Uitvoeringsrichtlijn 2012/31 - Uitvoeringsrichtlijn 2012/31/EU tot wijziging van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG wat betreft de lijst van voor virale hemorragische septikemie gevoelige vissoorten en de schrapping van het epizoötisch ulceratief syndroom uit de lijst van ziekten

1.

Wettekst

26.10.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 297/26

 

UITVOERINGSRICHTLIJN 2012/31/EU VAN DE COMMISSIE

van 25 oktober 2012

tot wijziging van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG van de Raad wat betreft de lijst van voor virale hemorragische septikemie gevoelige vissoorten en de schrapping van het epizoötisch ulceratief syndroom uit de lijst van ziekten

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2006/88/EG van de Raad van 24 oktober 2006 betreffende veterinairrechtelijke voorschriften voor aquacultuurdieren en de producten daarvan en betreffende de preventie en bestrijding van bepaalde ziekten bij waterdieren (1), en met name artikel 61, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Richtlijn 2006/88/EG stelt onder meer bepaalde veterinairrechtelijke voorschriften vast voor aquacultuurdieren en de producten daarvan, met inbegrip van specifieke bepalingen betreffende exotische en niet-exotische ziekten en de soorten die daarvoor gevoelig zijn, vermeld in deel II van bijlage IV bij die richtlijn.

 

(2)

Het epizoötisch ulceratief syndroom (EUS) is opgenomen in de lijst van exotische ziekten in deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG.

 

(3)

Deel I van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG stelt de criteria vast voor de opneming van exotische en niet-exotische ziekten in deel II van die bijlage. Een van die criteria is dat exotische ziekten bij insleep in de Unie aanzienlijke economische consequenties kunnen hebben, hetzij door productieverliezen in de aquacultuur van de Unie, hetzij doordat de mogelijkheden voor de handel in aquacultuurdieren en de producten daarvan erdoor beperkt worden. Een ander criterium is dat zij bij insleep in de Unie schadelijke milieu-effecten kunnen hebben voor in het wild levende populaties van waterdieren van soorten die op grond van het recht van de Unie of internationale bepalingen als waardevol beschermd moeten worden.

 

(4)

Op 15 september 2011 heeft het Panel voor diergezondheid en dierenwelzijn van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) een wetenschappelijk advies over het epizoötisch ulceratief syndroom (2) goedgekeurd (hierna „het EFSA-advies”). In dat advies concludeert de EFSA dat de effecten van EUS op de aquacultuur van de Unie variëren van geen tot matig.

 

(5)

Bovendien wordt in het EFSA-advies gesteld dat via de invoer van siervissen uit derde landen EUS waarschijnlijk herhaaldelijk in de Unie is ingesleept en dat dergelijke vissen mogelijk in de wateren van de Unie zijn vrijgelaten. In die omstandigheden, en gezien het feit dat in de Unie geen uitbraken van EUS zijn gemeld, wijst niets erop dat EUS schadelijke milieu-effecten kan hebben.

 

(6)

Gezien de conclusies van de EFSA en de beschikbare wetenschappelijke gegevens voldoet EUS niet langer aan de criteria in deel I van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG om te worden opgenomen in de lijst in deel II van die bijlage.

 

(7)

Daarom moet het epizoötisch ulceratief syndroom worden geschrapt uit de lijst van exotische ziekten in deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG.

 

(8)

Deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG bevat ook een lijst van soorten die worden beschouwd als gevoelig voor virale hemorragische septikemie.

 

(9)

Olijfgroene bastaardheilbot (Paralichthys olivaceus) is gevoelig voor de niet-exotische visziekte virale hemorragische septikemie. In bepaalde regio’s van Azië zijn klinische uitbraken van die ziekte bevestigd.

 

(10)

Daarom moet olijfgroene bastaardheilbot (Paralichthys olivaceus) worden opgenomen in de lijst van voor virale hemorragische septikemie gevoelige soorten in deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG.

 

(11)

Bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

 

(12)

De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 2

  • 1. 
    De lidstaten dienen uiterlijk op 1 januari 2013 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee.
  • 2. 
    Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 januari 2013.
  • 3. 
    Wanneer de lidstaten die bepalingen vaststellen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
  • 4. 
    De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 25 oktober 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO

 

  • (2) 
    EFSA Journal 2011; 9(10):2387.
 

BIJLAGE

Deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG komt als volgt te luiden:

„DEEL II

Lijst van ziekten

 

Exotische ziekten

 

Ziekte

Gevoelige soorten

Vis

Epizoötische hematopoëtische necrose

Regenboogforel (Oncorhynchus mykiss) en baars (Perca fluviatilis)

Weekdieren

Besmetting met Bonamia exitiosa

Australische platte oester (Ostrea angasi) en Chileense oester (O. chilensis)

Besmetting met Perkinsus marinus

Japanse oester (Crassostrea gigas) en Noord-Amerikaanse oester (C. virginica)

Besmetting met Microcytos mackini

Japanse oester (Crassostrea gigas), Noord-Amerikaanse oester (C. virginica), Olympia platte oester (Ostrea conchaphila) en Europese platte oester (O. edulis)

Schaaldieren

Besmetting met het taura-syndroom-virus (TSV)

Noordelijke witte garnaal (Penaeus setiferus), Pacifische blauwe garnaal (P. stylirostris) en Pacifische witte garnaal (P. vannamei)

Besmetting met het yellow-head-virus (YHV)

Azteken-garnaal (Penaeus aztecus), noordelijke roze garnaal (P. duorarum), kurumagarnaal (P. japonicus), grote tijgergarnaal(P. monodon), noordelijke witte garnaal (P. setiferus), Pacifische blauwe garnaal (P. stylirostris) en Pacifische witte garnaal (P. vannamei)

 

Niet-exotische ziekten

 

Ziekten

Gevoelige soorten

Vis

Virale hemorragische septikemie (VHS)

Haring (Clupea spp.), houting (Coregonus sp.), snoek (Esox lucius), schelvis (Gadus aeglefinus), Pacifische kabeljauw (Gadus macrocephalus), Atlantische kabeljauw (Gadus morhua), Pacifische zalmsoorten (Oncorhynchus spp.), regenboogforel (Oncorhynchus mykiss), meun (Onos mustelus), beekforel (Salmo trutta), tarbot (Scophthalmus maximus), sprot (Sprattus sprattus), vlagzalm (Thymallus thymallus) en olijfgroene bastaardheilbot (Paralichthys olivaceus)

Infectieuze hematopoëtische necrose (IHN)

Ketazalm (Oncorhynchus keta), cohozalm (O. kisutch), masouzalm (O. masou), regenboogforel (O. mykiss), rode zalm (O. nerka), Amagozalm (O. rhodurus), chinookzalm (O. tshawytscha) en Atlantische zalm (Salmo salar)

Koiherpesvirus (KHV)

Gewone karper en koikarper (Cyprinus carpio)

Infectieuze zalmanemie (ISA)

Regenboogforel (Oncorhynchus mykiss), Atlantische zalm (Salmo salar) en beek- en zeeforel (S. trutta)

Weekdieren

Besmetting met Marteilia refringens

Australische platte oester (Ostrea angasi), Chileense oester (O. chilensis), Europese platte oester (O. edulis), Argentijnse platte oester (O. puelchana), mossel (Mytilus edulis) en Middellandse Zeemossel (M. galloprovincialis)

Besmetting met Bonamia ostreae

Australische platte oester (Ostrea angasi), Chileense oester (O. chilensis), Olympia platte oester (O. conchaphila), Aziatische oester (O. denselammellosa), Europese platte oester (O. edulis) en Argentijnse platte oester (O. puelchana)

Schaaldieren

Besmetting met het wittevlekkenvirus

Alle tienpotige kreeftachtigen (orde Decapoda)”

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.