostenrijk heeft op 9 mei 2022 overeenkomstig artikel 45, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1221/2009 een schriftelijk verzoek tot erkenning van het milieubeheersysteem Ecoprofit (Ökoprofit) bij de Commissie ingediend. Oostenrijk heeft vervolgens aanvullende informatie gezonden om de Commissie het nodige bewijsmateriaal te verstrekken zodat zij de gelijkwaardigheid van de relevante onderdelen van het milieubeheersysteem Ecoprofit met de eisen van Verordening (EG) nr. 1221/2009 kan beoordelen. |
(2) |
Op basis van het verzoek van Oostenrijk heeft de Commissie de gelijkwaardigheid beoordeeld van de volgende onderdelen van het milieubeheersysteem Ecoprofit (Ökoprofit) met de overeenkomstige eisen van Verordening (EG) nr. 1221/2009: i) de inzet van het hoogste leidinggevende niveau; ii) de beoordeling door het leidinggevende niveau; iii) de uitvoering van een milieuanalyse; iv) de vaststelling van een milieubeleid; v) het waarborgen van de naleving van de wettelijke eisen; vi) de vaststelling van de doelstellingen en het milieuprogramma om voortdurende verbetering te waarborgen; vii) de organisatiestructuur (taken en verantwoordelijkheden), de opleiding en de betrokkenheid van de werknemers; viii) de documentatievereisten; ix) logistiek beheer; x) paraatheid en reactie op noodsituaties; xi) interne audit en corrigerende maatregelen; xii) communicatie (intern en extern); xiii) accreditatie- of vergunningsvoorschriften voor de certificeringsinstanties. |
(3) |
Gezien de verantwoordelijkheden en de betrokkenheid van het hoogste leidinggevende niveau bij elke stap van het Ecoprofit-programma (Ökoprofit), moet het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “de inzet van het hoogste leidinggevende niveau” worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van de delen A.5.1, A.5.2 en B.2 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(4) |
Gezien het gebrek aan beoordeling door de het leidinggevende niveau of documentatie van de beoordeling door het leidinggevende niveau in het kader van het Ecoprofit-programma (Ökoprofit), mag het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “de beoordeling door het leidinggevende niveau” niet worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van deel A.9.3 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(5) |
Aangezien in het kader van het Ecoprofit-programma de belangrijkste milieuaspecten worden geïdentificeerd en geanalyseerd in het kader van de initiële raadpleging (eerste milieuaudit), maar in het programma onvoldoende rekening wordt gehouden met de indirecte milieuaspecten en niet alle EMAS-relevante elementen in aanmerking worden genomen en gedocumenteerd, moet het deel “de uitvoering van een milieuanalyse” van Ecoprofit (Ökoprofit) slechts ten dele worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van bijlage I en van deel A.6.1 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. Meer bepaald moeten de volgende onderdelen van het deel “de uitvoering van een milieuanalyse” van Ecoprofit (Ökoprofit) als gelijkwaardig worden erkend: i) bepaling van de organisatorische context; ii) identificatie van de belanghebbenden en bepaling van hun relevante behoeften en verwachtingen; iii) identificatie van de toepasselijke wettelijke milieueisen; iv) beoordeling van feedback die afkomstig is van het onderzoek van eerdere incidenten; v) bepaling en documentatie van risico’s en mogelijkheden; vi) onderzoek van bestaande processen, praktijken en procedures; maar moeten vii) identificatie van alle directe en indirecte milieuaspecten, en viii) beoordeling van het belang van de milieuaspecten niet als gelijkwaardig worden erkend. |
(6) |
Aangezien het hoogste leidinggevende niveau in Ecoprofit (Ökoprofit) het milieubeleid en de richtsnoeren met beginselen en een kader voor de vaststelling van milieudoelstellingen vaststelt en publiceert, moet het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) met betrekking tot “de vaststelling van een milieubeleid” worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van deel A.5.2 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(7) |
Aangezien het Ecoprofit-systeem (Ökoprofit) vereist dat organisaties aan de hand van de nodige materiële of schriftelijke bewijsstukken aantonen dat zij voldoen aan alle toepasselijke wettelijke milieueisen, moet het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) met betrekking tot “het waarborgen van de naleving van de wettelijke eisen” worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van artikel 4, lid 4, van en van delen A.6.1.3 en B.4 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(8) |
Aangezien de organisatie in het follow-upprogramma van Ecoprofit (Ökoprofit) de mogelijkheid heeft om de geschiktheid, adequaatheid en doeltreffendheid van het Ecoprofit-systeem voortdurend te verbeteren om de milieuprestaties te verbeteren en de voortdurende verbetering van de milieuprestaties elk jaar door deskundigen van de Ecoprofit-commissie aan een audit wordt onderworpen, moet het deel van Ecoprofit dat betrekking heeft op “de vaststelling van de doelstellingen en het milieuprogramma om voortdurende verbetering te waarborgen”, worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van deel A.10.3 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009, artikel 1 van, en deel B.1 van bijlage II bij die verordening en artikel 18, lid 2, punt c), en artikel 18, lid 7, punt b), van die verordening. |
(9) |
Aangezien in het kader van het Ecoprofit-programma (Ökoprofit) de beheerder van Ecoprofit wordt benoemd door het hoogste leidinggevende niveau en verantwoordelijk is voor de correcte uitvoering van het Ecoprofit-systeem, de Ecoprofit-beheerders deelnemen aan regelmatige opleidingen en workshops met betrekking tot de milieuprestaties van de organisaties en alle werknemers van de organisatie op alle niveaus betrokken zijn bij en actief kunnen deelnemen aan de regeling, moet het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “de organisatiestructuur […], de opleiding en de betrokkenheid van de werknemers” worden erkend als gelijkwaardig aan de vereisten van artikel 1 van en de delen A.5.3, A.7.2 en B.6 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(10) |
Aangezien het milieurapport van Ecoprofit documentatie over milieudoelstellingen, de milieuaspecten van de organisatie en een lijst van de uitgevoerde maatregelen bevat, maar de gebruikte criteria voor de beoordeling van het belang van de milieuaspecten van een organisatie noch de indirecte milieuaspecten gedocumenteerd zijn, mag het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “de documentatievereisten” niet worden erkend als zijnde in overeenstemming met de eisen van artikel 20 van en de delen A.4.4, A.6.2.1 en A.7.5 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(11) |
Aangezien de logistieke planning en het logistiek beheer niet of slechts gedeeltelijk door Ecoprofit (Ökoprofit) worden aangepakt, mag het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “logistiek beheer” niet worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van de delen A.6.1 en 6.2 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(12) |
Aangezien de paraatheid en reactie op noodsituaties niet of slechts gedeeltelijk door Ecoprofit (Ökoprofit) worden aangepakt, mag het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “paraatheid en reactie op noodsituaties” niet worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van deel A.8.2 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(13) |
Aangezien de onafhankelijke interne evaluatie van het Ecoprofit-programma (Ökoprofit) niet volledig betrekking heeft op de beoordeling van de milieuprestaties van de organisatie of de prestaties van het milieubeheersysteem, mag het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “interne audit en corrigerende maatregelen” niet worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van artikel 4, lid 1, punten b) en c), artikel 6, lid 2, punt a), en artikel 9 van en de delen A.9.2 en A.10.2. van bijlage II en bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(14) |
Aangezien het Ecoprofit-programma (Ökoprofit) ondernemingen niet verplicht om informatie over milieuaspecten of kernindicatoren van hun systemen extern bekend te maken, mag het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “communicatie (intern en extern)” niet worden erkend als gelijkwaardig aan de vereisten van de delen A.7.4 en B.7 van bijlage II en bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 1221/2009. |
(15) |
Aangezien de verificatie van een Ecoprofit-organisatie (Ökoprofit) niet door een milieuverificateur wordt uitgevoerd, mag het deel van Ecoprofit (Ökoprofit) dat betrekking heeft op “accreditatie- of vergunningsvoorschriften voor de certificeringsinstanties” niet worden erkend als gelijkwaardig aan de eisen van artikel 4, lid 5, en de artikelen 6, 7 en 18 tot en met 27 van Verordening (EG) nr. 1221/2009, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De Commissie erkent dat de in de bijlage bij dit besluit genoemde delen van de Ecoprofit-regeling voldoen aan de overeenkomstige eisen van Verordening (EG) nr. 1221/2009 (“EMAS-eisen”).
Artikel 2
Elke wijziging van de Ecoprofit-regeling die gevolgen heeft voor dit besluit, wordt ten minste eenmaal per jaar aan de Commissie gemeld.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 24 juli 2023.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
BIJLAGE
Samenvatting van de beoordeling |
||||
Eisen |
Gelijkwaardig |
Niet gelijkwaardig |
||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
||||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
|||
|
X |
-
Dit criterium heeft betrekking op bestaande interne procedures om de naleving van de wettelijke voorschriften vast te stellen, te documenteren en te waarborgen. Het verwijst echter niet naar de beoordeling van de naleving van de wettelijke voorschriften door een externe verificateur, die onder punt 13 van deze beoordeling valt.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.