Verordening 2024/2773 - Instelling van het samenwerkingsmechanisme voor leningen aan Oekraïne en tot toekenning van buitengewone macrofinanciële bijstand aan Oekraïne

1.

Wettekst

 

Publicatieblad

van de Europese Unie

NL

L-serie

 

 

2024/2773

28.10.2024

VERORDENING (EU) 2024/2773 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 24 oktober 2024

tot instelling van het samenwerkingsmechanisme voor leningen aan Oekraïne en tot toekenning van buitengewone macrofinanciële bijstand aan Oekraïne

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 212,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Sinds het begin van de niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne op 24 februari 2022 hebben de Unie, de lidstaten en Europese financiële instellingen ongekende steun vrijgemaakt ter ondersteuning van de economische, sociale en financiële veerkracht van Oekraïne. Die steun is een combinatie van steun uit de Uniebegroting, met inbegrip van buitengewone macrofinanciële bijstand en steun van de Europese Investeringsbank en de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling met een volledige of gedeeltelijke garantie door de Uniebegroting, alsook verdere financiële steun van lidstaten.

 

(2)

De door de Unie verleende macrofinanciële bijstand van maximaal 18 miljard EUR op grond van Verordening (EU) 2022/2463 van het Europees Parlement en de Raad (2) werd beschouwd als een passend antwoord op het financieringstekort van Oekraïne voor 2023 en heeft aanzienlijke financiering van andere donoren en internationale financiële instellingen helpen vrijmaken. Dit heeft op een kritiek moment in belangrijke mate bijgedragen tot de macro-economische en financiële veerkracht van Oekraïne.

 

(3)

Op 29 februari 2024 is bij Verordening (EU) 2024/792 van het Europees Parlement en de Raad (3) de faciliteit voor Oekraïne ingesteld als een uitzonderlijk instrument voor de middellange termijn dat de door de Unie aan Oekraïne verstrekte bilaterale steun bundelt en zorgt voor coördinatie en efficiëntie (de “faciliteit voor Oekraïne”). De faciliteit voor Oekraïne helpt de financieringsbehoeften van Oekraïne te vervullen en draagt bij aan de herstel-, wederopbouw- en moderniseringsbehoeften van Oekraïne voor de periode 2024-2027, en ondersteunt tegelijkertijd de hervormingsinspanningen van Oekraïne als onderdeel van zijn weg naar toetreding tot de Unie. De faciliteit voor Oekraïne zorgt ervoor dat de onwrikbare toezegging van de Unie om Oekraïne en zijn bevolking financiële steun te blijven verlenen, in de praktijk wordt waargemaakt.

 

(4)

De Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne heeft enorme schade veroorzaakt in Oekraïne, met herstel- en wederopbouwkosten die op 31 december 2023 waren opgelopen tot naar schatting 486 miljard USD. Bovendien heeft Oekraïne de toegang tot de internationale financiële markten verloren en zijn de overheidsinkomsten aanzienlijk gedaald, terwijl de overheidsuitgaven aanzienlijk zijn gestegen. In die context kan worden voorzien dat er de komende jaren grote financieringsbehoeften zullen zijn.

 

(5)

Op 30 maart 2023 heeft het Internationaal Monetair Fonds (IMF) met Oekraïne overeenstemming bereikt over een vierjarenprogramma van 15,6 miljard USD in het kader van de uitgebreide financieringsfaciliteit (de “uitgebreide financieringsfaciliteit”) om de economische en financiële stabiliteit te handhaven in een tijd van uitzonderlijk grote onzekerheid, de schuldhoudbaarheid te herstellen en aan te zetten tot hervormingen die het herstel van Oekraïne na de oorlog zullen ondersteunen. Het IMF-programma is, samen met de financieringsgaranties van de G7-leiders, de Unie en andere donoren, bedoeld om tegemoet te komen aan de financieringsbehoeften van Oekraïne met betrekking tot de betalingsbalans en om de externe positie op middellange termijn te herstellen. Tot op heden heeft Oekraïne vier programma-evaluaties in het kader van de uitgebreide financieringsfaciliteit met succes afgerond, wat duidelijk maakt dat de Oekraïense autoriteiten vastbesloten zijn te hervormen en een prudente beleidsvorming te voeren. Het totale basisfinancieringstekort voor de IMF-programmaperiode wordt door het IMF geraamd op 121,9 miljard USD.

 

(6)

Gezien de uitzonderlijk grote onzekerheid rond de vooruitzichten ten aanzien van de situatie in Oekraïne, heeft het IMF bij de vierde evaluatie van het programma in het kader van de uitgebreide financieringsfaciliteit een geactualiseerd ongunstig scenario gepresenteerd, waarin rekening wordt gehouden met een economische schok als gevolg van een hevigere oorlog die ook in 2025 aanhoudt. Als gevolg van de negatieve uitwerking voor het economisch sentiment, migratie, de toenemende druk op de energievoorziening, de verslechtering van de exportcapaciteit en met name de defensie-uitgaven, zou het totale financieringstekort in dat ongunstige scenario in de programmaperiode van het IMF kunnen oplopen tot 140,7 miljard USD. Gezien de aanhoudende intensiteit van de oorlog en de schade aan de kritieke civiele infrastructuur van Oekraïne als gevolg van de toenemende grootschalige aanvallen van Rusland, moet Oekraïne aanzienlijke extra middelen vrijmaken voor zijn budgettaire prioriteiten en prioriteiten voor herstel en wederopbouw op de lange termijn. Bijgevolg en aangezien het resterende financieringstekort de reeds door de Unie, andere donoren en internationale financiële instellingen (waaronder het IMF) verstrekte middelen nog steeds te boven gaat, moet de Unie een passende respons blijven bieden.

 

(7)

De G7-leiders hebben in hun op 14 juni 2024 in Apulië aangenomen communiqué opnieuw bevestigd dat zij Oekraïne onverminderd blijven steunen en dat zij vastbesloten zijn om Oekraïne te helpen voldoen aan zijn dringende financieringsbehoeften op korte termijn, en dat zij zijn herstel- en wederopbouwprioriteiten op de lange termijn ondersteunen. Daartoe kondigden de G7-leiders aan te beginnen met het initiatief voor leningen aan Oekraïne door versnelde terbeschikkingstelling van uitzonderlijke inkomsten, om tegen eind 2024 ongeveer 50 miljard USD aan extra financiering beschikbaar te stellen voor de militaire, budgettaire en wederopbouwbehoeften van Oekraïne. De G7-leiders kondigden hun voornemen aan om financiering te verstrekken waarvan de dekking van de kosten en de terugbetaling worden verzekerd door toekomstige stromen van uitzonderlijke opbrengsten die voortvloeien uit de blokkering van Russische staatstegoeden in de Unie en andere relevante rechtsgebieden.

 

(8)

In zijn conclusies van 27 juni 2024 heeft de Europese Raad de Commissie, de hoge vertegenwoordiger en de Raad verzocht om de werkzaamheden voort te zetten en daarbij alle relevante juridische en financiële aspecten aan te pakken, teneinde Oekraïne vóór het einde van het jaar samen met de G7-partners aanvullende financiering te verstrekken in de vorm van leningen waarvan de dekking van de kosten en de terugbetaling door toekomstige stromen van de uitzonderlijke opbrengsten worden verzekerd, zoals besproken door de G7-leiders, om te helpen voorzien in de bestaande en toekomstige behoeften van Oekraïne op het gebied van defensie, begroting en wederopbouw. De Europese Raad heeft ook verklaard dat, met inachtneming van het recht van de Unie, de Ruslands tegoeden geblokkeerd moeten blijven totdat Rusland zijn aanvalsoorlog tegen Oekraïne beëindigt en Oekraïne compenseert voor de door deze oorlog veroorzaakte schade.

 

(9)

In de context van de aanhoudende Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne moet ervoor worden gezorgd dat Oekraïne voldoende en continue financiële steun krijgt. Daartoe moet een samenwerkingsmechanisme voor leningen aan Oekraïne (het “mechanisme”) worden ingesteld om Oekraïne niet-terugbetaalbare financiële steun te verlenen en het land te helpen leningen terug te betalen die ter ondersteuning van Oekraïne zijn verstrekt. Het mechanisme moet middelen ontvangen, onder meer uit toekomstige stromen van uitzonderlijke opbrengsten die voortvloeien uit de geblokkeerde Ruslands tegoeden, en die middelen regelmatig aan Oekraïne uitbetalen om de hoofdsom, de rente en eventuele andere kosten in verband met leningen te dekken. Om de Unie in staat te stellen Oekraïne rechtstreeks te helpen in zijn financieringsbehoeften te voorzien, moet de Unie bovendien buitengewone macrofinanciële bijstand aan Oekraïne verlenen in de vorm van een lening (de “MFB-lening”) die moet worden ondersteund door het mechanisme.

 

(10)

Op 21 mei 2024 heeft de Raad Besluit (GBVB) 2024/1470 (4) vastgesteld, waarbij Besluit 2014/512/GBVB (5) werd gewijzigd. In overweging 28 van Besluit (GBVB) 2024/1470 staat te lezen dat de beperkende maatregelen die verband houden met het verbod op transacties met betrekking tot het beheer van de activa en reserves van de Russische Centrale Bank, van kracht moeten blijven tot Rusland zijn aanvalsoorlog tegen Oekraïne beëindigt en Oekraïne vergoedt voor de door deze oorlog veroorzaakte schade.

 

(11)

Op 21 mei 2024 heeft de Raad Verordening (EU) 2024/1469 (6) vastgesteld, waarbij Verordening (EU) nr. 833/2014 van de Raad (7) werd gewijzigd. Met Verordening (EU) 2024/1469 wordt uitvoering gegeven aan bepaalde bij Besluit (GBVB) 2024/1470 vastgestelde maatregelen. Die bepalingen omvatten de regels voor de wijze waarop de nettowinsten die voortvloeien uit de onverwachte en uitzonderlijke opbrengsten van centrale effectenbewaarinstellingen als gevolg van de uitvoering van het verbod van artikel 1 bis, lid 4, van Besluit 2014/512/GBVB en van artikel 5 bis, lid 4, van Verordening (EU) nr. 833/2014, bestemd moeten worden voor het ondersteunen van Oekraïne, onder meer door middel van uit het Uniebudget gefinancierde programma’s van de Unie, in overeenstemming met de toepasselijke contractuele verplichtingen en met het Unierecht en het internationaal recht, en in overleg met partners. Met name centrale effectenbewaarinstellingen die activa en reserves van de Russische Centrale Bank met een totale waarde van meer dan 1 miljoen EUR aanhouden, moeten een financiële bijdrage aan de Unie leveren die overeenkomt met 99,7 % van de uit de blokkering van Russische staatstegoeden voortvloeiende nettowinsten die sinds 15 februari 2024 zijn ontstaan.

 

(12)

De financiële bijdrage van de centrale effectenbewaarinstellingen aan de Unie moet worden geleverd zolang de beperkende maatregelen die verband houden met het verbod op transacties met betrekking tot het beheer van de activa en reserves van de Russische Centrale Bank van kracht blijven, en moet van kracht blijven tot Rusland zijn aanvalsoorlog tegen Oekraïne beëindigt en Oekraïne vergoedt voor de door die oorlog veroorzaakte schade.

 

(13)

Op 24 oktober 2024 heeft de Raad het in Besluit 2014/512/GBVB vastgestelde percentage van de bedragen van de door centrale effectenbewaarinstellingen verschuldigde financiële bijdrage, die moet worden gebruikt om Oekraïne te ondersteunen via programma’s van de Unie, aangepast naar 95 %. Op dezelfde datum heeft de Raad de toewijzing van de bedragen van de financiële bijdrage die aan de begroting van de Unie is betaald als externe bestemmingsontvangsten, zoals vastgesteld in bijlage XLI bij Verordening (EU) nr. 833/2014 van de Raad, aangepast en 100 % van die bijdrage toegewezen aan het mechanisme. De Unie heeft daarom de nodige stappen ondernomen om ervoor te zorgen dat de financiële bijdrage voor het mechanisme wordt voortgezet.

 

(14)

Het zou mogelijk moeten zijn om het mechanisme te ondersteunen door uitzonderlijke opbrengsten toe te kennen die voortvloeien uit de blokkering van Russische staatstegoeden die in andere relevante rechtsgebieden dan de Unie worden aangehouden. Daartoe moeten derde landen of andere bronnen kunnen bijdragen aan het mechanisme. Daarnaast zouden de lidstaten op vrijwillige basis moeten kunnen bijdragen aan het samenwerkingsmechanisme voor leningen aan Oekraïne, met name uit opbrengsten die aan de betrokken lidstaat toekomen als gevolg van de blokkering van Russische staatstegoeden. Dergelijke bijdragen moeten externe bestemmingsontvangsten vormen overeenkomstig artikel 21, lid 2, punten a), d) en e), van Verordening (EU, Euratom) 2024/2509 van het Europees Parlement en de Raad (8) (het “Financieel Reglement”). Voorts zouden derde landen uitzonderlijke opbrengsten die voortvloeien uit de blokkering van Russische staatstegoeden binnen hun rechtsgebied rechtstreeks moeten kunnen gebruiken om de terugbetalingsbehoeften van eventuele aan Oekraïne verstrekte bilaterale leningen te verminderen en aldus het mechanisme te ondersteunen door de totale hoeveelheid steun die voor die lening nodig zou zijn, te verlagen.

 

(15)

Steun uit hoofde van het mechanismemoet beschikbaar zijn ter dekking van het totale bedrag van de hoofdsom, de rente en eventuele andere kosten in verband met de MFB-lening die Oekraïne is aangegaan door de ondertekening van een overeenkomnst in verband met de MFB-lening (de “MFB-leningsovereenkomst”) alsmede door bilaterale leningsovereenkomsten met bilaterale kredietverstrekkers die handelen onder auspiciën van het G7-initiatief voor leningen aan Oekraïne door versnelde terbeschikkingstelling van uitzonderlijke inkomsten, zoals vastgelegd in het op 14 juni 2024 in Apulië aangenomen communiqué van de G7-leiders.

 

(16)

Steun uit hoofde van het mechanisme moet zodanig ter beschikking worden gesteld en verstrekt dat gelijke toegang voor zowel bilaterale kredietverstrekkers als de Unie wordt gewaarborgd. De verstrekking van bilaterale leningen via een intermediair mag niet beletten dat dergelijke leningen in aanmerking komen voor de toepassing van deze verordening. Niet-terugbetaalbare financiële steun moet aan Oekraïne worden toegewezen om te helpen de MFB-lening en subsidiabele bilaterale leningen terug te betalen, waarbij rekening wordt gehouden met hoe de hoofdsom van elke lening zich verhoudt tot de totale hoofdsom van de MFB-lening en alle subsidiabele bilaterale leningen. De toewijzing moet worden aangepast zodra de respectieve leningen, inclusief rente en eventuele andere kosten die verband houden met de lening, volledig door Oekraïne zijn terugbetaald, zodanig dat eventuele toekomstige middelen aan resterende leningen worden toegewezen, waarbij rekening wordt gehouden met hoe de hoofdsom van de MFB-lening of de subsidiabele bilaterale lening zich verhoudt tot de som van de hoofdsom van alle resterende leningen. De hoofdsom van elke lening moet worden beschouwd als de oorspronkelijke hoofdsom die in de desbetreffende leningdocumentatie is vastgelegd en er mag geen rekening worden gehouden met andere factoren, zoals terugbetalingen, aanvullende financiering of gekapitaliseerde bedragen.

 

(17)

Om ervoor te zorgen dat bilaterale leningen die door bilaterale kredietverstrekkers worden verstrekt, snel en efficiënt kunnen worden ondersteund door het mechanisme, moet de Commissie de bilaterale leningen die worden verstrekt door bilaterale kredietverstrekkers die handelen onder auspiciën van het G7-initiatief voor leningen aan Oekraïne door versnelde terbeschikkingstelling van uitzonderlijke inkomsten beoordelen en indien van toepassing de ondersteuning goedkeuren. Indien dergelijke bilaterale leningsovereenkomsten nog een ontwerp zijn of nog niet in werking zijn getreden, moet de Commissie hun inwerkingtreding monitoren. Om te zorgen voor een tijdige uitbetaling van bilaterale leningen aan Oekraïne moeten bilaterale leningsovereenkomsten uiterlijk op 1 juni 2025 bij de Commissie worden ingediend en uiterlijk op 30 juni 2025 in werking treden.

 

(18)

Aan de vrijgave van steun uit hoofde van het mechanisme moeten de voorwaarden worden verbonden dat een overeenkomst wordt gesloten tussen de Commissie en Oekraïne over de nadere bepalingen voor de uitvoering van dat mechanisme en dat de Commissie een positieve beoordeling uitbrengt over een door Oekraïne ingediend verzoek om niet-terugbetaalbare financiële steun. Oekraïne moet de Commissie de nodige informatie verstrekken om ervoor te zorgen dat het mechanisme bilaterale leningen ondersteunt tot het totale bedrag dat aan de betrokken bilaterale kredietverstrekker verschuldigd is. Bij wijze van uitzondering en om naar behoren gemotiveerde redenen zou de Commissie ook kunnen verzoeken om betalingen van bilaterale kredietverstrekkers beoordelen.

 

(19)

Naast de steun die uit hoofde van het mechanisme wordt verleend, moet een MFB-lening worden verstrekt om de macrofinanciële stabiliteit in Oekraïne te ondersteunen en de beperkingen van Oekraïne op het gebied van externe financiering te verminderen, met name om de financieringsbehoeften van het land te dekken. Gezien het dringende karakter van die financieringsbehoeften moet de MFB-lening vóór het einde van 2024 beschikbaar zijn.

 

(20)

De MFB-lening moet steun verlenen in de vorm van een lening van maximaal 35 miljard EUR. Om tegemoet te komen aan de mogelijke verzoeken om steun voor bilaterale leningen uit hoofde van het mechanisme en tegelijkertijd te zorgen voor een goed financieel beheer van steun van de Unie die uit hoofde van deze verordening beschikbaar is, moet het bedrag van de MFB-lening worden aangepast, waarbij rekening wordt gehouden met bilaterale leningen aan Oekraïne waarvan is bevestigd dat zij in aanmerking komen voor het mechanisme, en met de hoofdsom die is vermeld in de aangekondigde voornemens van derde landen die aan de Commissie zijn meegedeeld onder auspiciën van het G7-initiatief voor leningen aan Oekraïne door versnelde terbeschikkingstelling van uitzonderlijke inkomsten. Die aanpassing moet plaatsvinden wanneer het totale bedrag van alle leningen waarvoor steun uit hoofde van deze verordening is aangevraagd, meer dan 45 miljard EUR bedraagt.

 

(21)

De steun aan Oekraïne uit hoofde van de MFB-lening moet een aanvulling vormen op de steun van de Unie uit hoofde van de faciliteit voor Oekraïne. De Commissie moet ernaar streven de administratieve lasten en rapportagelast voor Oekraïne waar mogelijk tot een minimum te beperken.

 

(22)

Een voorafgaande voorwaarde voor het beschikbaar stellen van steun aan Oekraïne uit hoofde van de MFB-lening is dat Oekraïne doeltreffende democratische mechanismen, waaronder een parlementair meerpartijenstelsel en de rechtsstaat, in stand blijft houden en blijft eerbiedigen, en de eerbiediging van de mensenrechten, met inbegrip van de rechten van tot minderheden behorende personen, blijft waarborgen. Die voorafgaande voorwaarde moet ook gelden voor verzoeken om uitbetaling uit het mechanisme, aangezien deze verband houden met de MFB-lening. Dezelfde voorafgaande voorwaarde geldt voor de steun die uit hoofde van de faciliteit voor Oekraïne wordt verleend en de Commissie moet haar beoordeling voor de twee instrumenten gelijktijdig uitvoeren.

 

(23)

De Commissie moet in voorkomend geval terdege rekening houden met Besluit 2010/427/EU van de Raad (9) en de rol van de Europese Dienst voor extern optreden.

 

(24)

De MFB-lening moet worden gekoppeld aan beleidsvoorwaarden die moeten worden vastgelegd in een memorandum van overeenstemming tussen de Commissie en Oekraïne (“het memorandum van overeenstemming”). Die voorwaarden moeten in overeenstemming zijn met de kwalitatieve en kwantitatieve stappen in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2024/1447 van de Raad (10) en met eventuele wijzigingen daarvan die zijn aangebracht tegen de tijd dat het memorandum van overeenstemming wordt vastgesteld. Daarnaast moet het memorandum van overeenstemming een toezegging van Oekraïne bevatten om de samenwerking met de Unie op het gebied van het herstel, de wederopbouw en de modernisering van de Oekraïense defensie-industrie te bevorderen, in overeenstemming met de doelstellingen van programma’s van de Unie gericht op het herstel, de wederopbouw en de modernisering van de technologische en industriële defensiebasis van Oekraïne en andere relevante programma’s van de Unie. Ook moeten de nodige stappen worden ondernomen om te zorgen voor de coördinatie en complementariteit van de bilaterale leningen, met inbegrip van de MFB-lening, samen met de andere donoren. In dat verband moet het donorcoördinatieplatform voor Oekraïne worden gebruikt, een forum dat reeds is opgericht voor dergelijke uitwisselingen.

 

(25)

Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van deze verordening en ter wille van de efficiëntie moet de Commissie worden gemachtigd om met de Oekraïense autoriteiten onderhandelingen over die voorwaarden te voeren onder toezicht van het comité van vertegenwoordigers van de lidstaten, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad (11). Gezien de mogelijk aanzienlijke impact van bijstand, is het passend dat de in Verordening (EU) nr. 182/2011 gespecificeerde onderzoeksprocedure wordt gebruikt. Gezien het bedrag van de MFB-lening aan Oekraïne moet op de goedkeuring van het MoU en eventuele verlagingen of annuleringen van de MFB-lening de onderzoeksprocedure worden toegepast.

 

(26)

De eenmalige tranche in het kader van de MFB-lening mag alleen worden vrijgegeven op voorwaarde dat de Commissie een positieve beoordeling heeft uitgebracht van een door Oekraïne ingediend verzoek om middelen. De beoordeling van de in het MoU vastgestelde beleidsvoorwaarden mag geen afbreuk doen aan de beoordeling van de naleving van onderling afgestemde voorwaarden in het kader van andere programma’s en instrumenten van de Unie.

 

(27)

Met het oog op het beginsel van goed financieel beheer en om het liquiditeitsbeheer van de Oekraïense autoriteiten te vergemakkelijken en voorspelbaarheid te waarborgen, moet de Commissie ervoor zorgen dat deeltranches van de MFB-lening in de loop van 2024 en 2025 worden uitbetaald, waarbij aanzienlijke afwijkingen van de uitbetaalde bedragen van kwartaal tot kwartaal voor zover mogelijk moeten worden vermeden. De uitbetaling van die deeltranches moet in voorkomend geval worden afgestemd op het tijdschema voor de uitbetaling van leningen of niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van pijler I van de faciliteit voor Oekraïne. Voorts is het passend de mogelijkheid te bieden om de financieringsbehoeften van Oekraïne opnieuw te beoordelen en om de steun uit hoofde van de MFB-lening te verlagen of te annuleren indien die behoeften tijdens de periode van de uitbetaling van de steun uit hoofde van de MFB-lening ingrijpend afnemen ten opzichte van de oorspronkelijke verwachtingen.

 

(28)

De MFB-lening die tussen de Commissie en de Oekraïense autoriteiten moet worden gesloten, moet bepalingen bevatten die zijn afgestemd op de rechten, verantwoordelijkheden en verplichtingen uit hoofde van de in artikel 9 van Verordening (EU) 2024/792 bedoelde kaderovereenkomst uit hoofde van de faciliteit voor Oekraïne tussen de Unie en Oekraïne die op 20 juni 2024 in werking is getreden. Dat zal waarborgen dat de financiële belangen van de Unie die verband houden met de MFB-lening op efficiënte wijze worden beschermd door passende maatregelen te nemen in verband met de preventie en bestrijding van fraude, corruptie en andere onregelmatigheden die verband houden met die bijstand. Hiermee zullen ook, overeenkomstig het Financieel Reglement, de nodige rechten en toegang worden verleend aan de Commissie, het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF), de Europese Rekenkamer en, in voorkomend geval, het Europees Openbaar Ministerie, ook door derden die betrokken zijn bij de besteding van middelen van de Unie tijdens en na de beschikbaarheidsperiode van de MFB-lening. Oekraïne moet ook onregelmatigheden met betrekking tot het gebruik van de middelen aan de Commissie melden, overeenkomstig de procedures van de kaderovereenkomst uit hoofde van de faciliteit voor Oekraïne.

 

(29)

In het kader van de financieringsbehoeften van Oekraïne is het passend de financiële bijstand te organiseren uit hoofde van de gediversifieerde financieringsstrategie van artikel 224 van het Financieel Reglement, die daarin als één enkele financieringsmethode is vastgelegd en waarvan verwacht wordt dat zij zal zorgen voor een grotere liquiditeit van obligaties van de Unie en de uitgiften van de Unie aantrekkelijker en kostenefficiënter zal maken.

 

(30)

In afwijking van artikel 31, lid 3, tweede zin, van Verordening (EU) 2021/947 van het Europees Parlement en de Raad (12) mogen de financiële verplichtingen die voortvloeien uit de MFB-lening, niet worden ondersteund door de garantie voor extern optreden, vastgesteld bij Verordening (EU) 2021/947. Steun van de MFB-lening moet financiële bijstand zijn in de zin van artikel 223, lid 1, van het Financieel Reglement. Aangezien de financiële bijstand van de MFB-lening beschikbaar is in 2024 en is goedgekeurd overeenkomstig artikel 223, lid 1, van het Financieel Reglement, is het passend dat de garantie voor de MFB-lening aan Oekraïne beschikbaar wordt gesteld boven de maxima van het meerjarig financieel kader (MFK) en tot aan de maxima zoals bedoeld in artikel 3, leden 1 en 2, van Besluit (EU, Euratom) 2020/2053 van de Raad (13) overeenkomstig artikel 2, lid 3, van Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad (14). Met het oog op de financiële risico’s en de budgettaire dekking mogen geen voorzieningen worden gevormd voor de steun van de MFB-lening, die boven de MFK-maxima moet worden gegarandeerd, en mag, in afwijking van artikel 214, lid 1, van het Financieel Reglement, geen voorzieningspercentage worden vastgesteld.

 

(31)

Gezien de moeilijke situatie van Oekraïne als gevolg van de Russische aanvalsoorlog, en teneinde het land te ondersteunen op zijn traject naar stabiliteit op lange termijn, is het passend dat de Unie Oekraïne de MFB-lening tegen zeer gunstige voorwaarden verstrekt met een looptijd die lang genoeg is om een garantie boven de MFK-maxima mogelijk te maken.

 

(32)

Steun van de Unie aan Oekraïne uit hoofde van deze verordening moet door de Commissie worden beheerd.

 

(33)

Om ervoor te zorgen dat het Europees Parlement en de Raad de uitvoering van deze verordening kunnen volgen, moet de Commissie hen regelmatig inlichten over ontwikkelingen met betrekking tot steun van de Unie aan Oekraïne uit hoofde van deze verordening en hun de relevante documenten daarover verstrekken.

 

(34)

Om de blijvende doeltreffendheid van de bij deze verordening ingestelde regelingen te waarborgen, moet de Commissie de toereikendheid ervan regelmatig evalueren en daarover verslag uitbrengen aan het Europees Parlement en de Raad, teneinde transparantie en verantwoordingsplicht te waarborgen.

 

(35)

Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van deze verordening, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 182/2011.

 

(36)

Daar de doelstellingen van deze verordening, namelijk het steunen van Oekraïne om in zijn financieringsbehoeften te voorzien, en dat met name door concessionele hulp op de korte en lange termijn in de vorm van de MFB-lening en van niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van mechanisme, niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt, maar vanwege de omvang of de gevolgen van het optreden beter door de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om die doelstellingen te verwezenlijken.

 

(37)

Gezien de urgentie die voortvloeit uit de uitzonderlijke omstandigheden ten gevolge van de niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne, wordt het passend geacht gebruik te maken van de uitzondering op de periode van acht weken waarin is voorzien door artikel 4 van Protocol nr. 1 betreffende de rol van de nationale parlementen in de Europese Unie, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie, aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

 

(38)

In het licht van de situatie in Oekraïne moet deze verordening met spoed in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Onderwerp

Bij deze verordening wordt het samenwerkingsmechanisme voor leningen aan Oekraïne (het “mechanisme”) ingesteld en wordt aan Oekraïne buitengewone macrofinanciële bijstand in de vorm van een lening (de “MFB-lening”) beschikbaar gesteld om Oekraïne te ondersteunen bij het dekken van zijn financieringsbehoeften.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

 

1)

“steun van de Unie”: de MFB-lening en de niet-terugbetaalbare financiële steun die uit hoofde van het mechanisme ter beschikking worden gesteld;

 

2)

“bilaterale lening”: een lening die direct of indirect door een derde land als een bilaterale kredietverstrekker ten gunste van Oekraïne wordt verstrekt;

 

3)

“subsidiabele bilaterale lening”: een bilaterale lening die door de Commissie is goedgekeurd als subsidabel in het kader van het mechanisme;

 

4)

“MFB-lening”: de uitzonderlijke financiële steun die de Unie aan Oekraïne beschikbaar stelt in de vorm van een lening uit hoofde van hoofdstuk III;

 

5)

“MFB-leningsovereenkomst”: de leningsovereenkomst die op grond van hoofdstuk III door de Commissie, namens de Unie, en Oekraïne is ondertekend;

 

6)

“andere gerelateerde kosten”: alle kosten of vergoedingen die uit hoofde van de MFB-lening en de respectieve bilaterale lening verschuldigd zijn.

HOOFDSTUK II

SAMENWERKINGSMECHANISME VOOR LENINGEN AAN OEKRAÏNE

Artikel 3

Doelstelling

Het doel van het mechanisme is niet-terugbetaalbare financiële steun te verlenen aan Oekraïne om Oekraïne te helpen de MFB-lening en subsidiabele bilaterale leningen terug te betalen. Om dat doel te bereiken, ontvangt het mechanisme middelen en keert het die op gezette tijden uit aan Oekraïne om de hoofdsom, de rente en alle andere gerelateerde kosten van de MFB-lening en de subsidiabele bilaterale leningen te dekken. Bij zijn operaties waarborgt het mechanisme gelijke toegang voor zowel bilaterale kredietverstrekkers als de Unie.

Artikel 4

Financiering

  • 1. 
    Het mechanisme wordt voorzien van middelen die beschikbaar worden gesteld door:
 

a)

bedragen die zijn overgedragen overeenkomstig bijlage XLI bij Verordening (EU) nr. 833/2014, die externe bestemmingsontvangsten vormen overeenkomstig artikel 21, lid 5, van het Financieel Reglement, en

 

b)

bedragen ontvangen als financiële bijdragen van lidstaten, derde landen of andere bronnen; die bijdragen vormen externe bestemmingsontvangsten overeenkomstig respectievelijk de punten a), d) en e) van artikel 21, lid 2, van het Financieel Reglement.

  • 2. 
    Voor alle in lid 1, punt b), van dit artikel bedoelde bijdragen wordt een bijdrageovereenkomst gesloten tussen de Commissie, namens de Unie, en de contribuant. De bijdrageovereenkomst bevat met name bepalingen inzake de betalingsvoorwaarden. De Commissie stelt het Europees Parlement en de Raad gelijktijdig en onverwijld in kennis van de gesloten bijdrageovereenkomsten.

Artikel 5

Beschikbare steun

  • 1. 
    De niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme is onder de in de artikelen 6, 7 en 8 vastgestelde voorwaarden beschikbaar om Oekraïne te helpen de hoofdsom, de rente en alle andere gerelateerde kosten terug te betalen van:
 

a)

de MFB-lening, en

 

b)

de subsidiabele bilaterale leningen.

  • 2. 
    De niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme wordt toegewezen om Oekraïne te helpen de in lid 1 bedoelde MFB-lening en subsidiabele bilaterale leningen terug te betalen, waarbij de hoofdsom van elke lening, uitgedrukt in euro, evenredig is aan de totale hoofdsom van de MFB-lening en alle subsidiabele bilaterale leningen, uitgedrukt in euro. Zodra de MFB-lening of een subsidiabele bilaterale lening volledig door Oekraïne is terugbetaald, met inbegrip van rente en alle andere gerelateerde kosten, wordt die toewijzing zodanig aangepast dat eventuele toekomstige middelen uit hoofde van het mechanisme aan de resterende leningen worden toegewezen waarbij de hoofdsom van elke lening, uitgedrukt in euro, evenredig is aan de totale hoofdsom van alle resterende leningen, uitgedrukt in euro.
  • 3. 
    De Commissie stelt een besluit vast tot vaststelling van de in lid 2 van dit artikel bedoelde toewijzing tussen de MFB-lening en de subsidiabele bilaterale leningen. De Commissie gebruikt de hoofdsom van elke subsidiabele bilaterale lening, uitgedrukt in euro, zoals bedoeld in artikel 6, lid 5, punt b). De Commissie wijzigt dat besluit om elke bilaterale lening onverwijld na de inwerkingtreding van die lening erin op te nemen. De Commissie kan dat besluit wijzigen om de toewijzing aan een bilaterale lening evenredig te verlagen indien die bilaterale lening tegen 31 december 2027 niet volledig is uitbetaald.
  • 4. 
    Het totale bedrag van de hoofdsom van de in lid 1 bedoelde MFB-lening en subsidiabele bilaterale leningen bedraagt niet meer dan 45 miljard EUR.
  • 5. 
    De niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme wordt uitgevoerd in euro.
  • 6. 
    Alle betalingen zijn afhankelijk van de beschikbaarheid van de in artikel 4, lid 1, bedoelde middelen.
  • 7. 
    De Unie is niet aansprakelijk voor de terugbetaling van subsidiabele bilaterale leningen.

Artikel 6

Uitvoeringsbesluit van de Commissie betreffende de subsidiabiliteit van de bilaterale leningen

  • 1. 
    Indien Oekraïne om steun uit hoofde van het mechanisme wil verzoeken om bijstand te verkrijgen bij de terugbetaling van een bilaterale lening, dient het de tekst van de desbetreffende bilaterale leningsovereenkomst uiterlijk op 1 juni 2025 in bij de Commissie.
  • 2. 
    De Commissie beoordeelt onverwijld of bilaterale leningen in het kader van het mechanisme in aanmerking komen aan de hand van de volgende criteria:
 

a)

de bilaterale leningsovereenkomst werd niet vóór 20 september 2024 ondertekend;

 

b)

de tegenpartij bij de bilaterale lening handelt onder auspiciën van het G7-initiatief voor leningen aan Oekraïne door versnelde terbeschikkingstelling van uitzonderlijke inkomsten, en

 

c)

de bilaterale lening moet vóór 31 december 2027 volledig ten gunste van Oekraïne worden uitbetaald; dergelijke uitbetalingen kunnen worden gekoppeld aan de vervulling van de beleidsvoorwaarden.

Met het oog op de beoordeling kan de Commissie Oekraïne om aanvullende informatie verzoeken.

  • 3. 
    Een opschortende voorwaarde in een bilaterale leningsovereenkomst die bepaalt dat een dergelijke overeenkomst niet in werking treedt vóór de goedkeuring door de Commissie van de subsidiabiliteit van de bilaterale lening of vóór de inwerkingtreding van de in artikel 7 bedoelde overeenkomst voor de uitvoering van het mechanisme, vormt geen beletsel voor een positieve beoordeling door de Commissie van de bilaterale lening.
  • 4. 
    De Commissie keurt door middel van een uitvoeringsbesluit de subsidiabiliteit van een bilaterale lening goed.
  • 5. 
    In het in lid 4 van dit artikel bedoelde uitvoeringsbesluit van de Commissie wordt het volgende vastgesteld:
 

a)

de bilaterale kredietverstrekker;

 

b)

de hoofdsom van de bilaterale lening, uitgedrukt in euro; voor zover nodig wordt de hoofdsom van de bilaterale lening ook uitgedrukt in de valuta van de respectieve bilaterale lening, waarbij de omrekeningskoers voor de bilaterale lening in euro de dagelijkse wisselkoers van de euro is die op 20 september 2024 in de C-serie van het Publicatieblad van de Europese Unie is bekendgemaakt, en

 

c)

de motivering voor de positieve beoordeling van de bilaterale lening.

  • 6. 
    Het totaal van de hoofdsommen van alle overeenkomstig dit artikel door de Commissie goedgekeurde bilaterale leningen en de MFB-lening mag niet meer bedragen dan het in artikel 5, lid 4, bedoelde bedrag.
  • 7. 
    De Commissie kan het in lid 4 van dit artikel bedoelde uitvoeringsbesluit intrekken indien de desbetreffende bilaterale leningsovereenkomst niet uiterlijk op 30 juni 2025 in werking treedt.
  • 8. 
    In geval van een negatieve beoordeling van de bilaterale lening deelt de Commissie die beoordeling mee aan Oekraïne, met opgave van de redenen voor haar beoordeling.

Artikel 7

Overeenkomst voor de uitvoering van het mechanisme

  • 1. 
    De in artikel 5 bedoelde niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme wordt pas aan Oekraïne toegekend nadat de Commissie een overeenkomst voor de uitvoering van het samenwerkingsmechanisme voor leningen met Oekraïne (de “overeenkomst voor de uitvoering van het mechanisme”) heeft gesloten.
  • 2. 
    De overeenkomst voor de uitvoering van het mechanisme bevat met name de volgende elementen:
 

a)

de verplichting van Oekraïne om de niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme te gebruiken voor de terugbetaling van de hoofdsom, rente en alle andere gerelateerde kosten van de MFB-lening of subsidiabele bilaterale leningen;

 

b)

de bankrekeninggegevens van alle bilaterale kredietverstrekkers, waaraan de Commissie de betalingen van de niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme in verband met hun respectieve bilaterale leningen verricht;

 

c)

voor betalingen van de niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme in verband met de MFB-lening, bepalingen die ervoor zorgen dat de Unie die bedragen gebruikt om de MFB-lening rechtstreeks terug te betalen;

 

d)

specifieke bepalingen die artikel 5, lid 7, weerspiegelen en ervoor zorgen dat de Unie niet aansprakelijk wordt gesteld voor schade veroorzaakt door Oekraïne of door derden bij de uitvoering van subsidiabele bilaterale leningen, ook niet als gevolg van de uitvoering van het mechanisme, en met name wanneer de in artikel 4, lid 1, bedoelde bedragen in de loop van de tijd variëren of niet meer van toepassing zijn;

 

e)

de verplichting van Oekraïne om van de bilaterale kredietverstrekkers te verkrijgen en onverwijld aan de Commissie het bewijs te leveren van:

 

i)

de inwerkingtreding van elke bilaterale leningsovereenkomst, en

 

ii)

de kwijting van elke terugbetalingsverplichting, met inbegrip van, voor zover nodig, de toegepaste omrekeningskoers;

 

f)

de verplichting van Oekraïne om met elke bilaterale kredietverstrekker overeen te komen dat alle door Oekraïne aan een bilaterale kredietverstrekker verstrekte bedragen voor de terugbetaling van de bilaterale lening waarmee terugbetalingsverplichtingen niet onmiddellijk worden vereffend, beschikbaar blijven totdat de terugbetalingsverplichtingen vervallen, waarbij de opgelopen rente over dat bedrag ook beschikbaar is om te worden gebruikt voor de nakoming van verplichtingen uit hoofde van de bilaterale leningsovereenkomst;

 

g)

de verplichting van Oekraïne om elk betalingsverzoek vergezeld te doen gaan van:

 

i)

nadere gegevens over de resterende bedragen die uit hoofde van elke bilaterale leningsovereenkomst verschuldigd zijn, en

 

ii)

nadere gegevens over de bedragen die beschikbaar zijn om te worden gebruikt voor de nakoming van terugbetalingsverplichtingen zoals bedoeld in punt f);

 

h)

een uitdrukkelijke toestemming voor bilaterale kredietverstrekkers om bij wijze van uitzondering een betalingsverzoek in te dienen op grond van artikel 8, lid 6, op voorwaarde dat de in punt g) van dit lid bedoelde informatie door de bilaterale kredietverstrekkers wordt ingediend, en

 

i)

alle andere vereisten die nodig zijn voor de uitvoering van het mechanisme.

  • 3. 
    Voor zover nodig wordt de overeenkomst voor de uitvoering van het mechanisme gewijzigd na de inwerkingtreding van een overeenkomstig artikel 6, lid 4, vastgesteld uitvoeringsbesluit van de Commissie.

Artikel 8

Uitbetaling van de niet-terugbetaalbare financiële steun

  • 1. 
    Oekraïne kan tweemaal per jaar bij de Commissie een verzoek indienen om niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme met betrekking tot de MFB-lening en subsidiabele bilaterale leningen.
  • 2. 
    De Commissie beoordeelt het verzoek van Oekraïne om niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme op basis van de volgende vereisten:
 

a)

naleving van de in artikel 11, lid 1, gestelde voorafgaande voorwaarde, die alleen van toepassing is op de MFB-lening;

 

b)

bevestiging dat de totale waarde van de uitbetalingen met betrekking tot de MFB-lening of elke subsidiabele bilaterale lening, samen met de eventueel opgelopen rente, niet hoger is dan het totale bedrag dat aan die leninggever verschuldigd is, en

 

c)

naleving van de verplichtingen van de overeenkomst voor de uitvoering van het mechanisme.

  • 3. 
    Onder voorbehoud van de beschikbaarheid van de in artikel 4, lid 1, bedoelde middelen stelt de Commissie, indien zij een positieve beoordeling maakt van het verzoek om niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme, onverwijld een besluit vast waarbij toestemming wordt verleend voor de uitbetaling van de niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme, met inbegrip van het bedrag dat wordt uitbetaald ter ondersteuning van de terugbetaling van elke subsidiabele bilaterale lening en het ter beschikking gestelde bedrag ter ondersteuning van de terugbetaling van de MFB-lening. Het uit hoofde van het mechanisme uitgekeerde bedrag is gelijk aan het bedrag van de op grond van artikel 4, lid 1, beschikbare middelen. Dat uitgekeerde bedrag wordt toegewezen overeenkomstig het in artikel 5, lid 3, bedoelde besluit van de Commissie.
  • 4. 
    Indien het aan Oekraïne ter beschikking gestelde bedrag ter ondersteuning van de terugbetaling van de MFB-lening hoger is dan het bedrag dat verschuldigd is voor terugbetaling uit hoofde van de MFB-lening, kan het te veel betaalde bedrag worden gebruikt voor vervroegde aflossing van de MFB-lening overeenkomstig artikel 15, lid 2, punt e), of door de Unie worden ingehouden uitsluitend ter ondersteuning van de terugbetaling van de MFB-lening in de toekomst. Eventueel opgebouwde rente is eveneens beschikbaar om dat doel te ondersteunen.
  • 5. 
    Indien de Commissie een negatieve beoordeling geeft over het verzoek om niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van het mechanisme, stelt zij Oekraïne daarvan onverwijld in kennis, met opgave van de redenen voor haar beoordeling.
  • 6. 
    Onverminderd de leden 1 en 2 van dit artikel kan de Commissie om naar behoren gemotiveerde redenen bij wijze van uitzondering de door de bilaterale kredietverleners ingediende betalingsverzoeken beoordelen, met name indien de Commissie een besluit heeft genomen overeenkomstig artikel 11, lid 5, of indien Oekraïne zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst voor de uitvoering van het mechanisme niet nakomt.

HOOFDSTUK III

MACROFINANCIËLE BIJSTAND

Artikel 9

Beschikbaarheid van de buitengewone macrofinanciële bijstand van de Unie

  • 1. 
    De Unie stelt buitengewone macrofinanciële bijstand ter beschikking van Oekraïne om Oekraïne te ondersteunen bij het dekken van zijn financieringsbehoeften. De buitengewone macrofinanciële bijstand van de Unie wordt aan Oekraïne verstrekt in de vorm van een lening (de “MFB-lening”). De MFB-lening draagt bij tot het dekken van het financieringstekort van Oekraïne dat in samenwerking met de internationale financiële instellingen is vastgesteld.
  • 2. 
    De uitbetaling van de MFB-lening wordt door de Commissie beheerd op basis van haar beoordeling van de in artikel 11, lid 1, bedoelde voorafgaande voorwaarde en de uitvoering van de beleidsvoorwaarden die zijn opgenomen in het in artikel 12, lid 1, bedoelde memorandum van overeenstemming.
  • 3. 
    De MFB-lening is beschikbaar tot en met 31 december 2024. De MFB-lening wordt door de Commissie in één tranche ter beschikking gesteld, die in een of meer deeltranches kan worden uitbetaald. De uitbetaling van al die deeltranches vindt uiterlijk op 31 december 2025 plaats.

Artikel 10

Bedrag

  • 1. 
    De MFB-lening bedraagt maximaal 35 miljard EUR. Indien bij de vaststelling van het besluit van de Commissie betreffende de vrijgave van de in artikel 13 bedoelde tranche de som van dat maximumbedrag en van de hoofdsom van de subsidiabele bilaterale leningen die reeds door de Commissie overeenkomstig artikel 6 zijn goedgekeurd, en van de hoofdsom die is vermeld in de onder auspiciën van het G7-initiatief voor leningen aan Oekraïne door versnelde terbeschikkingstelling van uitzonderlijke inkomsten aan de Commissie meegedeelde voornemens van derde landen, echter meer dan 45 miljard EUR bedraagt, wordt het maximumbedrag van de MFB-lening verminderd met de waarde van de overschrijding.
  • 2. 
    Indien de financieringsbehoeften van Oekraïne aanzienlijk zouden verminderen tijdens de periode van beschikbaarheid van de MFB-lening, ook in geval van een regeling met Rusland voor de oorlogsschade die Oekraïne heeft opgelopen, kan de Commissie, handelend volgens de in artikel 16, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure, het bedrag van de MFB-lening verlagen of schrappen.
  • 3. 
    De MFB-lening heeft een maximale looptijd van 45 jaar.

Artikel 11

Voorafgaande voorwaarde voor steun

  • 1. 
    Een voorafgaande voorwaarde voor het verlenen van de MFB-lening is dat Oekraïne de instandhouding en eerbiediging van doeltreffende democratische mechanismen, waaronder een parlementair meerpartijenstelsel en de rechtsstaat, voortzet en dat het de eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van tot minderheden behorende personen, blijft garanderen.
  • 2. 
    De diensten van de Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden zien toe op de naleving van de in lid 1 vastgestelde voorafgaande voorwaarde, met name voordat de tranche wordt vrijgegeven en de deeltranches worden uitbetaald, waarbij zij, in voorkomend geval, naar behoren rekening houden met het op gezette tijdstippen uitgebrachte uitbreidingsverslag van de Commissie. De Commissie houdt bij dat proces rekening met de relevante aanbevelingen van internationale organen, zoals de Raad van Europa en de Commissie van Venetië daarvan. De Commissie stelt de Raad vóór de vrijgave van de tranche en de uitbetaling van de deeltranches aan Oekraïne in kennis van de vervulling van de in lid 1 genoemde voorwaarde.
  • 3. 
    De leden 1 en 2 van dit artikel zijn van toepassing overeenkomstig Besluit 2010/427/EU.
  • 4. 
    De in lid 2 van dit artikel bedoelde beoordeling wordt samen met de in artikel 5, lid 2, van Verordening (EU) 2024/792 bedoelde beoordeling uitgevoerd.
  • 5. 
    Indien de Commissie van oordeel is dat niet of niet langer wordt voldaan aan de in lid 1 gestelde voorafgaande voorwaarde, schort zij de uitbetalingen van de MFB-lening en de vrijgave van de in artikel 8 bedoelde niet-terugbetaalbare steun uit hoofde van het mechanisme op, voor zover die middelen betrekking hebben op de MFB-lening.

Artikel 12

Memorandum van overeenstemming

  • 1. 
    De Commissie moet met Oekraïne overeenstemming bereiken over beleidsvoorwaarden die aan de MFB-lening moeten worden gekoppeld. Die beleidsvoorwaarden worden vastgelegd in een memorandum van overeenstemming.
  • 2. 
    De beleidsvoorwaarden in het memorandum van overeenstemming sporen met de kwalitatieve en kwantitatieve stappen in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2024/1447 en eventuele wijzigingen daarvan. Daarenboven bevatten de beleidsvoorwaarden in het memorandum van overeenstemming een verbintenis om de samenwerking met de Unie op het gebied van het herstel, de wederopbouw en de modernisering van de Oekraïense defensie-industrie te bevorderen, in overeenstemming met de doelstellingen van programma’s van de Unie gericht op het herstel, de wederopbouw en de modernisering van de technologische en industriële defensiebasis van Oekraïne het en andere relevante instrumenten van de Unie.
  • 3. 
    De Commissie keurt de ondertekening van het memorandum van overeenstemming en de wijzigingen ervan goed door middel van uitvoeringshandelingen. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 16, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 13

Besluit tot vrijgave

  • 1. 
    Oekraïne dient vóór de vrijgave van de tranche een verzoek om middelen in, vergezeld van een verslag, overeenkomstig de bepalingen van het memorandum van overeenstemming.
  • 2. 
    De Commissie besluit tot uitkering van de tranche na haar beoordeling van de volgende voorwaarden:
 

a)

naleving van de in artikel 11, lid 1, vastgestelde voorafgaande voorwaarde, en

 

b)

bevredigende uitvoering van de in het memorandum van overeenstemming vastgestelde beleidsvoorwaarden.

  • 3. 
    De uitbetaling van de deeltranches kan worden afgestemd op het tijdschema voor de uitbetalingen van een lening of niet-terugbetaalbare financiële steun uit hoofde van pijler I van de faciliteit voor Oekraïne overeenkomstig Verordening (EU) 2024/792.

Artikel 14

Opgenomen en verstrekte leningen

  • 1. 
    Voor de financiering van de MFB-lening wordt de Commissie gemachtigd om, namens de Unie, de nodige financiële middelen op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen te lenen overeenkomstig artikel 224 van het Financieel Reglement.
  • 2. 
    In afwijking van artikel 31, lid 3, tweede zin, van Verordening (EU) 2021/947 wordt de financiële bijstand die in het kader van de MFB-lening aan Oekraïne wordt verstrekt, niet gedragen door de garantie voor extern optreden. Voor de MFB-lening worden geen voorzieningen gevormd en, in afwijking van artikel 214, lid 1, van het Financieel Reglement, wordt geen voorzieningspercentage vastgesteld als een percentage van het in artikel 10 van deze verordening genoemde bedrag.
  • 3. 
    De overeenkomstig artikel 11, lid 5, van deze verordening opgeschorte bedragen zijn, voor zover nodig, beschikbaar ter ondersteuning van de terugbetaling van door de Unie opgenomen leningen. Het gebruik van dergelijke middelen ontslaat Oekraïne niet van zijn verplichting om de MFB-lening terug te betalen overeenkomstig de voorwaarden van de MFB-leningsovereenkomst.

Artikel 15

MFB-leningsovereenkomst

  • 1. 
    De financiële voorwaarden van de MFB-lening worden in detail vastgelegd in de MFB-leningsovereenkomst.
  • 2. 
    Naast de in artikel 223, lid 4, van het Financieel Reglement vastgelegde elementen bevat de MFB-leningsovereenkomst de volgende vereisten:
 

a)

de rechten, verantwoordelijkheden en verplichtingen waarin de in artikel 9 van Verordening (EU) 2024/792 bedoelde kaderovereenkomst uit hoofde van de faciliteit voor Oekraïne voorziet, zijn van toepassing zijn op de MFB-leningsovereenkomst en de daarin opgenomen middelen;

 

b)

Oekraïne gebruikt dezelfde beheers- en controlesystemen als voorgesteld in het bij Verordening (EU) 2024/792 ingestelde Oekraïneplan;

 

c)

de Unie heeft recht op vervroegde terugbetaling van de MFB-lening indien is vastgesteld dat Oekraïne met betrekking tot het beheer van de MFB-lening fraude, corruptie of een andere onrechtmatige activiteit heeft gepleegd die afbreuk doet aan de financiële belangen van de Unie;

 

d)

Oekraïne blijft de in artikel 11, lid 1, gestelde voorafgaande voorwaarden naleven;

 

e)

het in artikel 8, lid 4, bedoelde overschot kan geheel of gedeeltelijk worden gebruikt voor de vervroegde terugbetaling van de MFB-lening op initiatief van de Commissie of, na goedkeuring van de Commissie, op verzoek van Oekraïne, en

 

f)

er wordt voorzien in gedetailleerde regelingen voor een trapsgewijze terugbetaling, waarbij:

 

i)

de niet-terugbetaalbare steun uit hoofde van het mechanisme die overeenkomstig artikel 8 voor de MFB-lening beschikbaar wordt gesteld, wordt gebruikt om de MFB-lening rechtstreeks terug te betalen.

 

ii)

indien er geen of slechts gedeeltelijke niet-terugbetaalbare steun uit hoofde van het mechanisme wordt verleend wegens ontoereikende bedragen, de door de Unie overeenkomstig artikel 8, lid 4, ingehouden bedragen worden gebruikt om de MFB-lening rechtstreeks terug te betalen.

 

iii)

indien de in de punten i) en ii) bedoelde bedragen ontoereikend zijn, Oekraïne, ingeval een overeenkomst wordt bereikt om aan Oekraïne oorlogsherstel of een gelijkwaardige financiële regeling voor oorlogsschade te verstrekken, die middelen gebruikt voor het aflossen van de MFB-lening, en

 

iv)

Oekraïne, indien de in de punten i), ii) en iii) bedoelde bedragen ontoereikend zijn, aansprakelijk blijft voor het uit hoofde van de MFB-lening verschuldigde resterende bedrag.

  • 3. 
    Niet-naleving van de voorwaarden van de MFB-leningsovereenkomst vormt voor de Commissie een reden om de vrijgave van de tranche of deeltranches op te schorten of te schrappen, of, indien gerechtvaardigd, om vervroegde terugbetaling van de MFB-lening te verzoeken.
  • 4. 
    De MFB-leningsovereenkomst wordt op verzoek gelijktijdig ter beschikking gesteld van het Europees Parlement en van de Raad.

Artikel 16

Comitéprocedure

  • 1. 
    De Commissie wordt bijgestaan door een comité. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
  • 2. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

HOOFDSTUK IV

SLOTBEPALINGEN

Artikel 17

Informatie voor het Europees Parlement en de Raad

  • 1. 
    De Commissie stelt het Europees Parlement en de Raad in kennis van de ontwikkelingen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening, waaronder de uitbetalingen uit hoofde van het mechanisme en de MFB-lening, en verstrekt die instellingen tijdig de relevante documenten. Die informatie moet worden verstrekt overeenkomstig de interinstitutionele regelingen die zijn overeengekomen in het kader van de faciliteit voor Oekraïne, met inbegrip van de dialoog over de faciliteit voor Oekraïne.
  • 2. 
    Uiterlijk op 30 juni van elk jaar dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de uitvoering van deze verordening in het voorgaande jaar, met inbegrip van een evaluatie van die uitvoering. In dat verslag:
 

a)

wordt de geboekte vooruitgang bij de uitvoering van de MFB-lening onderzocht, en

 

b)

worden de economische situatie en de vooruitzichten van Oekraïne, alsook de vorderingen bij de tenuitvoerlegging van de in artikel 12, lid 1, bedoelde beleidsvoorwaarden beoordeeld;

In voorkomend geval, met name nadat de MFB-lening en alle subsidiabele bilaterale leningsovereenkomsten zijn verstreken, neemt de Commissie in het in de eerste alinea bedoelde verslag een evaluatie op van de toereikendheid van de in deze verordening vervatte regelingen.

  • 3. 
    Uiterlijk op 31 december 2027 zal de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een ex-postevaluatieverslag indienen, met daarin een beoordeling van de resultaten en de doelmatigheid van de voltooide MFB-lening uit hoofde van deze verordening en van de mate waarin deze tot de doelstellingen van de bijstand heeft bijgedragen.

Artikel 18

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 24 oktober 2024.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • R. 
    METSOLA

Voor de Raad

De voorzitter

ZSIGMOND B. P.

 

  • (1) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 22 oktober 2024 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 23 oktober 2024.
  • (2) 
    Verordening (EU) 2022/2463 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2022 tot vaststelling van een instrument voor de toekenning van steun aan Oekraïne voor 2023 (macrofinanciële bijstand +) (PB L 322 van 16.12.2022, blz. 1).
  • (5) 
    Besluit 2014/512/GBVB van de Raad van 31 juli 2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PB L 229 van 31.7.2014, blz. 13).
  • (7) 
    Verordening (EU) nr. 833/2014 van de Raad van 31 juli 2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PB L 229 van 31.7.2014, blz. 1).
  • (9) 
    Besluit 2010/427/EU van de Raad van 26 juli 2010 tot vaststelling van de organisatie en werking van de Europese Dienst voor extern optreden (PB L 201 van 3.8.2010, blz. 30).
  • Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).
  • Verordening (EU) 2021/947 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juni 2021 tot vaststelling van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking — Europa in de wereld, tot wijziging en intrekking van Besluit nr. 466/2014/EU van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordening (EU) 2017/1601 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad (PB L 209 van 14.6.2021, blz. 1).
  • Besluit (EU, Euratom) 2020/2053 van de Raad van 14 december 2020 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie en tot intrekking van Besluit 2014/335/EU, Euratom (PB L 424 van 15.12.2020, blz. 1).
 

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2024/2773/oj

ISSN 1977-0758 (electronic edition)

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.