Besluit 2009/335 - Technische richtsnoeren voor het stellen van de financiële zekerheid overeenkomstig Richtlijn 2006/21/EG betreffende het beheer van afval van winningsindustrieën

1.

Wettekst

21.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 101/25

 

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 20 april 2009

inzake technische richtsnoeren voor het stellen van de financiële zekerheid overeenkomstig Richtlijn 2006/21/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het beheer van afval van winningsindustrieën

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2009) 2798)

(2009/335/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2006/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 betreffende het beheer van afval van winningsindustrieën en houdende wijziging van Richtlijn 2004/35/EG (1), en met name op artikel 22, lid 1, onder c),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Om te zorgen voor een gemeenschappelijke aanpak van de lidstaten wanneer de in artikel 14 van Richtlijn 2006/21/EG bedoelde financiële zekerheid wordt gesteld, moet er een minimale gemeenschappelijke basis voor de berekening van de zekerheid worden gespecificeerd, met name ten aanzien van de informatie waar rekening mee moet worden gehouden en de berekeningsmethode voor de zekerheid.

 

(2)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 23, lid 2, van Richtlijn 2006/21/EG ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

  • 1. 
    De lidstaten en bevoegde instanties baseren de berekening van de in artikel 14 van Richtlijn 2006/21/EG bedoelde financiële zekerheid op:
 

a)

de verwachte effecten van de afvalvoorziening op het milieu en de gezondheid van de mens;

 

b)

de definitie van de rehabilitatie, met inbegrip van het gebruik achteraf, van de afvalvoorziening;

 

c)

toepasselijke milieunormen en -doelstellingen, met inbegrip van de fysische stabiliteit van de afvalvoorziening, minimale kwaliteitsnormen voor de bodem en de waterreserves en de maximale emissie van verontreinigende stoffen;

 

d)

de technische maatregelen die nodig zijn om milieudoelstellingen te halen, met name maatregelen die voor de stabiliteit van de afvalvoorziening moeten zorgen en de milieuschade moeten beperken;

 

e)

de maatregelen die nodig zijn om de doelstellingen gedurende en na de sluiting te halen, met inbegrip van sanering van de bodem, eventueel nodige behandeling en monitoring na de sluiting en, indien van toepassing, maatregelen om de biodiversiteit te herstellen;

 

f)

de geraamde tijdschaal van effecten en de vereiste beperkende maatregelen;

 

g)

een raming van de kosten die moeten worden gemaakt voor bodemsanering, sluiting en de periode na de sluiting, met inbegrip van de monitoring of behandeling van verontreinigende stoffen na de sluiting.

  • 2. 
    De onder g) bedoelde raming wordt uitgevoerd door onafhankelijke en afdoende gekwalificeerde derden en daarbij wordt rekening gehouden met de mogelijkheid van een niet-geplande of voortijdige sluiting.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 20 april 2009.

Voor de Commissie

Stavros DIMAS

Lid van de Commissie

 

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.