Verordening 1981/1056 - Toekenning van een aanvullende premie voor het aanhouden van het zoogkoeienbestand in Ierland en Noord-Ierland - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
|
Verordening (EEG) nr. 1056/81 van de Raad van 21 april 1981 betreffende de toekenning van een aanvullende premie voor het aanhouden van het zoogkoeienbestand in Ierland en Noord-Ierland
Publicatieblad Nr. L 111 van 23/04/1981 blz. 0006 - 0006
++++
VERORDENING ( EEG ) NR . 1056/81 VAN DE RAAD
VAN 21 APRIL 1981
BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN AANVULLENDE PREMIE VOOR HET AANHOUDEN VAN HET ZOOGKOEIENBESTAND IN IERLAND EN NOORD-IERLAND
DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,
GELET OP HET VERDRAG TOT OPRICHTING VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP , INZONDERHEID OP ARTIKEL 43 ,
GEZIEN HET VOORSTEL VAN DE COMMISSIE ,
GEZIEN HET ADVIES VAN HET EUROPESE PARLEMENT ( 1 ) ,
OVERWEGENDE DAT HET INKOMEN VAN DE LANDBOUWERS IN IERLAND EN NOORD-IERLAND TIJDENS HET VERKOOPSEIZOEN 1980/1981 AANZIENLIJK IS GEDAALD ; DAT MAATREGELEN MOETEN WORDEN GENOMEN TEN BEHOEVE VAN DE RUNDVLEESPRODUCENTEN DIE HET STERKST DOOR DEZE INKOMENSDALING ZIJN GETROFFEN ;
OVERWEGENDE DAT DEZE MAATREGEL DE VORM KAN AANNEMEN VAN EEN AANVULLENDE PREMIE NAAST DE BIJ VERORDENING ( EEG ) NR . 1357/80 ( 2 ) , VASTGESTELDE PREMIE VOOR HET AANHOUDEN VAN HET ZOOGKOEIENBESTAND ,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :
ARTIKEL 1
IERLAND EN , WAT NOORD-IERLAND BETREFT , HET VERENIGD KONINKRIJK WORDEN GEMACHTIGD EEN AANVULLENDE PREMIE TOE TE KENNEN NAAST DE BIJ VERORDENING ( EEG ) NR . 1357/80 VASTGESTELDE PREMIE VOOR HET AANHOUDEN VAN HET ZOOGKOEIENBESTAND , VOOR ZOVER DEZE LID-STATEN ARTIKEL 3 , LID 2 , VAN DIE VERORDENING NIET TOEPASSEN .
VOOR HET VERKOOPSEIZOEN 1981/1982 WORDT HET PREMIEBEDRAG VASTGESTELD OP 20 ECU PER ZOOGKOE DIE OP DE DAG VAN INDIENING VAN DE AANVRAAG DOOR DE PRODUCENT WORDT GEHOUDEN .
DE PREMIE WORDT BETAALD IN DE VORM VAN EEN UITKERING INEENS .
HET BEDRAG VAN DE PREMIE WORDT GEFINANCIERD DOOR HET EUROPEES ORIENTATIE - EN GARANTIEFONDS VOOR DE LANDBOUW , AFDELING GARANTIE .
ARTIKEL 2
DEZE VERORDENING TREEDT IN WERKING OP DE DAG VAN HAAR BEKENDMAKING IN HET PUBLIKATIEBLAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN .
DEZE VERORDENING IS VERBINDEND IN AL HAAR ONDERDELEN EN IS RECHTSTREEKS TOEPASSELIJK IN ELKE LID-STAAT .
GEDAAN TE BRUSSEL , 21 APRIL 1981 .
VOOR DE RAAD
DE VOORZITTER
G . BRAKS
( 1 ) ADVIES UITGEBRACHT OP 9 APRIL 1981 ( NOG NIET VERSCHENEN IN HET PUBLIKATIEBLAD ) .
( 2 ) PB NR . L 140 VAN 5 . 6 . 1980 , BLZ . 1 .
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.