Besluit 2024/3086 - Standpunt EU tijdens de Conferentie over het Energiehandvest

1.

Wettekst

 

Publicatieblad

van de Europese Unie

NL

L-serie
 
 

2024/3086

11.12.2024

BESLUIT (EU) 2024/3086 VAN DE RAAD

van 2 december 2024

betreffende het namens de Europese Unie tijdens de Conferentie over het Energiehandvest in te nemen standpunt

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 194, lid 2, en artikel 207, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Het Verdrag inzake het Energiehandvest (EHV) en het bijbehorende Protocol betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten (Protocol on Energy Efficiency and Related Environmental Aspects — PEEREA) zijn door de Europese Commissie gesloten bij Besluit 98/181/EG, EGKS, Euratom van de Raad en de Commissie (1) en zijn op 16 april 1998 in werking getreden.
 

(2)

Bij artikel 49 van het EHV en artikel 21 van het PEEREA is de regering van de Portugese Republiek aangewezen als de depositaris van het EHV en het PEEREA. Op 1 februari 2024 heeft de Portugese Republiek kennisgegeven van haar voornemen zich terug te trekken uit het EHV en het PEEREA. De regering van de Portugese Republiek zal haar taak als depositaris dus niet langer vervullen. De terugtrekking van de Portugese Republiek uit het EHV en het PEEREA treedt in werking op 2 februari 2025.
 

(3)

Artikel 49 van het EHV en artikel 21 van het PEEREA moeten worden gewijzigd om een nieuwe depositaris van het EHV en het PEEREA aan te wijzen. De verdragsluitende partijen bij het EHV (de “verdragsluitende partijen”) zijn tijdens de onderhandelingen overeengekomen een dergelijke wijziging aan te brengen in de gemoderniseerde tekst van het EHV, teneinde het secretariaat van het Energiehandvest (het “secretariaat”) als nieuwe depositaris aan te wijzen. De verdragsluitende partijen zijn tevens overeengekomen het PEEREA op een gelijkaardige manier te wijzigen. De verdragsluitende partijen zijn voorts overeengekomen een nieuw memorandum van overeenstemming met betrekking tot artikel 49 van het EHV en artikel 21 van het PEEREA over de rol van het secretariaat als depositaris ter goedkeuring voor te leggen aan de Conferentie over het Energiehandvest. Aangezien niet alle verdragsluitende partijen het gemoderniseerde EHV na de aanneming ervan voorlopig zullen toepassen, zijn zij bovendien overeengekomen de Conferentie over het Energiehandvest twee besluiten ter goedkeuring voor te leggen waarbij het secretariaat wordt aangewezen als voorlopige depositaris vanaf 2 februari 2025, in afwachting van de inwerkingtreding van de wijzigingen van het EHV en het PEEREA.
 

(4)

Op grond van artikel 34 van het EHV neemt de Conferentie over het Energiehandvest teksten van wijzigingen van het EHV aan. Op grond van artikel 12 van het PEEREA neemt de Conferentie over het Energiehandvest teksten van wijzigingen van het PEEREA aan.
 

(5)

De Conferentie over het Energiehandvest zal de voorgestelde handelingen tijdens haar vergadering op 3 december 2024 aannemen met betrekking tot het EHV, en bij briefwisseling, die op 6 november 2024 is gestart met als uiterste termijn 30 januari 2025, met betrekking tot het PEEREA. De door de Conferentie over het Energiehandvest aan te nemen handelingen zullen bindend zijn voor de Unie.
 

(6)

Het is passend dat de Unie haar stemrecht tijdens de stemming in de Conferentie over het Energiehandvest over de voorgestelde wijziging van het EHV en het PEEREA, niet uitoefent, en evenmin over de voorgestelde memoranda van overeenstemming en besluiten. Het is ook passend het standpunt te bepalen dat moet worden ingenomen door de lidstaten die gezamenlijk optredende verdragsluitende partijen zijn voor aangelegenheden die onder de bevoegdheid van de Unie vallen. Dat standpunt laat de bevoegdheidsverdeling tussen de Unie en de lidstaten onverlet. Dat standpunt vormt een aanvulling op het standpunt dat is vastgesteld in Besluit (EU) 2024/1644 van de Raad (2).
 

(7)

De lidstaten die verdragsluitende partij zijn en die op de Conferentie over het Energiehandvest aanwezig zijn of bij briefwisseling stemmen, moeten een standpunt innemen dat geen belemmering vormt voor de aanneming of goedkeuring van de voorgestelde wijzigingen, memoranda van overeenstemming en besluiten,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    Overeenkomstig artikel 36, lid 7, van het Verdrag inzake het Energiehandvest (EHV) oefent de Unie haar stemrecht in de Conferentie over het Energiehandvest niet uit tijdens de stemming over het aan dit besluit gehechte voorstel voor wijzigingen in en memoranda van overeenstemming met betrekking tot artikel 49 van het EHV en artikel 21 van het EHV-Protocol betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten (Protocol on Energy Efficiency and Related Environmental Aspects — PEEREA), en evenmin over de besluiten betreffende de aanwijzing van een depositaris uit hoofde van artikel 49 van het EHV en artikel 21 van het PEEREA.
  • 2. 
    De lidstaten die verdragsluitende partij zijn bij het EHV oefenen op 3 december 2024, indien zij op de Conferentie over het Energiehandvest aanwezig zijn of bij briefwisseling, naargelang het geval, gezamenlijk hun stem op zodanige wijze uit dat die:
 

a)

geen belemmering vormt voor de aanneming door de Conferentie over het Energiehandvest van de voorgestelde wijziging van artikel 49 van het EHV (CC 760 REV2), die aan dit besluit is gehecht;
 

b)

geen belemmering vormt voor de goedkeuring van een nieuw memorandum van overeenstemming met betrekking tot artikel 49 van het EHV over de rol van het secretariaat van het Energiehandvest (CC 762 REV2), dat aan dit besluit is gehecht;
 

c)

geen belemmering vormt voor de goedkeuring van een besluit inzake de aanwijzing van het secretariaat van het Energiehandvest als depositaris uit hoofde van artikel 49 van het EHV met ingang van 2 februari 2025 (CC 814), dat aan dit besluit is gehecht, en
 

d)

geen belemmering vormt voor de aanneming bij briefwisseling van de voorgestelde wijziging van artikel 21 van het PEEREA, noch voor de goedkeuring van het bijbehorend memorandum van overeenstemming met betrekking tot artikel 21 van het PEEREA en van het besluit inzake de aanwijzing van het secretariaat van het Energiehandvest als depositaris uit hoofde van artikel 21 van het PEEREA met ingang van 2 februari 2025 (CC 823), die aan dit besluit zijn gehecht.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.

Gedaan te Brussel, 2 december 2024.

Voor de Raad

De voorzitter

NAGY M.

 
  • (1) 
    Besluit 98/181/EG, EGKS, Euratom van de Raad en de Commissie van 23 september 1997 betreffende sluiting door de Europese Gemeenschappen van het Verdrag inzake het Energiehandvest en het protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten (PB L 69 van 9.3.1998, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1998/181/oj).
 

BIJLAGE

1.   

Voorgestelde wijziging van artikel 49 van het EHV, opgenomen in de voorgestelde wijzigingen van het Verdrag inzake het Energiehandvest (document CC 760 REV2), zoals voorgelegd aan de Conferentie over het Energiehandvest op 3 september 2024

“Artikel 49

Depositaris

De regering van de Portugese Republiek Het secretariaat is depositaris van dit verdrag (1).”.

2.   

Voorgesteld nieuw memorandum van overeenstemming met betrekking tot artikel 49 van het EHV over de rol van het secretariaat van het Energiehandvest, opgenomen in de voorgestelde wijzigingen in memoranda van overeenstemming, verklaringen en besluit (document CC 762 REV2), zoals voorgelegd aan de Conferentie over het Energiehandvest op 3 september 2024

“

 

Memorandum van overeenstemming 16 met betrekking tot artikel 49 van het oorspronkelijke EHV

Memorandum van overeenstemming 18 met betrekking tot artikel 49 van het EHV, zoals gewijzigd in 1998

Onder “secretariaat” in artikel 49 wordt verstaan een “secretariaat” zoals gedefinieerd in artikel 35. Voor alle duidelijkheid wordt onder alle verwijzingen naar de “depositaris” in dit verdrag het in artikel 35 gedefinieerde “secretariaat” in de hoedanigheid van depositaris verstaan.

”.

3.   

Voorgesteld besluit van de Conferentie over het Energiehandvest betreffende de aanwijzing van het secretariaat van het Energiehandvest als depositaris krachtens artikel 49 van het Verdrag inzake het Energiehandvest (document CC 814), zoals voorgelegd aan de Conferentie over het Energiehandvest op 3 september 2024

“ 35e vergadering van de Conferentie over het Energiehandvest

3 december 2024

AANWIJZING VAN HET SECRETARIAAT VAN HET ENERGIEHANDVEST ALS DEPOSITARIS KRACHTENS ARTIKEL 49 VAN HET VERDRAG INZAKE HET ENERGIEHANDVEST

De verdragsluitende partijen bij het Verdrag inzake het Energiehandvest (EHV)

Nota nemend van de terugtrekking van de Portugese Republiek als verdragsluitende partij bij het EHV met ingang van 2 februari 2025,

Gezien de kennisgeving van de Portugese Republiek van 7 maart 2024 dat de regering van de Portugese Republiek de taken van depositaris krachtens artikel 49 van het EHV niet langer zal uitoefenen nadat de terugtrekking van kracht is geworden,

Herinnerend aan de wijziging van artikel 49 waarbij het secretariaat van het Energiehandvest (“secretariaat”) wordt aangewezen als depositaris van het EHV, die is aangenomen door de 35e Conferentie over het Energiehandvest [CC 814],

Zijn als volgt overeengekomen:

 

1.

In afwachting van de inwerkingtreding van de wijzigingen in het EHV die op 3 december 2024 voor de verdragsluitende partijen zijn aangenomen, verricht het secretariaat vanaf 2 februari 2025 op voorlopige basis de taken van de depositaris van het EHV voor elk van die partijen.
 

2.

Het secretariaat neemt alle nodige maatregelen om de overdracht van de depositaristaken door de regering van de Portugese Republiek te waarborgen en neemt die taken op grond van punt a) vanaf 2 februari 2025 op voorlopige basis op zich.”.

4.   

Voorgestelde wijzigingen van artikel 21 van het PEEREA (document CC 823), zoals voorgelegd aan de Conferentie over het Energiehandvest op 6 november 2024

“WIJZIGINGEN IN HET PROTOCOL BIJ HET ENERGIEHANDVEST BETREFFENDE ENERGIE-EFFICIËNTIE EN DAARMEE SAMENHANGENDE MILIEUASPECTEN

De verdragsluitende partijen bij het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten,

Nota nemend van de terugtrekking van de Portugese Republiek als verdragsluitende partij bij het Verdrag inzake het Energiehandvest en het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten, die op 2 februari 2025 van kracht zal worden,

Gezien de kennisgeving van de Portugese Republiek van 7 maart 2024 dat de regering van de Portugese Republiek de taken van depositaris krachtens artikel 49 van het Verdrag inzake het Energiehandvest niet langer zal uitoefenen nadat de terugtrekking van kracht is geworden,

zijn het volgende overeengekomen:

Artikel 1

Wijzigingen

Het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten, als vervat in bijlage 3 bij de Slotakte van de Conferentie over het Europees Energiehandvest, wordt als volgt gewijzigd:

 

1.

artikel 21 van het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten wordt als volgt gewijzigd: “De regering van de Portugese Republiek” wordt vervangen door “Het secretariaat”;
 

2.

artikel 22 van het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten wordt als volgt gewijzigd: “de Italiaanse” wordt geschrapt.

Artikel 2

Memoranda van overeenstemming

De verdragsluitende partijen bij het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten nemen de volgende memoranda van overeenstemming aan met betrekking tot artikel 21:

“Onder het “secretariaat” in artikel 21 van dit protocol wordt verstaan: het secretariaat dat is ingesteld bij artikel 35 van het Verdrag inzake het Energiehandvest. Voor alle duidelijkheid wordt onder alle verwijzingen naar de “depositaris” in dit protocol het in artikel 35 van het Verdrag inzake het Energiehandvest ingestelde secretariaat in de hoedanigheid van depositaris verstaan.”.

Artikel 3

Interim-bepalingen

  • 1. 
    In afwachting van de inwerkingtreding van de wijzigingen in het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten, die op 30 januari 2025 voor alle verdragsluitende partijen zijn aangenomen, verricht het secretariaat met ingang van 2 februari 2025 op voorlopige basis de taken van de depositaris van het Protocol bij het Energiehandvest betreffende energie-efficiëntie en daarmee samenhangende milieuaspecten voor elk van die partijen.
  • 2. 
    Het secretariaat neemt alle nodige maatregelen om de overdracht van de depositaristaken van de regering van de Portugese Republiek te waarborgen en neemt die taken op grond van lid 1 vanaf 2 februari 2025 op voorlopige basis op zich.”.
 
  • (1) 
    De voorgestelde nieuwe formulering is onderstreept en de ter schrapping voorgestelde tekst is doorgestreept.
 

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2024/3086/oj

ISSN 1977-0758 (electronic edition)

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.