Uitvoeringsbesluit 2013/496 - Onderwerpen van 5-(2-aminopropyl)indool aan controlemaatregelen

1.

Wettekst

12.10.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 272/44

 

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

van 7 oktober 2013

betreffende het onderwerpen van 5-(2-aminopropyl)indool aan controlemaatregelen

(2013/496/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Besluit 2005/387/JBZ van de Raad van 10 mei 2005 inzake de uitwisseling van informatie, de risicobeoordeling en de controle ten aanzien van nieuwe psychoactieve stoffen (1), en met name artikel 8, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Overeenkomstig artikel 6 van Besluit 2005/387/JBZ werd tijdens een bijzondere vergadering van het uitgebreide Wetenschappelijk Comité van het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD) een risicobeoordelingsverslag over de nieuwe psychoactieve stof 5-(2-aminopropyl)indool opgesteld, dat vervolgens op 16 april 2013 bij de Commissie en de Raad werd ingediend.

 

(2)

De stof 5-(2-aminopropyl)indool is een synthetisch derivaat van indool, dat aan de fenylzijde van de indoolring gesubstitueerd is. Het lijkt een stimulerende stof te zijn die ook hallucinogene effecten kan hebben. 5-(2-aminopropyl)indool wordt meestal in poedervorm aangeboden maar ook in de vorm van tabletten en capsules, en is te koop op het internet en bij headshops als een „onderzoeksstof”. De stof is ook ontdekt in monsters van een product dat onder de naam „Benzo Fury” als legale drug („legal high”) wordt verkocht, en in tabletten die op xtc lijken.

 

(3)

De bestaande informatie en gegevens wijzen erop dat de acute toxiciteit van 5-(2-aminopropyl)indool bij mensen nadelige effecten kan veroorzaken zoals tachycardie en hyperthermie, alsook pupilverwijding, onrust en bevingen. 5-(2-aminopropyl)indool kan een wisselwerking hebben met andere stoffen, waaronder medische producten en stimulantia die op het monoaminergische systeem werken. De specifieke fysieke effecten van 5-(2-aminopropyl)indool bij mensen zijn moeilijk te bepalen, omdat er geen gepubliceerde studies bestaan waarin zijn acute en chronische toxiciteit, zijn psychologische en gedragseffecten, of de mogelijkheid van verslaving worden beoordeeld, en omdat de beschikbare informatie en gegevens beperkt zijn.

 

(4)

Van april tot augustus 2012 zijn in totaal 24 gevallen van gebruik met dodelijke afloop gemeld in vier lidstaten, waarbij 5-(2-aminopropyl)indool alleen of in combinatie met andere stoffen in post-mortem genomen monsters werd aangetroffen. Hoewel niet met zekerheid kan worden bepaald welke rol 5-(2-aminopropyl)indool in al die gevallen met dodelijke afloop gespeeld heeft, is het in sommige gevallen specifiek vermeld bij de doodsoorzaak. Als deze nieuwe psychoactieve stof ruimer verspreid raakt en meer wordt gebruikt, zouden de gevolgen voor de individuele en de volksgezondheid groot kunnen zijn. Er is geen informatie voorhanden over de sociale risico’s die 5-(2-aminopropyl)indool met zich meebrengt.

 

(5)

Negen Europese landen hebben het EWDD en de Europese Politiedienst (Europol) gemeld dat zij 5-(2-aminopropyl)indool hebben opgespoord. Er zijn geen prevalentiegegevens beschikbaar over het gebruik van 5-(2-aminopropyl)indool, maar de beperkte bestaande informatie wijst erop dat het in soortgelijke omgevingen als andere stimulerende stoffen kan worden gebruikt, zoals thuis, in bars en in nachtclubs of op muziekfestivals.

 

(6)

Er is geen informatie voorhanden die erop wijst dat 5-(2-aminopropyl)indool in de Unie wordt vervaardigd en er is geen bewijs dat de georganiseerde misdaad bij de vervaardiging, distributie of levering van deze nieuwe psychoactieve stof betrokken is.

 

(7)

De stof 5-(2-aminopropyl)indool heeft geen bekende, vastgestelde of erkende medische waarde en wordt niet voor medische doeleinden gebruikt; in de Unie is geen vergunning verleend om de stof in de handel te brengen. Hoewel deze stof als analytische referentiestandaard en in wetenschappelijk onderzoek wordt gebruikt, zijn er geen aanwijzingen dat zij voor andere doeleinden wordt gebruikt.

 

(8)

De stof 5-(2-aminopropyl)indool is nog niet beoordeeld in het kader van het in Besluit 2005/387/JBZ omschreven systeem van de Verenigde Naties, en wordt momenteel ook niet aan een dergelijke beoordeling onderworpen. Twee lidstaten controleren deze nieuwe psychoactieve stof op grond van hun nationale wetgeving uit hoofde van hun verplichtingen op grond van het Verdrag van de Verenigde Naties van 1971 inzake psychotrope stoffen. Vijf Europese landen passen nationale wetgeving toe op nieuwe psychoactieve stoffen, gevaarlijke goederen of medicijnen om 5-(2-aminopropyl)indool te controleren.

 

(9)

Uit het risicobeoordelingsverslag blijkt dat er over 5-(2-aminopropyl)indool maar weinig wetenschappelijk bewijs voorhanden is en dat verder onderzoek nodig is om de gezondheids- en sociale risico’s ervan te bepalen. De beschikbare gegevens en informatie bieden echter voldoende redenen om 5-(2-aminopropyl)indool in de Unie aan controlemaatregelen te onderwerpen. Als gevolg van de gezondheidsrisico’s, die blijken uit de aanwezigheid bij verschillende gemelde gevallen met dodelijke afloop, het feit dat gebruikers deze stof kunnen gebruiken zonder dat zij zich daarvan, bewust zijn, en als gevolg van het ontbreken van een medische waarde of een medische toepassing, moet 5-(2-aminopropyl)indool in de Unie aan controlemaatregelen worden onderworpen.

 

(10)

Omdat al zes lidstaten 5-(2-aminopropyl)indool op grond van uiteenlopende soorten wettelijke bepalingen controleren, zou de onderwerping van deze stof aan controlemaatregelen in de Unie helpen te voorkomen dat er zich voor de grensoverschrijdende wetshandhaving en justitiële samenwerking obstakels voordoen, en de gebruikers beschermen tegen de risico’s die het gebruik met zich meebrengt,

 

(11)

In Besluit 2005/387/JBZ worden aan de Raad uitvoeringsbevoegdheden voorbehouden om te voorzien in de mogelijkheid om op het niveau van de Unie snel en op basis van deskundigheid te reageren op nieuwe psychotrope stoffen die door de lidstaten zijn opgespoord en gemeld, door deze stoffen in de gehele Unie aan controlemaatregelen te onderwerpen. Aangezien voldaan is aan de voorwaarden om een aanvang te maken met de uitoefening van deze uitvoeringsbevoegdheden en de procedure is gevolgd, dient een uitvoeringsbesluit te worden vastgesteld om 5-(2-aminoptopyl)indool in de gehele Unie aan controle te onderwerpen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De nieuwe psychoactieve stof 5-(2-aminopropyl)indool wordt hierbij in de Unie aan controlemaatregelen onderworpen.

Artikel 2

De lidstaten nemen uiterlijk op 13 oktober 2014 overeenkomstig hun nationale wetgeving de noodzakelijke maatregelen om 5-(2-aminopropyl)indool te onderwerpen aan de controlemaatregelen en strafrechtelijke sancties waarin is voorzien door hun wetgeving ingevolge hun verplichtingen uit hoofde van het Verdrag van de Verenigde Naties van 1971 inzake psychotrope stoffen.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Luxemburg, 7 oktober 2013.

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    BERNATONIS
 

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.