Uitvoeringsbesluit 2015/1956 - Datum van inwerkingtreding van Besluit 2008/633/JBZ over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten

1.

Wettekst

30.10.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 284/146

 

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/1956 VAN DE RAAD

van 26 oktober 2015

houdende vaststelling van de datum van inwerkingtreding van Besluit 2008/633/JBZ over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (1), en met name artikel 18, lid 2,

Gezien het advies van het Europees Parlement,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

In Besluit 2008/633/JBZ is bepaald dat het van toepassing wordt vanaf een datum die door de Raad wordt bepaald zodra de Commissie aan de Raad heeft meegedeeld dat Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad (2) in werking is getreden en volledig van toepassing is.

 

(2)

De Commissie heeft de Raad bij brief van 2 juli 2013 meegedeeld dat Verordening (EG) nr. 767/2008 in werking was getreden en volledig van toepassing was sinds 27 september 2011.

 

(3)

Er is voldaan aan de voorwaarden om een aanvang te maken met de uitoefening door de Raad van zijn uitvoeringsbevoegdheden krachtens Besluit 2008/633/JBZ; er dient derhalve een uitvoeringsbesluit te worden vastgesteld om de datum van inwerkingtreding van Besluit 2008/633/JBZ vast te stellen.

 

(4)

Dit besluit vervangt Besluit 2013/392/EU van de Raad (3) dat door een arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie („het Hof”) (4) nietig is verklaard. Bij dat arrest handhaaft het Hof de gevolgen van Besluit 2013/392/EU totdat een nieuwe handeling ter vervanging van het besluit in werking is getreden. Vanaf de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit houdt Besluit 2013/392/EU derhalve op gevolgen te hebben.

 

(5)

Om te zorgen voor de continuïteit van de toegangsrechten voor raadpleging van het VIS door de aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten, moet de datum van inwerkingtreding van Besluit 2008/633/JBZ worden gehandhaafd, zoals vastgesteld in artikel 1 van Besluit 2013/392/EU.

 

(6)

Wat IJsland en Noorwegen betreft, houdt dit besluit een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis, in de zin van de Overeenkomst tussen de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (5), die vallen onder het gebied dat is bedoeld in artikel 1, punt H, van Besluit 1999/437/EG van de Raad (6).

 

(7)

Wat Zwitserland betreft, vormt dit besluit een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis, in de zin van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (7), die vallen binnen het gebied bedoeld in artikel 1, punt H, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2008/146/EG van de Raad (8).

 

(8)

Wat Liechtenstein betreft, vormt dit besluit een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis, in de zin van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (9), die vallen binnen het gebied bedoeld in artikel 1, punt H, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2011/350/EU van de Raad (10).

 

(9)

Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van dit besluit, dat derhalve niet bindend is voor noch van toepassing is op deze lidstaat. Aangezien dit besluit voortbouwt op het Schengenacquis, beslist Denemarken overeenkomstig artikel 4 van het bovengenoemde protocol binnen een termijn van zes maanden nadat de Raad dit besluit heeft vastgesteld, of het dit besluit in nationale wetgeving zal omzetten.

 

(10)

Dit besluit houdt een ontwikkeling in van bepalingen van het Schengenacquis waaraan het Verenigd Koninkrijk niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad (11). Het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit, dat derhalve niet bindend is voor noch van toepassing is op deze lidstaat.

 

(11)

Dit besluit vormt een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad (12). Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit, dat derhalve niet bindend is voor noch van toepassing is op deze lidstaat.

 

(12)

Dit besluit mag niet van invloed zijn op de lidstaten te welker aanzien Verordening (EG) nr. 767/2008 nog niet in werking is getreden. In het bijzonder mag het niet van invloed zijn op de toepassing van artikel 6 van Besluit 2008/633/JBZ ten aanzien van die lidstaten,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit 2008/633/JBZ is van toepassing met ingang van 1 september 2013, zoals bepaald in artikel 1 van Besluit 2013/392/EU.

Artikel 2

Besluit 2013/392/EU houdt op gevolgen te hebben vanaf 31 oktober 2015, onverminderd de datum van toepassing van Besluit 2008/633/JBZ, als bepaald in artikel 1 van Besluit 2013/392/EU.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de datum na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Luxemburg, 26 oktober 2015.

Voor de Raad

De voorzitter

  • C. 
    DIESCHBOURG
 

  • (2) 
    Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).
  • (3) 
    Besluit 2013/392/EU van de Raad van 22 juli 2013 houdende vaststelling van de datum van inwerkingtreding van Besluit 2008/633/JBZ over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (PB L 198 van 23.7.2013, blz. 45).
  • (4) 
    Arrest van het Hof van Justitie van 16 april 2015, Parlement/Raad, zaak C-540/13, ECLI:EU:C:2015:224.
  • (6) 
    Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).
  • (8) 
    Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).
  • Besluit 2011/350/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis betreffende de afschaffing van controles aan de binnengrenzen en het verkeer van personen (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 19).
  • Besluit 2000/365/EG van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van het Schengenacquis (PB L 131 van 1.6.2000, blz. 43).
  • Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van het Schengenacquis (PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.