Verordening 2001/1339 - Uitbreiding van de werking van Verordening (EG) nr. 1338/2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij, tot de lidstaten die de euro niet als munteenheid hebben aangenomen

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 32001R1339

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

32001R1339

Verordening (EG) nr. 1339/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende uitbreiding van de werking van Verordening (EG) nr. 1338/2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij, tot de lidstaten die de euro niet als munteenheid hebben aangenomen

Publicatieblad Nr. L 181 van 04/07/2001 blz. 0011 - 0011

Verordening (EG) nr. 1339/2001 van de Raad

van 28 juni 2001

houdende uitbreiding van de werking van Verordening (EG) nr. 1338/2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij, tot de lidstaten die de euro niet als munteenheid hebben aangenomen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, inzonderheid op artikel 308,

Gezien het voorstel van de Commissie(1),

Gezien het advies van het Europees Parlement(2),

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) 
    Bij de vaststelling van Verordening (EG) nr. 1338/2001(3) heeft de Raad bepaald dat de artikelen 1 tot en met 11 daarvan van kracht zijn in de lidstaten die de euro als munteenheid hebben aangenomen.
  • (2) 
    Het is evenwel van belang dat de euro in de lidstaten die deze munteenheid niet hebben aangenomen, hetzelfde beschermingsniveau geniet en dat daartoe de nodige maatregelen worden genomen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De toepassing van de artikelen 1 tot en met 11 van Verordening (EG) nr. 1338/2001 wordt uitgebreid tot de lidstaten die de euro niet als munteenheid hebben aangenomen.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2002. Zij is echter vanaf de bekendmaking van toepassing op bankbiljetten en munten die nog niet zijn uitgegeven, maar die uitgegeven zullen worden.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 28 juni 2001.

Voor de Raad

De voorzitter

  • B. 
    Rosengren
  • (1) 
    PB C 337 E van 28.11.2000, blz. 264.
  • (2) 
    Advies uitgebracht op 3 mei 2001 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
  • (3) 
    Zie bladzijde 6 van dit Publicatieblad.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.