Verordening 2009/754 - Uitsluiting van bepaalde groepen vaartuigen uit de visserijinspanningsregeling die is vastgesteld in hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1342/2008

1.

Wettekst

19.8.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 214/16

 

VERORDENING (EG) Nr. 754/2009 VAN DE RAAD

van 27 juli 2009

tot uitsluiting van bepaalde groepen vaartuigen uit de visserijinspanningsregeling die is vastgesteld in hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1342/2008

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1342/2008 van de Raad van 18 december 2008 tot vaststelling van een langetermijnplan voor kabeljauwbestanden en de bevissing van deze bestanden (1), en met name op artikel 11,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

In hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1342/2008 is een visserijinspanningsregeling vastgesteld in het kader waarvan per jaar vangstmogelijkheden in de vorm van visserijinspanning aan de lidstaten worden toegewezen. Krachtens artikel 11, lid 2, van die verordening kan de Raad, op basis van een Commissievoorstel en de door de lidstaten aangebrachte gegevens alsmede het advies van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV), bepaalde groepen vaartuigen uitsluiten van de toepassing van de visserijinspanningsregeling, op voorwaarde dat passende gegevens over de kabeljauwvangsten en -teruggooi van de betrokken vaartuigen beschikbaar zijn, dat het percentage kabeljauwvangsten niet meer bedraagt dan 1,5 % van de totale vangsten van de betrokken groep vaartuigen en dat de opneming van deze groep vaartuigen in de visserijinspanningsregeling een administratieve belasting zou teweegbrengen die niet in verhouding staat tot hun globale effect op de kabeljauwbestanden.

 

(2)

Zweden heeft informatie verstrekt over de kabeljauwvangsten van een groep vaartuigen die in het Skagerrak en het Kattegat op langoustine vissen met een selectief sorteerrooster als beschreven in bijlage III, aanhangsel 2, bij Verordening (EG) nr. 43/2009 (2). Op basis van deze door het WTECV onderzochte informatie kan worden vastgesteld dat de kabeljauwvangsten, inclusief teruggooi, van die groep vaartuigen gedurende de periode waarin zij uitsluitend dat selectieve vistuig uitzetten, niet meer bedraagt dan 1,5 % van de totale vangsten van die groep vaartuigen gedurende dezelfde periode. Gezien het Zweedse controleprogramma voor kabeljauwbestanden in de Noordzee, het Skagerrak en het Kattegat en gezien het feit dat de opneming van deze groep een administratieve belasting zou teweegbrengen die niet in verhouding staat tot hun globale effect op de kabeljauwbestanden, dient deze groep vaartuigen voor de periode waarin deze uitsluitend het betrokken vistuig uitzetten, te worden uitgesloten van de toepassing van de inspanningsregeling in hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1342/2008.

 

(3)

Spanje heeft informatie verstrekt over kabeljauwvangsten van een groep vaartuigen die ten westen van Schotland met bodemtrawls voornamelijk op heek vissen. Op basis van deze door het WTECV onderzochte informatie kan worden vastgesteld dat de kabeljauwvangsten, inclusief teruggooi, van die groep vaartuigen niet meer bedraagt dan 1,5 % van de totale vangsten van die groep vaartuigen gedurende dezelfde periode. Gezien de van kracht zijnde maatregelen ter waarborging van controle van en het toezicht op de visserijactiviteiten van die groep vaartuigen en gezien het feit dat de opneming van deze groep een administratieve belasting zou teweegbrengen die niet in verhouding staat tot hun globale effect op de kabeljauwbestanden, dient deze groep vaartuigen te worden uitgesloten van de toepassing van de inspanningsregeling in hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1342/2008.

 

(4)

Overwegende dat de lidstaten de inspanning en de naleving van de inspanningsbeperkingen beheren op basis van de looptijd van het visseizoen (1 februari 2009-31 januari 2010) en aangezien Verordening (EG) nr. 1342/2008 pas kort na het begin van dat seizoen werd vastgesteld, dienen deze uitzonderingen te gelden voor het hele visseizoen en bijgevolg met ingang van 1 februari 2009 van toepassing te zijn.

 

(5)

Om de betrokken vissers zekerheid te verschaffen en hen in staat te stellen hun activiteiten voor het lopende visseizoen te plannen, moet een uitzondering worden gemaakt op de periode van zes weken, bedoeld in titel I, punt 3, van het Protocol betreffende de rol van de nationale parlementen, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en aan de Verdragen tot oprichting van de Europese Gemeenschappen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Uitsluiting van de inspanningsregeling in het kader van Verordening (EG) nr. 1342/2008

De volgende groepen vaartuigen worden uitgesloten van de toepassing van de visserijinspanningsregeling die is vastgesteld in hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 1342/2008:

 

a)

de in het Zweedse verzoek van 26 februari 2009, aangevuld bij brief van 8 april 2009, aangegeven groep onder Zweedse vlag varende vaartuigen die in het Skagerrak en het Kattegat, gedurende de periode waarin deze vaartuigen uitsluitend met het in bijlage III, aanhangsel 2, bij Verordening (EG) nr. 43/2009 beschreven sorteerrooster gericht op langoustine vissen;

 

b)

de in het Spaanse verzoek van 2 december 2008, aangevuld bij brieven van 6 en 14 maart 2009, aangegeven groep onder de Spaanse vlag varende vaartuigen die ter hoogte van de continentale helling ten westen van Schotland op een diepte van 200 tot 1 000 m voornamelijk gericht op diepzeesoorten en heek vissen met bodemtrawls met een maaswijdte van ten minste 100 mm.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 februari 2009.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 27 juli 2009.

Voor de Raad

De voorzitter

  • C. 
    BILDT
 

  • (2) 
    Verordening (EG) nr. 43/2009 van de Raad van 16 januari 2009 tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PB L 22 van 26.1.2009, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.