Verordening 1982/2010 - Vaststelling, voor het wijnoogstjaar 1982/1983, van de uit hoofde van de verplichte distillatie van de bijprodukten van de wijnbereiding te betalen prijzen en, in afwijking van Verordening (EEG) nr. 349/79, van het maximumbedrag van de bijdrage van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31982R2010

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31982R2010

Verordening (EEG) nr. 2010/82 van de Raad van 19 juli 1982 houdende vaststelling, voor het wijnoogstjaar 1982/1983, van de uit hoofde van de verplichte distillatie van de bijprodukten van de wijnbereiding te betalen prijzen en, in afwijking van Verordening (EEG) nr. 349/79, van het maximumbedrag van de bijdrage van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie

Publicatieblad Nr. L 216 van 24/07/1982 blz. 0004 - 0005

*****

VERORDENING (EEG) Nr. 2010/82 VAN DE RAAD

van 19 juli 1982

houdende vaststelling, voor het wijnoogstjaar 1982/1983, van de uit hoofde van de verplichte distillatie van de bijprodukten van de wijnbereiding te betalen prijzen en, in afwijking van Verordening (EEG) nr. 349/79, van het maximumbedrag van de bijdrage van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 337/79 van de Raad van 5 februari 1979 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3577/81 (2), inzonderheid op artikel 39, lid 6,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de Raad overeenkomstig artikel 39 van Verordening (EEG) nr. 337/79 en de artikelen 2 en 3 van Verordening (EEG) nr. 349/79 van de Raad van 5 februari 1979 betreffende de distillatie van de bijprodukten van de wijnbereiding (3), voor elk wijnoogstjaar de aankoopprijs bij verplichte distillatie en de prijs voor alcohol verkregen bij verplichte distillatie van de bijprodukten van de wijnbereiding vaststelt;

Overwegende dat de aankoopprijs bij verplichte distillatie volgens artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 349/79 niet minder mag bedragen dan 30 % en niet meer dan 40 % van de met ingang van 16 december 1982 geldende oriëntatieprijs voor tafelwijn van de soort A I; dat deze prijs met inachtneming van de bovengenoemde percentages moet worden vastgesteld, rekening houdend enerzijds met de noodzaak om zich ervan te verzekeren dat alle producenten volledig hebben voldaan aan de verplichting tot distillatie van de bijprodukten van de wijnbereiding en anderzijds met het prijspeil van wijnalcohol op de markt;

Overwegende dat bij de vaststelling van de in artikel 3, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EEG) nr. 349/79 bedoelde prijs voor alcohol verkregen bij verplichte distillatie op forfaitaire wijze rekening moet worden gehouden met de in dezelfde bepaling bedoelde criteria; dat voor de vaststelling van de in de derde alinea van dat lid bedoelde prijzen evenwel moet worden uitgegaan van de uiteenlopende kosten naar gelang van de oorsprong van de geleverde alcohol; dat alle prijzen overeenkomstig artikel 1, lid 2, sub d), van Verordening (EEG) nr. 349/79 gelden voor alcohol met een effectief alcohol-volumegehalte van ten minste 92 % vol;

Overwegende dat krachtens artikel 39, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 337/79 in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 349/79 is bepaald dat de bijdrage van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, in de uitgaven van de interventiebureaus slechts wordt verleend ingeval deze interventiebureaus verlies hebben geleden en in ieder geval een bepaald maximumbedrag niet mag overschrijden; dat de ervaring heeft geleerd dat deze regeling leidt tot administratieve en boekhoudkundige moeilijkheden voor de betrokken interventiebureaus; dat anderzijds het door deze bureaus geleden verlies steeds groter is dan de financiële bijdrage van het EOGFL; dat, om bovenbedoelde moeilijkheden te voorkomen, rekening moet worden gehouden met de in artikel 4 ter van Verordening (EEG) nr. 343/79 van de Raad van 5 februari 1979 tot vaststelling van de algemene voorschriften met betrekking tot bepaalde distillatieverrichtingen in de wijnbouwsector (4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2008/82 (5), aangehouden oplossing in het kader van de distillatieverrichtingen als bedoeld in de artikelen 40 en 41 van Verordening (EEG) nr. 337/79 en dat derhalve een forfaitair bedrag per hectoliter overgenomen zuivere alcohol moet worden vastgesteld, dat aan de interventiebureaus wordt uitgekeerd ongeacht hun verlies; dat daartoe moet worden afgeweken van artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 349/79;

Overwegende dat het bedrag van de bijdrage van het EOGFL, afdeling Garantie, moet worden vastgesteld met inachtneming van de situatie op de alcoholmarkt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    Voor het wijnoogstjaar 1982/1983 wordt:
  • de aankoopprijs bij verplichte distillatie: 1,00 Ecu/% vol/hl,
  • de in artikel 3, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EEG) nr. 349/79 bedoelde prijs voor alcohol verkregen bij verplichte distillatie: 1,56 Ecu/% vol/hl,
  • de in de derde alinea van hetzelfde lid bedoelde prijs voor van draf afkomstige alcohol verkregen bij verplichte distillatie: 1,69 Ecu/% vol/hl,
  • de in de derde alinea van hetzelfde lid bedoelde prijs voor van wijn afkomstige alcohol verkregen bij verplichte distillatie: 1,43 Ecu/% vol/hl,
  • de in de derde alinea van hetzelfde lid bedoelde prijs voor van wijnmoer afkomstige alcohol verkregen bij verplichte distillatie: 1,43 Ecu/% vol/hl.
  • 2. 
    In afwijking van artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 349/79 wordt het bedrag van de bijdrage van het EOGFL, afdeling Garantie, in de uitgaven van de interventiebureaus voor datzelfde wijnoogstjaar vastgesteld op 0,55 Ecu/% vol/hl.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 1 september 1982.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 19 juli 1982.

Voor de Raad

De Voorzitter

  • B. 
    WESTH
  • (1) 
    PB nr. L 54 van 5. 3. 1979, blz. 1.
  • (2) 
    PB nr. L 359 van 15. 12. 1981, blz. 1.
  • (3) 
    PB nr. L 54 van 5. 3. 1979, blz. 84.
  • (4) 
    PB nr. L 54 van 5. 3. 1979, blz. 64.
  • (5) 
    Zie blz. 2 van dit Publikatieblad.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.