Verordening 2008/377 - Uitvoering van Verordening 577/98 betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de EG, wat de codering voor de indiening van de gegevens vanaf 2009, het gebruik van een substeekproef voor de verzameling van gegevens over structurele variabelen en de vaststelling van de referentiekwartalen betreft - Hoofdinhoud
26.4.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 114/57 |
VERORDENING (EG) Nr. 377/2008 VAN DE COMMISSIE
van 25 april 2008
tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 577/98 van de Raad betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap, wat de codering voor de indiening van de gegevens vanaf 2009, het gebruik van een substeekproef voor de verzameling van gegevens over structurele variabelen en de vaststelling van de referentiekwartalen betreft
(Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 577/98 van de Raad van 9 maart 1998 betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap (1), en met name op artikel 1 en artikel 4, lid 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel 1 van Verordening (EG) nr. 577/98 wordt bepaald dat in geval van een doorlopende enquête de lijst van weken die de referentiekwartalen uitmaken, door de Commissie wordt vastgesteld. |
(2) |
Volgens artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 577/98 moeten uitvoeringsmaatregelen worden genomen in verband met de codering van de variabelen, die voor de indiening van de gegevens moet worden gebruikt. |
(3) |
Ingevolge artikel 4, lid 4, van Verordening (EG) nr. 577/98 kan uit de kenmerken van de enquête een lijst van variabelen, hierna „structurele variabelen” genoemd, worden vastgesteld die slechts als jaarlijks gemiddelde met als referentieperiode 52 weken en niet als kwartaalgemiddelde hoeven te worden verzameld. Derhalve moeten de voorwaarden voor het gebruik van een substeekproef voor de verzameling van gegevens over de structurele variabelen worden vastgesteld. |
(4) |
Gezien het belang van de gegevens over werkgelegenheid en werkloosheid mag het geen verschil maken of de totalen voor deze indicatoren berekend zijn op basis van de jaarlijkse substeekproef of op basis van een jaarlijks gemiddelde van de vier volledige kwartaalsteekproeven. |
(5) |
Gezien het belang van de in de speciale modules verzamelde gegevens moet deze informatie kunnen worden gecombineerd met elke andere variabele uit de steekproef. |
(6) |
Verordening (EG) nr. 577/98, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1372/2007 van het Europees Parlement en de Raad, stelt de indiening van de variabele „loon in de eerste werkkring” verplicht. Daarom moet de codering van de variabelen worden gewijzigd. |
(7) |
Bij Verordening (EG) nr. 430/2005 van de Commissie tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 577/98 van de Raad betreffende de organisatie van een steekproefenquête naar de arbeidskrachten in de Gemeenschap, wat de codering voor de overbrenging van de gegevens vanaf het jaar 2006 en het gebruik van een substeekproef voor de verzameling van gegevens over de structurele variabelen betreft (2) is de codering vastgesteld die voor de indiening van de gegevens vanaf 2006 moet worden gebruikt. Het is evenwel noodzakelijk het codeerschema vanaf 2009 te wijzigen om rekening te houden met wijzigingen in twee variabelen (onderwerp/inhoud van hoogste niveau van met succes afgesloten onderwijs of opleiding en maandloon in eerste werkkring), de indieningskolommen dienovereenkomstig aan te passen en bij andere variabelen enkele fouten en omissies in de kolom „Betreft/opmerkingen” recht te zetten. Verordening (EG) nr. 430/2005 van de Commissie moet derhalve per 1 januari 2009 worden ingetrokken. |
(8) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité statistisch programma, dat is opgericht bij Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad (3), |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Structurele variabelen
De voorwaarden voor het gebruik van een substeekproef voor de verzameling van gegevens over de structurele variabelen zijn opgenomen in bijlage I.
Artikel 2
Referentiekwartalen
De vanaf 2009 te gebruiken referentiekwartalen worden vastgesteld in bijlage II.
Artikel 3
Codering
De codes van de variabelen, die vanaf 2009 voor de indiening van de gegevens moeten worden gebruikt, zijn opgenomen in bijlage III.
Artikel 4
Intrekking
Verordening (EG) nr. 430/2005 van de Commissie wordt per 1 januari 2009 ingetrokken.
Artikel 5
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing vanaf 1 januari 2009.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 25 april 2008.
Voor de Commissie
Joaquín ALMUNIA
Lid van de Commissie
-
PB L 77 van 14.3.1998, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1372/2007 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 315 van 3.12.2007, blz. 42).
-
PB L 71 van 17.3.2005, blz. 36. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 973/2007 (PB L 216 van 21.8.2007, blz. 10).
BIJLAGE I
VOORWAARDEN VOOR HET GEBRUIK VAN EEN SUBSTEEKPROEF VOOR HET VERZAMELEN VAN GEGEVENS OVER DE STRUCTURELE VARIABELEN
-
1.Jaarlijkse en kwartaalvariabelen
Het woord „jaar” in de kolom „Frequentie” in de in bijlage III opgenomen codering betekent dat het gaat om de structurele variabelen waarvoor desgewenst alleen het jaargemiddelde behoeft te worden opgetekend, op basis van een substeekproef van onafhankelijke waarnemingen voor 52 weken; kwartaalgemiddelden zijn in dat geval niet verplicht. De belangrijkste variabelen, die ieder kwartaal moeten worden opgetekend, worden aangegeven met „kwartaal”.
-
2.Representativiteit van de resultaten
Voor de structurele variabelen mag de relatieve standaardfout (zonder rekening te houden met het effect van de steekproefopzet) van jaarlijkse schattingen die 1 % of meer van de beroepsbevolking vertegenwoordigen, niet hoger zijn dan:
a) |
9 % voor landen met 1 tot 20 miljoen inwoners, en |
b) |
5 % voor landen met meer dan 20 miljoen inwoners. |
Landen met minder dan 1 miljoen inwoners zijn vrijgesteld van deze nauwkeurigheidsvereisten; de gegevens over de structurele variabelen moeten er worden verzameld voor de gehele steekproef tenzij de steekproef aan de onder a) genoemde eis voldoet.
Wanneer een land voor de verzameling van gegevens over de structurele variabelen gebruikmaakt van een substeekproef, moet, wanneer meer dan één enquêteronde wordt gehouden, de totale substeekproef uit onafhankelijke waarnemingen bestaan.
-
3.Onderlinge samenhang van de totalen
De jaartotalen van de substeekproef en de jaargemiddelden voor de volledige steekproef moeten met elkaar in overeenstemming zijn voor de werkenden, de werklozen en de niet-actieve bevolking naar geslacht en voor de volgende leeftijdsgroepen: 15-24, 25-34, 35-44, 45-54, 55 +.
-
4.Speciale modules
De steekproef die voor de verzameling van informatie over de speciale modules wordt gebruikt, moet ook informatie over de structurele variabelen verschaffen.
BIJLAGE II
VASTSTELLING VAN DE REFERENTIEKWARTALEN
a) |
De kwartalen van elk jaar hebben betrekking op de twaalf maanden van het jaar, zodat januari, februari en maart het eerste kwartaal vormen, april, mei en juni het tweede, juli, augustus en september het derde en oktober, november en december het vierde. |
b) |
De referentieweken worden verdeeld over de referentiekwartalen, zodat een week tot het onder a) gedefinieerde kwartaal behoort waartoe ten minste vier dagen van die week behoren, tenzij dit tot gevolg heeft dat het eerste kwartaal van het jaar slechts twaalf weken telt. In dat geval bestaan de kwartalen van het desbetreffende jaar uit opeenvolgende blokken van 13 weken. |
c) |
Wanneer een kwartaal ingevolge punt b) uit 14 in plaats van 13 weken bestaat, moeten de lidstaten proberen de steekproef over alle 14 weken te spreiden. |
d) |
Als het niet haalbaar is de steekproef over alle 14 weken van het kwartaal te spreiden, kan de betrokken lidstaat één week van dat kwartaal overslaan. Bij de overgeslagen week moet het om een normale week gaan wat werklozen, werkenden en gemiddeld aantal feitelijk gewerkte uren betreft; het moet een week zijn in een maand met vijf donderdagen. |
e) |
Het eerste kwartaal van 2009 moet op 29 december 2008 beginnen. |
Tot eind 2011 mogen lidstaten die de arbeidskrachtenenquête samen met andere enquêtes in een enkele enquête houden, de referentiekwartalen één week eerder laten beginnen dan onder a), b) en e) is vastgesteld.
BIJLAGE III
CODERING
Naam |
Kolom |
Frequentie |
Code |
Omschrijving |
Betreft/opmerkingen |
DEMOGRAFISCHE INFORMATIE |
|||||
HHSEQNUM |
1/2 |
KWARTAAL |
Volgnummer in het huishouden (blijft voor alle enquêteronden gelijk) |
iedereen |
|
01-98 |
Volgnummer met twee cijfers dat aan elk lid van het huishouden wordt toegekend |
||||
HHLINK |
3 |
JAAR |
Relatie met de referentiepersoon in het huishouden |
HHTYPE=1,3 |
|
1 |
Referentiepersoon |
||||
2 |
Echtgenoot/echtgenote (of inwonende partner) van de referentiepersoon |
||||
3 |
Kind van de referentiepersoon (of van diens echtgenoot/echtgenote of inwonende partner) |
||||
4 |
Familielid in opgaande lijn van de referentiepersoon (of van diens echtgenoot/echtgenote of inwonende partner) |
||||
5 |
Ander familielid |
||||
6 |
Andere |
||||
9 |
Niet van toepassing (HHTYPE≠1,3) |
||||
HHSPOU |
4/5 |
JAAR |
Volgnummer van de echtgenoot/echtgenote of inwonende partner |
HHTYPE=1,3 |
|
01-98 |
Volgnummer van de echtgenoot/echtgenote of inwonende partner in het huishouden |
||||
99 |
Niet van toepassing (de betrokkene maakt geen deel uit van een privéhuishouden of heeft geen partner, of de partner maakt geen deel uit van dit privéhuishouden) |
||||
HHFATH |
6/7 |
JAAR |
Volgnummer van de vader |
HHTYPE=1,3 |
|
01-98 |
Volgnummer van de vader in het huishouden |
||||
99 |
Niet van toepassing (de betrokkene maakt geen deel uit van een privéhuishouden, of de vader maakt geen deel uit van dit privéhuishouden) |
||||
HHMOTH |
8/9 |
JAAR |
Volgnummer van de moeder |
HHTYPE=1,3 |
|
01-98 |
Volgnummer van de moeder in het huishouden |
||||
99 |
Niet van toepassing (de betrokkene maakt geen deel uit van een privéhuishouden, of de moeder maakt geen deel uit van dit privéhuishouden) |
||||
SEX |
10 |
KWARTAAL |
Geslacht |
iedereen |
|
1 |
Man |
||||
2 |
Vrouw |
||||
YEARBIR |
11/14 |
KWARTAAL |
Geboortejaar |
iedereen |
|
Geboortejaar in vier cijfers |
|||||
DATEBIR |
15 |
KWARTAAL |
Geboortedatum ten opzichte van het einde van de referentieperiode |
iedereen |
|
1 |
De verjaardag van de betrokkene valt tussen 1 januari en het einde van de referentieweek |
||||
2 |
De verjaardag van de betrokkene valt na het einde van de referentieweek |
||||
MARSTAT |
16 |
JAAR |
Burgerlijke staat |
iedereen |
|
1 |
Ongehuwd |
||||
2 |
Gehuwd |
||||
3 |
Weduwnaar/weduwe |
||||
4 |
Gescheiden of gescheiden van tafel en bed |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
NATIONAL |
17/18 |
KWARTAAL |
Nationaliteit |
iedereen |
|
Zie voor codering de ISO-landennomenclatuur |
|||||
YEARESID |
19/20 |
KWARTAAL |
Verblijfsduur in dit land |
iedereen |
|
00 |
Geboren in dit land |
||||
01-99 |
Verblijfsduur in dit land (in jaren) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COUNTRYB |
21/22 |
KWARTAAL |
Geboorteland |
YEARESID≠00 |
|
Zie voor codering de ISO-landennomenclatuur |
|||||
99 |
Niet van toepassing (kol. 19/20 = 00) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
PROXY |
23 |
KWARTAAL |
Aard van de deelname aan de enquête |
iedereen vanaf 15 jaar |
|
1 |
Rechtstreekse deelname |
||||
2 |
Deelname via een ander lid van het huishouden |
||||
9 |
Niet van toepassing (kind jonger dan 15 jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
ARBEIDSSITUATIE |
|||||
WSTATOR |
24 |
KWARTAAL |
Arbeidssituatie tijdens de referentieweek |
iedereen vanaf 15 jaar |
|
1 |
De betrokkene had tijdens de referentieweek betaald werk — één uur of meer (met inbegrip van medewerkende gezinsleden, maar zonder degenen die hun militaire of vervangende dienstplicht vervulden) |
||||
2 |
De betrokkene had wel een baan of zelfstandige activiteit, maar werkte tijdens de referentieweek niet (met inbegrip van medewerkende gezinsleden, maar zonder degenen die hun militaire of vervangende dienstplicht vervulden) |
||||
3 |
De betrokkene werkte niet omdat hij/zij tijdelijk ontslag heeft gekregen |
||||
4 |
De betrokkene vervulde zijn/haar militaire of vervangende dienstplicht |
||||
5 |
De betrokkene werkte niet en had ook geen baan of zelfstandige activiteit tijdens de referentieweek |
||||
9 |
Niet van toepassing (kind jonger dan 15 jaar) |
||||
NOWKREAS |
25/26 |
KWARTAAL |
Reden waarom de betrokkene niet werkte hoewel hij/zij een baan had |
WSTATOR=2 |
|
00 |
Slecht weer |
||||
01 |
Gering arbeidsaanbod om technische of economische redenen |
||||
02 |
Arbeidsconflict |
||||
03 |
Onderwijs of opleiding in schoolverband |
||||
04 |
Ziekte, letsel of tijdelijke arbeidsongeschiktheid van de betrokkene |
||||
05 |
Zwangerschapsverlof |
||||
06 |
Ouderschapsverlof |
||||
07 |
Vakantieverlof |
||||
08 |
Compensatieverlof (in het kader van flexibele arbeidstijden of een contract met arbeidstijden op jaarbasis) |
||||
09 |
Andere redenen (bv. verplichtingen van persoonlijke aard of familiale omstandigheden) |
||||
99 |
Niet van toepassing (WSTATOR=1,3-5,9) |
||||
KENMERKEN VAN DE EERSTE WERKKRING |
|||||
STAPRO |
27 |
KWARTAAL |
Positie in het bedrijf |
WSTATOR=1,2 |
|
1 |
Werkgever |
||||
2 |
Zelfstandige zonder werknemers |
||||
3 |
Werknemer |
||||
4 |
Medewerkend gezinslid |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SIGNISAL |
28 |
KWARTAAL |
Doorbetaling loon |
(WSTATOR=2 en NOWKREAS≠04 en NOWKREAS≠05 en STAPRO=3) of WSTATOR=3 |
|
1 |
Afwezigheid van maximaal drie maanden |
||||
2 |
Afwezigheid van meer dan drie maanden; doorbetaling van loon of sociale uitkeringen ter hoogte van de helft van het loon of meer |
||||
3 |
Afwezigheid van meer dan drie maanden; doorbetaling van loon of sociale uitkeringen ter hoogte van minder dan de helft van het loon |
||||
4 |
Onbekend |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR≠2 of NOWKREAS=04 of NOWKREAS=05 of STAPRO≠3) en WSTATOR≠3 |
||||
NACE3D |
29/31 |
KWARTAAL |
Economische activiteit van de lokale eenheid |
WSTATOR=1,2 |
|
NACE Rev.2, gecodeerd op 2-cijferniveau of, zo mogelijk, op 3-cijferniveau |
|||||
000 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
ISCO4D |
32/35 |
KWARTAAL |
Beroep |
WSTATOR=1,2 |
|
ISCO-88 (COM), gecodeerd op 3-cijferniveau of, zo mogelijk, op 4-cijferniveau |
|||||
9999 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SUPVISOR |
36 |
JAAR |
Toezichthoudende taken |
STAPRO=3 |
|
1 |
Ja |
||||
2 |
Neen |
||||
9 |
STAPRO≠3 |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SIZEFIRM |
37/38 |
JAAR |
Aantal werkende personen in de lokale eenheid |
STAPRO=1,3,4,blanco |
|
01-10 |
Indien tussen 1 en 10, het precieze aantal |
||||
11 |
11 tot 19 personen |
||||
12 |
20 tot 49 personen |
||||
13 |
50 personen of meer |
||||
14 |
Onbekend, maar minder dan 11 personen |
||||
15 |
Onbekend, maar meer dan 10 personen |
||||
99 |
Niet van toepassing (STAPRO=2,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COUNTRYW |
39/40 |
KWARTAAL |
Land van de werkplek |
WSTATOR=1,2 |
|
Zie voor codering de ISO-landennomenclatuur |
|||||
99 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
REGIONW |
41/42 |
KWARTAAL |
Regio van de werkplek |
WSTATOR=1,2 |
|
NUTS 2 |
|||||
99 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
YSTARTWK |
43/46 |
KWARTAAL |
Jaar waarin de betrokkene bij deze werkgever of als zelfstandige is begonnen |
WSTATOR=1,2 |
|
Jaar in vier cijfers |
|||||
9999 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
MSTARTWK |
47/48 |
KWARTAAL |
Maand waarin de betrokkene bij deze werkgever of als zelfstandige is begonnen |
YSTARTWK≠9999, blanco en REFYEAR-YSTARTWK<=2 |
|
01-12 |
Nummer van de maand |
||||
99 |
Niet van toepassing (YSTARTWK=9999, blanco of REFYEAR-YSTARTWK>2) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
WAYJFOUN |
49 |
JAAR |
Betrokkenheid van het openbare arbeidsbureau bij het vinden van de huidige baan, ongeacht het tijdstip |
STAPRO=3 en is in de afgelopen 12 maanden in de huidige baan begonnen |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
STAPRO≠3 of is langer dan een jaar geleden in de huidige baan begonnen |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
FTPT |
50 |
KWARTAAL |
Onderscheid voltijd-/deeltijdwerk |
WSTATOR=1,2 |
|
1 |
Voltijdwerk |
||||
2 |
Deeltijdwerk |
||||
9 |
WSTATOR≠1,2 |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
FTPTREAS |
51 |
JAAR |
Redenen voor deeltijdwerk |
FTPT=2 |
|
De betrokkene heeft deeltijdwerk: |
|||||
1 |
wegens het volgen van onderwijs of een opleiding |
||||
2 |
wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid van de betrokkene zelf |
||||
3 |
wegens de zorg voor kinderen of hulpbehoevende volwassenen |
||||
4 |
om andere persoonlijke redenen of wegens familiale omstandigheden |
||||
5 |
omdat hij/zij geen voltijdwerk kon vinden |
||||
6 |
Om andere redenen |
||||
9 |
Niet van toepassing (FTPT≠2) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
TEMP |
52 |
KWARTAAL |
Duur van de baan |
STAPRO=3 |
|
1 |
De betrokkene heeft een vaste baan of een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd |
||||
2 |
De betrokkene heeft een tijdelijke baan of een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
||||
9 |
Niet van toepassing (STAPRO≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
TEMPREAS |
53 |
JAAR |
Redenen voor het hebben van een tijdelijke baan of een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
TEMP=2 |
|
De betrokkene heeft een tijdelijke baan of een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd omdat: |
|||||
1 |
het een overeenkomst voor een opleidingsperiode betreft (leerlingen, stagiairs, onderzoeksassistenten enz.) |
||||
2 |
de betrokkene geen vaste baan kon vinden |
||||
3 |
de betrokkene geen vaste baan wenste |
||||
4 |
de betrokkene een arbeidsovereenkomst voor een proefperiode heeft |
||||
9 |
Niet van toepassing (TEMP≠2) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
TEMPDUR |
54 |
KWARTAAL |
Totale duur van de tijdelijke baan of van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
TEMP=2 |
|
1 |
Minder dan 1 maand |
||||
2 |
1 tot 3 maanden |
||||
3 |
4 tot 6 maanden |
||||
4 |
7 tot 12 maanden |
||||
5 |
13 tot 18 maanden |
||||
6 |
19 tot 24 maanden |
||||
7 |
25 tot 36 maanden |
||||
8 |
Meer dan 3 jaar |
||||
9 |
Niet van toepassing (TEMP≠2) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
TEMPAGCY |
55 |
JAAR |
Contract met een uitzendbureau |
STAPRO=3 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (STAPRO≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
ATYPISCH WERK |
|||||
SHIFTWK |
56 |
JAAR |
Werk in ploegendienst |
STAPRO=3 |
|
1 |
De betrokkene werkt in ploegendienst |
||||
3 |
De betrokkene werkt nooit in ploegendienst |
||||
9 |
Niet van toepassing (STAPRO≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
EVENWK |
57 |
JAAR |
Avondwerk |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
1 |
De betrokkene werkt gewoonlijk in de avonduren |
||||
2 |
De betrokkene werkt soms in de avonduren |
||||
3 |
De betrokkene werkt nooit in de avonduren |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
NIGHTWK |
58 |
JAAR |
Nachtwerk |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
1 |
De betrokkene werkt gewoonlijk 's nachts |
||||
2 |
De betrokkene werkt soms 's nachts |
||||
3 |
De betrokkene werkt nooit 's nachts |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SATWK |
59 |
JAAR |
Werk op zaterdagen |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
1 |
De betrokkene werkt gewoonlijk op zaterdagen |
||||
2 |
De betrokkene werkt soms op zaterdagen |
||||
3 |
De betrokkene werkt nooit op zaterdagen |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SUNWK |
60 |
JAAR |
Werk op zondagen |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
1 |
De betrokkene werkt gewoonlijk op zondagen |
||||
2 |
De betrokkene werkt soms op zondagen |
||||
3 |
De betrokkene werkt nooit op zondagen |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
GEWERKTE UREN |
|||||
HWUSUAL |
61/62 |
KWARTAAL |
Aantal uren dat de betrokkene gewoonlijk per week in de eerste werkkring werkt |
WSTATOR=1,2 |
|
00 |
De gebruikelijke arbeidsduur kan niet worden opgegeven omdat deze van week tot week of van maand tot maand sterk uiteenloopt |
||||
01-98 |
Aantal uren dat de betrokkene gewoonlijk in de eerste werkkring werkt |
||||
99 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HWACTUAL |
63/64 |
KWARTAAL |
Aantal uren dat de betrokkene tijdens de referentieweek feitelijk in de eerste werkkring heeft gewerkt |
WSTATOR=1,2 |
|
00 |
De betrokkene heeft een baan of zelfstandige activiteit, maar heeft tijdens de referentieweek niet in de eerste werkkring gewerkt |
||||
01-98 |
Aantal uren dat de betrokkene tijdens de referentieweek feitelijk in de eerste werkkring heeft gewerkt |
||||
99 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HWOVERP |
65/66 |
KWARTAAL |
Betaald overwerk in de referentieweek in de eerste werkkring |
STAPRO=3 |
|
00-98 |
Aantal betaalde overuren |
||||
99 |
Niet van toepassing (STAPRO≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HWOVERPU |
67/68 |
KWARTAAL |
Onbetaald overwerk in de referentieweek in de eerste werkkring |
STAPRO=3 |
|
00-98 |
Aantal onbetaalde overuren |
||||
99 |
Niet van toepassing (STAPRO≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HOURREAS |
69/70 |
KWARTAAL |
Voornaamste reden voor het verschil tussen het aantal uren dat de betrokkene tijdens de referentieweek feitelijk heeft gewerkt en de gebruikelijke arbeidsduur |
HWUSUAL=00-98 en HWACTUAL=00-98 en WSTATOR=1 |
|
De betrokkene heeft langer dan gebruikelijk gewerkt als gevolg van: |
|||||
01 |
|
||||
16 |
|
||||
02 |
|
||||
De betrokkene heeft korter dan gebruikelijk gewerkt als gevolg van: |
|||||
03 |
|
||||
04 |
|
||||
05 |
|
||||
06 |
|
||||
07 |
|
||||
08 |
|
||||
09 |
|
||||
10 |
|
||||
11 |
|
||||
12 |
|
||||
13 |
|
||||
14 |
|
||||
15 |
|
||||
97 |
De betrokkene heeft tijdens de referentieweek de gebruikelijke arbeidsduur gewerkt (HWUSUAL=HWACTUA=01-98) |
||||
98 |
De arbeidsduur van de betrokkene loopt van week tot week of van maand tot maand sterk uiteen, zonder dat een reden voor het verschil tussen het feitelijke en het gebruikelijke aantal uren werd opgegeven (HWUSUAL=00 & HOURREAS≠01-16) |
||||
99 |
Niet van toepassing (WSTATOR=2-5,9 of HWUSUAL=blanco of HWACTUAL=blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
WISHMORE |
71 |
KWARTAAL |
De betrokkene wil meer uren werken dan het huidige aantal uren |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
WAYMORE |
72 |
JAAR |
Wijze waarop de betrokkene meer uren wil gaan werken |
WISHMORE=1 |
|
1 |
Door een extra baan te nemen |
||||
2 |
Door een baan te nemen waar meer uren worden gewerkt dan in de huidige baan |
||||
3 |
Alleen binnen de huidige baan |
||||
4 |
Op een van bovengenoemde wijzen |
||||
9 |
Niet van toepassing (WISHMORE≠1) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HWWISH |
73/74 |
KWARTAAL |
Aantal uren dat de betrokkene in totaal zou willen werken |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
01-98 |
Totaal aantal uren dat hij/zij wenst te werken |
||||
99 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HOMEWK |
75 |
JAAR |
Thuiswerk |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
1 |
De betrokkene werkt gewoonlijk thuis |
||||
2 |
De betrokkene werkt soms thuis |
||||
3 |
De betrokkene werkt nooit thuis |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
LOOKOJ |
76 |
KWARTAAL |
Zoeken van een andere baan |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
0 |
De betrokkene zoekt geen andere baan |
||||
1 |
De betrokkene zoekt een andere baan |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
LOOKREAS |
77 |
JAAR |
Redenen voor het zoeken van een andere baan |
LOOKOJ=1 |
|
1 |
|
||||
2 |
|
||||
3 |
|
||||
4 |
|
||||
5 |
|
||||
6 |
|
||||
7 |
|
||||
9 |
Niet van toepassing (LOOKOJ≠1) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
TWEEDE WERKKRING |
|||||
EXIST2J |
78 |
KWARTAAL |
Meer dan één baan of zelfstandige activiteit |
WSTATOR=1 of WSTATOR=2 |
|
1 |
De betrokkene had tijdens de referentieweek slechts één baan of zelfstandige activiteit |
||||
2 |
De betrokkene had tijdens de referentieweek meer dan één baan of zelfstandige activiteit (niet door verandering van baan of zelfstandige activiteit) |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=3-5,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
STAPRO2J |
79 |
KWARTAAL |
Positie in het bedrijf (in de tweede werkkring) |
EXIST2J=2 |
|
1 |
Werkgever |
||||
2 |
Zelfstandige zonder werknemers |
||||
3 |
Werknemer |
||||
4 |
Medewerkend gezinslid |
||||
9 |
Niet van toepassing (EXIST2J=1,9 blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
NACE2J2D |
80/81 |
KWARTAAL |
Economische activiteit van de lokale eenheid (in de tweede werkkring) |
EXIST2J=2 |
|
NACE Rev. 2 |
|||||
00 |
Niet van toepassing (EXIST2J=1,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HWACTUA2 |
82/83 |
KWARTAAL |
Aantal uren dat de betrokkene tijdens de referentieweek in de tweede werkkring feitelijk heeft gewerkt |
EXIST2J=2 |
|
00 |
De betrokkene heeft tijdens de referentieweek niet in de tweede werkkring gewerkt |
||||
01-98 |
Aantal uren dat de betrokkene tijdens de referentieweek feitelijk in de tweede werkkring heeft gewerkt |
||||
99 |
Niet van toepassing (EXIST2J=1,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
VROEGERE WERKERVARING VAN NIET-WERKENDEN |
|||||
EXISTPR |
84 |
KWARTAAL |
Vroegere werkervaring |
WSTATOR=3-5 |
|
0 |
De betrokkene heeft nooit werk gehad (gelegenheidsarbeid, zoals vakantiewerk, en militaire of vervangende dienstplicht worden niet als werk beschouwd) |
||||
1 |
De betrokkene heeft al gewerkt (gelegenheidsarbeid, zoals vakantiewerk, en militaire of vervangende dienstplicht worden niet als werk beschouwd) |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=1,2,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
YEARPR |
85/88 |
KWARTAAL |
Jaar waarin de betrokkene het laatst heeft gewerkt |
EXISTPR=1 |
|
Jaar waarin de betrokkene het laatst heeft gewerkt, in vier cijfers |
|||||
9999 |
Niet van toepassing (EXISTPR=0,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
MONTHPR |
89/90 |
KWARTAAL |
Maand waarin de betrokkene het laatst heeft gewerkt |
YEARPR≠9999,blanco en REFYEAR-YEARPR<=2 |
|
01-12 |
Nummer van de maand waarin de betrokkene het laatst heeft gewerkt |
||||
99 |
Niet van toepassing (YSTARTWK=9999,blanco of REFYEAR-YSTARTWK>2) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
LEAVREAS |
91/92 |
JAAR |
Voornaamste reden voor het beëindigen van de laatste baan of zelfstandige activiteit |
EXISTPR=1 en REFYEAR-YEARPR<8 |
|
00 |
Ontslagen |
||||
01 |
Een baan van beperkte duur was afgelopen |
||||
02 |
De betrokkene had de zorg voor kinderen of hulpbehoevende volwassenen |
||||
03 |
Andere persoonlijke redenen of familiale omstandigheden |
||||
04 |
Ziekte of arbeidsongeschiktheid van de betrokkene zelf |
||||
05 |
Onderwijs of opleiding |
||||
06 |
Vervroegd pensioen |
||||
07 |
Pensioen |
||||
08 |
Militaire of vervangende dienstplicht |
||||
09 |
Andere redenen |
||||
99 |
Niet van toepassing (EXISTPR=0,9,blanco, of EXISTPR=1 en de laatste acht jaar niet gewerkt) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
STAPROPR |
93 |
KWARTAAL alleen indien betrokkene in de laatste 12 maanden heeft gewerkt JAAR in andere gevallen |
Positie in het bedrijf in de laatste werkkring |
EXISTPR=1 en REFYEAR-YEARPR<8 |
|
1 |
Werkgever |
||||
2 |
Zelfstandige zonder werknemers |
||||
3 |
Werknemer |
||||
4 |
Medewerkend gezinslid |
||||
9 |
Niet van toepassing (EXISTPR=0,9,blanco of EXISTPR=1 en heeft de laatste acht jaar niet gewerkt |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
NACEPR2D |
94/95 |
KWARTAAL alleen indien betrokkene in de laatste 12 maanden heeft gewerkt JAAR in andere gevallen |
Economische activiteit van de lokale eenheid waar de betrokkene het laatst heeft gewerkt |
EXISTPR=1 en REFYEAR-YEARPR<8 |
|
NACE Rev. 2 |
|||||
00 |
Niet van toepassing (EXISTPR=0,9,blanco, of EXISTPR=1 en de laatste acht jaar niet gewerkt) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
ISCOPR3D |
96/98 |
KWARTAAL alleen indien betrokkene in de laatste 12 maanden heeft gewerkt JAAR in ander gevallen |
Beroep in de laatste werkkring |
EXISTPR=1 en REFYEAR-YEARPR<8 |
|
ISCO-88 (COM) |
|||||
999 |
Niet van toepassing (EXISTPR=0,9,blanco, of EXISTPR=1 en de laatste acht jaar niet gewerkt) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
WERK ZOEKEN |
|||||
SEEKWORK |
99 |
KWARTAAL |
Zoeken van week gedurende de laatste vier weken |
(WSTATOR=3-5 of SIGNISAL=3) en leeftijd<75 |
|
1 |
De betrokkene heeft al een baan gevonden en begint uiterlijk binnen drie maanden te werken |
||||
2 |
De betrokkene heeft al een baan gevonden, begint na meer dan drie maanden te werken en zoekt geen werk |
||||
3 |
De betrokkene zoekt geen werk en heeft ook geen baan gevonden waarmee hij later begint |
||||
4 |
De betrokkene zoekt werk |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTATOR=1,2,9 en SIGNISAL≠3) of leeftijd 75 jaar of ouder |
||||
SEEKREAS |
100 |
JAAR |
Redenen om geen werk te zoeken |
SEEKWORK=3 |
|
De betrokkene zoekt geen werk: |
|||||
1 |
|
||||
2 |
|
||||
3 |
|
||||
4 |
|
||||
5 |
|
||||
6 |
|
||||
7 |
|
||||
8 |
|
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SEEKTYPE |
101 |
KWARTAAL |
Aard van het gezochte (of gevonden) werk |
SEEKWORK=1,2,4 of LOOKOJ=1 |
|
Bij het gezochte werk (voor SEEKWORK=1,2 het gevonden werk) gaat het om: |
|||||
1 |
werk als zelfstandige |
||||
werk als werknemer: |
|||||
2 |
|
||||
3 |
|
||||
4 |
|
||||
5 |
|
||||
6 |
|
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠1,2,4 en LOOKOJ≠1) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SEEKDUR |
102 |
KWARTAAL |
Duur van het werk zoeken |
SEEKWORK=1,4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Nog niet met zoeken begonnen |
||||
1 |
Minder dan 1 maand |
||||
2 |
1-2 maanden |
||||
3 |
3-5 maanden |
||||
4 |
6-11 maanden |
||||
5 |
12-17 maanden |
||||
6 |
18-23 maanden |
||||
7 |
24-47 maanden |
||||
8 |
4 jaar of langer |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠1,4 en LOOKOJ≠1) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
IN DE LAATSTE VIER WEKEN GEBRUIKTE METHODEN OM WERK TE VINDEN |
|||||
METHODA |
103 |
KWARTAAL |
Contact opgenomen met een openbaar arbeidsbureau om werk te vinden |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODB |
104 |
KWARTAAL |
Contact opgenomen met een particulier arbeidsbemiddelingsbureau om werk te vinden |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODC |
105 |
KWARTAAL |
Rechtstreeks contact opgenomen met werkgevers |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODD |
106 |
KWARTAAL |
Nagevraagd bij vrienden, familie, vakverenigingen enz. |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODE |
107 |
KWARTAAL |
Gereageerd op advertenties in kranten of tijdschriften of deze zelf geplaatst |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODF |
108 |
KWARTAAL |
Advertenties in kranten of tijdschriften nauwlettend bekeken |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODG |
109 |
KWARTAAL |
Een test of examen afgelegd of een gesprek gevoerd |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODH |
110 |
KWARTAAL |
Naar grond, gebouwen of apparatuur uitgekeken |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODI |
111 |
KWARTAAL |
Geprobeerd vergunningen, licenties of financiële middelen te krijgen |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODJ |
112 |
KWARTAAL |
Wacht op resultaat van een sollicitatie |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODK |
113 |
KWARTAAL |
Wacht op een oproep van een openbaar arbeidsbureau |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODL |
114 |
KWARTAAL |
Wacht op resultaat van een examen voor een overheidsbaan |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
METHODM |
115 |
KWARTAAL |
Andere methode |
SEEKWORK=4 of LOOKOJ=1 |
|
0 |
Neen |
||||
1 |
Ja |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠4 en LOOKOJ≠1) |
||||
WANTWORK |
116 |
KWARTAAL |
Bereidheid te werken, voor iemand die geen werk zoekt |
SEEKWORK=3 |
|
De betrokkene zoekt geen werk: |
|||||
1 |
|
||||
2 |
|
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
AVAILBLE |
117 |
KWARTAAL |
Beschikbaarheid binnen twee weken |
SEEKWORK=1,4 of WANTWORK=1,blanco of WISHMORE=1 |
|
Indien de betrokkene op dit moment werk zou vinden: |
|||||
1 |
zou hij/zij onmiddellijk (binnen twee weken) kunnen beginnen |
||||
2 |
zou hij/zij niet onmiddellijk (binnen twee weken) kunnen beginnen |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK≠1,4 en WANTWORK≠1,blanco en WISHMORE≠1) |
||||
AVAIREAS |
118 |
JAAR |
Redenen waarom de betrokkene niet binnen twee weken voor werk beschikbaar is |
AVAILBLE=2 |
|
De betrokkene kan niet onmiddellijk (binnen twee weken) met werk beginnen: |
|||||
1 |
|
||||
2 |
|
||||
3 |
|
||||
4 |
|
||||
5 |
|
||||
6 |
|
||||
9 |
Niet van toepassing (AVAILBLE≠2) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
PRESEEK |
119 |
JAAR |
Positie van de betrokkene onmiddellijk voordat hij/zij werk begon te zoeken (of terwijl hij/zij wachtte op het begin van een nieuwe baan) |
SEEKWORK=1,2,4 |
|
1 |
De betrokkene werkte (met inbegrip van leerlingen en stagiairs) |
||||
2 |
De betrokkene volgde volledig dagonderwijs (zonder leerlingen en stagiairs) |
||||
3 |
De betrokkene vervulde zijn/haar militaire of vervangende dienstplicht |
||||
4 |
De betrokkene deed het huishouden of had familiale verplichtingen |
||||
5 |
Andere (bv. gepensioneerd) |
||||
9 |
Niet van toepassing (SEEKWORK=3,9) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
NEEDCARE |
120 |
JAAR |
Behoefte aan zorgfaciliteiten |
FTPTREAS=3 of SEEKREAS=3 |
|
De betrokkene zoekt geen werk of werkt in deeltijd omdat: |
|||||
1 |
geschikte kinderopvang niet beschikbaar of te duur is |
||||
2 |
geschikte zorg voor zieken, gehandicapten of ouderen niet beschikbaar of te duur is |
||||
3 |
geschikte kinderopvang en geschikte zorg voor zieken, gehandicapten of ouderen niet beschikbaar of te duur zijn |
||||
4 |
Zorgfaciliteiten zijn niet van invloed op het besluit in deeltijd te werken of geen werk te zoeken |
||||
9 |
Niet van toepassing (FTPTREAS≠3 en SEEKREAS≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
REGISTER |
121 |
JAAR |
Inschrijving bij een openbaar arbeidsbureau |
iedereen van 15 tot en met 74 jaar |
|
1 |
De betrokkene is ingeschreven bij een openbaar arbeidsbureau en ontvangt een uitkering |
||||
2 |
De betrokkene is ingeschreven bij een openbaar arbeidsbureau, maar ontvangt geen uitkering |
||||
3 |
De betrokkene is niet ingeschreven bij een openbaar arbeidsbureau, maar ontvangt wel een uitkering |
||||
4 |
De betrokkene is niet ingeschreven bij een openbaar arbeidsbureau en ontvangt ook geen uitkering |
||||
9 |
Niet van toepassing (de betrokkene is jonger dan 15 of ouder dan 75) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
VOORNAAMSTE ARBEIDSSITUATIE |
|||||
MAINSTAT (facultatief) |
122 |
JAAR |
Voornaamste situatie |
iedereen vanaf 15 jaar |
|
1 |
Heeft een baan of beroepsbezigheid, met inbegrip van onbetaald werk, voor een familiebedrijf, waaronder een praktijkopleiding, betaalde stage enz. |
||||
2 |
Werkloos |
||||
3 |
Leerling, student, opleiding, onbetaalde stage |
||||
4 |
Gepensioneerd of vervroegd uitgetreden of zelfstandige activiteit opgegeven |
||||
5 |
Blijvend arbeidsongeschikt |
||||
6 |
Militaire dienstplicht |
||||
7 |
Doet het huishouden |
||||
8 |
Anderszins niet-actief |
||||
9 |
Niet van toepassing (kind jonger dan 15 jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
ONDERWIJS EN OPLEIDING |
|||||
EDUCSTAT |
123 |
KWARTAAL |
Student of leerling die de laatste vier weken regulier onderwijs volgde |
iedereen vanaf 15 jaar |
|
1 |
Was student of leerling |
||||
3 |
Volgt regulier onderwijs, maar had vakantie |
||||
2 |
Was geen student of leerling |
||||
9 |
Niet van toepassing (kind jonger dan 15 jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
EDUCLEVL |
124 |
KWARTAAL |
Niveau van dit onderwijs of deze opleiding |
EDUCSTAT=1,3 |
|
1 |
ISCED 1 |
||||
2 |
ISCED 2 |
||||
3 |
ISCED 3 |
||||
4 |
ISCED 4 |
||||
5 |
ISCED 5 |
||||
6 |
ISCED 6 |
||||
9 |
Niet van toepassing (EDUCSTAT=2,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
EDUCFILD (facultatief) |
125/127 |
JAAR |
Onderwerp/inhoud van dit onderwijs of deze opleiding |
EDUCSTAT=1,3 en EDUCLEVL=3-6 |
|
000 |
Algemeen vormende opleidingen |
||||
100 |
Lerarenopleiding en pedagogiek |
||||
200 |
Letteren en kunsten |
||||
222 |
Vreemde talen |
||||
300 |
Sociale en economische wetenschappen en rechten |
||||
400 |
Natuurwetenschappen, wiskunde en informatica |
||||
420 |
Levenswetenschappen (inclusief biologie en milieukunde) |
||||
440 |
Natuurwetenschappen (inclusief natuurkunde, scheikunde en aardwetenschappen) |
||||
460 |
Wiskunde en statistiek |
||||
481 |
Computerwetenschappen |
||||
482 |
Computergebruik |
||||
500 |
Technische wetenschappen en bouwkunde |
||||
600 |
Landbouwkunde en diergeneeskunde |
||||
700 |
Gezondheid en welzijn |
||||
800 |
Dienstverlening |
||||
900 |
Onbekend |
||||
999 |
Niet van toepassing (EDUCSTAT=2,9,blanco of EDUCLEVL≠(3-6)) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COURATT |
128 |
KWARTAAL |
Heeft u, buiten het reguliere onderwijssysteem, de afgelopen vier weken cursussen, seminars of conferenties bijgewoond of privéles of onderricht gekregen (hierna onderwezen leeractiviteiten genoemd) |
iedereen vanaf 15 jaar |
|
1 |
Ja |
||||
2 |
Neen |
||||
9 |
Niet van toepassing (kind jonger dan 15 jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COURLEN |
129/131 |
KWARTAAL |
Aantal uren dat de betrokkene de laatste vier weken aan onderwezen leeractiviteiten heeft besteed |
COURATT=1 |
|
3 cijfers |
Aantal uren |
||||
999 |
Niet van toepassing (COURATT=2,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COURPURP (facultatief) |
132 |
JAAR |
Doel van de laatste onderwezen leeractiviteit |
COURATT=1 |
|
1 |
Vooral beroepsgericht |
||||
2 |
Vooral persoonlijk/sociaal |
||||
9 |
Niet van toepassing (COURATT=2,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COURFILD (facultatief) |
133/135 |
JAAR |
Gebied van de laatste onderwezen leeractiviteit |
COURATT=1 |
|
000 |
Algemeen vormende opleidingen |
||||
100 |
Lerarenopleiding en pedagogiek |
||||
200 |
Letteren en kunsten |
||||
222 |
Vreemde talen |
||||
300 |
Sociale en economische wetenschappen en rechten |
||||
400 |
Natuurwetenschappen, wiskunde en informatica |
||||
420 |
Levenswetenschappen (inclusief biologie en milieukunde) |
||||
440 |
Natuurwetenschappen (inclusief natuurkunde, scheikunde en aardwetenschappen) |
||||
460 |
Wiskunde en statistiek |
||||
481 |
Computerwetenschappen |
||||
482 |
Computergebruik |
||||
500 |
Technische wetenschappen en bouwkunde |
||||
600 |
Landbouwkunde en diergeneeskunde |
||||
700 |
Gezondheid en welzijn |
||||
800 |
Dienstverlening |
||||
900 |
Onbekend |
||||
999 |
Niet van toepassing (COURATT=2,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COURWORH (facultatief) |
136 |
JAAR |
Vond de laatste onderwezen leeractiviteit tijdens betaalde werktijd plaats |
COURATT=1 |
|
1 |
Alleen tijdens betaalde werktijd |
||||
2 |
Vooral tijdens betaalde werktijd |
||||
3 |
Vooral buiten betaalde werktijd |
||||
4 |
Alleen buiten betaalde werktijd |
||||
5 |
De betrokkene had toen geen werk |
||||
9 |
Niet van toepassing (COURATT=2,9,blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HATLEVEL |
137/138 |
KWARTAAL |
Hoogste niveau van met succes afgesloten onderwijs of opleiding |
iedereen vanaf 15 jaar |
|
00 |
Geen formeel onderwijs of lager dan ISCED 1 |
||||
11 |
ISCED 1 |
||||
21 |
ISCED 2 |
||||
22 |
ISCED 3c (minder dan twee jaar) |
||||
31 |
ISCED 3c (twee jaar of meer) |
||||
32 |
ISCED 3 a, b |
||||
30 |
ISCED 3 (geen onderscheid tussen a, b of c mogelijk; twee jaar of meer) |
||||
41 |
ISCED 4a, b |
||||
42 |
ISCED 4c |
||||
43 |
ISCED 4 (geen onderscheid tussen a, b of c mogelijk) |
||||
51 |
ISCED 5b |
||||
52 |
ISCED 5a |
||||
60 |
ISCED 6 |
||||
99 |
Niet van toepassing (kind jonger dan 15 jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HATFIELD |
139/141 |
JAAR |
Onderwerp/inhoud van hoogste niveau van met succes afgesloten onderwijs of opleiding |
HATLEVEL=22-60 |
|
000 |
Algemeen vormende opleidingen (1) |
||||
100 |
Lerarenopleiding en pedagogiek (1) |
||||
200 |
Letteren en kunsten (1) |
||||
222 |
Vreemde talen |
||||
300 |
Sociale en economische wetenschappen en rechten (1) |
||||
400 |
Natuurwetenschappen, wiskunde en informatica (1) |
||||
420 |
Levenswetenschappen (inclusief biologie en milieukunde) (1) |
||||
440 |
Natuurwetenschappen (inclusief natuurkunde, scheikunde en aardwetenschappen) (1) |
||||
460 |
Wiskunde en statistiek (1) |
||||
481 |
Computerwetenschappen |
||||
482 |
Computergebruik |
||||
500 |
Technische wetenschappen en bouwkunde (1) |
||||
600 |
Landbouwkunde en diergeneeskunde (1) |
||||
700 |
Gezondheid en welzijn (1) |
||||
800 |
Dienstverlening (1) |
||||
900 |
Onbekend |
||||
999 |
Niet van toepassing (HATLEVEL=00, 11, 21, 99, blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
HATYEAR |
142/145 |
JAAR |
Jaar waarin het hoogste onderwijs- of opleidingsniveau met succes werd afgesloten |
HATLEVEL=11-60 |
|
Jaar in vier cijfers |
|||||
9999 |
Niet van toepassing (HATLEVEL=00, 99, blanco) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
SITUATIE ÉÉN JAAR VOOR DE ENQUÊTE |
|||||
WSTAT1Y |
146 |
JAAR |
Situatie met betrekking tot de beroepsactiviteit één jaar voor de enquête |
iedereen vanaf 15 jaar |
|
1 |
Heeft een baan of beroepsbezigheid, met inbegrip van onbetaald werk, voor een familiebedrijf, waaronder een praktijkopleiding, betaalde stage enz. |
||||
2 |
Werkloos |
||||
3 |
Leerling, student, opleiding, onbetaalde stage |
||||
4 |
Gepensioneerd of vervroegd uitgetreden of zelfstandige activiteit opgegeven |
||||
5 |
Blijvend arbeidsongeschikt |
||||
6 |
Militaire dienstplicht |
||||
7 |
Doet het huishouden |
||||
8 |
Anderszins niet-actief |
||||
9 |
Niet van toepassing (kind jonger dan 15 jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
STAPRO1Y |
147 |
JAAR |
Positie in het bedrijf één jaar voor de enquête |
WSTAT1Y=1 |
|
1 |
Werkgever |
||||
2 |
Zelfstandige zonder werknemers |
||||
3 |
Werknemer |
||||
4 |
Medewerkend gezinslid |
||||
9 |
Niet van toepassing (WSTAT1Y≠1) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
NACE1Y2D |
148/149 |
JAAR |
Economische activiteit van de lokale eenheid waar de betrokkene één jaar voor de enquête werkte |
WSTAT1Y=1 |
|
NACE Rev. 2 |
|||||
00 |
Niet van toepassing (WSTAT1Y≠1) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COUNTR1Y |
150/151 |
JAAR |
Land van verblijf één jaar voor de enquête |
iedereen vanaf 1 jaar |
|
Zie voor codering de ISO-landennomenclatuur |
|||||
99 |
Niet van toepassing (kind jonger dan één jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
REGION1Y |
152/153 |
JAAR |
Regio van verblijf één jaar voor de enquête |
iedereen vanaf 1 jaar |
|
NUTS 2 |
|||||
99 |
Niet van toepassing (de betrokkene is naar een ander land verhuisd of kind jonger dan één jaar) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
INKOMEN |
|||||
INCDECIL |
154/155 |
JAAR |
Maandelijks nettoloon in eerste werkkring |
STAPRO=3 |
|
01-10 |
Rangorde deciel |
||||
99 |
Niet van toepassing (STAPRO≠3) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
TECHNISCHE ASPECTEN VAN HET INTERVIEW |
|||||
REFYEAR |
156/159 |
KWARTAAL |
Enquêtejaar |
iedereen |
|
Jaar in vier cijfers |
|||||
REFWEEK |
160/161 |
KWARTAAL |
Referentieweek |
iedereen |
|
Nummer van de week die loopt van maandag tot en met zondag |
|||||
INTWEEK |
162/163 |
KWARTAAL |
Interviewweek |
iedereen |
|
Nummer van de week die loopt van maandag tot en met zondag |
|||||
LAND |
164/165 |
KWARTAAL |
Land |
iedereen |
|
Zie voor codering de ISO-landennomenclatuur |
|||||
REGION |
166/167 |
KWARTAAL |
Regio van het huishouden |
iedereen |
|
NUTS 2 |
|||||
DEGURBA |
168 |
KWARTAAL |
Urbanisatiegraad |
iedereen |
|
1 |
Dichtbevolkt gebied |
||||
2 |
Gebied met gemiddelde bevolkingsdichtheid |
||||
3 |
Dunbevolkt gebied |
||||
HHNUM |
169/174 |
KWARTAAL |
Volgnummer van het huishouden |
iedereen |
|
Het nationale bureau voor de statistiek geeft ieder huishouden een volgnummer dat voor alle enquêteronden hetzelfde blijft |
|||||
Records betreffende verschillende leden van hetzelfde huishouden hebben hetzelfde volgnummer |
|||||
HHTYPE |
175 |
KWARTAAL |
Soort huishouden |
iedereen |
|
1 |
De betrokkene woont in een privéhuishouden (of permanent in een hotel) en wordt daar geenqueteerd |
||||
2 |
De betrokkene woont in een instelling en wordt daar geënquêteerd |
||||
3 |
De betrokkene woont in een instelling maar wordt via een privéhuishouden geënquêteerd |
||||
4 |
De betrokkene woont in een ander privéhuishouden op het grondgebied van het land, maar wordt via het oorspronkelijke privéhuishouden geënquêteerd |
||||
HHINST |
176 |
KWARTAAL |
Soort instelling |
HHTYPE=2,3 |
|
1 |
Onderwijsinstelling |
||||
2 |
Ziekenhuis |
||||
3 |
Andere sociale instelling |
||||
4 |
Religieuze instelling (niet begrepen onder 1-3) |
||||
5 |
Arbeiderstehuis, accommodatie op bouwplaats, studententehuis, universitair centrum enz. |
||||
6 |
Militaire inrichting |
||||
7 |
Overige inrichting (bv. gevangenis) |
||||
9 |
Niet van toepassing (HHTYPE≠1,4) |
||||
blanco |
Geen antwoord |
||||
COEFFY |
177/182 |
JAAR |
Jaarlijkse wegingscoëfficiënt |
iedereen |
|
0000-9999 |
Kol. 177-180 bevatten gehele cijfers |
||||
00-99 |
Kol. 181-182 bevatten decimalen |
||||
COEFFQ |
183/188 |
KWARTAAL |
Kwartaalwegingscoëfficiënt |
iedereen |
|
0000-9999 |
Kol. 183-186 bevatten gehele cijfers |
||||
00-99 |
Kol. 187-188 bevatten decimalen |
||||
COEFFH |
189/194 |
JAAR |
Jaarlijkse wegingscoëfficiënt van de steekproef voor de kenmerken van het huishouden (in geval van een steekproef van individuen) |
||
0000-9999 |
Kol. 189-192 bevatten gehele cijfers |
||||
00-99 |
Kol. 193-194 bevatten decimalen |
||||
INTWAVE |
195 |
KWARTAAL |
Volgnummer van de enquêteronde |
iedereen |
|
1-8 |
Volgnummer van de enquêteronde |
||||
INTQUEST |
196 |
KWARTAAL |
Gebruikte vragenlijst |
iedereen |
|
1 |
Alleen belangrijkste variabelen |
||||
2 |
Gehele vragenlijst |
-
Of onderverdelingen van de ISCED 1997 — onderwerp/inhoud van onderwijs — code van 3 cijfers.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.