Verordening 2003/1287 - Harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen ("BNI-verordening")

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 32003R1287

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

32003R1287

Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 van de Raad van 15 juli 2003 betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen ("BNI-verordening") (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 181 van 19/07/2003 blz. 0001 - 0003

Verordening (EG, Euratom) nr. 1287/2003 van de Raad

van 15 juli 2003

betreffende de harmonisatie van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen ("BNI-verordening")

(Voor de EER relevante tekst)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

Gelet op Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen(1), en met name op artikel 8, lid 2,

Gezien het voorstel van de Commissie(2),

Gezien het advies van het Europees Parlement(3),

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) 
    Omdat een steeds groter deel van de eigen middelen van de Gemeenschap op het bruto nationaal product tegen marktprijzen (BNPmp) van de lidstaten gebaseerd is, is het noodzakelijk de vergelijkbaarheid, betrouwbaarheid en volledigheid van dit aggregaat verder te versterken.
  • (2) 
    Deze gegevens zijn ook een belangrijk analytisch gereedschap voor de coördinatie van het economische beleid van de lidstaten en voor allerlei beleid van de Gemeenschap.
  • (3) 
    Wat de eigen middelen betreft, zegt Besluit 2000/597/EG, Euratom dat het BNPmp gelijk is aan het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (BNI), zoals verstrekt door de Commissie krachtens het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen (ESR 95), overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad(4).
  • (4) 
    De BNI-gegevens moeten vergelijkbaar zijn. Dit is alleen mogelijk wanneer de desbetreffende definities en registratieregels van het ESR 95 worden nageleefd. Daarom moeten de wijze van berekening en de gebruikte basisgegevens de mogelijkheid bieden deze correct toe te passen.
  • (5) 
    De voor de berekening van het BNI gebruikte bronnen en methoden moeten betrouwbaar zijn. Daarom moeten waar mogelijk beproefde technieken worden toegepast op solide, geschikte basisstatistieken.
  • (6) 
    De BNI-gegevens moeten volledig zijn. Daarom moet er ook rekening worden gehouden met activiteiten die niet in statistische enquêtes of bij fiscale, sociale of andere administratieve autoriteiten worden gemeld. Voor een betere BNI-dekking is vereist dat er passende statistische grondslagen en evaluatieprocedures worden ontwikkeld en dat de nodige aanpassingen worden gemaakt.
  • (7) 
    Om haar taak om in verband met de eigen middelen BNI-gegevens te verstrekken te kunnen vervullen, moet de Commissie maatregelen nemen ter verbetering van de vergelijkbaarheid, betrouwbaarheid en volledigheid van het BNI van de lidstaten.
  • (8) 
    Bij Richtlijn 89/130/EEG, Euratom van de Raad van 13 februari 1989 betreffende de harmonisatie van de opstelling van het bruto nationaal product tegen marktprijzen(5) is een procedure in het leven geroepen, waarbij de vergelijkbaarheid, betrouwbaarheid en volledigheid van het BNP worden geverifieerd en geëvalueerd door het BNP-comité, waarin de lidstaten en de Commissie nauw samenwerken. Deze procedure moet worden aangepast om er rekening mee te houden dat in het kader van de eigen middelen het BNI volgens het ESR 95 wordt gebruikt.
  • (9) 
    In overeenstemming met artikel 2 van Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden(6) moeten de maatregelen ter implementatie van deze verordening worden goedgekeurd volgens de raadplegingsprocedure van artikel 3 van dat besluit.
  • (10) 
    Het Comité statistisch programma (CSP) is geraadpleegd overeenkomstig artikel 3 van Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad(7),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Hoofdstuk I Definitie en berekening van het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen

Artikel 1

  • 1. 
    Het bruto nationaal inkomen tegen marktprijzen (BNI) en het bruto binnenlands product tegen marktprijzen (BBP) worden gedefinieerd in overeenstemming met het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen (ESR 95).
  • 2. 
    Het BBP is het eindresultaat van de productieve activiteiten van ingezeten productie-eenheden. Het kan op drie manieren worden gedefinieerd:
  • a) 
    het BBP is de som van de bruto toegevoegde waarde van alle institutionele sectoren of bedrijfstakken en het saldo van productgebonden belastingen en subsidies (die niet aan sectoren en bedrijfstakken worden toegerekend). Het is eveneens het saldo van de productierekening van de totale economie;
  • b) 
    het BBP is de som van de finale bestedingen aan goederen en diensten door ingezeten institutionele eenheden (werkelijke consumptie en bruto-investeringen) en het saldo van uitvoer en invoer van goederen en diensten;
  • c) 
    het BBP is de som van de bestedingen in de inkomensvormingsrekening van de totale economie (beloning van werknemers, belastingen op productie en invoer minus subsidies, bruto-exploitatieoverschot en gemengd inkomen van de totale economie).
  • 3. 
    Het BNI is het totaal van de per saldo door ingezeten institutionele eenheden ontvangen primaire inkomens: beloning van werknemers, belastingen op productie en invoer minus subsidies, saldo van ontvangen en betaald inkomen uit vermogen, bruto-exploitatieoverschot en bruto gemengd inkomen. Het BNI is gelijk aan het BBP minus het primaire inkomen dat ingezeten eenheden aan niet-ingezeten eenheden betalen plus het primaire inkomen dat ingezeten eenheden uit het buitenland ontvangen.

Hoofdstuk II Indiening van BNI-gegevens en aanvullende informatie

Artikel 2

  • 1. 
    De lidstaten stellen het BNI overeenkomstig artikel 1 vast in het kader van de normale opstelling van hun nationale rekeningen.
  • 2. 
    In het kader van de opstelling van de nationale rekeningen verschaffen de lidstaten de Commissie (Eurostat) ieder jaar voor 22 september cijfers voor het BNI-aggregaat en zijn componenten overeenkomstig de in artikel 1 opgenomen definities. De totalen voor het BBP en zijn componenten mogen worden verstrekt volgens de drie benaderingswijzen die worden genoemd in artikel 1, lid 2. Hierbij gaat het om cijfers over het voorgaande jaar, alsmede om alle wijzigingen van de cijfers van vroegere jaren.
  • 3. 
    Wanneer de lidstaten de in lid 2 bedoelde gegevens meedelen, overleggen zij de Commissie (Eurostat) ook een verslag over de kwaliteit van de BNI-gegevens. Dit bevat in het bijzonder een beschrijving van belangrijke veranderingen in de procedures en de gebruikte basisstatistieken, alsmede een verklaring voor herzieningen van eerdere BNI-schattingen. Voor de inhoud en het formaat van het verslag worden de richtsnoeren gevolgd die de Commissie vaststelt na overleg met het in artikel 4 bedoelde comité.

Artikel 3

De lidstaten verschaffen de Commissie (Eurostat), in overeenstemming met de door haar, na overleg met het in artikel 4 genoemde comité, vastgestelde richtsnoeren, een overzicht van de procedures en basisstatistieken die zijn gebruikt voor de berekening van het BNI en zijn componenten overeenkomstig het ESR 95. De lidstaten verbeteren hun overzicht en werken dit bij overeenkomstig deze richtsnoeren.

Hoofdstuk III Procedures en toezicht op de berekening van het BNI

Artikel 4

  • 1. 
    De Commissie wordt bijgestaan door een comité, het BNI-comité genoemd, dat bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten en wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.
  • 2. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen zijn de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing.

De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden.

  • 3. 
    Het comité stelt zijn reglement van orde vast.

Artikel 5

  • 1. 
    De Commissie controleert de bronnen en methoden die de lidstaten voor de berekening van het BNI gebruiken. Maatregelen om de BNI-gegevens vergelijkbaarder, betrouwbaarder, en vollediger te maken worden genomen volgens de procedure van artikel 4, lid 2.
  • 2. 
    Het in artikel 4 genoemde comité onderzoekt de vraagstukken betreffende de toepassing van deze verordening, die door zijn voorzitter, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van de vertegenwoordiger van een lidstaat, aan de orde worden gesteld, en met name:
  • a) 
    de jaarlijkse naleving van de in artikel 1 opgenomen definities;
  • b) 
    het jaarlijkse onderzoek van de uit hoofde van artikel 2, lid 2, verstrekte gegevens en de krachtens artikel 2, lid 3, verstrekte informatie over de statistische bronnen en de wijze van berekening van het BNI en zijn componenten. Dit onderzoek mondt uit in een advies van het BNI-comité over de geschiktheid van de BNI-gegevens van de lidstaten voor de vaststelling van de eigen middelen vanuit het oogpunt van betrouwbaarheid, vergelijkbaarheid en volledigheid. In dit advies worden de belangrijkste documenten genoemd waarop het onderzoek is gebaseerd. Bij de evaluatie van de betrouwbaarheid, vergelijkbaarheid en volledigheid van het BNI wordt rekening gehouden met het kosten-batenbeginsel.

In dit verband brengt het kosten-batenbeginsel een beoordeling van de potentiële omvang en betekenis van specifieke activiteiten of transacties met zich, die gebaseerd is op alle beschikbare informatie. Vaak is deze kwalitatief, maar in sommige gevallen kan zij ook kwantitatief zijn. De Commissie (Eurostat) onderzoekt de vergelijkbaarheid van de behandeling van soortgelijke gevallen in de lidstaten en brengt aan het BNP-comité verslag uit over alle gevallen waarin het kosten-batenbeginsel wordt geacht van toepassing te zijn. Toepassing van dit beginsel moet voorkomen dat onevenredig veel middelen worden besteed aan de berekening van onbelangrijke posten;

  • c) 
    onverminderd het bepaalde in artikel 4, voorstellen van de Commissie die een verbetering van de BNI-berekeningen beogen, inclusief het zo nodig interpreteren van definities uit het ESR 95 en het kwantificeren van het effect van deze voorstellen op het BNI, teneinde daarover een standpunt te geven.
  • 3. 
    Het comité zal zich vooral inspannen voor de verbetering van de wijze waarop de lidstaten het BNI berekenen en voor de verspreiding van optimale praktijken op dit gebied.

Ook zal het comité vraagstukken betreffende de herziening van de BNI-gegevens en het probleem van de volledigheid van het BNI behandelen.

Zo nodig zal het comité de Commissie maatregelen voorstellen om de BNI-gegevens vergelijkbaarder en betrouwbaarder te maken.

Artikel 6

Onverminderd de in artikel 19 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad(8) bedoelde controles kunnen er, indien dit nodig wordt geacht, door de diensten van de Commissie en vertegenwoordigers van andere lidstaten, doch in overleg met de bezochte lidstaten, gezamenlijke BNI-informatiebezoeken aan de lidstaten worden gebracht. Deelname van lidstaten aan deze bezoeken geschiedt op vrijwillige basis.

Hoofdstuk IV Slotbepalingen

Artikel 7

De Commissie zal voor eind 2005 een verslag over de toepassing van deze verordening voorleggen aan het Europees Parlement en de Raad.

Artikel 8

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 juli 2003.

Voor de Raad

De voorzitter

  • G. 
    Tremonti
  • (1) 
    PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42.
  • (2) 
    PB C 45 E van 25.2.2003, blz. 61.
  • (3) 
    Advies uitgebracht op 12 maart 2003 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).
  • (4) 
    PB L 310 van 30.11.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 359/2002 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 58 van 28.2.2002, blz. 1).
  • (5) 
    PB L 49 van 21.2.1989, blz. 26.
  • (6) 
    PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.
  • (7) 
    PB L 181 van 28.6.1989, blz. 47.
  • (8) 
    PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.