Besluit 2015/2236 - Standpunt EU in de ministeriële conferentie van de Wereldhandelsorganisatie over een verlenging van het moratorium op douanerechten op elektronische transmissies en het moratorium op klachten die geen verband houden met schendingen en andere situaties

1.

Wettekst

3.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 317/33

 

BESLUIT (EU) 2015/2236 VAN DE RAAD

van 27 november 2015

tot vaststelling van het namens de Europese Unie in de ministeriële conferentie van de Wereldhandelsorganisatie in te nemen standpunt over een verlenging van het moratorium op douanerechten op elektronische transmissies en het moratorium op klachten die geen verband houden met schendingen en andere situaties

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op de ministeriële conferentie van de Wereldhandelsorganisatie („WTO”) van 1998 is een moratorium op douanerechten op elektronische transmissies (het moratorium „e-handel”) goedgekeurd waardoor de leden van de WTO geen douanerechten op elektronische transmissies mogen heffen. Momenteel heeft het moratorium de vorm van een besluit van de ministeriële conferentie van de WTO, dat sinds 1998 elke twee jaar is verlengd.

 

(2)

Tijdens de ministeriële conferenties van de WTO is het moratorium op klachten die geen verband houden met schendingen en andere situaties, steeds opnieuw verlengd, nadat de periode van vijf jaar was verstreken om — overeenkomstig artikel 64, lid 3, van de Overeenkomst inzake handelsgerelateerde aspecten van intellectuele eigendom (TRIPS-overeenkomst) — een besluit over het bereik van en de modaliteiten voor dergelijke klachten te nemen.

 

(3)

Tijdens de ministeriële conferentie van de WTO in december 2013 zijn deze moratoria voor het laatst tot 2015 verlengd. Beide moratoria moeten tijdens een volgende ministeriële conferentie van de WTO opnieuw worden verlengd of — indien zich tijdens de lopende of toekomstige besprekingen een consensus aftekent — permanent worden gemaakt.

 

(4)

Het is in het belang van de Unie om steun te verlenen aan de verlenging van het moratorium e-handel voor onbepaalde tijd. Het is tevens in het belang van de Unie om het moratorium op klachten die geen verband houden met schendingen en andere situaties, te verlengen totdat de ministeriële conferentie — overeenkomstig artikel 64, lid 3, van de TRIPS-overeenkomst — de aanbevelingen van de Raad voor TRIPS goedkeurt met betrekking tot het bereik van en de modaliteiten voor dergelijke klachten,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Europese Unie in de ministeriële conferentie van de Wereldhandelsorganisatie in te nemen standpunt luidt dat steun wordt gegeven aan de verlenging voor onbepaalde duur van het moratorium op douanerechten op elektronische transmissies en dat steun wordt gegeven aan de verlenging van het moratorium op de in de alinea's 1 b) en 1 c) van artikel XXIII van de Algemene Overeenkomst betreffende tarieven en handel (GATT) 1994 vermelde klachten („klachten die geen verband houden met schendingen en andere situaties”) totdat de ministeriële conferentie een besluit neemt over het bereik van en de modaliteiten voor dergelijke klachten.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 27 november 2015.

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    ASSELBORN
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.