Verordening 2001/1778 - Aanvulling van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1107/96 betreffende de registratie van de geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen in het kader van de procedure van artikel 17 van Verordening 2081/92

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 32001R1778

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

32001R1778

Verordening (EG) nr. 1778/2001 van de Commissie van 7 september 2001 tot aanvulling van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1107/96 betreffende de registratie van de geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen in het kader van de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2081/92 van de Raad (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 240 van 08/09/2001 blz. 0006 - 0007

Verordening (EG) nr. 1778/2001 van de Commissie

van 7 september 2001

tot aanvulling van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1107/96 betreffende de registratie van de geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen in het kader van de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2081/92 van de Raad

(Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2081/92 van de Raad van 14 juli 1992 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2796/2000(2), en met name op artikel 17, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) 
    Voor een benaming die de Italiaanse regering overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2081/92 heeft meegedeeld, is aanvullende informatie gevraagd om te garanderen dat die benaming met de artikelen 2 en 4 van de genoemde verordening in overeenstemming is.
  • (2) 
    Na het onderzoek van de aanvullende informatie heeft de Commissie de betrokken registratieaanvraag tweemaal voor advies voorgelegd aan het Wetenschappelijk Comité voor oorsprongsbenamingen, geografische aanduidingen en specificiteitscertificering, dat in beide gevallen een gunstig advies heeft gegeven voor registratie van de benaming.
  • (3) 
    De voor het betrokken product gebruikte grondstof is afkomstig van varkens die behoren tot de soort "Italiaanse zware varkens". Deze dieren worden in het productiegebied gehouden en krijgen bijzonder voer op basis van plaatselijk verbouwde granen en bijproducten van de plaatselijke kaasmakerij. Aangezien het hier gaat om een traditionele benaming in de zin van artikel 2, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 2081/92, moet het traditionele productiegebied in aanmerking worden genomen, ook al is het uitgestrekt. Men kan derhalve stellen dat de onderhavige benaming in de zin van artikel 2, lid 3, en artikel 2, lid 2, onder a), tweede streepje van bovengenoemde verordening de aanduiding is van een landbouwproduct van oorsprong uit een bepaalde streek en waarvan de kwaliteit of de kenmerken hoofdzakelijk zijn toe te schrijven aan het geografische gebied, dat factoren van natuurlijke en menselijke aard omvat.
  • (4) 
    De benaming waarop de registratieaanvraag betrekking heeft, is niet de naam van een landbouwproduct of een levensmiddel die weliswaar verband houdt met de plaats of streek waar dit product of dit levensmiddel oorspronkelijk werd geproduceerd of in the handel gebracht, maar die de gangbare naam is geworden van een product of een levensmiddel. Zij kan dus niet worden beschouwd als een benaming die soortnaam is geworden in de zin van artikel 3, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2081/92.
  • (5) 
    De benaming waarvoor om registratie wordt verzocht geniet reeds bescherming op grond van bilaterale overeenkomsten tussen Italië enerzijds, en Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk en Spanje anderzijds.
  • (6) 
    Daaruit vloeit voort dat de aanvraag voor registratie van deze benaming voldoet aan het bepaalde in de genoemde artikelen. De benaming moet derhalve worden geregistreerd en aan de bijlage van Verordening (EG) nr. 1107/96 van de Commissie(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1347/2001 van de Raad(4), worden toegevoegd.
  • (7) 
    Het bij artikel 15 van Verordening (EEG) nr. 2081/92 ingestelde comité heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn. Overeenkomstig artikel 5, lid 4, van Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden(5), heeft de Commissie bij de Raad een voorstel betreffende toepassingsbepalingen ingediend en heeft zij het Europees Parlement op de hoogte gebracht. Aangezien de Raad geen besluit heeft genomen binnen de in artikel 15, vierde alinea van Verordening (EEG) nr. 2081/92 vastgestelde termijn van drie maanden, worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie vastgesteld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 1107/96 wordt aangevuld met de benaming die in de bijlage bij deze verordening is vermeld.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 september 2001.

Voor de Commissie

Franz Fischler

Lid van de Commissie

  • (1) 
    PB L 208 van 24.7.1992, blz. 1.
  • (2) 
    PB L 324 van 21.12.2000, blz. 26.
  • (3) 
    PB L 148 van 21.6.1996, blz. 1.
  • (4) 
    PB L 182 van 5.7.2001, blz. 3.
  • (5) 
    PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.

BIJLAGE

  • A. 
    IN BIJLAGE I BIJ HET VERDRAG GENOEMDE LANDBOUWPRODUCTEN VOOR MENSELIJKE CONSUMPTIE

Vleesproducten

ITALIË

  • Salamini italiani alla cacciatora (BOB)

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.