Verordening 1982/1204 - Wijziging van Verordening (EEG) nr. 2511/69 houdende bijzondere maatregelen voor de verbetering van de produktie en de afzet van citrusvruchten in de EG

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31982R1204

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31982R1204

Verordening (EEG) nr. 1204/82 van de Raad van 18 mei 1982 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2511/69 houdende bijzondere maatregelen voor de verbetering van de produktie en de afzet van citrusvruchten in de Gemeenschap

Publicatieblad Nr. L 140 van 20/05/1982 blz. 0038 - 0041

Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 25 blz. 0120

Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 25 blz. 0120

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 15 blz. 0007

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 15 blz. 0007

*****

VERORDENING (EEG) Nr. 1204/82 VAN DE RAAD

van 18 mei 1982

tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2511/69 houdende bijzondere maatregelen voor de verbetering van de produktie en de afzet van citrusvruchten in de Gemeenschap

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europese Parlement (1),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (2),

Overwegende dat met de overschakeling op andere variëteiten in de sector citrusvruchten niet veel voortgang is gemaakt; dat derhalve alle inspanningen moeten worden geconcentreerd op de overschakeling van sinaasappel-, mandarijn- en citroenbomen ten einde deze aanplantingen aan te passen aan de eisen van de consument;

Overwegende dat de landbouwers in de Gemeenschap betere kansen moeten hebben om zich, onder andere op het punt van kwaliteit, voor te bereiden op een verscherpte concurrentie in een uitgebreide Gemeenschap; dat derhalve de maatregelen op middellange termijn eveneens voor citroenen moeten gelden;

Overwegende dat in de Lid-Staten waar een aanzienlijk gedeelte van de citrussoorten niet door de consumenten wordt gewaardeerd, deze toestand de ontwikkeling van de algehele produktie van deze landen afgeremd heeft; dat derhalve maatregelen moeten worden getroffen met het oog op een structurele verbetering van deze produktie in de betrokken Lid-Staten;

Overwegende dat de overschakeling op andere variëteiten en de maatregelen inzake afzet en verwerking uitsluitend moeten worden bevorderd in de Lid-Staten waar overschakeling op andere variëteiten dringend noodzakelijk is;

Overwegende dat in Verordening (EEG) nr. 2226/79 (3) evenwel bepaald is dat Frankrijk maatregelen mocht treffen met het oog op de overschakeling van de citrusproduktie en de verbetering van de verwerking en afzet van citrusvruchten, voor zover zulke maatregelen uiterlijk op 31 december 1983 zouden beginnen en uiterlijk op 31 december 1986 beëindigd zouden zijn; dat deze maatregelen derhalve, onder de voorwaarden van deze verordening en binnen de voornoemde termijn, moeten worden toegelaten;

Overwegende dat deze maatregelen, gezien de op Corsica bestaande bijzondere situatie in de sector citrusvruchten, met name wat clementines betreft, vergezeld moeten gaan van maatregelen met het oog op een structurele verbetering van deze sector, alsmede van maatregelen met het oog op overschakeling van clementines op andere variëteiten clementines; dat daartoe strekkende maatregelen derhalve op tijdelijke basis onder voornoemde voorwaarden en binnen genoemde termijnen, moeten worden toegelaten;

Overwegende dat de extra steun moet worden verhoogd in verband met de ontwikkeling van de koopkracht sedert de aanneming van Verordening (EEG) nr. 2511/69 (4);

Overwegende dat overschakeling ook een collectieve aanpak vereist en dat bij de uitvoering van deze overschakelingsacties alle deelnemers dezelfde steun voor overschakeling moeten genieten;

Overwegende dat de toekenning van de financiële compensatie uitsluitend is gerechtvaardigd in de Lid-Staten die een overschakelingsprogramma hebben opgesteld; dat op communautaire markten buiten de producerende Lid-Staten gemakkelijker een afzet kan worden gevonden voor citroenen en clementines dan voor sinaasappelen en mandarijnen uit de Gemeenschap en dat voor citroenen en clementines derhalve de financiële compensatie spoediger zou kunnen worden afgeschaft,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 2511/69 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1. 
    artikel 1 wordt als volgt gelezen:

»Artikel 1

  • 1. 
    Overeenkomstig artikel 5 wordt steun verleend voor maatregelen in het kader van het in artikel 2 bedoelde programma waarmee uiterlijk op 31 december 1988 wordt begonnen en die gericht zijn op:
  • a) 
    overschakeling van sinaasappel-, mandarijn- en citroenaanplantingen op andere variëteiten van sinaasappelen, mandarijnen of citroenen of op andere soorten citrusvruchten van de typen satsuma of clementine, ten einde de produktie aan te passen aan de eisen van de consument;
  • b) 
    oprichting, verbetering en vergroting van:
  • centra voor verpakking van citrusvruchten, waar het fruit wordt gesorteerd, naar grootte ingedeeld, ontsmet en verpakt en waar eventueel ook opslagruimte beschikbaar is,
  • centra voor de opslag van citrusvruchten,
  • bedrijven voor de verwerking van citrusvruchten, waar eventueel ook opslagruimte beschikbaar is;
  • c) 
    herstructurering van de sector citrusvruchten in de landbouwbedrijven met het oog op een beter concurrentievermogen, door
  • nieuwe aanplantingen zonder overschakeling, op gronden die geschikt zijn voor de citrusvruchtenteelt en met variëteiten die beantwoorden aan de eisen van de verbruikers, voor zover deze aanplantingen bestemd zijn om bestaande aanplantingen te vervangen en niet tot vergroting van het citrusvruchtenareaal leiden;
  • maatregelen voor grondverbetering, waaronder met name voorbereiding van de bodem, bevloeiing vanuit het bestaande collectieve net, draineren van percelen en niet-collectieve landbouwwegen, op voorwaarde dat deze maatregelen vergezeld gaan van acties betreffende het toezicht op planten en ziekten;
  • d) 
    produktie van vermeerderingsmateriaal voor zover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van het programma.

De geraamde kosten voor het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw van de in de eerste alinea, sub b), bedoelde maatregelen mogen niet meer bedragen dan 15 % van de totale geraamde kosten van de uit hoofde van deze verordening getroffen maatregelen op middellange termijn.

  • 2. 
    De Raad besluit vóór 31 december 1988 op voorstel van de Commissie of de in lid 1, eerste alinea, bedoelde periode moet worden verlengd.
  • 3. 
    De landbouwers in de Gemeenschap die sinaasappelen, mandarijnen en citroenen produceren en tot overschakeling in de zin van lid 1, sub a), overgaan, komen op hun verzoek en op de in artikel 4 bepaalde voorwaarden in aanmerking voor extra steun ten einde rekening te houden met de verliezen die uit de overschakeling voortvloeien.

Deze steun wordt verleend overeenkomstig artikel 5.";

  • 2. 
    artikel 2, eerste alinea, wordt door de volgende tekst vervangen:

»De in artikel 1, lid 1, bedoelde maatregelen zijn uitsluitend van toepassing in de Lid-Staten waar

  • voor sinaasappelen ten minste 20 % van de totale produktie bestaat uit vruchten van de variëteiten »biondo comune" en »sanguigno comune",
  • voor kleine citrusvruchten ten minste 50 % van de totale produktie bestaat uit mandarijnen,
  • voor citroenen ten minste 50 % van de totale produktie bestaat uit vruchten van andere variëteiten dan »Eureka" en »Verna"

en indien het de in artikel 1, lid 1, eerste alinea, sub c), bedoelde maatregelen betreft, voor zover de Lid-Staten tegelijkertijd belangrijke structurele tekortkomingen aantonen.

De in artikel 1, lid 1, eerste alinea, sub a) en b), bedoelde maatregelen kunnen evenwel ook op Corsica worden toegepast, mits er uiterlijk op 31 december 1983 mee wordt begonnen en zij uiterlijk op 31 december 1986 worden beëindigd.

De betrokken Lid-Staten stellen uiterlijk op 30 april 1983 een programma op met de maatregelen welke zij het meest dienstig achten voor de uitvoering van de in artikel 1 bedoelde maatregelen, of passen de reeds bestaande programma's aan. In dit programma moet met name worden vermeld welke produktiegebieden bij de overschakeling betrokken zijn, op welke variëteiten deze overschakeling betrekking heeft, waar de technische voorzieningen voor opslag, verpakking en verwerking gevestigd worden, alsmede voor welk deel de niet door het Fonds gefinancierde investeringskosten die zijn verbonden aan de tenuitvoerlegging van de in artikel 1, lid 1, eerste alinea, sub b), bedoelde maatregelen respectievelijk ten laste komen van de betrokken Lid-Staat en van degene ten gunste van wie deze maatregelen worden getroffen. De opstelling van het programma vindt plaats in overleg met de Commissie die aanbevelingen ter zake tot de betrokken Lid-Staat kan richten.";

  • 3. 
    artikel 4 wordt als volgt gelezen:

»Artikel 4

  • 1. 
    De in artikel 1, lid 3, bedoelde steun wordt uitgekeerd aan bedrijfshoofden met als hoofdberoep landbouwer, die sinaasappelen, mandarijnen of citroenen verbouwen, op voorwaarde dat:
  • het inkomen uit hun bedrijf vóór de overschakeling niet groter is dan het inkomen verkregen uit 5 hectare sinaasappelbomen, mandarijnbomen en citroenbomen;
  • ten minste 40 % van de met sinaasappelbomen, mandarijnbomen of citroenbomen beplante oppervlakte terzelfder tijd bij de overschakeling is betrokken;
  • de overschakeling betrekking heeft op een oppervlakte van ten minste 20 are.

Overeenkomstig de procedure van artikel 2, kan de Commissie een Lid-Staat machtigen een lager percentage vast te stellen dan het in de eerste alinea, tweede streepje, bedoelde, in uitzonderlijke gevallen waarin de noodzaak van die verlaging duidelijk is gerechtvaardigd. Indien het een collectieve overschakelingsactie als bedoeld in lid 3 betreft, kan de steun ook worden uitgekeerd aan de bedrijfshoofden die aan deze actie deelnemen en niet aan de hierboven bedoelde voorwaarden voldoen, zonder dat het totale steunbedrag per begunstigde het bedrag voor 4 overgeschakelde hectare mag overschrijden.

  • 2. 
    Het steunbedrag per overgeschakelde hectare geldt voor maximaal 4 hectare en bedraagt:

2 200 Ecu per jaar voor de eerste vier jaar,

1 500 Ecu voor het vijfde jaar,

1 000 Ecu voor het zesde en zevende jaar, uitsluitend voor degenen die tot heraanplant overgaan.

Voor een hectare overgeschakelde mandarijnbomen en citroenbomen worden deze bedragen met 10 % verhoogd.

  • 3. 
    Onder »collectieve overschakeling" wordt in deze verordening verstaan: elke maatregel tot overschakeling van citrusvruchten die door telers wordt uitgevoerd in het kader van een verplichte overeenkomst tussen ten minste 25 telers die in totaal over ten minste 50 hectare citrusvruchten beschikken, en waarmee de overschakeling van ten minste 20 hectare wordt beoogd.

Overeenkomstig de procedure van artikel 2 kan de Commissie een Lid-Staat machtigen in uitzonderlijke gevallen een kleinere over te schakelen oppervlakte vast te stellen dan de in de eerste alinea bedoelde, mits het totale aantal van deze gevallen niet meer dan 10 % van de totale in deze Lid-Staat over te schakelen oppervlakte vormt.

Indien de collectieve actie wordt verricht door een cooeperatie, groepering of vereniging van telers die is opgericht met andere doeleinden dan de overschakeling van de citrusvruchtenteelt, is het minimumaantal van 25 telers geen voorwaarde.

De betrokken Lid-Staten stellen in het in artikel 2 bedoelde programma voor elk gebied waarop het programma binnen de hierboven aangegeven grenzen van toepassing is, de voorwaarden vast waaraan de collectieve overschakelingen moeten voldoen.

  • 4. 
    De eerste betaling geschiedt binnen twee maanden na het begin van de overschakeling.

De steunbedragen kunnen vanaf het jaar na de inwerkingtreding van Verordening (EEG) nr. 1204/82 op voorstel van de Commissie door een besluit van de Raad met gekwalificeerde meerderheid worden aangepast, rekening houdend met de ontwikkeling van de algemene economische situatie.";

  • 4. 
    artikel 5, lid 1, wordt als volgt gelezen:

»1. De in artikel 1 bedoelde steun wordt verleend door de Lid-Staten. Zij dient ter dekking van:

  • alle uitgaven in verband met de in artikel 1, lid 1, eerste alinea, sub a), c) en d), bedoelde maatregelen en de uitbetaling van de in artikel 1, lid 3, bedoelde extra steun;
  • alle uitgaven in verband met de in artikel 1, lid 1, eerste alinea, sub b), bedoelde maatregelen, verminderd met het ten laste van de begunstigde komende gedeelte van deze uitgaven.";
  • 5. 
    artikel 6 wordt als volgt gelezen:

»Artikel 6

Aan verkopers die zijn gevestigd in de producerende Lid-Staten die een overschakelingsprogramma in de zin van artikel 2 hebben opgesteld, wordt op de hierna omschreven voorwaarden een financiële compensatie verleend voor sinaasappelen, mandarijnen, clementines en citroenen van oorsprong uit de genoemde Lid-Staten, welke zij in de overige Lid-Staten afzetten.";

  • 6. 
    artikel 7 wordt als volgt gelezen:

»Artikel 7

  • 1. 
    Voor sinaasappelen en mandarijnen wordt het bedrag van de financiële compensatie ieder jaar vóór het begin van het verkoopseizoen vastgesteld volgens de procedure van artikel 43, lid 2, van het Verdrag,
  • a) 
    waarbij tot en met het verkoopseizoen 1989/1990 rekening wordt gehouden met de laatste niveaus van dit bedrag en met de ontwikkeling van de basis- en aankoopprijzen voor de betrokken produkten, met dien verstande dat het percentage van wijziging van de financiële compensatie ten opzichte van het voorafgaande seizoen het percentage van wijziging van de basis- en aankoopprijzen niet mag overschrijden;
  • b) 
    waarbij met ingang van het verkoopseizoen 1990/1991 rekening wordt gehouden met de laatste niveaus van dit bedrag, verminderd met achtereenvolgens een kwart, een derde en de helft.

De financiële compensatie wordt met ingang van het verkoopseizoen 1993/1994 afgeschaft.

  • 2. 
    Voor citroenen en clementines wordt het bedrag van de financiële compensatie ieder jaar vóór het begin van het verkoopseizoen vastgesteld volgens de procedure van artikel 43, lid 2, van het Verdrag,
  • a) 
    waarbij tot en met het verkoopseizoen 1982/1983 rekening wordt gehouden met de laatste niveaus van dit bedrag en met de ontwikkeling van de basis- en aankoopprijzen voor de betrokken produkten, met dien verstande dat het percentage van wijziging van de financiële compensatie ten opzichte van het voorafgaande seizoen het percentage van wijziging van de basis- en aankoopprijzen niet mag overschrijden; b) waarbij met ingang van het verkoopseizoen 1983/1984 rekening wordt gehouden met de laatste niveaus van dit bedrag, verminderd met achtereenvolgens een kwart, een derde en de helft.

De financiële compensatie wordt met ingang van het verkoopseizoen 1986/1987 afgeschaft.

  • 3. 
    De financiële compensatie wordt slechts verleend voor produkten van de kwaliteitsklassen Extra en I.".

Artikel 2

Bij wijze van overgangsmaatregel en voor zover er uiterlijk op 31 december 1983 mee wordt begonnen en zij uiterlijk op 31 december 1986 worden beëindigd, kunnen de volgende acties ook op Corsica worden toegepast:

  • overschakeling van clementine-aanplantingen op andere variëteiten van clementines,
  • herstructurering van de citrusvruchtensector.

De maatregelen en voorwaarden betreffende de overschakeling en herstructurering van de citrusaanplantingen, bedoeld in titel I van Verordening (EEG) nr. 2511/69, zijn van toepassing op de in de voorgaande alinea bedoelde acties.

Artikel 3

De maatregelen als bedoeld in titel I van Verordening (EEG) nr. 2511/69, alsmede in artikel 2 van de onderhavige verordening vormen een gemeenschappelijke actie in de zin van Verordening (EEG) nr. 729/70 (1); de kosten ervan worden op 288,5 miljoen Ecu geraamd.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 18 mei 1982.

Voor de Raad

De Voorzitter

  • P. 
    de KEERSMAEKER
  • (1) 
    PB nr. C 87 van 5. 4. 1982, blz. 124.
  • (2) 
    PB nr. C 112 van 3. 5. 1982, blz. 29.
  • (3) 
    PB nr. L 257 van 12. 10. 1979, blz. 2.
  • (4) 
    PB nr. L 318 van 18. 12. 1969, blz. 1.
  • (1) 
    PB nr. L 94 van 28. 4. 1970, blz. 13.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.