Besluit 1999/224 - Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking met Israël

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31999D0224

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31999D0224

1999/224/EG: Besluit van de Raad van 22 februari 1999 tot sluiting van de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de staat Israël

Publicatieblad Nr. L 083 van 27/03/1999 blz. 0050 - 0050

BESLUIT VAN DE RAAD van 22 februari 1999 tot sluiting van de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de staat Israël (1999/224/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 130 M, juncto artikel 228, lid 2, eerste zin, en artikel 228, lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europees Parlement (2),

Overwegende dat de Europese Gemeenschap en Israël specifieke onderzoekprogramma's uitvoeren op gebieden van gemeenschappelijk belang;

Overwegende dat de staat Israël enerzijds en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten anderzijds een euromediterrane associatieovereenkomst hebben ondertekend die voorziet in de sluiting van een samenwerkingsovereenkomst op het gebied van wetenschap en technologie;

Overwegende dat de Europese Gemeenschap en de staat Israël voor de duur van het vierde OTO-kaderprogramma een overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking hebben gesloten;

Overwegende dat de Raad bij besluit van 18 mei 1998 de Commissie heeft gemachtigd om onderhandelingen te voeren over de hernieuwing van de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de staat Israël voor de duur van het vijfde kaderprogramma;

Overwegende dat de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de staat Israël moet worden goedgekeurd,

BESLUIT:

Artikel 1

De overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de staat Israël wordt hierbij namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wordt bij dezen gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) de overeenkomst te ondertekenen teneinde daardoor de Gemeenschap te binden.

Artikel 3

De voorzitter van de Raad verricht, namens de Gemeenschap, de kennisgeving als bedoeld in artikel 13 van de overeenkomst.

Gedaan te Luxemburg, 22 februari 1999.

Voor de Raad

De Voorzitter

H.-F. von PLOETZ

  • (1) 
    PB C 283 van 12. 9. 1998, blz. 5.
  • (2) 
    Advies uitgebracht op 11 februari 1999 (nog niet in het Publicatieblad verschenen).

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.