Verordening 1981/3494 - Wijziging van Verordening (EEG) nr. 1700/81 betreffende de opening, de verdeling en de wijze van beheer van een gemeenschappelijk tariefcontingent voor rum, arak en tafia van post 22.09 C I van het gemeenschappelijk douanetarief, uit de ACS-Staten (1981/1982) - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
|
Verordening (EEG) nr. 3494/81 van de Raad van 3 december 1981 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 1700/81 betreffende de opening, de verdeling en de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor rum, arak en tafia van post 22.09 C I van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit de ACS-Staten (1981/1982)
Publicatieblad Nr. L 353 van 09/12/1981 blz. 0002
++++
( 1 ) PB NR . L 172 VAN 30 . 6 . 1981 , BLZ . 1 .
( 2 ) PB NR . L 53 VAN 27 . 2 . 1981 , BLZ . 19 .
VERORDENING ( EEG ) NR . 3494/81 VAN DE RAAD VAN 3 DECEMBER 1981 HOUDENDE WIJZIGING VAN VERORDENING ( EEG ) NR . 1700/81 BETREFFENDE DE OPENING , DE VERDELING EN DE WIJZE VAN BEHEER VAN EEN COMMUNAUTAIR TARIEFCONTINGENT VOOR RUM , ARAK EN TAFIA VAN POST 22.09 C I VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK DOUANETARIEF VAN OORSPRONG UIT DE ACS-STATEN ( 1981/1982 )
DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,
GELET OP HET VERDRAG TOT OPRICHTING VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP , INZONDERHEID OP ARTIKEL 113 ,
GEZIEN HET VOORSTEL VAN DE COMMISSIE ,
OVERWEGENDE DAT DE RAAD BIJ VERORDENING ( EEG ) NR . 1700/81 ( 1 ) EEN COMMUNAUTAIR TARIEFCONTINGENT VOOR RUM , ARAK EN TAFIA VAN OORSPRONG UIT DE ACS-STATEN VOOR DE INVOER IN DE GEMEENSCHAP VAN DE NEGEN HEEFT GEOPEND ; DAT BIJ VERORDENING ( EEG ) NR . 439/81 ( 2 ) IS BEPAALD DAT DE HELLEENSE REPUBLIEK IS GEHOUDEN DEZE TARIEFMAATREGEL TOE TE PASSEN ; DAT DERHALVE VERORDENING ( EEG ) NR . 1700/81 DIENOVEREENKOMSTIG DIENT TE WORDEN GEWIJZIGD ,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :
ARTIKEL 1
VERORDENING ( EEG ) NR . 1700/81 WORDT ALS VOLGT GEWIJZIGD :
1 . IN ARTIKEL 1 :
-
-WORDEN DE WOORDEN " VAN DE NEGEN " GESCHRAPT ,
-
-WORDT VOOR " 189 029 " GELEZEN " 189 078 " ;
2 . IN ARTIKEL 2 , LID 1 , WORDT VOOR " 70 204 " GELEZEN " 70 253 " ;
3 . IN ARTIKEL 2 , LID 2 , WORDT IN DE KOLOM VAN DE QUOTA NA " DUITSLAND 45 000 " INGEVOEGD " GRIEKENLAND 49 " ;
4 . AAN ARTIKEL 2 , LID 2 , WORDT DE VOLGENDE ALINEA TOEGEVOEGD :
" BINNEN HET QUOTUM WORDEN DOOR DE HELLEENSE REPUBLIEK DOUANERECHTEN TOEGEPAST WELKE BEREKEND WORDEN VOLGENS DE BEPALINGEN TER ZAKE IN DE AKTE VAN TOETREDING VAN 1979 EN IN VERORDENING ( EEG ) NR . 439/81 ( 2 ) . " .
DE VOLGENDE VOETNOOT WORDT TOEGEVOEGD :
" ( 2 ) PB NR . L 53 VAN 27 . 2 . 1981 , BLZ . 19 " .
ARTIKEL 2
DEZE VERORDENING TREEDT IN WERKING OP DE DERDE DAG VOLGENDE OP DIE VAN HAAR BEKENDMAKING IN HET PUBLIKATIEBLAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN .
DEZE VERORDENING IS VERBINDEND IN AL HAAR ONDERDELEN EN IS RECHTSTREEKS TOEPASSELIJK IN ELKE LID-STAAT .
GEDAAN TE BRUSSEL , 3 DECEMBER 1981 .
VOOR DE RAAD
DE VOORZITTER
T . KING
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.