Besluit 2011/443 - Goedkeuring van de Overeenkomst inzake havenstaatmaatregelen om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen

1.

Wettekst

22.7.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 191/1

 

BESLUIT VAN DE RAAD

van 20 juni 2011

betreffende de goedkeuring, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst inzake havenstaatmaatregelen om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen

(2011/443/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, juncto artikel 218, lid 6, onder a),

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Gezien de goedkeuring door het Europees Parlement,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Europese Unie is bevoegd om instandhoudings-, beheers- en controlemaatregelen voor de visserijrijkdommen vast te stellen; zij is tevens bevoegd om overeenkomsten te sluiten met derde landen en in het kader van internationale organisaties.

 

(2)

De Europese Unie is partij bij het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982, waarin onder meer is bepaald dat alle leden van de internationale gemeenschap de plicht hebben samen te werken aan het beheer en de instandhouding van de mariene biologische rijkdommen.

 

(3)

De Europese Unie en haar lidstaten zijn partij bij de op 11 december 2001 in werking getreden overeenkomst van 1995 voor de toepassing van de bepalingen van het VN-Verdrag inzake het recht van de zee die betrekking hebben op de instandhouding en het beheer van grensoverschrijdende en over grote afstanden trekkende visbestanden.

 

(4)

De Overeenkomst inzake havenstaatmaatregelen om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen (hierna „de overeenkomst” genoemd) is tijdens de in Rome van 18 tot 23 november 2009 gehouden 36e conferentie van de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) goedgekeurd overeenkomstig artikel XIV, lid 1, van de oprichtingsakte van de FAO, ter voorlegging aan de leden van de FAO.

 

(5)

De overeenkomst is op 22 november 2009 namens de Europese Gemeenschap ondertekend, onder voorbehoud van sluiting op een latere datum.

 

(6)

Gezien het grote belang van de Unie als speler in de internationale visserij en als een van de voornaamste mondiale markten voor visserijproducten is het in het belang van de EU de overeenkomst doeltreffend ten uitvoer te leggen en deze goed te keuren

 

(7)

De overeenkomst dient derhalve te worden goedgekeurd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De Overeenkomst inzake havenstaatmaatregelen om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen (hierna „de overeenkomst” genoemd) wordt goedgekeurd namens de Unie.

De tekst van de overeenkomst en de verklaring betreffende de bevoegdheid van de Europese Unie zijn aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wijst de persoon/personen aan die gemachtigd wordt/worden om overeenkomstig artikel 26 van de overeenkomst het goedkeuringsinstrument, samen met de verklaring inzake de bevoegdheid, namens de Unie neer te leggen bij de als depositaris voor de overeenkomst fungerende directeur-generaal van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Luxemburg, 20 juni 2011.

Voor de Raad

De voorzitter

MATOLCSY Gy.

 

VERKLARING BETREFFENDE DE BEVOEDHEID VAN DE EUROPESE UNIE MET BETREKKING TOT AANGELEGENHEDEN IN HET KADER VAN DE OVEREENKOMST INZAKE HAVENSTAATMAATREGELEN OM ILLEGALE, ONGEMELDE EN ONGEREGLEMENTEERDE VISSERIJ TE VOORKOMEN, TEGEN TE GAAN EN TE BEËINDIGEN

(Verklaring op grond van artikel 28, lid 2, onder a), van de overeenkomst)

 

1.

Krachtens artikel 28, lid 2, onder a), van de overeenkomst moeten regionale organisaties voor economische integratie met bevoegdheid voor alle onder deze overeenkomst vallende onderwerpen, bij ondertekening of toetreding een verklaring in die zin afleggen.

 

2.

Krachtens artikel 1, onder h), van de overeenkomst wordt onder „regionale organisatie voor economische integratie” verstaan een regionale organisatie voor economische integratie waaraan de daartoe behorende lidstaten de bevoegdheid hebben overgedragen voor de aangelegenheden waarop deze overeenkomst betrekking heeft, met inbegrip van de bevoegdheid om namens de daartoe behorende lidstaten bindende beslissingen inzake die aangelegenheden te nemen;

 

3.

De Europese Unie wordt beschouwd als een regionale organisatie voor economische integratie in de zin van de hierboven geciteerde artikelen.

 

4.

Bijgevolg verklaart de Europese Unie hierbij dat:

 

i)

zij bevoegd is voor alle onder de overeenkomst vallende onderwerpen;

 

ii)

haar lidstaten zich derhalve niet als staat bij de overeenkomst kunnen aansluiten, behalve met betrekking tot onder hun soevereiniteit ressorterende gebieden waarvoor de Europese Unie niet bevoegd is.

De huidige lidstaten van de Europese Unie zijn: het Koninkrijk België, de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, Ierland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, de Republiek Hongarije, Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, Roemenië, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland, het Koninkrijk Zweden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland;

 

iii)

zij de uit deze overeenkomst voortvloeiende rechten en plichten van de staten aanvaardt.

 

5.

De Europese Unie verklaart dat zij bij in artikel 28, lid 2, onder c), van de overeenkomst bedoelde conflicten de uit die bepaling voortvloeiende plichten zal vervullen overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, zoals geïnterpreteerd door het Hof van Justitie van de Europese Unie.

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.