Verordening 1995/992 - Opening en de wijze van beheer van gemeenschappelijke tariefcontingenten voor bepaalde landbouw- en visserijprodukten uit Noorwegen - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
|
Verordening (EG) nr. 992/95 van de Raad van 10 april 1995 betreffende de opening en de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde landbouw- en visserijprodukten van oorsprong uit Noorwegen
Publicatieblad Nr. L 101 van 04/05/1995 blz. 0001 - 0005
VERORDENING (EG) Nr. 992/95 VAN DE RAAD van 10 april 1995 betreffende de opening en de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde landbouw- en visserijprodukten van oorsprong uit Noorwegen
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 113,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Overwegende dat tussen de Gemeenschap en Noorwegen overeenkomsten in de vorm van een briefwisseling zijn gesloten, die zijn goedgekeurd bij Besluit 86/557/EEG (1);
Overwegende dat bovengenoemde overeenkomst is gewijzigd of aangevuld bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, alsmede bij de bilaterale overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende bepaalde regelingen op landbouwgebied met Noorwegen, die bij Besluit 93/737/EG (2) is goedgekeurd;
Overwegende dat de Gemeenschap zich, krachtens de bovengenoemde overeenkomst, ertoe heeft verbonden elk jaar onder bepaalde voorwaarden communautaire tariefcontingenten te openen, tegen verlaagd recht of nulrecht, voor een bepaald aantal landbouw- en visserijprodukten van oorsprong uit die landen; dat derhalve de betrokken tariefcontingenten dienen te worden geopend, waarbij, voor zover van toepassing, de eventuele voorwaarden voor invoer worden gepreciseerd; dat met het oog op vereenvoudiging dient te worden bepaald dat de wijzigingen en technische aanpassingen die noodzakelijk zijn in deze verordening ten gevolge van wijzigingen van de gecombineerde nomenclatuur en van de Taric-codes alsmede van de aanpassingen van de contingentvolumes, -periodes en -rechten die uit besluiten van de Raad of de Commissie voortvloeien, door de Commissie kunnen worden aangebracht, na het advies van het Comité douanewetboek te hebben ingewonnen;
Overwegende dat het in de genoemde overeenkomst voorziene tariefcontingent voor een onbepaalde periode geldt en dat het met het oog op de doeltreffendheid en vereenvouding van de tenuitvoerlegging van de betrokken maatregelen wenselijk is dat deze verordening voor meerdere jaren van toepassing is;
Overwegende dat met name dient te worden gewaarborgd dat alle importeurs van de Gemeenschap in gelijke mate en te allen tijde gebruik kunnen maken van het genoemde contingent en dat de aan het contingent verbonden rechten, gedurende de volledige geldingsduur van de bovengenoemde overeenkomsten in de vorm van briefwisselingen, in alle Lid-Staten zonder onderbreking worden toegepast op alle invoer totdat het contingent geheel is benut;
Overwegende dat de Gemeenschap tot taak heeft te beslissen over de opening van tariefcontingenten, gevolg gevend aan haar internationale verbintenissen; dat niets belet dat, om de doeltreffendheid van het gemeenschappelijk beheer van deze contingenten te verzekeren, de Lid-Staten de mogelijkheid geboden wordt uit de contingenten de nodige, met hun werkelijke invoer overeenstemmende hoeveelheden op te nemen; dat deze wijze van beheer een nauwe samenwerking vereist tussen de Lid-Staten en de Commissie die met name de uitputtingsgraad van de contingenten moet kunnen volgen en de Lid-Staten daarover moet kunnen inlichten,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
-
1.Van 1 januari tot en met 31 december of gedurende de in bijlage I genoemde perioden worden de rechten bij de invoer van de in deze verordening bedoelde produkten geschorst of verlaagd tot het niveau en binnen de grenzen van de communautaire tariefcontingenten die zijn aangegeven naast die produkten.
-
2.Voor de invoer van de in bijlage I bedoelde produkten onder volgnummers 09.0703 en 09.0711 kan alleen van de tariefcontingenten gebruik worden gemaakt indien de prijs franco grens, zoals vastgesteld door de Lid-Staten overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EEG) nr. 3759/92 van de Raad van 17 december 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijprodukten en produkten van de aquacultuur (1), niet lager is dan de referentieprijs die de Gemeenschap eventueel heeft vastgesteld voor de betrokken produkten of categorieën produkten.
-
3.Het Protocol betreffende de definitie van het begrip "produkten van oorsprong" en de methoden van administratieve samenwerking dat aan de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Noorwegen (2) is gehecht, is van toepassing.
Artikel 2
De in artikel 1 bedoelde tariefcontingenten worden beheerd door de Commissie. Deze kan met het oog op een doeltreffend beheer ervan elke maatregel nemen die zij nuttig acht.
Artikel 3
Indien een importeur in een Lid-Staat voor een in deze verordening bedoeld produkt een aangifte voor het in het vrije verkeer brengen indient waarin een aanvraag om voor een preferentie in aanmerking te komen is opgenomen, en indien deze aangifte door de douaneautoriteiten wordt aanvaard, gaat de betrokken Lid-Staat, door middel van een kennisgeving aan de Commissie, over tot het opnemen uit het overeenkomstige contingent van een hoeveelheid die met zijn behoeften overeenstemt.
Verzoeken tot opneming, met opgave van de datum waarop de betrokken aangiften zijn aanvaard, worden onverwijld aan de Commissie medegedeeld.
Opnemingen worden door de Commissie toegestaan met inachtneming van de datum waarop de aangiften tot het in het vrije verkeer brengen door de douaneautoriteiten van de betrokken Lid-Staat zijn aanvaard, voor zover het beschikbare saldo dit toelaat.
Indien een Lid-Staat de opgenomen hoeveelheden niet benut, stort hij deze zo spoedig mogelijk terug in het overeenkomstige contingent.
Indien de gevraagde hoeveelheden het beschikbare saldo van het contingent overschrijden, geschiedt de toedeling pro rata van de verzoeken. De Lid-Staten worden hiervan in kennis gesteld door de Commissie.
Artikel 4
Elke Lid-Staat waarborgt de importeurs van de betrokken produkten gelijke en ononderbroken toegang tot de contingenten, zolang het saldo van het overeenkomstige contingent zulks toelaat.
Artikel 5
-
1.De voor de toepassing van deze verordening noodzakelijke bepalingen, met name a) wijzigingen en technische aanpassingen die noodzakelijk zijn ten gevolge van wijzigingen van de gecombineerde nomenclatuur en van Taric-codes;
-
b)noodzakelijke aanpassingen van de contingentvolumes, -periodes en -rechten, die voortvloeien uit besluiten van de Raad,
worden vastgesteld volgens de procedure bedoeld in artikel 6, lid 2.
-
2.De krachtens lid 1 vastgestelde bepalingen machtigen de Commissie niet om:
-
-preferentiële hoeveelheden van de ene naar een andere contingentperiode over te dragen;
-
-de in de overeenkomsten of protocollen vervatte tijdschema's te wijzigen;
-
-hoeveelheden van het ene naar het andere contingent over te dragen;
-
-contingenten voortvloeiende uit nieuwe overeenkomsten te openen en te beheren.
Artikel 6
-
1.De Commissie wordt bijgestaan door het Comité douanewetboek ingesteld bij artikel 247 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 (3).
-
2.De vertegenwoordiger van de Commissie legt aan het comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het comité brengt over dit ontwerp advies uit binnen een termijn die de voorzitter kan bepalen naargelang van de urgentie van de materie. Het advies wordt uitgebracht met de meerderheid van stemmen die in artikel 148, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor de aanneming van de besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie dient te nemen. Bij stemmingen in het comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De voorzitter neemt niet aan de stemming deel.
De Commissie stelt maatregelen vast die onmiddellijk van toepassing zijn. Indien deze maatregelen echter niet in overeenstemming zijn met het advies dat het comité heeft uitgebracht, worden zij onverwijld door de Commissie ter kennis van de Raad gebracht.
In dat geval - stelt de Commissie de toepassing van de maatregelen waartoe zij heeft besloten drie maanden uit na deze kennisgeving;
-
-kan de Raad met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen binnen de in het voorgaande streepje genoemde termijn een andersluidend besluit nemen.
-
3.Het comité kan zich buigen over iedere kwestie betreffende de toepassing van deze verordening die door zijn voorzitter, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van een Lid-Staat, aan de orde wordt gesteld.
Artikel 7
De Lid-Staten en de Commissie werken nauw samen om te bereiken dat deze verordening wordt nageleefd.
Artikel 8
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 1995 en gedurende de volledige geldingsduur van de overeenkomsten in de vorm van briefwisselingen met Noorwegen die zijn goedgekeurd bij Besluit 86/557/EEG respectievelijk Besluit 93/737/EG.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Luxemburg, 10 april 1995.
Voor de Raad De Voorzitter A. JUPPÉ
BIJLAGE I
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
BIJLAGE II
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.