Richtlijn 2006/65 - Wijziging van Richtlijn 76/768/EEG inzake cosmetische producten, met het oog op de aanpassing van de bijlagen II en III aan de technische vooruitgang - Hoofdinhoud
20.7.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 198/11 |
RICHTLIJN 2006/65/EG VAN DE COMMISSIE
van 19 juli 2006
tot wijziging van Richtlijn 76/768/EEG van de Raad inzake cosmetische producten, met het oog op de aanpassing van de bijlagen II en III aan de technische vooruitgang
(Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 76/768/EEG van de Raad van 27 juli 1976 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake cosmetische producten (1), en met name op artikel 8, lid 2,
Na raadpleging van het Wetenschappelijk Comité voor cosmetische producten en voor consumenten bestemde niet-voedingsproducten,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Naar aanleiding van de publicatie van de wetenschappelijke studie „Use of permanent hair dyes and bladder cancer risk” in 2001 concludeerde het Wetenschappelijk Comité voor cosmetische producten en voor consumenten bestemde niet-voedingsproducten (WCCNVP) dat de mogelijke risico’s tot bezorgdheid stemmen. Het beval de Commissie aan, verdere maatregelen te treffen om het gebruik van haarkleurstoffen te reguleren. |
(2) |
Voorts beval het WCCNVP een algemene veiligheidsbeoordelingsstrategie voor haarkleurmiddelen aan, met voorschriften voor het testen van cosmetische ingrediënten van haarkleurmiddelen op mogelijke genotoxiciteit of mutageniteit. |
(3) |
Naar aanleiding van de adviezen van het WCCNVP is de Commissie met de lidstaten en de belanghebbende partijen een algemene strategie voor de regulering van haarkleurmiddelen overeengekomen. Deze strategie houdt in dat de industrie de dossiers met technische gegevens over haarkleurmiddelen ter evaluatie aan het WCCNVP moet voorleggen. |
(4) |
Als eerste fase van de uitvoering van de strategie is besloten om prioriteit te geven aan permanente haarkleurstoffen, aangezien bij de openbare raadpleging geen uitdrukkelijke belangstelling is getoond voor het gebruik daarvan in haarkleurmiddelen. Deze stoffen moeten dan ook worden verboden. |
(5) |
Volgens het advies van het WCCNVP vormen sommige azokleurstoffen een risico voor de gezondheid van de consument. Daarom zijn deze geschrapt uit de positieve lijst van kleurstoffen die in cosmetische producten mogen voorkomen in bijlage IV bij Richtlijn 76/768/EEG. Om dezelfde reden moeten zij ook in haarkleurmiddelen worden verboden. |
(6) |
Voor de tijdelijk toegelaten haarkleurstoffen in het tweede deel van bijlage III bij Richtlijn 76/768/EEG moet de tijdelijke toelating worden verlengd. |
(7) |
De bijlagen II en III bij Richtlijn 76/768/EEG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(8) |
De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor cosmetische producten, |
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen II en III bij Richtlijn 76/768/EEG worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.
Artikel 2
De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat cosmetische producten die niet aan deze richtlijn voldoen, uiterlijk vanaf 1 december 2006 niet door in de Gemeenschap gevestigde fabrikanten of importeurs in de handel worden gebracht en niet meer aan de eindverbruiker worden verkocht of geleverd.
Artikel 3
-
1.De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 1 september 2006 aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.
Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
-
2.De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.
Artikel 4
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 5
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 19 juli 2006.
Voor de Commissie
Günter VERHEUGEN
Vice-voorzitter
-
PB L 262 van 27.9.1976, blz. 169. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2005/80/EG van de Commissie (PB L 303 van 22.11.2005, blz. 32).
BIJLAGE
Richtlijn 76/768/EEG wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Aan bijlage II worden de volgende nummers 1212-1233 toegevoegd:
|
2. |
In het tweede deel van bijlage III wordt kolom g als volgt gewijzigd:
|
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.