Besluit 1990/254 - Criteria voor de erkenning van organisaties en verenigingen van fokkers die stamboeken voor raszuivere fokschapen en -geiten bijhouden of instellen

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31990D0254

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31990D0254

90/254/EEG: Beschikking van de Commissie van 10 mei 1990 tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van organisaties en verenigingen van fokkers die stamboeken voor raszuivere fokschapen en -geiten bijhouden of instellen

Publicatieblad Nr. L 145 van 08/06/1990 blz. 0030 - 0031

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 32 blz. 0215

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 32 blz. 0215

*****

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 10 mei 1990

tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van organisaties en verenigingen van fokkers die stamboeken voor raszuivere fokschapen en -geiten bijhouden of instellen

(90/254/EEG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 89/361/EEG van de Raad van 30 mei 1989 betreffende raszuivere fokschapen en -geiten (1), en met name op artikel 4, eerste streepje,

Overwegende dat de stamboeken in alle Lid-Staten door fokkersorganisaties, fokkersverenigingen of officiële diensten worden bijgehouden of ingesteld; dat derhalve de criteria voor de erkenning van fokkersorganisaties en fokkersverenigingen dienen te worden vastgesteld;

Overwegende dat een organisatie of vereniging van fokkers de aanvraag om officiële erkenning bij de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staat waarin zij is gevestigd, moet indienen;

Overwegende dat wanneer een organisatie of vereniging van fokkers aan bepaalde criteria voldoet en haar doelstellingen heeft vastgesteld, zij door de autoriteiten van de Lid-Staat waarbij zij de aanvraag heeft ingediend, officieel moet worden erkend;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Zooetechnisch Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Om officieel te worden erkend, moet een organisatie of vereniging van fokkers die stamboeken bijhoudt of instelt, bij de autoriteiten van de Lid-Staat op het grondgebied waarvan haar zetel is gevestigd, een aanvraag indienen.

Artikel 2

  • 1. 
    De autoriteiten van de betrokken Lid-Staat moeten de officiële erkenning verlenen aan iedere organisatie of vereniging van fokkers die stamboeken bijhoudt of instelt en die aan de in de bijlage vastgestelde voorwaarden voldoet.
  • 2. 
    Voor een ras waarvoor in een Lid-Staat reeds een of meer officieel erkende organisaties of verenigingen van fokkers bestaan, hebben de autoriteiten van de betrokken Lid-Staat echter het recht een nieuwe organisatie of vereniging van fokkers niet te erkennen, indien deze de instandhouding van het ras in gevaar brengt of de uitvoering van het zooetechnische programma van een bestaande organisatie of vereniging doorkruist. De Lid-Staten stellen de Commissie van de in dit verband verleende of geweigerde erkenningen in kennis.

Artikel 3

De autoriteiten van de betrokken Lid-Staat trekken de officiële erkenning van een organisatie of vereniging van fokkers die stamboeken bijhoudt in, indien deze niet langer op duurzame wijze aan de in de bijlage vastgestelde voorwaarden voldoet.

Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 10 mei 1990.

Voor de Commissie

Ray MAC SHARRY

Lid van de Commissie

  • (1) 
    PB nr. L 153 van 6. 6. 1989, blz. 30.

BIJLAGE

Organisaties en verenigingen van fokkers die stamboeken bijhouden of instellen, komen voor officiële erkenning in aanmerking, indien zij:

  • 1. 
    overeenkomstig de wetgeving in de Lid-Staat waar de aanvraag wordt ingediend, rechtspersoonlijkheid bezitten;
  • 2. 
    bij controle door de bevoegde autoriteiten aantonen dat zij:
  • a) 
    doeltreffend functioneren,
  • b) 
    in staat zijn de voor het bijhouden van de afstamming vereiste controles uit te voeren,
  • c) 
    voldoende dieren omvatten om een programma voor rasverbetering te kunnen uitvoeren of om de instandhouding van het ras te kunnen garanderen wanneer dit noodzakelijk wordt geacht,
  • d) 
    in staat zijn om gebruik te maken van de voor de uitvoering van het programma tot verbetering of instandhouding van het ras benodigde gegevens over de zooetechnische prestaties;
  • 3. 
    voorschriften hebben inzake:
  • a) 
    de kenmerken van het ras (of de rassen),
  • b) 
    het systeem voor de identificatie van de dieren,
  • c) 
    het systeem voor de registratie van de afstamming,
  • d) 
    de doelstellingen op fokgebied,
  • e) 
    het systeem voor de benutting van de zooetechnische gegevens, waarmee de bepaling van de genetische waarde wordt uitgevoerd,
  • f) 
    de indeling van het stamboek, indien er uiteenlopende voorwaarden voor de inschrijving van de dieren of verschillende wijzen van classificering van de in het stamboek ingeschreven dieren gelden;
  • 4. 
    beschikken over statuten waarin met name wordt bepaald, dat tussen aangeslotenen niet mag worden gediscrimineerd.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.