Verordening 2011/370 - Wijziging van Verordening (EG) nr. 215/2008 inzake het Financieel Reglement van toepassing op het 10e Europees Ontwikkelingsfonds, voor wat betreft de Europese Dienst voor extern optreden

1.

Wettekst

16.4.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 102/1

 

VERORDENING (EU) Nr. 370/2011 VAN DE RAAD

van 11 april 2011

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 215/2008 inzake het Financieel Reglement van toepassing op het 10e Europees Ontwikkelingsfonds, voor wat betreft de Europese Dienst voor extern optreden

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 217,

Gezien de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000 (1), zoals laatstelijk gewijzigd te Ouagadougou, Burkina Fasso, op 22 juni 2010 (2),

Gezien het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Gemeenschap binnen het meerjarig financieel kader voor 2008-2013 voor de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van deel vier van het EG-Verdrag van toepassing zijn (3) (hierna „Intern Akkoord” genoemd), en met name artikel 10, lid 2,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van de Rekenkamer (4),

Na raadpleging van de Europese Investeringsbank,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De regels voor de vaststelling en de financiële uitvoering van de middelen van het 10e Europees Ontwikkelingsfonds (hierna „EOF” genoemd) zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 215/2008 van de Raad (5).

 

(2)

Bij het Verdrag van Lissabon wordt een Europese Dienst voor extern optreden (hierna „EDEO” genoemd) opgericht. In verband met de oprichting van de EDEO is Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (6) (hierna „het Financieel Reglement” genoemd) gewijzigd bij Verordening (EU, Euratom) nr. 1081/2010 van het Europees Parlement en de Raad (7). Om ervoor te zorgen dat het EOF binnen een stabiel wettelijk kader kan worden uitgevoerd en om rekening te houden met de oprichting van de EDEO en de wijzigingen in het Financieel Reglement, dient Verordening (EG) nr. 215/2008 te worden gewijzigd.

 

(3)

Volgens Besluit 2010/427/EU van de Raad van 26 juli 2010 tot vaststelling van de organisatie en werking van de Europese Dienst voor extern optreden (8) is de EDEO een dienst sui generis die voor de toepassing van het Financieel Reglement als een instelling dient te worden behandeld.

 

(4)

Het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie bepaalt dat de delegaties van de Commissie delegaties van de Unie worden en onder de EDEO vallen. Het is noodzakelijk om de continuïteit van de werking van de delegaties van de Unie en in het bijzonder de continuïteit en efficiëntie in het beheer van de middelen van het EOF door de delegaties te waarborgen. De Commissie moet derhalve gemachtigd worden om haar bevoegdheden tot uitvoering van de EOF-middelen te subdelegeren aan de hoofden van de delegaties van de Unie die deel uitmaken van de op zichzelf staande instelling EDEO. De gedelegeerde ordonnateurs moeten verantwoordelijk blijven voor de afbakening van internebeheers- en controlesystemen, terwijl de hoofden van de delegaties van de Unie verantwoordelijk moeten worden voor de oprichting en werking van de internebeheers- en controlesystemen alsook voor het beheer van de middelen en de verrichtingen die zij binnen hun delegaties uitvoeren. Te dien einde moeten zij halfjaarlijks rapporteren. Er dient te worden voorzien in de intrekking van de gedelegeerde bevoegdheden overeenkomstig de regels die op de Commissie van toepassing zijn.

 

(5)

Om te voldoen aan het beginsel van goed financieel beheer, moeten de hoofden van de delegaties van de Unie, wanneer zij optreden als gesubdelegeerd ordonnateur van de Commissie, de voorschriften van de Commissie toepassen en moeten zij onderworpen zijn aan dezelfde taken, verplichtingen en aansprakelijkheid als elke andere gesubdelegeerd ordonnateur. Hiertoe is het vereist dat zij ook verwijzen naar de Commissie als hun instelling.

 

(6)

In het kader van de kwijting dient de EDEO, gelet op het feit dat de dienst voor de toepassing van het Financieel Reglement als een instelling moet worden behandeld, volledig te worden onderworpen aan de procedures van de artikelen 142, 143 en 144 van Verordening (EG) nr. 215/2008. De EDEO werkt volledig samen met de instellingen die bij de kwijtingsprocedure betrokken zijn, en verstrekt, waar nodig, de vereiste aanvullende informatie, onder meer in de vergaderingen van de relevante organen. Overeenkomstig artikel 2 van Verordening (EG) nr. 215/2008 blijft de Commissie verantwoordelijk voor de uitvoering van de verrichtingen met middelen van het EOF, ook wat betreft verrichtingen met EOF-middelen die worden uitgevoerd door hoofden van de delegaties van de Unie die gesubdelegeerd ordonnateur zijn. Om de Commissie in staat te stellen haar verplichtingen na te komen, moeten de hoofden van de delegaties van de Unie de nodige informatie verstrekken. De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (hierna „de hoge vertegenwoordiger” genoemd) dient tegelijkertijd te worden geïnformeerd en dient de samenwerking tussen de delegaties van de Unie en de diensten van de Commissie te bevorderen. Omdat deze structuur nieuw is, moeten inzake transparantie en financiële verantwoording en rekenschap strenge regels worden toegepast.

 

(7)

De rekenplichtige van de Commissie dient verantwoordelijk te blijven voor de volledige uitvoering van verrichtingen met EOF-middelen, met inbegrip van boekhoudkundige verrichtingen betreffende EOF-middelen die aan de hoofden van de delegaties van de Unie zijn gesubdelegeerd.

 

(8)

Met het oog op de samenhang en de gelijke behandeling van gesubdelegeerd ordonnateurs die behoren tot het personeel van de EDEO en gesubdelegeerd ordonnateurs die personeelsleden van de Commissie zijn, alsook op een behoorlijke informatieverstrekking aan de Commissie, moet de gespecialiseerde instantie voor financiële onregelmatigheden van de Commissie ook verantwoordelijk zijn voor het behandelen van onregelmatigheden binnen de EDEO in de gevallen waarin de Commissie uitvoeringsbevoegdheden aan de hoofden van de delegaties van de Unie heeft gesubdelegeerd. Om het verband te handhaven tussen verantwoordelijkheid voor het financiële beheer en tuchtrechtelijke maatregelen, moet de Commissie gemachtigd worden de hoge vertegenwoordiger te verzoeken om procedures in te leiden indien de instantie onregelmatigheden heeft vastgesteld met betrekking tot de bevoegdheden die de Commissie aan de hoofden van de delegaties van de Unie heeft gesubdelegeerd. In een dergelijk geval moet de hoge vertegenwoordiger overeenkomstig het statuut passende maatregelen nemen.

 

(9)

Met het oog op een effectieve en doeltreffende interne controle worden de hoofden van de delegaties van de Unie onderworpen aan de controlebevoegdheden van de interne controleur van de Commissie voor het aan hen gesubdelegeerde financieel beheer.

 

(10)

Om democratische controle op de uitvoering van de verrichtingen met middelen van het EOF te waarborgen, moeten de hoofden van de delegaties van de Unie een verklaring afgeven, inclusief een verslag met informatie over de efficiëntie en effectiviteit van de in hun delegatie opgerichte internebeheers- en controlesystemen, alsook over het beheer van de aan hen gesubdelegeerde verrichtingen. De verslagen van de hoofden van de delegaties van de Unie worden als bijlage bij het jaarlijks activiteitenverslag van de bevoegde gedelegeerd ordonnateur gevoegd en ter beschikking gesteld van het Europees Parlement en de Raad.

 

(11)

Verordening (EG) nr. 215/2008 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 215/2008 wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

Artikel 14, lid 3, eerste alinea, komt als volgt te luiden:

„3.   De Commissie stelt op passende wijze de in haar bezit zijnde informatie over de begunstigden van gelden uit het EOF ter beschikking wanneer de middelen van het EOF op een gecentraliseerde wijze en rechtstreeks door haar diensten of overeenkomstig artikel 17, lid 2, door delegaties van de Unie worden uitgevoerd; bij andere beheersvormen stelt de Commissie op passende wijze de informatie over de begunstigden van gelden ter beschikking die haar wordt toegezonden door de instanties waaraan financiële uitvoeringstaken zijn gedelegeerd.”.

 

2)

Aan artikel 17 worden de volgende alinea’s toegevoegd:

„De Commissie kan evenwel haar bevoegdheden tot uitvoering van de middelen van het EOF aan de hoofden van de delegaties van de Unie delegeren. Zij stelt tegelijkertijd de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid („hoge vertegenwoordiger”) daarvan in kennis. Wanneer de hoofden van de delegaties van de Unie als gesubdelegeerde ordonnateurs van de Commissie optreden, passen zij de voorschriften van de Commissie voor de uitvoering van de middelen van het EOF toe en worden zij onderworpen aan dezelfde taken, verplichtingen en aansprakelijkheid als elke andere gesubdelegeerde ordonnateur van de Commissie.

De Commissie kan die delegatie intrekken overeenkomstig haar eigen regels.

Voor de toepassing van de tweede alinea neemt de hoge vertegenwoordiger de nodige maatregelen om de samenwerking tussen de delegaties van de Unie en de diensten van de Commissie te bevorderen.

De Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden („EDEO”) kunnen nadere regelingen overeenkomen om de uitvoering van de bij artikel 6 van het Intern Akkoord voorziene middelen voor steunuitgaven door de delegaties van de Unie te vergemakkelijken. Deze regelingen bevatten geen enkele afwijking van de bepalingen van deze verordening.”.

 

3)

Artikel 25, lid 1, eerste alinea, wordt vervangen door:

„1.   Wanneer de Commissie de middelen van het EOF op gecentraliseerde wijze uitvoert, worden de uitvoeringstaken ofwel direct door haar diensten of door de delegaties van de Unie overeenkomstig de tweede alinea van artikel 17, ofwel indirect overeenkomstig de leden 2, 3 en 4 van dit artikel en overeenkomstig de artikelen 26 tot en met 29 verricht.”.

 

4)

In artikel 32 wordt het volgende lid toegevoegd:

„5.   Wanneer de hoofden van de delegaties van de Unie overeenkomstig de tweede alinea van artikel 17 als gesubdelegeerde ordonnateurs optreden, vallen zij onder de Commissie als de instelling die verantwoordelijk is voor de omschrijving, uitoefening, controle en beoordeling van hun taken en verantwoordelijkheden als gesubdelegeerde ordonnateurs. De Commissie stelt tegelijkertijd de hoge vertegenwoordiger daarvan in kennis.”.

 

5)

Aan artikel 38, tweede alinea, wordt de volgende zin toegevoegd:

„De jaarlijkse activiteitenverslagen van de gedelegeerde ordonnateurs worden ook beschikbaar gesteld aan het Europees Parlement en aan de Raad.”.

 

6)

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

„Artikel 38 bis

  • 1. 
    Wanneer de hoofden van de delegaties van de Unie overeenkomstig de tweede alinea van artikel 17 als gesubdelegeerde ordonnateurs optreden, werken zij nauw samen met de Commissie voor de correcte besteding van de middelen, om met name te zorgen voor de wettigheid en de regelmatigheid van de financiële verrichtingen, de naleving van het beginsel van goed financieel beheer bij het beheer van de middelen en de doeltreffende bescherming van de financiële belangen van de Unie.

Hiertoe nemen zij de maatregelen die nodig zijn om elke situatie te voorkomen waarbij de verantwoordelijkheid van de Commissie voor de uitvoering van de aan hen gesubdelegeerde middelen van het EOF in het gedrang kan komen, alsook elk conflict van prioriteiten dat gevolgen kan hebben voor de uitvoering van de aan hen gesubdelegeerde taken van financieel beheer.

Wanneer een situatie of conflict van het in de tweede alinea bedoelde type zich voordoet, stellen de hoofden van de delegaties van de Unie de bevoegde directeuren-generaal van de Commissie en van de EDEO hiervan onverwijld in kennis. Die directeuren-generaal nemen passende maatregelen om de situatie op te lossen.

  • 2. 
    Wanneer hoofden van de delegaties van de Unie zich in een in artikel 37, lid 4, bedoelde situatie bevinden, brengen zij dit ter kennis van de gespecialiseerde instantie voor financiële onregelmatigheden op grond van artikel 54, lid 3. In geval van illegale activiteiten, fraude of corruptie die de belangen van de Unie kunnen schaden, waarschuwen zij de autoriteiten en instanties die volgens de toepasselijke wetgeving bevoegd zijn.
  • 3. 
    Hoofden van de delegaties van de Unie die overeenkomstig de tweede alinea van artikel 17 als gesubdelegeerde ordonnateurs optreden, brengen verslag uit aan hun gedelegeerde ordonnateur, opdat deze laatste hun verslagen in zijn in artikel 38 bedoeld jaarlijks activiteitenverslag kan opnemen. De verslagen van de hoofden van de delegaties bevatten informatie over de efficiëntie en effectiviteit van de in hun delegatie ingestelde internebeheers- en controlesystemen, alsook over het beheer van de aan hen gesubdelegeerde verrichtingen, alsook de in artikel 54, lid 2 bis, bedoelde betrouwbaarheidsverklaring. Deze verslagen worden bij het jaarlijkse activiteitenverslag van de verantwoordelijke gedelegeerde ordonnateur gevoegd en ter beschikking gesteld van het Europees Parlement en de Raad, met inachtneming, indien nodig, van de vertrouwelijkheid ervan.

De hoofden van de delegaties werken volledig samen met de instellingen die bij de kwijtingsprocedure betrokken zijn, en verstrekken waar nodig de eventueel vereiste aanvullende informatie. In deze context kan hen worden gevraagd vergaderingen van de relevante organen bij te wonen en bijstand te verlenen aan de verantwoordelijke gedelegeerd ordonnateur.

  • 4. 
    Hoofden van de delegaties van de Unie die overeenkomstig de tweede alinea van artikel 17 als gesubdelegeerde ordonnateurs optreden, beantwoorden elk verzoek van de gedelegeerde ordonnateur van de Commissie, hetzij op diens verzoek of, in het kader van de kwijtingsprocedure, op verzoek van het Europees Parlement.
  • 5. 
    De Commissie zorgt ervoor dat de gesubdelegeerde bevoegdheden de kwijtingsprocedure overeenkomstig de artikelen 142, 143 en 144 niet belemmeren.”.
 

7)

Aan artikel 39, lid 1, wordt de volgende alinea toegevoegd:

„De rekenplichtige van de Commissie blijft verantwoordelijk voor de volledige uitvoering van de middelen van het EOF, met inbegrip van de boekhoudkundige verrichtingen die betrekking hebben op de aan de hoofden van de delegaties van de Unie gesubdelegeerde middelen van het EOF.”.

 

8)

Artikel 54 wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

het volgende lid wordt ingevoegd:

„2 bis.   In geval van subdelegatie aan de hoofden van de delegaties van de Unie is de gedelegeerde ordonnateur verantwoordelijk voor het definiëren van de ingestelde internebeheers- en controlesystemen, alsook voor de efficiëntie en effectiviteit van die systemen. De hoofden van de delegaties van de Unie zijn verantwoordelijk voor de correcte instelling en werking van die systemen, overeenkomstig de richtsnoeren van de gedelegeerde ordonnateur, alsook voor het beheer van de middelen en de verrichtingen die zij binnen de delegatie van de Unie onder hun verantwoordelijkheid uitvoeren. Vóór hun ambtsaanvaarding moeten zij specifieke trainingen volgen inzake de taken en verantwoordelijkheden van ordonnateurs en de uitvoering van de middelen van het EOF, overeenkomstig artikel 37, lid 3.

De hoofden van de delegaties van de Unie brengen overeenkomstig artikel 38 bis, lid 3, verslag uit over hun in de eerste alinea van dit lid bedoelde verantwoordelijkheden.

De hoofden van de delegaties van de Unie verstrekken jaarlijks aan de gedelegeerde ordonnateur van de Commissie de betrouwbaarheidsverklaring over de in hun delegatie opgerichte internebeheers- en controlesystemen, alsook over het beheer van de verrichtingen die aan hen zijn subgedelegeerd en de resultaten daarvan, om de ordonnateur in staat te stellen zijn betrouwbaarheidsverklaring zoals bepaald in artikel 38 op te stellen.”;

 

b)

het volgende lid wordt toegevoegd:

„4.   Wanneer de hoofden van de delegaties van de Unie overeenkomstig artikel 17, tweede alinea, als gesubdelegeerde ordonnateurs optreden, is de op grond van lid 3 van dit artikel door de Commissie opgerichte gespecialiseerde instantie voor financiële onregelmatigheden bevoegd voor de in dat lid bedoelde zaken.

Indien de instantie systeemgebonden problemen ontdekt, zendt zij de ordonnateur, de hoge vertegenwoordiger en de gedelegeerde ordonnateur, indien deze geen partij is, alsmede de interne controleur een verslag met aanbevelingen toe.

Uitgaande van het advies van de instantie kan de Commissie de hoge vertegenwoordiger, in zijn hoedanigheid van tot aanstelling bevoegd gezag, verzoeken een procedure in te stellen wegens tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid of geldelijke aansprakelijkheid ten aanzien van gesubdelegeerde ordonnateurs indien de onregelmatigheden betrekking hebben op de bevoegdheden die de Commissie aan hen heeft gesubdelegeerd. In een dergelijk geval neemt de hoge vertegenwoordiger overeenkomstig het statuut passende maatregelen, teneinde uitvoering te geven aan besluiten wegens tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid en/of geldelijke aansprakelijkheid, als aanbevolen door de Commissie.

De lidstaten ondersteunen de Unie volledig bij de tenuitvoerlegging van de aansprakelijkheid, overeenkomstig artikel 22 van het statuut, van tijdelijke functionarissen die onder artikel 2, onder e), van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen vallen.”.

 

9)

Aan artikel 89 wordt de volgende alinea toegevoegd:

„Met het oog op de interne controle van het EDEO worden de hoofden van de delegaties van de Unie die overeenkomstig de tweede alinea van artikel 17 als gesubdelegeerde ordonnateurs optreden, onderworpen aan de controlebevoegdheden van de interne controleur van de Commissie voor het aan hen gesubdelegeerde financieel beheer.”.

 

10)

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

„Artikel 144 bis

De EDEO is volledig onderworpen aan de procedures van de artikelen 142, 143 en 144. De EDEO werkt volledig samen met de instellingen die bij de kwijtingsprocedure betrokken zijn, en verstrekt waar nodig de eventueel vereiste aanvullende informatie, onder andere door het bijwonen van vergaderingen van de relevante organen.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 11 april 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

PINTÉR S.

 

  • (7) 
    Verordening (EU, Euratom) nr. 1081/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen, voor wat betreft de Europese Dienst voor extern optreden (PB L 311 van 26.11.2010, blz. 9).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.