Besluit 2007/878 - Wijziging en verlenging van Besluit nr. 804/2004/EG tot vaststelling van een gemeenschappelijk actieprogramma ter bevordering van acties op het gebied van de bescherming van de financiële belangen van de EG (Programma Hercules II) - Hoofdinhoud
25.7.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 193/18 |
BESLUIT Nr. 878/2007/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 23 juli 2007
houdende wijziging en verlenging van Besluit nr. 804/2004/EG tot vaststelling van een communautair actieprogramma ter bevordering van acties op het gebied van de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap (Programma Hercules II)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 280,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van de Rekenkamer (1),
Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (2),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Gemeenschap en de lidstaten stellen zich ten doel fraude en alle andere onwettige activiteiten waardoor de financiële belangen van de Gemeenschap worden geschaad, te bestrijden, met inbegrip van de bestrijding van de smokkel en namaak van sigaretten. Daartoe dienen alle beschikbare middelen te worden aangewend, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de huidige taakverdeling en het huidige evenwicht inzake verantwoordelijkheden tussen het nationale en het communautaire niveau. |
(2) |
De maatregelen die tot doel hebben betere informatie te verspreiden, studies uit te voeren en opleidingen te verstrekken of technische bijstand te verlenen, dragen in aanzienlijke mate bij tot een betere bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap. |
(3) |
De steun voor die initiatieven door de toekenning van subsidies heeft het in het verleden mogelijk gemaakt het optreden van de Gemeenschap en de lidstaten voor fraudebestrijding en de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap te versterken, en de doelstellingen van het Hercules-programma voor de periode 2004-2006 te bereiken. |
(4) |
Krachtens artikel 7, onder a), van Besluit nr. 804/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad (3) legt de Commissie het Europees Parlement en de Raad een verslag van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) voor over de uitvoering van het Hercules-programma en het nut van de voortzetting daarvan. In de conclusies van dat verslag wordt erop gewezen dat de doelstellingen van het Hercules-programma zijn gehaald. Daarnaast wordt in het verslag de verlenging van het programma voor de periode 2007-2013 aanbevolen. |
(5) |
Met het oog op de consolidering van het optreden van de Gemeenschap en de lidstaten op het gebied van de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap, met inbegrip van de bestrijding van de smokkel en namaak van sigaretten, dient het nieuwe programma alle beleidsuitgaven voor de algemene maatregelen van de Commissie (OLAF) inzake fraudebestrijding in een enkel basisbesluit op te nemen. |
(6) |
De toekenning van subsidies voor activiteiten en de plaatsing van overheidsopdrachten met het oog op de bevordering en uitvoering van het programma moeten plaatsvinden overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (4) en de uitvoeringsbepalingen daarvan. Aangezien in het verleden geen gebruik is gemaakt van de toekenning van subsidies voor huishoudelijke uitgaven, moeten die subsidies worden uitgesloten. |
(7) |
De toetredingslanden en de kandidaat-lidstaten moeten aan het Hercules II-programma kunnen deelnemen conform een memorandum van overeenstemming dat overeenkomstig de respectieve kaderovereenkomsten zal worden opgesteld. |
(8) |
Dit besluit stelt voor de volledige duur van het programma de financiële middelen vast die in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure voor de begrotingsautoriteit het voornaamste referentiepunt vormen in de zin van punt 37 van het interinstitutioneel akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (5), |
BESLUITEN:
Artikel 1
Wijzigingen
Besluit nr. 804/2004/EG wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 1 wordt vervangen door: „Artikel 1 Programmadoelstellingen
|
2) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: „Artikel 1 bis Acties Het programma wordt ten uitvoer gelegd door middel van de volgende acties op het gebied van de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap, met inbegrip van de preventie en de bestrijding van de smokkel en namaak van sigaretten:
|
3) |
Artikel 2 wordt vervangen door: „Artikel 2 Communautaire financiering
|
4) |
De volgende artikelen worden ingevoegd: „Artikel 2 bis Organisaties die voor communautaire financiering in aanmerking komen De volgende entiteiten komen voor communautaire financiering op grond van het programma in aanmerking:
Artikel 2 ter Keuze van de begunstigden De organisaties waaraan uit hoofde van artikel 2 bis een subsidie voor een actie kan worden toegekend, worden gekozen op basis van oproepen tot indienen van voorstellen, overeenkomstig de prioriteiten die zijn vastgelegd in het jaarlijkse subsidieprogramma, waarin de in dit besluit genoemde algemene criteria nader zijn beschreven. Subsidies die voor een onder het programma vallende actie worden toegekend voldoen aan de in besluit neergelegde algemene criteria. Artikel 2 quater Criteria op basis waarvan subsidieaanvragen worden beoordeeld Aanvragen voor subsidiëring van acties worden beoordeeld op basis van:
Artikel 2 quinquies Subsidiabele uitgaven Overeenkomstig artikel 2, lid 4, worden voor het vaststellen van de subsidie alleen de uitgaven die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van de betrokken actie in aanmerking genomen. Ook de uitgaven die verband houden met de deelname van vertegenwoordigers van de Balkanlanden die deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces voor de landen van Zuidoost-Europa (6), de Russische Federatie, de landen die onder het Europees nabuurschapsbeleid vallen (7), alsmede bepaalde andere derde landen waarmee de Gemeenschap een overeenkomst voor wederzijdse bijstand op douanegebied heeft gesloten, zijn subsidiabel. |
5) |
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
|
6) |
Artikel 4 wordt vervangen door: „Artikel 4 Uitvoering De communautaire financiering vindt plaats overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.”. |
7) |
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
|
8) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: „Artikel 5 bis Controles en audits
|
9) |
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
|
10) |
Artikel 7 wordt vervangen door: „Artikel 7 Toezicht en beoordeling De Commissie (OLAF) verstrekt jaarlijks informatie over de resultaten van het programma aan het Europees Parlement en de Raad. Deze omvat informatie over verenigbaarheid en complementariteit met andere programma's en acties op het niveau van de Europese Unie. Uiterlijk op 31 december 2010 wordt een onafhankelijke beoordeling opgemaakt van de uitvoering van het programma, met inbegrip van een onderzoek naar de resultaten en het behalen van de doelstellingen van het programma. Uiterlijk op 31 december 2014 legt de Commissie (OLAF) een verslag voor aan het Europees Parlement en de Raad over het behalen van de doelstellingen van het programma.”. |
11) |
Het volgende artikel wordt ingevoegd: „Artikel 7 bis Beheer van het programma Op grond van een kosten/batenanalyse kan de Commissie een beroep doen op deskundigen en op elke andere vorm van technische en administratieve bijstand die geen uitoefening van openbaar gezag inhoudt. Deze bijstand wordt uitbesteed in het kader van contracten voor de uitvoering van specifieke diensten. Voorts kan zij studies financieren en bijeenkomsten van deskundigen organiseren die de uitvoering van het programma kunnen vergemakkelijken, alsmede informatie-, bekendmakings- en verspreidingsacties ondernemen die rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma.”. |
12) |
De bijlage wordt geschrapt. |
Artikel 2
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 23 juli 2007.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
H.-G. PÖTTERING
Voor de Raad
De voorzitter
-
L.AMADO
-
Advies van het Europees Parlement van 13 februari 2007 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 28 juni 2007.
-
PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1995/2006 (PB L 390 van 30.12.2006, blz. 1).
-
Albanië, Bosnië-Herzegovina, Kroatië, Montenegro, Servië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
-
Algerije, Armenië, Azerbeidzjan, Wit-Rusland, Egypte, Georgië, Israël, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko, Moldavië, de Palestijnse Autoriteit, Syrië, Tunesië en Oekraïne.”.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.