Verordening 2001/1687 - Wijziging van Verordening (Euratom, EGKS, EG) nr. 3418/93 houdende uitvoeringsvoorschriften betreffende een aantal bepalingen van het Financieel Reglement van 21 december 1977

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 32001R1687

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

32001R1687

Verordening (EG) nr. 1687/2001 van de Commissie van 21 augustus 2001 tot wijziging van Verordening (Euratom, EGKS, EG) nr. 3418/93 houdende uitvoeringsvoorschriften betreffende een aantal bepalingen van het Financieel Reglement van 21 december 1977

Publicatieblad Nr. L 228 van 24/08/2001 blz. 0008 - 0016

Verordening (EG) nr. 1687/2001 van de Commissie

van 21 augustus 2001

tot wijziging van Verordening (Euratom, EGKS, EG) nr. 3418/93 houdende uitvoeringsvoorschriften betreffende een aantal bepalingen van het Financieel Reglement van 21 december 1977

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Financieel Reglement van 21 december 1977 van toepassing op de algemene begroting der Europese Gemeenschappen(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 762/2001 van de Raad(2), en met name op artikel 139,

Na raadpleging van het Europees Parlement en de Raad,

Gezien de adviezen van, respectievelijk, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio's en de Ombudsman,

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) 
    Verordening (Euratom, EGKS, EG) nr. 3418/93 van de Commissie van 9 december 1993 houdende uitvoeringsvoorschriften betreffende een aantal bepalingen van het Financieel Reglement van 21 december 1977(3), laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2000/716/EG(4), moet worden gewijzigd naar aanleiding van de wijzigingen die in het Financieel Reglement zijn aangebracht.
  • (2) 
    De principes van goed financieel beheer maken het noodzakelijk bepalingen in te voeren met betrekking tot de evaluatie van de verschillende projecten, programma's en acties.
  • (3) 
    Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1103/97 van de Raad van 17 juni 1997 over enkele bepalingen betreffende de invoering van de euro(5), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2595/2000(6), worden verwijzingen naar de ecu met ingang van 1 januari 1999 vervangen door verwijzingen naar de euro, tegen een koers van één euro voor één ecu. Elke verwijzing naar de ecu in Verordening (Euratom, EGKS, EG) nr. 3418/93 moet dus worden gelezen als verwijzing naar de euro.
  • (4) 
    Het is goed de koers van de euro in de verschillende deviezen die de instellingen bij de uitvoering van de begroting gebruiken, door de Commissie te laten vaststellen aan de hand van de door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoersen.
  • (5) 
    Wegens de opheffing van het Europees Fonds voor Monetaire Samenwerking (EFMS) moet een nieuwe referentierente worden vastgesteld, namelijk die van de herfinancieringsoperaties van de Europese Centrale Bank.
  • (6) 
    Het begrip "belangenverstrengeling" moet nader worden omschreven.
  • (7) 
    De doorzichtigheid van de uitbestede verrichtingen moet worden gewaarborgd.
  • (8) 
    De ontwikkeling van de geïntegreerde informatiesystemen noopt tot de opname van een nieuwe bepaling betreffende de geldigverklaring van de betalingen door de rekenplichtige.
  • (9) 
    De procedure inzake de instelling van beheer van gelden ter goede rekening en de aanwijzing van beheerders van gelden ter goede rekening moet worden aangepast aan het spoedeisende karakter van de gevallen waarin van deze procedure wordt gebruikgemaakt; op deze gebieden moet de ordonnateur het initiatief kunnen nemen, terwijl de rekenplichtige beslist.
  • (10) 
    De beginselen inzake de uitoefening van de interne controle moeten nader worden omschreven.
  • (11) 
    Wegens de wijziging van artikel 36 van het Financieel Reglement, die tot doel heeft een betere overeenstemming tussen de juridische verbintenissen en de budgettaire verplichtingen te waarborgen, moeten enkele bepalingen van titel VII worden aangepast.
  • (12) 
    Ter beveiliging van de betalingen per overmaking moet een bepaling betreffende het aanleggen van het derdenbestand worden opgenomen.
  • (13) 
    De bepalingen betreffende de overheidsopdrachten moeten worden gehergroepeerd en gerationaliseerd teneinde ze in overeenstemming te brengen met de in het kader van de Wereldhandelsorganisatie gesloten multilaterale overeenkomst inzake overheidsopdrachten en de richtlijnen van de Raad.
  • (14) 
    Met het oog op de harmonisatie en vereenvoudiging van de procedures voor het gunnen van opdrachten, en op de uitbreiding van de bevoegdheden van de ordonnateurs, moet het drempelbedrag waarboven de CCAM bevoegd is, zeker voor de Commissie, gezien de omvang van de opdrachten, maar ook, in mindere mate, voor de overige instellingen, worden verhoogd. Om het effect van de verhoging van het drempelbedrag te kunnen beoordelen, wordt voorgesteld dit bedrag voor de CCAM van de Commissie in twee fasen te verhogen, waarbij een tussentijdse evaluatie plaatsvindt.
  • (15) 
    De boekhouding moet de waardeveranderingen registreren door de nodige afschrijvingen te verrichten en rekening houden met de waardevermindering van activa door voorzieningen te vormen. Met het oog op het voorzichtigheidsbeginsel moet de rekenplichtige tevens voorzieningen voor risico's en lasten vormen.
  • (16) 
    De Commissie ontvangt geen voorschotten meer voor haar activiteiten voor rekening van derden op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling en heeft de CCAM-GCO opgeheven.
  • (17) 
    Er moet rekening worden gehouden met de beschikking van de Commissie van 21 augustus 2001 betreffende de bijstelling van de in deze verordening vermelde forfaitaire bedragen met ingang van 1 januari 2001,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    De eerste overweging wordt vervangen door: "Overwegende dat in sommige bepalingen van de artikelen 11, 22, 23, 24, 25, 28, 29, 36, 37, 38, 41, 45, 46, 49, 53, 54, 56, 58, 59, 60, 63, 64 bis, 65, 66, 70, 70 bis, 75, 94, 97 en 123 van het Financieel Reglement uitdrukkelijk is bepaald dat uitvoeringsvoorschriften dienen te worden vastgesteld;".
  • 2. 
    De volgende titel wordt ingevoegd: "TITEL I

EVALUATIE VAN DE UITGAVEN

(Artikel 2 van het Financieel Reglement)

Artikel 1

  • 1. 
    Alle voorstellen voor nieuwe programma's of acties die uitgaven voor de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen meebrengen, worden onderworpen aan een evaluatie vooraf. Hierbij wordt het volgende vastgesteld:
  • a) 
    de behoefte waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien,
  • b) 
    de te bereiken doelen,
  • c) 
    de verwachte resultaten en de voor het beoordelen hiervan bijbehorende indicatoren,
  • d) 
    de toegevoegde waarde van de communautaire bijstandsverlening,
  • e) 
    de aan de voorstellen verbonden risico's, inclusief fraude, en de alternatieven,
  • f) 
    de lering die uit reeds verrichte soortgelijke activiteiten is getrokken,
  • g) 
    het bedrag van de toe te wijzen kredieten, personele middelen en andere administratieve uitgaven met inachtneming van het kosteneffectiviteitsbeginsel,
  • h) 
    het in te stellen toezichtsysteem.
  • 2. 
    Alle programma's en acties worden vervolgens onderworpen aan een evaluatie achteraf met betrekking tot de toegewezen personele en financiële middelen en de behaalde resultaten, om na te gaan of de doelstellingen zijn bereikt.
  • 3. 
    De bij de uitvoering van een meerjarenprogramma behaalde resultaten worden geregeld geëvalueerd, volgens een tijdschema dat de mogelijkheid biedt met de uitkomsten van deze evaluatie rekening te houden bij de beslissingen over de voortzetting, wijziging of stopzetting van het programma.

Op jaarbasis gefinancierde acties worden ten minste om de zes jaar op de behaalde resultaten geëvalueerd.".

  • 3. 
    Titel I wordt titel I bis. In titel I bis wordt het woord "ecu" vervangen door het woord "euro".
  • 4. 
    Het volgende artikel wordt ingevoegd: "Artikel 1 bis
  • 1. 
    De Commissie stelt aan de hand van de door de Europese Centrale Bank vastgestelde en in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen gepubliceerde referentiekoersen de koers van de euro vast in de verschillende deviezen die de instellingen bij de uitvoering van de begroting gebruiken.
  • 2. 
    De omrekeningen tussen de euro en de nationale valuta's worden verricht tegen de in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen gepubliceerde dagkoers. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 11, lid 4, van het Financieel Reglement worden de euro en de nationale valuta's evenwel voor de in de artikelen 69 tot en met 72 van het Financieel Reglement bedoelde boekhouding omgerekend tegen de maandelijkse koersen van de euro die worden berekend op basis van de koersen van de voorlaatste werkdag van de maand die voorafgaat aan de maand waarvoor de koersen worden bepaald.
  • 3. 
    Wat de deviezen betreft waarvan de dagkoers niet in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen wordt gepubliceerd, bepaalt de Commissie de koers van de euro ten opzichte van deze deviezen door gebruik te maken van alle informatiebronnen die zij betrouwbaar acht.".
  • 5. 
    In de artikelen 2, 3, 4, 5 en 136, lid 8, worden de woorden "artikel 1" vervangen door "artikel 1 bis". In de artikelen 2, 3, 4, 5, 94, 136 en 145 wordt "ecu" vervangen door "euro".
  • 6. 
    In artikel 3 wordt "Verordening (EEG) nr. 2776/88 van de Commissie" vervangen door "Verordening (EG) nr. 296/96 van de Commissie".
  • 7. 
    De benaming van titel II wordt vervangen door: "TITEL II

DELEGATIES EN UITBESTEDING

(Artikel 22 van het Financieel Reglement)"

  • 8. 
    De hiernavolgende artikelen 9 bis en 9 ter worden ingevoegd: "Artikel 9 bis

De delegatiegever en de delegatieverkrijger moeten, voordat zij een handeling ter uitvoering van de begroting verrichten, hun directe chef schriftelijk in kennis stellen van eventuele belangenverstrengelingen of -conflicten die van invloed kunnen zijn op de onpartijdige en objectieve uitoefening van hun functie. Deze belangenverstrengelingen of -conflicten kunnen met name het gevolg zijn van familiebanden, vriendschap, politieke verwantschap, nationaliteit, economische belangen of enige andere verwantschap met de begunstigde. De directe chef van de delegatiegever of de delegatieverkrijger verklaart schriftelijk of er al dan niet sprake is van belangenverstrengeling of -conflict. Indien dat het geval is, kan de handeling niet door de betrokken delegatiegever of delegatieverkrijger worden verricht.

Wanneer hij het bestaan van een dergelijke verstrengeling of conflict van belangen verzuimt te melden, is de delegatiegever of de delegatieverkrijger tuchtrechtelijk verantwoordelijk en geldelijk aansprakelijk overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 73 tot en met 77 van het Financieel Reglement. Dit is tevens het geval wanneer zij een handeling ter uitvoering van de begroting verrichten terwijl hun directe chef heeft verklaard dat sprake is van een verstrengeling of conflict van belangen.

Artikel 9 ter

Om de doorzichtigheid van de uitbestede verrichtingen te waarborgen, worden de kosten en de uitgaven in verband met het beheer afzonderlijk geboekt en worden de renteopbrengsten en andere baten op de middelen die de medecontractant van de Commissie heeft ontvangen, vastgesteld.

De contracten moeten de gepaste clausules bevatten, met name betreffende de behandeling van de renteopbrengsten en andere baten, het bijhouden van de rekeningen en de terugvordering van onverschuldigd betaalde bedragen.

De regels voor het beheer van de middelen die ter beschikking van onderaannemers worden gesteld, met name met het oog op betalingen aan de begunstigden van communautaire programma's of acties, alsmede de beroepsregels met betrekking tot onder andere onverenigbaarheid, belangenverstrengeling en vertrouwelijkheid, worden vastgesteld in de contracten die de instelling sluit met de onderaannemer.".

  • 9. 
    Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:
  • a) 
    in lid 1 worden de woorden "geïntegreerde beheerssystemen" vervangen door "geïntegreerde informatiesystemen";
  • b) 
    in lid 2, onder f), worden de woorden "de betalings- en de inningsopdrachten" vervangen door: "de betalingsopdrachten, de geraamde schuldvorderingen en de inningsopdrachten. Dit geldt ook voor de vervanging van de originele bewijsstukken door de systemen voor elektronisch documentenbeheer.";
  • c) 
    het volgende lid wordt toegevoegd: "3. Wanneer het beheer wordt gevoerd met behulp van informatiesystemen die in overeenstemming zijn met de leden 1 en 2, mogen de verificaties die de rekenplichtige verricht om de betalingen geldig te verklaren, worden aangevuld door regelmatige, zo nodig ter plaatse te verrichten verificaties van deze systemen.".
  • 10. 
    Aan artikel 14 wordt de volgende tweede alinea toegevoegd: "De beheerders van gelden ter goede rekening worden aangewezen op grond van hun specifieke bekwaamheid, gezien het belang van het beheer dat zij moeten voeren, gestaafd door diploma's of een gelijkwaardige beroepservaring, dan wel een passende voorafgaande opleiding.".
  • 11. 
    Artikel 19 wordt geschrapt.
  • 12. 
    In artikel 24 wordt "Verordening (EEG, Euratom) nr. 1552/89" vervangen door "Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000".
  • 13. 
    Artikel 27 wordt geschrapt.
  • 14. 
    In artikel 30 wordt "artikel 215" vervangen door "artikel 288".
  • 15. 
    Artikel 31 komt te luiden: "Artikel 31

De in artikel 75, lid 4, van het Financieel Reglement bedoelde bijzondere vergoeding bedraagt maandelijks:

  • a) 
    139 EUR voor de rekenplichtige,
  • b) 
    94 EUR voor de ondergeschikt rekenplichtigen,
  • c) 
    47 EUR voor de beheerders van gelden ter goede rekening die gedurende 30 opeenvolgende dagen of langer een bedrag van ten minste 3800 EUR beheren.

De vergoeding luidt in euro en het betrokken bedrag wordt in euro op de in artikel 32 van onderhavige verordening bedoelde waarborgrekening gestort.".

  • 16. 
    Artikel 32, eerste alinea, derde zin, wordt vervangen door: "De rekening wordt periodiek gecrediteerd voor het bedrag van de in artikel 31 bedoelde maandelijkse vergoeding en voor een jaarlijkse rente ter hoogte van het jaarlijkse gemiddelde van de maandelijkse rentepercentages die de Europese Centrale Bank op haar basisherfinancieringsoperaties in euro toepast.".
  • 17. 
    De titel van titel V wordt als volgt gewijzigd: "TITEL V

REGELS DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DE FINANCIEEL CONTROLEUR, DE ONDERGESCHIKTE FINANCIEEL CONTROLEURS EN DE INTERNE CONTROLEUR

(Artikelen 24 en 24 bis van het Financieel Reglement)"

  • 18. 
    De hiernavolgende artikelen 43 bis en ter worden ingevoegd: "Artikel 43 bis

De interne controlefunctie wordt overeenkomstig de gangbare internationale normen uitgeoefend. De interne controle heeft betrekking op de doeltreffendheid en de efficiëntie van de beheers- en controlesystemen. De interne controleverslagen worden toegezonden aan de gecontroleerde diensten en aan de instanties die door de instellingen zijn aangewezen om erop toe te zien dat hun diensten de aanbevelingen opvolgen.

Artikel 43 ter

De interne controleur wordt op grond van zijn bijzondere deskundigheid uit de onderdanen van de lidstaten gekozen.".

  • 19. 
    Artikel 44, eerste alinea, eerste zin, wordt vervangen door: "De bevoegde ordonnateur stelt overeenkomstig het bepaalde in artikel 28, lid 1, van het Financieel Reglement voor elke maatregel of situatie waardoor een schuldvordering van de Gemeenschappen ontstaat of wordt gewijzigd, een geraamde schuldvordering op.".
  • 20. 
    In lid 2 van artikel 45 worden de woorden "door de debiteur te verzoeken het verschuldigde bedrag op de gestelde datum te betalen" geschrapt.
  • 21. 
    In artikel 46 wordt het woord "voorlopige" vervangen door "geraamde".
  • 22. 
    Niet van toepassing voor de Nederlandse tekst.
  • 23. 
    De artikelen 52 en 53 worden vervangen door: "Artikel 52

Beginselbesluiten van de instelling die een betalingsverplichting jegens derden inhouden, gelden als het aangaan van betalingsverplichtingen.

Artikel 53

Indien voor een bepaalde uitgave een beginselbesluit van de instelling nodig is, kan het ontwerp van het beginselbesluit slechts door de instelling worden goedgekeurd indien de financieel controleur dit ontwerp van tevoren heeft goedgekeurd. De financieel controleur keurt dit ontwerp alleen goed indien het voldoet aan de vereisten van goed financieel beheer. De ordonnateur legt naast het ontwerp-beginselbesluit een voorstel tot het aangaan van de betalingsverplichting met betrekking tot het beginselbesluit aan de financieel controleur voor.

Zodra de instelling het ontwerp-besluit heeft goedgekeurd, wordt het desbetreffende algemene vastleggingsvoorstel samen met het desbetreffende voorstel voor een juridische verbintenis voor visum aan de financieel controleur toegezonden.

Indien de instelling het ontwerp-besluit niet goedkeurt of het voorgestelde uitgavenbedrag verlaagt, wordt het voorstel tot het aangaan van de betalingsverplichting gewijzigd of geannuleerd en, in voorkomend geval, door een overeenkomstig voorstel tot het aangaan van de betalingsverplichting vervangen, dat aan de financieel controleur wordt voorgelegd ter verkrijging van diens voorafgaand visum.

De ordonnateur sluit de individuele juridische verbintenissen binnen de in artikel 36, lid 2, van het Financieel Reglement genoemde termijnen. ledere afzonderlijke juridische verbintenis wordt, voorafgaand aan de ondertekening ervan, overeenkomstig artikel 37, lid 2, van het Financieel Reglement, ter visering voorgelegd aan de financieel controleur. Deze verbintenissen worden, voorafgaand aan de ondertekening ervan, door de ordonnateur in de boekhouding in mindering gebracht op de algemene vastlegging.

Uiterlijk drie maanden na de uiterste uitvoeringsdatum van de algemene vastlegging wordt het verschil tussen de in de tweede alinea bedoelde verplichting en de som van de in de centrale boekhouding opgenomen bedragen door de ordonnateur onverwijld vrijgemaakt overeenkomstig de vierde alinea.".

  • 24. 
    In de laatste alinea van artikel 54 worden na "tolken" de woorden "of vertalers" ingevoegd.
  • 25. 
    In artikel 81 worden de woorden "400 ecu" vervangen door "420 EUR".
  • 26. 
    Het volgende artikel 81 bis wordt ingevoegd: "Artikel 81 bis
  • 1. 
    De betalingen per postgiro- of bankoverschrijving mogen slechts door de rekenplichtige worden verricht indien de bankgegevens van de begunstigde van de betaling van tevoren zijn opgenomen in een door elke instelling centraal beheerd bestand.

De opneming van de bankgegevens van de begunstigde in het bestand of de wijziging van deze gegevens geschieden op basis van een door de bank van de begunstigde of, in het geval van betalingen aan ambtenaren en andere functionarissen, door de begunstigde zelf afgegeven papieren of elektronisch document.

  • 2. 
    Met het oog op betalingen per postgiro- of bankoverschrijving mogen de ordonnateurs slechts namens hun instelling verplichtingen jegens een derde aangaan indien deze hun de documentatie verstrekt die nodig is om hem in het bestand op te nemen.

De ordonnateurs zien erop toe dat de door de begunstigde verstrekte bankgegevens geldig blijven gedurende de periode waarop de verplichting van de instelling jegens hem betrekking heeft. In voorkomend geval moet de ordonnateur deze gegevens bijwerken overeenkomstig het bepaalde in lid l, tweede alinea.".

  • 27. 
    Artikel 82, tweede alinea, komt te luiden: "De instelling van beheer van gelden ter goede rekening en de grondige wijziging of aanpassing van de werkingsvoorwaarden ervan geschieden bij besluit van de rekenplichtige op een met redenen omkleed voorstel van de ordonnateur, na gunstig advies van de financieel controleur.".
  • 28. 
    Artikel 83, eerste alinea, wordt vervangen door: "De aanwijzing van een beheerder van gelden ter goede rekening geschiedt bij besluit van de rekenplichtige op een met redenen omkleed voorstel van de ordonnateur.".
  • 29. 
    In artikel 94, lid 1, eerste streepje, worden de woorden "Europees Fonds voor Monetaire Samenwerking op zijn ecu-operaties" vervangen door "Europese Centrale Bank op haar basisherfinancieringsoperaties in euro".
  • 30. 
    De benaming van titel XV wordt vervangen door: "TITEL XV

PROCEDURES VOOR HET PLAATSEN VAN OVERHEIDSOPDRACHTEN

(Artikelen 56 en 58 van het Financieel Reglement)".

  • 31. 
    Artikel 97 komt te luiden: "Artikel 97
  • 1. 
    De richtlijnen van de Raad inzake overheidsopdrachten voor werken, voor leveringen en voor diensten zijn van toepassing bij het plaatsen van opdrachten door de instellingen, zodra het bedrag van de opdracht gelijk is aan of hoger is dan de bij deze richtlijnen vastgestelde drempelwaarden.

De bepalingen van deze richtlijnen hebben met name betrekking op:

  • a) 
    de procedures voor het plaatsen van opdrachten,
  • b) 
    de gemeenschappelijke regels inzake bekendmaking,
  • c) 
    de gemeenschappelijke voorschriften op het gebied van technische specificaties,
  • d) 
    de gemeenschappelijke regels inzake deelneming,
  • e) 
    de criteria voor kwalitatieve selectie,
  • f) 
    de criteria voor het gunnen van de opdrachten.
  • 2. 
    Hetzelfde geldt voor de opdrachten die de Commissie plaatst overeenkomstig de bepalingen van de multilaterale overeenkomst betreffende de overheidsopdrachten die in het kader van de Wereldhandelsorganisatie is gesloten. Voor de toepassing van deze overeenkomst volgt de Commissie de procedurevoorschriften die zijn opgenomen in de richtlijnen van de Raad tot coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten.".
  • 32. 
    De hiernavolgende artikelen 97 bis tot en met 97 septies worden ingevoegd: "Artikel 97 bis

De termen 'opdracht voor het uitvoeren van werken', 'opdracht voor leveringen' en 'opdracht voor diensten' worden uitgelegd volgens de omschrijvingen in de in artikel 97 bedoelde richtlijnen.

Artikel 97 ter

De instellingen worden, elk in zover de opdrachten met kredieten uit de eigen afdeling van de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen worden gefinancierd, als 'aanbestedende diensten' beschouwd in de zin van de in artikel 97 bedoelde richtlijnen, behalve wanneer de instellingen voor rekening van een begunstigde derde land of een door dit land aangewezen orgaan optreden.

Artikel 97 quater

Voor andere opdrachten dan die welke in de artikelen 97 tot 97 ter zijn bedoeld, gelden de artikelen 97 quinquies en 97 sexies.

Artikel 97 quinquies

  • 1. 
    De gunning van een opdracht geschiedt hetzij door middel van een offerteaanvraag, via een openbare of een beperkte procedure, hetzij via een onderhandse overeenkomst of onderhandelingsprocedure.
  • 2. 
    Een opdracht bij offerteaanvraag is een contract, gesloten tussen partijen naar aanleiding van een uitnodiging tot inschrijving.

De uitnodiging tot inschrijving is openbaar wanneer elke gegadigde kan inschrijven. Zij is beperkt indien slechts diegenen wordt toegestaan in te schrijven die de instelling besloten heeft te raadplegen wegens hun bijzondere kwalificaties.

  • 3. 
    Er is sprake van een onderhandse overeenkomst of onderhandelingsprocedure wanneer de aanbestedende diensten de gegadigden van hun keuze raadplegen en met een of meer van hen onderhandelen over de voorwaarden van de opdracht.

Artikel 97 sexies

Voor opdrachten waarop de richtlijnen niet van toepassing zijn, wordt de termijn voor de indiening van de offertes volgens de aard van de opdracht bepaald naargelang van de tijd die nodig is voor de opstelling van het antwoord op de uitnodiging tot inschrijving.

Voor openbare of beperkte procedures kan deze termijn in geen geval korter zijn dan 21 dagen. Wanneer het om dringende redenen onmogelijk is deze termijn in acht te nemen, kan de termijn voor de indiening van de offertes in het kader van een beperkte procedure worden beperkt tot tien dagen, mits de daadwerkelijke mededinging van de inschrijvers wordt gewaarborgd.

Artikel 97 septies

Voor alle opdrachten gelden de volgende bepalingen.".

  • 33. 
    Artikel 98 komt te luiden: "Artikel 98

De bekendmakingen van de opdrachten worden opgesteld overeenkomstig de modellen die gehecht zijn aan de in artikel 97 genoemde richtlijnen van de Raad inzake overheidsopdrachten.".

  • 34. 
    De hiernavolgende artikelen 98 bis en 98 ter worden ingevoegd: "Artikel 98 bis
  • 1. 
    Het voorwerp van de opdracht moet volledig, duidelijk en precies zijn.
  • 2. 
    In elke procedure voor het plaatsen van overheidsopdrachten zijn de volgende selectiecriteria van toepassing:
  • a) 
    aanvaardbaarheid van de inschrijver voor de opdracht na verificatie van de uitsluitingsgevallen,
  • b) 
    criteria ter beoordeling van de financiële, economische, technische en beroepsmatige capaciteiten van de inschrijver.
  • 3. 
    In elke procedure voor het plaatsen van overheidsopdrachten zijn de volgende gunningscriteria van toepassing:
  • a) 
    hetzij de laagste prijs van de deugdelijke, overeenkomstig de voorschriften gedane en onderling vergelijkbare offertes;
  • b) 
    hetzij de voordeligste offerte, d.w.z. de offerte met de beste prijs-kwaliteitverhouding, rekening houdend met de voorgestelde prijs, de gebruikskosten, de technische waarde en eigenschappen, de methodologie, de uitvoerings- of leveringstermijn en de service. De eventuele weging van de gunningscriteria en de methode waarmee de prijs-kwaliteitverhouding wordt vastgesteld, moeten in de aanbestedingsdocumenten worden bekendgemaakt.
  • 4. 
    De selectie- en gunningscriteria moeten in de bekendmaking van de opdracht, het bestek of de uitnodiging tot inschrijving worden vermeld.

Artikel 98 ter

  • 1. 
    In de uitnodiging tot inschrijving wordt bepaald of de offerte een vaste prijs moet bevatten die niet voor herziening vatbaar is.

Indien dit niet het geval is, wordt in de uitnodiging tot inschrijving bepaald volgens welke voorwaarden en/of formules de prijs tijdens de uitvoering van het contract kan worden herzien.

  • 2. 
    In het systeem van eventuele herziening van de prijs tijdens de uitvoering van het contract houdt de instelling onder meer rekening met:
  • a) 
    de aard van de opdracht en de economische conjunctuur waarin hij wordt uitgevoerd,
  • b) 
    de aard en de duur van het contract,
  • c) 
    de financiële belangen van de instelling.".
  • 35. 
    Artikel 99 wordt als volgt gewijzigd:
  • a) 
    de inleidende zin wordt vervangen door: "Voorts bevatten de offerteaanvragen gegevens over:";
  • b) 
    punt h) wordt als volgt gewijzigd:
  • i) 
    de inleidende zin wordt vervangen door: "het verbod van enig contact tussen de instelling en de inschrijver gedurende een procedure voor het plaatsen van overheidsopdrachten, behalve, bij wijze van uitzondering, in de volgende omstandigheden:";
  • ii) 
    in punt 1 worden de twee streepjes vervangen door: "- op initiatief van de inschrijvers:

door de instellingen mogen nadere inlichtingen worden verstrekt die uitsluitend tot doel hebben de aard van de opdracht te verduidelijken; deze inlichtingen worden binnen dezelfde termijn verstrekt aan alle gegadigden die het bestek hebben opgevraagd;

  • op initiatief van de instelling:

indien de diensten van de instelling een vergissing, een onnauwkeurigheid, een weglating of enige andere materiële tekortkoming in de bewoordingen van de bekendmaking van de opdracht, de uitnodiging tot inschrijving of het bestek ontdekken, mogen zij de betrokkenen daarvan op de hoogte brengen binnen dezelfd termijn en onder strikt dezelfde voorwaarden als die van de offerteaanvraag;";

  • iii) 
    punt 2 wordt vervangen door: "na de opening van de offertes:

indien een offerte aanleiding geeft tot een verzoek om opheldering of indien duidelijk materiële fouten in de bewoordingen van de offerte moeten worden verbeterd, mag de instelling met de inschrijver contact opnemen, waarbij dit contact niet mag leiden tot wijziging van de voorwaarden van de offerte.".

  • 36. 
    Artikel 101 komt te luiden: "Artikel 101

Voor elke opdracht wordt een bestek opgemaakt dat bij de uitnodiging tot inschrijving wordt gevoegd. Ook worden er de algemene voorwaarden voor overheidsopdrachten aan toegevoegd.".

  • 37. 
    Artikel 102 wordt geschrapt.
  • 38. 
    In artikel 103, eerste alinea, tweede streepje, worden de woorden "particuliere besteldiensten" vervangen door het woord "besteldiensten".
  • 39. 
    Artikel 104 komt te luiden: "Artikel 104
  • 1. 
    Alle offertes die in overeenstemming zijn met het bepaalde in artikel 103, worden geopend.
  • 2. 
    De offertes worden door een daartoe aangewezen commissie geopend.

Deze commissie is samengesteld uit ten minste drie vertegenwoordigers van ten minste twee verschillende diensten. Een dienst is een administratieve eenheid van het hoogste niveau binnen de instelling.

De financieel controleur wordt van het openen van de offertes in kennis gesteld. De financieel controleur of zijn vertegenwoordiger kan als waarnemer bij de opening aanwezig zijn, indien hij zulks dienstig acht.

  • 3. 
    De leden van de met de opening van de offertes belaste commissie moeten:
  • a) 
    hetzij elke bladzijde van elke offerte paraferen,
  • b) 
    hetzij de omslagpagina en de financiële pagina's van elke offerte paraferen, waarbij de integriteit van de originele offerte via het aanbrengen van zegels of een andere, gelijkwaardige techniek wordt gegarandeerd door een dienst die onafhankelijk is van de met de offerteaanvraag belaste dienst,
  • c) 
    en het proces-verbaal van de opening van de ontvangen offertes ondertekenen en vaststellen welke offertes aan de eisen voldoen en welke niet, onder opgave van de redenen voor de afwijzing wegens het niet voldoen aan de eisen.
  • 4. 
    Alle offertes waarvan is vastgesteld dat zij aan de eisen voldoen, worden beoordeeld door een daartoe aangewezen comité, dat tevens een rangorde van de offertes bepaalt.

Dit comité is samengesteld uit ten minste drie vertegenwoordigers van ten minste twee verschillende diensten. De samenstelling van dit comité kan gelijk zijn aan die van de met de opening van de offertes belaste commissie.

Offertes die niet alle in de offerteaanvraag vermelde wezenlijke elementen bevatten of niet aan de in de bekendmaking van de opdracht, de uitnodiging tot inschrijving en/of het bestek gestelde specifieke eisen voldoen, worden uitgesloten. Het beoordelingscomité kan de kandidaat of de inschrijver evenwel verzoeken de bewijsstukken waarmee kan worden nagegaan of de kandidaat of de inschrijver beantwoordt aan de selectiecriteria, aan te vullen of te verduidelijken binnen een door het comité gestelde termijn.

Van de beoordeling en de rangorde van de offertes waarvan is vastgesteld dat zij aan de eisen beantwoorden, moet een proces-verbaal worden opgesteld dat door alle leden van dit comité moet worden ondertekend. Dit proces-verbaal wordt bewaard zodat het later kan worden geraadpleegd.".

  • 40. 
    De benaming van titel XVI wordt vervangen door: "TITEL XVI

VASTSTELLING VAN DE DIVERSE DREMPELBEDRAGEN VAN AANBESTEDINGSOVEREENKOMSTEN"

  • 41. 
    Artikel 106 komt te luiden: "Artikel 106

Het maximumbedrag voor onderhandse overeenkomsten die op basis van artikel 59, onder a), van het Financieel Reglement mogen worden gesloten, wordt op 13800 EUR gesteld.".

  • 42. 
    Artikel 107 komt te luiden: "Artikel 107
  • 1. 
    Het drempelbedrag waarboven de CCAM bevoegd is, als bepaald in artikel 63 van het Financieel Reglement, wordt vastgesteld op:
  • a) 
    500000 EUR voor de Commissie,
  • b) 
    100000 EUR voor de overige instellingen.

Voor opdrachten waarmee voor de Commissie tussen 50000 en 500000 en voor de overige instellingen tussen de 50000 en 100000 EUR is gemoeid, zendt de ordonnateur de CCAM een informatieformulier toe aan de hand waarvan zij kan beslissen of de opdracht voor advies aan haar moet worden voorgelegd. De CCAM deelt haar beslissing binnen vijf werkdagen na ontvangst van dit formulier aan de ordonnateur mede. In deze periode mag de ordonnateur namens zijn instelling geen verplichting aangaan.

  • 2. 
    Voorts mag elke ordonnateur een dossier voor advies aan de CCAM voorleggen.
  • 3. 
    De informatieformulieren en de adviesaanvragen van de ordonnateurs worden onderzocht door een permanente dienst die onder het voorzitterschap van de CCAM ressorteert. Deze dienst doet aanbevelingen aan de CCAM betreffende de dossiers die wegens hun omvang, de eraan verbonden risico's of het feit dat zij geheel nieuw zijn, grondig dienen te worden onderzocht door de CCAM.".
  • 43. 
    De artikelen 108, 109 en 110 worden vervangen door: "Artikel 108

De drempelwaarde voor de verplichte zekerheidstelling, bedoeld in artikel 64 bis van het Financieel Reglement, wordt op 345000 EUR gesteld.

Artikel 109

De bedragen waarbeneden overeenkomstig artikel 60 van het Financieel Reglement een rekening of nota volstaat, worden vastgesteld op:

  • a) 
    1050 EUR voor uitgaven die in de standplaatsen van de instellingen worden gedaan;
  • b) 
    2700 EUR voor uitgaven die buiten de standplaatsen van de instellingen worden gedaan.

Artikel 110

In toepassing van artikel 97 van het Financieel Reglement wordt voor de overeenkomsten op het gebied van de kredieten voor onderzoek en technologische ontwikkeling het maximum voor overeenkomstig artikel 59, onder a), van het Financieel Reglement gesloten onderhandse overeenkomsten vastgesteld op 103500 EUR voor wetenschappelijk en technisch materieel, alsmede voor werken.

Het drempelbedrag waarboven de CCAM bevoegd is, wordt vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in artikel 107 van deze verordening. Voor de wetenschappelijke en technische overeenkomsten en de overeenkomsten voor werken wordt het drempelbedrag waarboven de ordonnateur het in artikel 107, lid 1, tweede alinea, bedoelde formulier toezendt, vastgesteld op 103500 EUR.".

  • 44. 
    De benaming van titel XVII wordt vervangen door: "TITEL XVII

WERKWIJZE VAN DE RAADGEVENDE COMMISSIES VOOR AANKOPEN EN OVEREENKOMSTEN (CCAM'S)

(Artikelen 63 en 97 van het Financieel Reglement)"

  • 45. 
    In artikel 111 worden in de inleidende zin de woorden "artikelen 60, 61 en 97" vervangen door de woorden "artikelen 63, 64 en 97".
  • 46. 
    In artikel 115 wordt "artikel 126" vervangen door "artikel 97".
  • 47. 
    Afdeling II van titel XVII wordt geschrapt.
  • 48. 
    De benaming van titel XVIII wordt vervangen door: "TITEL XVIII

BORG- EN ZEKERHEIDSTELLING VOORAF ALS GARANTIE VOOR DE UITVOERING VAN OVERHEIDSOPDRACHTEN

(Artikel 64 bis van het Financieel Reglement)"

  • 49. 
    In artikel 125 wordt "artikel 62" vervangen door "artikel 64 bis".
  • 50. 
    Titel XIX wordt geschrapt.
  • 51. 
    In artikel 130 worden de woorden "400 ecu" vervangen door "420 EUR".
  • 52. 
    De volgende titel wordt ingevoegd: "TITEL XX bis

REGELS VOOR AFSCHRIJVINGEN EN VORMING VAN VOORZIENINGEN

(Artikel 70 bis van het Financieel Reglement)

Artikel 131 bis

Overeenkomstig de procedure van artikel 21 van deze verordening stelt de rekenplichtige van de Commissie de boekhoudregels inzake afschrijvingen en inventarissen vast nadat hij de rekenplichtigen van de andere instellingen heeft geraadpleegd.

Artikel 131 ter

  • 1. 
    Voor andere dan financiële activa wordt de waarde bij de afsluiting van de rekeningen (balanswaarde) vastgesteld door toepassing van een afschrijvingsschema.
  • 2. 
    Voor het afschrijvingsschema wordt gebruikgemaakt van de lineaire afschrijving per volledig jaar vanaf het jaar waarin de goederen in gebruik worden genomen.
  • 3. 
    Voor niet-afschrijfbare activa waarvan de huidige waarde lager ligt dan de boekwaarde, wordt overgegaan tot een buitengewone afschrijving indien de ontwaarding onomkeerbaar wordt geacht.

Artikel 131 quater

  • 1. 
    Een waardevermindering van een actiefbestanddeel of een toename van de op termijn opeisbare passiva moet leiden tot de vorming van voorzieningen.
  • 2. 
    De vorming van deze voorzieningen moet het resultaat zijn van oorzaken waarvan de effecten niet noodzakelijk onomkeerbaar zijn.".
  • 53. 
    In artikel 132 worden de woorden "7700 ecu" en "372900 ecu" vervangen door respectievelijk "8100 EUR" en "391100 EUR".
  • 54. 
    Artikel 133 komt te luiden: "Artikel 133

In de boekhouding wordt een onderscheid gemaakt tussen de algemene boekhouding en de begrotingsboekhouding; deze boekhoudingen zijn op elkaar afgestemd. Het rekeningstelsel omvat deze twee boekhoudingen.".

  • 55. 
    In artikel 135 worden de leden 1 tot en met 4 vervangen door: "1. De algemene boekhouding maakt het mogelijk de vermogensrechtelijke toestand van de instelling te bepalen.
  • 2. 
    Het rekeningschema van de algemene boekhouding wordt opgesteld volgens een systeem van decimale indeling.
  • 3. 
    Het rekeningschema omvat de volgende klassen:
  • klasse 1: kapitaalrekeningen,
  • klasse 2: rekeningen van vaste activa,
  • klasse 3: voorraadrekeningen,
  • klasse 4: derdenrekeningen,
  • klasse 5: financiële rekeningen,
  • klasse 6: lastenrekeningen,
  • klasse 7: batenrekeningen,
  • klasse 8: speciale rekeningen.
  • 4. 
    Naar gelang van de behoeften van de instelling is iedere klasse onderverdeeld in groepen en subgroepen met het oog op de registratie van de verrichtingen in overeenstemming met de in artikel 136, lid 10, bedoelde boekhoudbeginselen.".
  • 56. 
    Artikel 136 wordt als volgt gewijzigd:
  • a) 
    lid 2 wordt vervangen door: "2. De rekeningen worden bijgehouden met behulp van software.";
  • b) 
    in de tweede alinea van lid 4, worden de woorden "de rekeningen van de vastgelegde waarden, als bedoeld in artikel 130" vervangen door "de rekeningen van vaste activa, als bedoeld in artikel 135, lid 3";
  • c) 
    lid 7 wordt geschrapt;
  • d) 
    de leden 8 tot en met 10 worden vervangen door: "8. De financiële bank- of postrekeningen worden bijgehouden in deviezen en in euro.

De in nationale valuta's uitgedrukte bedragen worden tegen de volgens artikel 1 bis vastgestelde koersen in euro omgerekend. De saldi in euro van de in deviezen gehouden rekeningen worden maandelijks opnieuw berekend.

  • 9. 
    De boekhouding van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek wordt in de algemene boekhouding van de Commissie geconsolideerd.
  • 10. 
    De financiële overzichten moeten regelmatig, waarheidsgetrouw en volledig zijn en een getrouw beeld geven van het vermogen, de financiële situatie en het resultaat van het begrotingsjaar. Zij worden volgens algemeen aanvaarde boekhoudbeginselen opgesteld. De praktische toepassingsvoorschriften van deze beginselen, welke periodiek worden bijgewerkt, worden vastgesteld volgens de bepalingen van artikel 21.";
  • e) 
    de volgende leden 11 en 12 worden toegevoegd: "11. De rekenplichtige moet voorzieningen treffen voor risico's en kosten met het oog op de verwerking van voorbije of lopende, nauwkeurig omschreven gebeurtenissen waarvan de afloop onzeker is.
  • 12. 
    De voorzieningen voor risico's en kosten zoals bedoeld in lid 11, en voor waardevermindering van activa zoals bedoeld in artikel 131 quater, alsmede de afschrijvingen zoals bedoeld in artikel 131 ter, moeten worden geboekt op de rekening van niet in de begroting opgenomen lasten en baten en afzonderlijk worden vermeld in de bijlage bij de balans.".
  • 57. 
    Artikel 139 wordt geschrapt.
  • 58. 
    In de benaming van titel XXIV wordt "artikelen 121, 122 en 123" vervangen door "artikelen 121 en 123".
  • 59. 
    In artikel 143 wordt "artikel 60" vervangen door "artikel 63".
  • 60. 
    De benaming van titel XXV wordt vervangen door: "TITEL XXV

OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN"

  • 61. 
    Het volgende artikel 144 bis wordt ingevoegd: "Artikel 144 bis

Bij wijze van overgangsmaatregel wordt het in artikel 107 bedoelde drempelbedrag waarboven de CCAM bevoegd is, voor de Commissie vastgesteld op 300000 EUR, vanaf de inwerkingtreding van deze wijzigingsverordening tot de goedkeuring door de Commissie van een evaluatieverslag over de eerste zes maanden van de toepassing van deze verordening, waaruit blijkt dat bij het drempelbedrag van 500000 EUR kan worden voldaan aan de eisen op het gebied van de kwaliteitscontrole van het communautair beheer.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 augustus 2001.

Voor de Commissie

Michaele Schreyer

Lid van de Commissie

  • (1) 
    PB L 356 van 31.12.1977, blz. 1.
  • (2) 
    PB L 111 van 20.4.2001, blz. 1.
  • (3) 
    PB L 315 van 16.12.1993, blz. 1.
  • (4) 
    PB L 290 van 17.11.2000, blz. 52.
  • (5) 
    PB L 162 van 19.6.1997, blz. 1.
  • (6) 
    PB L 300 van 29.11.2000, blz. 1.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.