Verordening 1983/1594 - Steun voor oliehoudende zaden

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31983R1594

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31983R1594

Verordening (EEG) nr. 1594/83 van de Raad van 14 juni 1983 betreffende de steun voor oliehoudende zaden

Publicatieblad Nr. L 163 van 22/06/1983 blz. 0044 - 0047

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 16 blz. 0126

Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 28 blz. 0070

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 16 blz. 0126

Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 28 blz. 0070

++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 1594/83 VAN DE RAAD

van 14 juni 1983

betreffende de steun voor oliehoudende zaden

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening nr . 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1413/82 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 27 , lid 3 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Overwegende dat de beginselen moeten worden bepaald volgens welke de in artikel 27 van Verordening nr . 136/66/EEG bedoelde steun wordt toegekend en het bedrag van deze steun in abnormale situaties wordt vastgesteld ; dat voorts de wijze van controle op het recht op steun , alsmede de voorschriften voor het vooraf vaststellen van het bedrag daarvan moeten worden bepaald ;

Overwegende dat het merendeel van het in de Gemeenschap voortgebrachte en daar verwerkte koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad bestemd is voor de olieproduktie of , wat koolzaad en raapzaad betreft , voor verwerking in diervoeder ; dat deze zaden directe concurrentie ondervinden van ingevoerde oliehoudende zaden , welke in het algemeen worden aangeboden tegen prijzen die beneden de richtprijs liggen ; dat het recht op steun derhalve beperkt dient te worden tot in de Gemeenschap voortgebrachte en verwerkte zaden , die worden gebruikt voor olieproduktie of verwerking in diervoeder ;

Overwegende dat , ten einde erop toe te zien dat deze steun alleen voor de daarvoor in aanmerking komende zaden wordt toegekend , de Lid-Staten een controleregeling moeten toepassen voor de in de Gemeenschap voortgebrachte zaden die voor de olieproduktie of voor de verwerking in diervoeder bestemd zijn , alsmede voor alle ingevoerde zaden ; dat om de controle op de ingevoerde zaden te vergemakkelijken dient te worden bepaald dat deze het stellen van een waarborg kan medebrengen ;

Overwegende dat en ten einde eenvormigheid en doeltreffendheid van de controle op de in de Gemeenschap voortgebrachte zaden te verzekeren , certificaten dienen te worden ingevoerd die het bewijs leveren dat de zaden in een oliefabriek of in een diervoederfabriek onder controle zijn geplaatst ;

Overwegende dat , ten einde voor de olieproducent of de diervoederfabrikant de berekening van de kostprijs van zijn produkt te vergemakkelijken , voorkomen moet worden dat de hoogte van de steun afhangt van het tijdstip van verwerking ; dat voor het bepalen van het bedrag van de steun derhalve de dag in aanmerking moet worden genomen waarop de zaden onder controle zijn geplaatst ;

Overwegende dat het voor een goed beheer dienstig is genoemde certificaten ook te gebruiken ingeval het bedrag van de steun vooraf wordt vastgesteld ; dat de afgifte van het certificaat in dat geval , ten einde speculatieve transacties te voorkomen , afhankelijk dient te worden gesteld van het stellen van een waarborg als garantie voor de nakoming van de verbintenis de zaden tijdens de geldigheidsduur van dat certificaat onder controle te plaatsen ;

Overwegende dat er , ten einde abnormale situaties op de zadenmarkt van de Gemeenschap te verhelpen , in de mogelijkheid moet worden voorzien het bedrag van de steun te wijzigen en het vooraf vaststellen ervan te schorsen ; dat daartoe dient te worden bepaald dat de vaststelling vooraf eerst geschiedt na het verstrijken van een korte termijn volgende op de indiening van het verzoek , tijdens welke termijn de marktsituatie wordt onderzocht ;

Overwegende dat de termijnnoteringen voor koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad niet regelmatig beschikbaar zijn ; dat de termijnnoteringen voor de andere zaden de invloed kunnen ondergaan van een bijzondere vraag , zodat deze niet voldoende representatief zijn voor de werkelijke ontwikkeling op de wereldmarkt ; dat derhalve voor het bepalen van het bedrag van de vooraf vastgestelde steun , het steunbedrag , van toepassing op de dag waarop het verzoek werd ingediend , moet worden aangepast aan de hand van de richtprijs van de maand waarin de zaden onder controle worden geplaatst , alsmede eventueel aan de hand van het verschil in economische voordelen welke de verwerking van de voornaamste concurrerende zaden bieden ;

Overwegende dat , ten einde de toepassing van de steunregeling te vergemakkelijken , dient te worden bepaald dat de steun wordt uitgekeerd door de Lid-Staat op wiens grondgebied de zaden worden verwerkt met het oog op de olieproduktie of de diervoederproduktie ;

Overwegende dat deze verordening bedoeld is ter vervanging van Verordening ( EEG ) nr . 2114/71 van de Raad van 28 september 1971 betreffende de steun voor oliehoudende zaden ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 851/78 ( 4 ) ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

De in artikel 27 van Verordening nr . 136/66/EEG bedoelde steun wordt onder de in dat artikel vastgestelde voorwaarden toegekend :

a ) voor koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad dat met het oog op de olieproduktie in de Gemeenschap wordt verwerkt ;

b ) voor koolzaad en raapzaad dat met het oog og de produktie van diervoeder in de Gemeenschap wordt verwerkt .

Artikel 2

1 . De Lid-Staten controleren in de oliefabriek de verwerking van het koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad , of in de diervoederfabriek de verwerking van koolzaad en raapzaad in diervoeder , ten einde te waarborgen dat alleen die zaden die er recht op hebben , de steun genieten .

2 . De Lid-Staten delen aan de andere Lid-Staten en aan de Commissie de door hen vastgestelde bepalingen ter verzekering van de in lid 1 bedoelde controle mede voordat deze van toepassing worden .

Ingeval met de bewuste bepalingen het in lid 1 beoogde doel niet kan worden bereikt , wordt volgens de procedure van artikel 38 van Verordening nr . 136/66/EEG besloten welke wijzigingen de betrokken Lid-Staat erin moet aanbrengen .

Artikel 3

Het bedrag van de steun is het bedrag dat van toepassing is op de dag waarop de betrokken Lid-Staat de controle op zich neemt :

  • voor koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad in de oliefabriek , waar het zaad wordt verwerkt ;
  • voor koolzaad en raapzaad in de diervoederfabriek , waar het zaad in diervoeder wordt verwerkt .

Het bedrag van de steun dat geldt op de dag waarop de aanvraag van het in artikel 4 bedoelde certificaat wordt ingediend en dat overeenkomstig artikel 7 wordt aangepast , wordt echter op verzoek van de belanghebbende toegepast op de zaden die tijdens de geldigheidsduur van het certificaat onder controle worden geplaatst in een oliefabriek of een diervoederfabriek .

Artikel 4

Er wordt een certificaat van communautaire steun ingevoerd dat als bewijs moet dienen dat de in de Gemeenschap geoogste zaden in een oliefabriek of een diervoederfabriek onder controle zijn geplaatst , en waarin eventueel wordt verklaard dat het steunbedrag vooraf is vastgesteld . Het certificaat wordt door de Lid-Staten afgegeven aan iedere belanghebbende die erom verzoekt , ongeacht zijn plaats van vestiging in de Gemeenschap .

Artikel 5

Ingeval het steunbedrag vooraf wordt vastgesteld is het in artikel 4 bedoelde certificaat geldig in de gehele Gemeenschap .

In dat geval wordt het certificaat , onder voorbehoud van artikel 8 , afgegeven de namiddag van de eerste werkdag volgende op die waarop de aanvraag is ingediend .

Bovendien wordt de afgifte van het certificaat afhankelijk gesteld van het stellen van een waarborg als garantie voor de nakoming van de verbintenis de zaden in een in de Gemeenschap gelegen oliefabriek of diervoederfabriek onder controle te plaatsen tijdens de geldigheidsduur van het certificaat , welke waarborg geheel of gedeeltelijk wordt verbeurd indien de zaden binnen die termijn niet of slechts gedeeltelijk onder controle worden gesteld .

Artikel 6

Ingeval het steunbedrag niet vooraf wordt vastgesteld , wordt het in artikel 4 bedoelde certificaat afgegeven door de Lid-Staat waar de zaden onder controle worden geplaatst .

Het certificaat wordt afgegeven op de dag waarop de betrokken Lid-Staat de controle op zich neemt ,

  • of in de oliefabriek waar het koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad wordt verwerkt ;
  • of in de diervoederfabriek waar het koolzaad en raapzaad wordt verwerkt .

Artikel 7

1 . Ingeval het steunbedrag vooraf wordt vastgesteld , wordt het bedrag dat van toepassing is op de dag van indiening van het verzoek , aangepast aan de hand van :

a ) het verschil tussen de op dezelfde dag geldende richtprijs en de richtprijs welke geldt op de dag waarop de zaden in de oliefabriek of de diervoederfabriek onder controle worden geplaatst , en

b ) eventueel , een correctiebedrag .

2 . Het in lid 1 , sub b ) , bedoelde correctiebedrag wordt berekend met inachtneming van de tendens van de prijzen van de betrokken zaden op de wereldmarkt en , eventueel , van het verschil in economische voordelen welke de verwerking van deze zaden en die welke de verwerking van de voornaamste concurrerende zaden bieden .

Artikel 8

1 . Wanneer zich op de zadenmarkt van de Gemeenschap abnormale situaties voordoen , in het bijzonder wanneer de omvang van de verzoeken om de steun vooraf vast te stellen niet in overeenstemming blijkt met de normale afzet van de in de Gemeenschap voortgebrachte zaden , kan voor de gevallen warin het in artikel 4 bedoelde certificaat nog niet is afgegeven , tot wijziging van het steunbedrag en tot schorsing van het vooraf vaststellen van dit bedrag worden besloten , voor zover dit voor het herstel van het evenwicht tussen de markt van de Gemeenschap en de wereldmarkt noodzakelijk is .

2 . Het steunbedrag wordt gewijzigd door toepassing van een correctiecoëfficiënt , vast te stellen volgens de procedure van artikel 38 van Verordening nr . 136/66/EEG .

3 . Tot schorsing van het vooraf vaststellen wordt besloten volgens de procedure van artikel 38 van Verordening nr . 136/66/EEG .

In dringende gevallen kan de Commissie echter tot deze schorsing besluiten ; in dat geval mag de schorsing een periode van zeven dagen niet te boven gaan .

Artikel 9

1 . Elke invoer van de in artikel 1 bedoelde zaden , alsmede van mengsels van produkten van post 12.01 van het gemeenschappelijk douanetarief welke ten minste 2 of meer gewichtspercenten van een of meer van deze zaden bevatten , wordt aan een controlestelsel onderworpen , en wel totdat deze zaden of mengsels onder de in artikel 2 bedoelde controleregeling worden geplaatst , of , indien zij niet worden verwerkt met het oog op de produktie van olie , of de verwerking in diervoeder , totdat zij in een zodanige staat zijn gebracht dat zij niet meer voor de stun in aanmerking kunnen komen .

2 . De controle kan medebrengen het stellen van een waarborg waarvan het bedrag niet hoger mag zijn dan noodzakelijk is om de stimulans weg te nemen , ingevoerde zaden aan de controle te onttrekken en ten onrechte om steun te verzoeken .

Artikel 10

1 . Het recht op steun wordt verkregen :

a ) voor koolzaad , raapzaad en zonnebloemzaad verwerkt met het oog op de produktie van olie , op het tijdstip van verwerking van deze zaden ;

b ) voor koolzaad en raapzaad verwerkt in diervoeder op het tijdstip van de verwerking .

2 . De steun wordt aan de houder van het in artikel 4 bedoelde certificaat uitgekeerd in de Lid-Staat waar de zaden onder controle worden geplaatst

  • voor de in lid 1 , sub a ) , bedoelde zaden , wanneer het bewijs van verwerking is geleverd ;
  • voor de in lid 1 , sub b ) , bedoelde zaden , wanneer het bewijs is geleverd dat het zaad in diervoeder is verwerkt .

De steun kan echter vooraf worden uitgekeerd , zodra de zaden onder controle zijn geplaatst , op voorwaarde dat voor de verwerking ervan tot olie of in diervoeder een waarborg is gesteld .

Artikel 11

1 . Het gewicht van de in artikel 1 bedoelde zaden wordt bepaald en monsters worden genomen onder meer :

  • bij de invoer ;
  • bij de aankomst in de oliefabriek waar de zaden worden verwerkt ;
  • bij de aankomst in de diervoederfabriek waar de zaden in diervoeder worden verwerkt ;
  • bij het in een zodanige staat brengen van de zaden , dat zij niet meer voor steun in aanmerking komen , wat de voor andere doeleinden dan voor de olieproduktie of voor de verwerking in diervoeder bestemde ingevoerde hoeveelheden betreft .

2 . Het steunbedrag en het bedrag van de in artikel 9 , lid 2 , bedoelde waarborg worden berekend op basis van het gewicht , aangepast aan de hand van de eventuele verschillen tussen enerzijds de geconstateerde percentages aan vocht en onzuiverheden en anderzijds de percentages welke gelden voor de standaardkwaliteit waarvoor de richtprijs wordt vastgesteld .

Artikel 12

Verordening ( EEG ) nr . 2114/71 wordt ingetrokken met ingang van 1 oktober 1983 .

Artikel 13

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Zij is van toepassing met ingang van 1 oktober 1983 .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Luxemburg , 14 juni 1983 .

Voor de Raad

De Voorzitter

I . KIECHLE

( 1 ) PB nr . 172 van 30 . 9 . 1966 , blz . 3025/66 .

( 2 ) PB nr . L 162 van 12 . 6 . 1982 , blz . 6 .

( 3 ) PB nr . L 222 van 2 . 10 . 1971 , blz . 2 .

( 4 ) PB nr . L 116 van 28 . 4 . 1978 , blz . 4 .

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.