Besluit 1980/237 - 80/237/Euratom: Besluit van de Raad van 18 februari 1980 tot oprichting van een Raadgevend Comité ad hoc inzake opwerking van bestraalde splijtstoffen - Hoofdinhoud

Avis juridique important

|

80/237/Euratom: Besluit van de Raad van 18 februari 1980 tot oprichting van een Raadgevend Comité ad hoc inzake opwerking van bestraalde splijtstoffen

Publicatieblad Nr. L 052 van 26/02/1980 blz. 0009 - 0010

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 15 Deel 2 blz. 0224

Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 12 Deel 2 blz. 0034

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 15 Deel 2 blz. 0224

Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 12 Deel 3 blz. 0204

Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 12 Deel 3 blz. 0204

BESLUIT VAN DE RAAD van 18 februari 1980 tot oprichting van een Raadgevend Comité ad hoc inzake opwerking van bestraalde splijtstoffen (80/237/Euratom)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

Gezien het ontwerp-besluit ingediend door de Commissie,

Overwegende dat de Commissie bij de Raad een mededeling heeft ingediend betreffende de hoofdpunten van een communautair beleid inzake opwerking van bestraalde splijtstoffen,

BESLUIT:

Enig artikel

Er wordt een Raadgevend Comité ad hoc inzake opwerking van bestraalde splijtstoffen opgericht, waarvan het mandaat in de bijlage is omschreven.

Dit Comité wordt samengesteld uit deskundigen die behoren tot overheidsinstanties en ondernemingen die betrokken zijn bij de verschillende, in de mededeling van de Commissie genoemde aspecten van de opwerking, en wel uit drie deskundigen die worden aangewezen door de Regering van elke Lid-Staat en drie vertegenwoordigers van de Commissie. Het Comité kiest zijn voorzitter. Het secretariaat wordt gevoerd door het Secretariaat-generaal van de Raad. Het Comité kan in onderlinge overeenstemming het advies inwinnen van deskundigen van landen en ondernemingen buiten de Gemeenschap.

Gedaan te Brussel, 18 februari 1980.

Voor de Raad

De Voorzitter

• G. 

  MARCORA

BIJLAGE Mandaat van het Raadgevend Comité ad hoc inzake opwerking van bestraalde splijtstoffen

• A. 

  Het Comité heeft tot taak: 1. de situatie van de opwerking in de Gemeenschap te analyseren uit het oogpunt van de ontwikkeling zowel van de behoeften als van de beschikbare capaciteiten en een volledige balans op te stellen ; in deze analyse wordt naar behoren rekening gehouden met de reeds verrichte werkzaamheden;

• 2. 

  gegevens te vergaren over de tussentijdse opslagcapaciteiten die vereist zullen zijn in afwachting van een opwerking op middellange termijn van de splijtstofelementen en na te gaan welke vraagstukken dit opwerpt;

• 3. 

  na te gaan of het gewenst is en welke middelen er zijn om de ontwikkeling van de in de Gemeenschap vereiste industriële capaciteiten te bevorderen en de coördinatie van de initiatieven tussen de betrokken partners te vergemakkelijken, waarbij naar behoren rekening wordt gehouden met de reeds bestaande juridische en industriële voorzieningen;

• 4. 

  ten aanzien van de industriële capaciteiten inzake opwerking, de wenselijkheid en de mogelijkheid na te gaan om alle relevante bepalingen van het Euratom-Verdrag te benutten in het bijzonder om te bevorderen dat de belangen van de promotoren en de gebruikers samenvallen.

• B. 

  Het Comité zendt uiterlijk binnen één jaar nadat het is opgericht en onder meer rekening houdend met de resultaten van de INFCE, zoals die door de Lid-Staten zijn beoordeeld, aan de Commissie een verslag toe dat deze, in voorkomend geval met passende voorstellen, bij de Raad zal indienen.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.