Besluit 2012/430 - Standpunt EU in de Gemengde Commissie EU-EVA „gemeenschappelijk douanevervoer” met betrekking tot wijziging van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987

1.

Wettekst

26.7.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 199/6

 

BESLUIT VAN DE RAAD

van 26 juni 2012

inzake het namens de Europese Unie in de Gemengde Commissie EU-EVA „gemeenschappelijk douanevervoer” in te nemen standpunt met betrekking tot de vaststelling van een besluit tot wijziging van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987

(2012/430/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Artikel 15 bis van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987 (1) („de overeenkomst”) voorziet erin dat derde landen partij bij de overeenkomst kunnen worden op grond van een besluit van de bij de overeenkomst opgerichte Gemengde Commissie om het land uit te nodigen.

 

(2)

Artikel 15 van de overeenkomst machtigt de Gemengde Commissie om via besluiten wijzigingen in de overeenkomst en de aanhangsels ervan voor te stellen en vast te stellen.

 

(3)

Turkije heeft op officiële wijze de wens geuit om toe te treden tot de gemeenschappelijke regeling voor douanevervoer en is hiertoe uitgenodigd na een besluit van de Gemengde Commissie op 19 januari 2012.

 

(4)

Turkije voldoet aan de essentiële juridische, structurele en automatiseringsvoorwaarden om tot de overeenkomst toe te treden en zal na de formele toetredingsprocedure toetreden tot de overeenkomst.

 

(5)

De uitbreiding van de gemeenschappelijke regeling voor douanevervoer vereist bepaalde wijzigingen in de overeenkomst. Het betreft nieuwe taalkundige verwijzingen in het Turks en de nodige aanpassingen in akten van borgtocht.

 

(6)

De voorgestelde wijziging is binnen de werkgroep EU-EVA „gemeenschappelijk douanevervoer” voorgesteld en besproken en de tekst werd voorlopig goedgekeurd.

 

(7)

Het standpunt van de Europese Unie met betrekking tot de voorgestelde wijziging moet derhalve worden vastgesteld,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het door de Europese Unie in de Gemengde Commissie EU-EVA „gemeenschappelijk douanevervoer” in te nemen standpunt met betrekking tot de vaststelling van Besluit nr. XXX door deze Commissie tot wijziging van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987 wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit.

Met kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kan worden ingestemd door de vertegenwoordigers van de Unie in de Gemengde Commissie EU-EVA na de Raad daarvan naar behoren in kennis te hebben gesteld.

Artikel 2

De Commissie maakt het besluit van de Gemengde Commissie EU-EVA „gemeenschappelijk douanevervoer”, na de vaststelling ervan, bekend in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Luxemburg, 26 juni 2012.

Voor de Raad

De voorzitter

  • N. 
    WAMMEN
 

 

ONTWERP

BESLUIT Nr. XXX VAN DE GEMENGDE COMMISSIE EU-EVA „GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER”

van

tot wijziging van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987 […]

DE GEMENGDE COMMISSIE,

Gezien de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987 (1), en met name artikel 15, lid 3, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Turkije heeft de wens geuit om toe te treden tot de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer van 20 mei 1987 („de overeenkomst”) en is hiertoe uitgenodigd na een besluit van de bij de overeenkomst opgerichte Gemengde Commissie op 19 januari 2012.

 

(2)

De vertalingen in de Turkse taal van de in de overeenkomst gebruikte verwijzingen moeten dienovereenkomstig op de juiste plaats worden ingevoegd.

 

(3)

De toepassing van dit besluit is gekoppeld aan de datum van toetreding van Turkije tot de overeenkomst.

 

(4)

Om het gebruik mogelijk te maken van akten van borgtocht die zijn gedrukt volgens de criteria die vóór de datum van toetreding van Turkije tot de overeenkomst van kracht waren, moet een overgangsperiode worden ingesteld waarin deze gedrukte formulieren, met enige aanpassingen, verder kunnen worden gebruikt.

 

(5)

De overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Aanhangsel III van de overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer wordt overeenkomstig de bijlage bij dit besluit gewijzigd.

Artikel 2

  • 1. 
    Dit besluit is van toepassing vanaf de datum dat Turkije toetreedt tot de overeenkomst.
  • 2. 
    De formulieren die zijn gebaseerd op de in de bijlagen C1, C2, C3, C4, C5 en C6 bij aanhangsel III bedoelde modellen kunnen, mits aangepast wat betreft geografische aanduidingen en keuze van woonplaats of de gevolmachtigde, in gebruik blijven, doch uiterlijk tot het einde van de twaalfde maand na de datum waarop dit besluit van toepassing wordt.

Gedaan te Brussel,

Voor de Gemengde Commissie

De voorzitter

 

BIJLAGE

 

1.

In bijlage B1, bij vak 51 wordt het volgende streepje toegevoegd na Zwitserland:

„Turkije TR”

 

2.

In bijlage B6 wordt titel III als volgt gewijzigd:

 

2.1.

In het eerste deel van de tabel „Beperkte geldigheid — 99200” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.2.

In het tweede deel van de tabel „Vrijstelling — 99201” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.3.

In het derde deel van de tabel „Alternatief bewijs — 99202” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.4.

In het vierde deel van de tabel „Verschillen: kantoor waar de goederen zijn aangebracht … (naam en land) - 99203” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.5.

In het vijfde deel van de tabel „Bij uitgang uit … zijn de beperkingen of heffingen van Verordening/Richtlijn/Besluit nr. … van toepassing — 99204” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.6.

In het zesde deel van de tabel „Geen verplichte route — 99205” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.7.

In het zevende deel van de tabel „Toegelaten afzender — 99206” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.8.

In het achtste deel van de tabel „Van ondertekening vrijgesteld — 99207” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.9.

In het negende deel van de tabel „Doorlopende zekerheid verboden — 99208” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.10.

In het tiende deel van de tabel „Gebruik onbeperkt — 99209” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.11.

In het elfde deel van de tabel „Achteraf afgegeven — 99210” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.12.

In het twaalfde deel van de tabel „Diversen — 99211” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.13.

In het dertiende deel van de tabel „Los gestort — 99212” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

2.14.

In het veertiende deel van de tabel „Afzender — 99213” wordt het volgende streepje toegevoegd na NO:

 

„—

 

3.

Bijlage C1 wordt vervangen door de volgende tekst:

„BIJLAGE C1

GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER/COMMUNAUTAIR DOUANEVERVOER

Image

 

4.

Bijlage C2 wordt vervangen door de volgende tekst:

„BIJLAGE C2

GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER/COMMUNAUTAIR DOUANEVERVOER

Image

Image

 

5.

Bijlage C4 wordt vervangen door de volgende tekst:

„BIJLAGE C4

GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER/COMMUNAUTAIR DOUANEVERVOER

Image

Image

 

6.

In vak 7 van bijlage C5 wordt het woord „Turkije” ingevoegd tussen „Zwitserland” en „Andorra”.

 

7.

In vak 6 van bijlage C6 wordt het woord „Turkije” ingevoegd tussen „Zwitserland” en „Andorra”.

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.