Uitvoeringsbesluit 2014/526 - „Digitale onderzoeksinfrastructuur voor kunsten en geesteswetenschappen” als een consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (DARIAH-ERIC)

1.

Wettekst

12.8.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 239/64

 

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 6 augustus 2014

tot oprichting van de „Digitale onderzoeksinfrastructuur voor kunsten en geesteswetenschappen” als een consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (DARIAH-ERIC)

(2014/526/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 723/2009 van de Raad van 25 juni 2009 betreffende een communautair rechtskader voor een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (ERIC) (1), en met name artikel 6, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Oostenrijk, België, Kroatië, Cyprus, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Malta, Nederland, Servië en Slovenië hebben de Europese Commissie een verzoek gedaan tot oprichting van de „Digitale onderzoeksinfrastructuur voor kunst en geesteswetenschappen” als een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (hierna „DARIAH-ERIC” genoemd).

 

(2)

Frankrijk is door Oostenrijk, België, Kroatië, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Malta, Nederland, Servië en Slovenië gekozen als gastlidstaat van DARIAH-ERIC.

 

(3)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 20 van Verordening (EG) nr. 723/2009 ingestelde comité,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

  • 1. 
    De digitale onderzoeksinfrastructuur voor kunsten en geesteswetenschappen wordt hierbij opgericht als een consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (DARIAH-ERIC).
  • 2. 
    De statuten van DARIAH-ERIC zijn opgenomen in de bijlage. Deze statuten worden bijgewerkt en worden ter beschikking gesteld van het publiek op de website van DARIAH ERIC en op zijn statutaire zetel.
  • 3. 
    De essentiële elementen van de statuten die overeenkomstig artikel 11, lid 1, van Verordening (EG) nr. 723/2009 slechts kunnen worden gewijzigd na goedkeuring door de Commissie, zijn opgenomen in de artikelen 1, 2 en 23 tot en met 30.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 6 augustus 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO

 

 

BIJLAGE

STATUTEN VAN DARIAH-ERIC

OOSTENRIJK,

BELGIË,

KROATIË,

CYPRUS,

DENEMARKEN,

FRANKRIJK,

DUITSLAND,

GRIEKENLAND,

IERLAND,

ITALIË,

LUXEMBURG,

MALTA,

NEDERLAND,

SERVIË,

SLOVENIË,

Hierna „de oprichtende leden” genoemd

ZICH BEWUST VAN de belangrijke rol van waarnemers en samenwerkende partners in DARIAH-ERIC;

VANUIT DE WENS de kunst en geesteswetenschappen in Europa te ondersteunen;

VANUIT DE WENS een moderne infrastructuur te creëren voor digitaal onderzoek op het gebied van kunst en geesteswetenschappen in ruime zin;

GELET OP de resultaten van het project voor de voorbereidende fase van DARIAH, door de Europese Commissie gefinancierd in het kader van subsidieovereenkomst nr. 211583;

MET HET VERZOEK aan de Europese Commissie om de digitale onderzoeksinfrastructuur voor kunsten en geesteswetenschappen op te richten als een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (DARIAH-ERIC);

HEBBEN OVEREENSTEMMING BEREIKT OVER DE VOLGENDE BEPALINGEN:

HOOFDSTUK 1

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Naam, zetel, locatie en werktaal

  • 1. 
    Er wordt een Europese onderzoeksinfrastructuur opgericht met de naam „Digitale onderzoeksinfrastructuur voor kunst en geesteswetenschappen” (Digital Research Infrastructure for the Arts and Humanities), hierna „DARIAH”.
  • 2. 
    DARIAH heeft de rechtsvorm van een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (ERIC), opgericht op grond van Verordening (EG) nr. 723/2009, dat de naam „DARIAH-ERIC” krijgt.
  • 3. 
    DARIAH-ERIC is een verspreide onderzoeksinfrastructuur. Zijn activiteiten worden uitgevoerd door middel van virtuele expertisecentra.
  • 4. 
    De statutaire zetel van DARIAH-ERIC bevindt zich in Parijs (Frankrijk).
  • 5. 
    De werktaal van DARIAH-ERIC is het Engels. De teksten in het Engels, in het Frans en in alle andere officiële talen van de Europese Unie van deze statuten worden authentiek geacht. Geen enkele taalversie heeft voorrang.

Artikel 2

Doelstellingen, coördinatie en verdeling van activiteiten

  • 1. 
    DARIAH-ERIC heeft als taak het verbeteren en ondersteunen van digitaal onderzoek in de geesteswetenschappen en de kunsten. DARIAH-ERIC ontwikkelt, onderhoudt en exploiteert een infrastructuur ter ondersteuning van op ICT gebaseerde onderzoekspraktijken.
  • 2. 
    DARIAH-ERIC werkt met onderzoeks- en onderwijsgemeenschappen samen met als oogmerk:
 

a.

het onderzoeken en toepassen van op ICT gebaseerde methoden en instrumenten die het mogelijk maken om nieuwe onderzoeksvragen te stellen en de oude vragen op nieuwe manieren te stellen;

 

b.

het verbeteren van de onderzoeksmogelijkheden en -resultaten door de koppeling van verspreid digitaal bronmateriaal;

 

c.

het uitwisselen van kennis, expertise, methoden en praktijken op alle gebieden en in alle takken van wetenschap.

  • 3. 
    Het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO), zoals gedefinieerd in artikel 3, is verantwoordelijk voor de coördinatie van de activiteiten van DARIAH-ERIC. Om te beginnen beschikt het over kantoren in Frankrijk, Duitsland en Nederland.
  • 4. 
    De omschrijving, organisatie en verdeling van de activiteiten van het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO) wordt vastgesteld door de raad van bestuur.

Artikel 3

Definities

In deze statuten hebben de onderstaande met hoofdletters geschreven termen de volgende betekenis:

Samenwerkende partner : Een openbare of particuliere instelling die een overheidstaak uitvoert, gevestigd op het grondgebied van een niet-deelnemende land, die van DARIAH-ERIC goedkeuring heeft gekregen om deel te nemen aan de werkzaamheden van één of meer VEC's, zoals gedefinieerd in artikel 5.

Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO) : Een eenheid die verantwoordelijk is voor de coördinatie van de activiteiten van DARIAH-ERIC. Het ondersteunt en omvat alle niveaus van DARIAH-ERIC (algemene vergadering, wetenschappelijke raad, raad van bestuur, directieteam, het comité van nationale coördinatoren en het gemeenschappelijk onderzoekscomité). In zijn rol van coördinator houdt het DCO toezicht op de interactie met alle partners en raden van DARIAH-ERIC en verzorgt het een groot aantal verticale taken (bv. controle op administratieve procedures) en horizontale taken (bv. centrale diensten, algemene financiering, wettelijke en fiscale verplichtingen, overdracht van kennis en vaardigheden).

Nationale coördinerende instelling : Een instelling die door een lid of een waarnemer wordt benoemd voor het coördineren van de nationale activiteiten van DARIAH.

Nationale coördinator : Een persoon die door een lid of een waarnemer wordt benoemd en verantwoordelijk is voor de voorbereiding van het nationale stappenplan en de nationale bijdragen in natura aan DARIAH.

Partnerinstelling : Een openbare of particuliere instelling die een overheidstaak uitvoert en die van DARIAH-ERIC goedkeuring heeft gekregen om deel te nemen aan de werkzaamheden van één of meer VEC's.

VEC : Een virtueel expertisecentrum is een virtueel team, samengesteld uit mensen van partnerinstellingen, dat de operationele activiteiten van DARIAH-ERIC uitvoert.

VEC-voorzitter : Een partnerinstelling die leiding geeft aan de activiteiten van een VEC en wordt benoemd door de raad van bestuur.

VEC-hoofd : De persoon die door het VEC-voorzitter is aanbevolen en door de raad van bestuur is benoemd als verantwoordelijke voor de coördinatie van de VEC-activiteiten.

HOOFDSTUK 2

LIDMAATSCHAP, WAARNEMERSCHAP, PARTNERSCHAP

Artikel 4

Leden, waarnemers en samenwerkende partners

  • 1. 
    Lidstaten, geassocieerde landen, derde landen die geen geassocieerd land zijn en intergouvernementele organisaties kunnen lid worden van DARIAH-ERIC, afhankelijk van de formele voorschriften voorzien in de onderhavige statuten en de besluiten van de algemene vergadering.
  • 2. 
    Lidstaten, geassocieerde landen, derde landen die geen geassocieerd land zijn en intergouvernementele organisaties kunnen waarnemer worden van DARIAH-ERIC, afhankelijk van de formele voorschriften voorzien in de onderhavige statuten en de besluiten van de algemene vergadering.
  • 3. 
    DARIAH-ERIC heeft als leden ten minste een lidstaat en twee andere landen die hetzij lidstaat, hetzij een geassocieerd land zijn.
  • 4. 
    Lidstaten of geassocieerde landen hebben samen de meerderheid van de stemrechten in de algemene vergadering.
  • 5. 
    De leden benoemen nationale openbare instellingen of particuliere instellingen met een publieke taak als nationale coördinerende instanties, zoals vermeld in bijlage I. De nationale coördinerende instellingen vertegenwoordigen de leden bij de activiteiten van DARIAH-ERIC.
  • 6. 
    De waarnemers benoemen nationale openbare instellingen of particuliere instellingen met een publieke taak als nationale coördinerende instanties, zoals vermeld in bijlage I. De nationale coördinerende instellingen vertegenwoordigen de waarnemers bij de activiteiten van DARIAH-ERIC.
  • 7. 
    De leden, waarnemers en hun vertegenwoordigende entiteiten staan vermeld in bijlage I. De aangesloten leden op het moment van indiening van de aanvraag voor ERIC zullen worden aangemerkt als oprichtende leden.
  • 8. 
    DARIAH-ERIC mag overeenkomsten sluiten met de samenwerkende partners.

Artikel 5

Toelating van leden, waarnemers en samenwerkende partners

  • 1. 
    Staten of intergouvernementele organisaties met belangstelling voor lidmaatschap of waarnemerschap, of instellingen die interesse hebben om samenwerkende partner te worden, dienen hiervoor een schriftelijke aanvraag bij DARIAH-ERIC in.
  • 2. 
    Leden en waarnemers vermelden in de aanvraag de naam van de nationale coördinerende instelling die de nationale DARIAH-activiteiten zal coördineren.
  • 3. 
    De raad van bestuur zendt de aanvraag aan de algemene vergadering, met een aanbeveling voor aanvaarding of afwijzing van de aanvraag.
  • 4. 
    De algemene vergadering beslist over de toelating van het nieuwe lid, waarnemer of samenwerkende partner.
  • 5. 
    DARIAH-ERIC en de samenwerkende partner sluiten een bindende overeenkomst, waarin het kader voor de samenwerking op basis van de aanbevelingen van de algemene vergadering voor ten minste twee jaar wordt vastgelegd. Aan het einde van deze periode wordt de samenwerking geëvalueerd.

Artikel 6

Beëindiging van lidmaatschap of waarnemerschap

  • 1. 
    Indien de algemene vergadering beslist dat een lid of waarnemer ernstige inbreuk maakt op de statuten en het interne reglement van orde, en indien het lid of de waarnemer deze inbreuk niet binnen een periode van zes maanden corrigeert, kan de algemene vergadering besluiten het lid of de waarnemer die in gebreke blijft te royeren.
  • 2. 
    De stem van het lid dat in gebreke blijft, wordt niet meegewogen bij de beslissing.
  • 3. 
    Het lid of de waarnemer die in gebreke is gebleven, heeft het recht om aan de algemene vergadering zijn standpunt uit te leggen voordat de algemene vergadering een beslissing neemt over de kwestie.
  • 4. 
    Een lid of waarnemer kan zich de eerste vijf jaar van het lidmaatschap of waarnemerschap van DARIAH-ERIC niet terugtrekken, tenzij anders door de algemene vergadering wordt overeengekomen.
  • 5. 
    Leden of waarnemers die zich in eerste instantie niet voor vijf jaren verbinden, ondertekenen een verklaring waarin de kortere periode wordt gespecificeerd, waarmee rekening wordt gehouden door de algemene vergadering bij het besluit over de toelating overeenkomstig artikel 5, lid 4.
  • 6. 
    Na de eerste vijf jaar van het lidmaatschap of het waarnemerschap van DARIAH-ERIC kan een lid of waarnemer zich terugtrekken, met kennisgeving van ten minste zes maanden vóór de feitelijke datum van terugtrekking.
  • 7. 
    Het lid of de waarnemer die zich wil terugtrekken, is verplicht aan zijn volledige jaarlijkse financiële verplichtingen voor het jaar van intrekking te voldoen.

HOOFDSTUK 3

RECHTEN EN PLICHTEN VAN LEDEN, WAARNEMERS EN SAMENWERKENDE PARTNERS

Artikel 7

Leden

  • 1. 
    De leden van DARIAH-ERIC kunnen gebruikmaken van alle hulpmiddelen en diensten en aan alle activiteiten deelnemen. Zij hebben het recht om deel te nemen aan en hun stem uit te brengen in de algemene vergadering. De partnerinstellingen hebben het recht om een VEC voor te zitten, afhankelijk van de procedure die hiervoor in de statuten is vastgesteld.
  • 2. 
    De leden betalen jaarlijks een bijdrage aan de begroting van DARIAH-ERIC, gebaseerd op de beginselen en de berekeningsmethode voorzien in artikel 18, lid 1, en in bijlage II van dit besluit.
  • 3. 
    De raad van bestuur legt aanbevelingen betreffende de bijdrage van intergouvernementele organisaties en landen die niet door de Raad van Europa zijn erkend ter goedkeuring voor aan de algemene vergadering.

Artikel 8

Waarnemers

  • 1. 
    De waarnemers van DARIAH-ERIC kunnen gebruikmaken van alle hulpmiddelen en diensten en deelnemen aan alle activiteiten. Bovendien mogen waarnemers aanwezig zijn en het woord nemen tijdens de algemene vergadering, maar zonder stemrecht.
  • 2. 
    De waarnemers betalen jaarlijks een bijdrage aan de begroting van DARIAH-ERIC, gebaseerd op de beginselen en de berekeningsmethode voorzien in artikel 18, lid 1, en in bijlage II van dit besluit.
  • 3. 
    De raad van bestuur legt aanbevelingen betreffende de bijdrage van intergouvernementele organisaties en landen die niet door de Raad van Europa zijn erkend ter goedkeuring voor aan de algemene vergadering.

Artikel 9

Samenwerkende partners

In de bindende overeenkomst, zoals beschreven in artikel 5, lid 5, worden de rechten en plichten van de samenwerkende partner gespecificeerd.

HOOFDSTUK 4

BESTUUR

Artikel 10

Algemene vergadering

  • 1. 
    De algemene vergadering is het bestuurslichaam van DARIAH-ERIC en is samengesteld uit vertegenwoordigers van de leden van DARIAH-ERIC. Vertegenwoordigers van de waarnemers van DARIAH-ERIC mogen aanwezig zijn en het woord nemen tijdens de algemene vergadering, maar zonder stemrecht.
  • 2. 
    Iedere entiteit die een lid of waarnemer vertegenwoordigt, wijst één officiële vertegenwoordiger aan. Bovendien kan elk lid of elke waarnemer zijn nationale coördinator of andere deskundigen meebrengen. Iedere delegatie van leden of waarnemers kan uit maximaal drie personen bestaan.
  • 3. 
    Ieder lid of iedere delegatie van leden heeft één stem.
  • 4. 
    De stemmen van leden die op de dag van de algemene vergadering hun bijdrage niet hebben betaald, worden geschorst.
  • 5. 
    De lidstaten en geassocieerde landen hebben altijd de meerderheid van stemmen in de algemene vergadering. Wanneer er extra stemrechten nodig zijn om deze bepaling toe te passen, wordt de toewijzing van deze extra stemrechten uitgevoerd bij besluit van de algemene vergadering.
  • 6. 
    De algemene vergadering kiest uit zijn midden een voorzitter en een vicevoorzitter bij gewone meerderheid van stemmen, voor een periode van drie jaar, die kan worden verlengd. De vicevoorzitter vervangt de voorzitter tijdens zijn/haar afwezigheid en in geval van belangenconflicten. De voorzitter of een door de voorzitter gemachtigd persoon is verantwoordelijk voor het bijwerken van bijlage I, zodat er te allen tijde een correcte lijst van leden, waarnemers en hun vertegenwoordigende entiteiten bestaat.
  • 7. 
    De algemene vergadering komt eenmaal per jaar bijeen op een gewone vergadering, of op een herhaalde vergadering indien de gewone vergadering is verdaagd. De algemene vergadering kan ook extra vergaderingen houden.
  • 8. 
    De operationele details van de organisatie van een algemene vergadering (zoals gewone vergaderingen, herhaalde vergaderingen, extra vergaderingen, vertegenwoordiging op vergaderingen, uitnodigingstermijnen, agenda's, notulen, enz.) worden opgenomen in het interne reglement van orde.
  • 9. 
    Op een gewone vergadering wordt aan het quorum voldaan wanneer ten minste twee derde van de leden met stemrecht aanwezig of vertegenwoordigd is. Op een herhaalde bijeenkomst van de algemene vergadering wordt geacht aan het quorum te zijn voldaan, ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde leden.
  • 10. 
    Er is sprake van een gewone meerderheid wanneer het aantal uitgebrachte stemmen voor het besluit groter is dan het aantal uitgebrachte tegenstemmen. Besluiten kunnen worden onderworpen aan aanvullende voorwaarden voor de meerderheid van stemmen, zoals vastgesteld in de leden 13 tot 17.
  • 11. 
    De algemene vergadering kan:
 

a.

alleen een rechtsgeldige vergadering houden indien aan de vereisten voor het quorum is voldaan;

 

b.

alleen een rechtsgeldig besluit nemen indien aan de meerderheidsvoorschriften is voldaan.

  • 12. 
    De algemene vergadering stelt bij alle punten alles in het werk om consensus te bereiken. Wanneer er geen consensus kan worden bereikt, besluit de algemene vergadering overeenkomstig het systeem van gewogen stemmen, zoals bepaald in de leden 13 tot en met 17.
  • 13. 
    De algemene vergadering kan met gewone meerderheid van stemmen:
 

a.

nieuwe leden, waarnemers en samenwerkende partners toelaten;

 

b.

financiële verslagen en het jaarlijkse activiteitenverslag goedkeuren;

 

c.

leden van de wetenschappelijke raad benoemen of ontslaan;

 

d.

de tijdsduur van DARIAH-ERIC verlengen;

 

e.

de auditors benoemen;

 

f.

de uitzonderlijke uittreding van een lid of waarnemer goedkeuren.

  • 14. 
    De algemene vergadering kan, met gewone meerderheid en de positieve stem van de leden die ten minste vijftig procent van de jaarlijkse bijdragen aan DARIAH-ERIC vertegenwoordigen, zoals bepaald in artikel 18, lid 1, en in bijlage II:
 

a.

de begroting op elk gewenst moment wijzigen en alle kredieten en berekeningen van de bijdragen wijzigen, op basis van de in bijlage II omschreven beginselen;

 

b.

de strategische oriëntatie en het activiteitenprogramma goedkeuren, met inbegrip van alle VEC-programma's en -begrotingen;

 

c.

een bestuurder te allen tijde benoemen of ontslaan, volgens de regels die zij zelf heeft vastgesteld.

  • 15. 
    Onverminderd artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 723/2009 kan de algemene vergadering, met gewone meerderheid en de positieve stem van de leden die ten minste vijfenzeventig procent van de jaarlijkse bijdragen aan DARIAH-ERIC vertegenwoordigen, zoals bepaald in artikel 18, lid 1, en in bijlage II:
 

a.

een late toevoeging van een punt aan de agenda inzake een voorstel tot wijziging van de statuten goedkeuren;

 

b.

een wijziging van de statuten voorstellen in overeenstemming met de voorschriften vastgelegd in Verordening (EG) nr. 723/2009;

 

c.

het reglement van orde goedkeuren;

 

d.

uiterlijk in november van het voorafgaande boekjaar de jaarlijkse begroting goedkeuren, inclusief de bijdragen in natura.

  • 16. 
    De algemene vergadering kan bij unaniem besluit:
 

a.

leden en waarnemers royeren. De stem van het lid in kwestie wordt niet meegeteld voor het besluit;

 

b.

DARIAH-ERIC ontbinden;

 

c.

een jaarlijkse toename van de bijdragen van leden en waarnemers van meer dan twee procent goedkeuren;

 

d.

het DARIAH-gegevensbeleid goedkeuren.

  • 17. 
    De algemene vergadering beslist overeenkomstig lid 16 over elke aangelegenheid betreffende DARIAH-ERIC die niet voorzien is in de voorgaande leden.
  • 18. 
    De leden van de algemene vergadering zijn gebonden door de bepalingen van het reglement van orde.

Artikel 11

Wetenschappelijke raad

  • 1. 
    De wetenschappelijke raad bestaat uit vijf tot tien personen, die door de algemene vergadering worden benoemd voor een verlengbare periode van drie jaar.
  • 2. 
    De wetenschappelijke raad kiest één van zijn leden als voorzitter.
  • 3. 
    De voorzitter roept alle vergaderingen van de wetenschappelijke raad bijeen en zit deze voor.
  • 4. 
    De algemene vergadering waarborgt dat leden van de wetenschappelijke raad aanzienlijke ervaring hebben op het gebied van kunst en geesteswetenschappen, waaronder de toepassing van informatietechnologie op het gebied van kunst en geesteswetenschappen.
  • 5. 
    De wetenschappelijke raad komt jaarlijks bijeen en verstrekt advies en begeleiding op wetenschappelijk en technisch gebied aan de algemene vergadering en aan alle andere DARIAH-organen.
  • 6. 
    De wetenschappelijke raad stelt jaarlijks een verslag voor de algemene vergadering op over de huidige technologische en wetenschappelijke vooruitgang, met inbegrip van aanbevelingen voor verbetering van de infrastructuur van DARIAH.
  • 7. 
    De leden van de wetenschappelijke raad zijn gebonden aan de bepalingen van het reglement van orde.

Artikel 12

Raad van bestuur

  • 1. 
    De raad van bestuur is het uitvoerend orgaan van DARIAH-ERIC en is zijn wettige vertegenwoordiger. Hij bestaat uit drie bestuurders, die worden benoemd door de algemene vergadering. De bestuurders zijn gekwalificeerde personen, met aanzienlijke ervaring op het gebied van kunst en geesteswetenschappen, waaronder de toepassing van informatietechnologie op het gebied van kunst en geesteswetenschappen. De raad van bestuur is verantwoording verschuldigd aan de algemene vergadering.
  • 2. 
    Iedere bestuurder wordt benoemd voor een periode van maximaal drie jaar en kan opnieuw worden benoemd. Een bestuurder mag echter niet meer dan twee opeenvolgende ambtstermijnen vervullen.
  • 3. 
    Wanneer een bestuurder ontslag neemt of niet in staat is zijn of haar taken uit te oefenen, benoemt de algemene vergadering een bestuurder voor de resterende duur van de ambtstermijn van de vorige bestuurder.
  • 4. 
    De raad van bestuur kiest uit zijn midden een voorzitter voor een verlengbare termijn van drie jaar, overeenkomstig artikel 12, lid 2. De voorzitter roept alle vergaderingen van de raad van bestuur bijeen en zit deze voor.
  • 5. 
    De raad van bestuur heeft de volgende taken:
 

a.

leiding geven aan DARIAH-ERIC en strategische doelstellingen en richtlijnen voorstellen;

 

b.

namens DARIAH-ERIC alle contracten, overeenkomsten en andere bindende documenten ondertekenen, na goedkeuring van de algemene vergadering wanneer haar goedkeuring vereist is;

 

c.

DARIAH-ERIC vertegenwoordigen bij alle Europese, internationale en nationale autoriteiten en rechtbanken en optreden als haar voornaamste contactpersoon;

 

d.

zorgen voor de beschikbaarheid van adequate financiële middelen en de begroting opstellen;

 

e.

het reglement van orde opstellen;

 

f.

de doeltreffendheid van de prestaties van DARIAH-ERIC controleren in het kader van de strategische doelstellingen en richtlijnen vastgesteld door de algemene vergadering;

 

g.

het jaarlijkse activiteitenverslag opstellen, zoals bedoeld in artikel 21, lid 1;

 

h.

toezicht houden op het directieteam;

 

i.

de leden van het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO) aansturen en aannemen zoals beschreven in artikel 2, lid 4, en artikel 28, lid 7;

 

j.

de oprichting, wijziging (inclusief splitsing, fusie of verandering van aanpak) of ontbinding van VEC's goedkeuren, na overleg met het directieteam;

 

k.

VEC-voorzitters en de bijbehorende VEC-hoofden benoemen en ontslaan, na overleg met het directieteam;

 

l.

de voorzitter van het gemeenschappelijk onderzoekscomité benoemen en ontslaan, na overleg met het directieteam.

  • 6. 
    De leden van de raad van bestuur zijn gebonden aan de bepalingen van het reglement van orde.

Artikel 13

Directieteam

  • 1. 
    Er is een directieteam, dat bestaat uit de voorzitter en de vicevoorzitter van het Comité van nationale coördinatoren en de voorzitter en de vicevoorzitter van het gemeenschappelijk onderzoekscomité. De betreffende functionarissen van het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO) en de voorzitter van de wetenschappelijke raad worden uitgenodigd voor vergaderingen van het directieteam.
  • 2. 
    De raad van bestuur raadpleegt het directieteam over alle algemene aangelegenheden, met inbegrip van de opstelling van voorstellen voor de algemene vergadering, de vaststelling en wijziging van de jaarlijkse werkprogramma's voor DARIAH-ERIC en de waarborging van consistentie, samenhang en stabiliteit van de diensten van de onderzoeksinfrastructuur.
  • 3. 
    De voorzitter van de raad van bestuur roept alle vergaderingen van het directieteam bijeen en zit deze voor.
  • 4. 
    De leden van het directieteam zijn gebonden aan de bepalingen van het reglement van orde.

Artikel 14

Comité van nationale coördinatoren

  • 1. 
    Het Comité van nationale coördinatoren is één van de twee operationele organen van DARIAH-ERIC. Doel van het comité is de integratie en coördinatie van de nationale activiteiten van DARIAH op Europees niveau.
  • 2. 
    Het bestaat uit een nationale coördinator voor ieder lid en iedere waarnemer, die door dat lid of die waarnemer wordt benoemd. De nationale coördinator wordt benoemd voor een verlengbare termijn van drie jaar. Ieder lid en iedere waarnemer kan te allen tijde de nationale coördinator vervangen. De betreffende functionarissen van het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO) en de raad van bestuur worden uitgenodigd voor de vergaderingen van het comité van nationale coördinatoren.
  • 3. 
    Het comité van nationale coördinatoren kiest uit zijn midden bij gewone meerderheid van stemmen een voorzitter en een vicevoorzitter, voor een verlengbare termijn van één jaar. De voorzitter en de vicevoorzitter zijn lid van het directieteam, waar zij het gezamenlijke standpunt van het comité van nationale coördinatoren vertegenwoordigen.
  • 4. 
    Het comité van nationale coördinatoren vergadert gewoonlijk tweemaal per jaar.
  • 5. 
    Het comité van nationale coördinatoren ondersteunt de raad van bestuur, met name door het opstellen van een jaarlijkse samenvatting van de nationale DARIAH-stappenplannen van ieder lid en iedere waarnemer. Binnen het comité van nationale coördinatoren doet iedere nationale coördinator een voorstel aan de raad van bestuur voor de jaarlijkse bijdragen in natura van ieder lid en iedere waarnemer om aan de algemene vergadering ter goedkeuring te worden voorgelegd overeenkomstig artikel 10, lid 15, onder d).
  • 6. 
    De leden van het comité van nationale coördinatoren zijn gebonden aan de bepalingen van het reglement van orde.

Artikel 15

Gemeenschappelijk onderzoekscomité

  • 1. 
    Het gemeenschappelijk onderzoekscomité is één van de twee operationele organen van DARIAH-ERIC. Het doel van het comité is het verzorgen van de wetenschappelijke en technische integratie van de DARIAH-activiteiten.
  • 2. 
    Het bestaat uit alle VEC-hoofden, die bij gewone meerderheid van stemmen een vicevoorzitter uit hun leden kiezen voor een verlengbare termijn van één jaar. De voorzitter wordt door de raad van bestuur benoemd voor een verlengbare periode van een jaar, volgens een procedure die wordt vastgelegd in het reglement van orde. Ook andere ter zake deskundige functionarissen van het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO) en de raad van bestuur worden uitgenodigd voor de vergaderingen van het gemeenschappelijk onderzoekscomité.
  • 3. 
    De voorzitter en de vicevoorzitter zijn lid van het directieteam, waar zij het gezamenlijke standpunt van het gemeenschappelijk onderzoekscomité vertegenwoordigen.
  • 4. 
    Het gemeenschappelijk onderzoekscomité vergadert gewoonlijk tweemaal per jaar.
  • 5. 
    Het gemeenschappelijk onderzoekscomité ondersteunt de raad van bestuur, met name door:
 

a.

het verzamelen en beoordelen van alle bijdragen in natura;

 

b.

het opstellen van een jaarlijks plan voor de virtuele expertisecentra en een verslag van hun activiteiten;

 

c.

het organiseren van ten minste één algemene bijeenkomst van DARIAH per jaar samen met het lid of de waarnemer waar de algemene bijeenkomst van DARIAH plaatsvindt en de betreffende functionarissen van het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO).

  • 6. 
    De leden van het gemeenschappelijk onderzoekscomité zijn gebonden aan de bepalingen van het reglement van orde.

HOOFDSTUK 5

BEGROTING

Artikel 16

Opstelling en goedkeuring van de begroting

  • 1. 
    De raad van bestuur stelt met de bevoegde ambtenaar van het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO) een ontwerpbegroting op voor de volgende begrotingsperiode, die in het eerste kwartaal van het voorafgaande begrotingsjaar aan de algemene vergadering moet worden gepresenteerd.
  • 2. 
    De ontwerpbegroting bevat de kredieten en een berekening van de bijdragen van leden en waarnemers voor de volgende begrotingsperiode en een prognose van de kosten en bijdragen voor de volgende twee begrotingsjaren.
  • 3. 
    Indien de begroting niet voor aanvang van het begrotingsjaar is vastgesteld, worden de totale kredieten die maandelijks voor DARIAH-ERIC worden toegewezen, onderworpen aan de limieten van het vorige begrotingsjaar.

Artikel 17

Begrotingsperiode

  • 1. 
    Elk boekjaar begint voor DARIAH-ERIC op 1 januari en eindigt op 31 december van elk jaar.
  • 2. 
    De begrotingsperiode omvat één boekjaar.

Artikel 18

Bijdragen in contanten en in natura

  • 1. 
    De bijdrage van ieder lid en iedere waarnemer bestaat uit twee delen: een bijdrage in contanten en een bijdrage in natura. Deze twee delen dragen een percentage bij aan de jaarlijkse begroting in contanten en de jaarlijkse begroting in natura van DARIAH-ERIC, en worden gebaseerd op de hoogte van het bbp van elk land. De beginselen en de berekeningsmethode staan vermeld in bijlage II.
  • 2. 
    Leden en waarnemers zijn verantwoordelijk voor het overmaken van de bijdrage in contanten aan DARIAH-ERIC.
  • 3. 
    Een bijdrage in natura is iedere overeengekomen bijdrage die niet in contanten is, aan de begroting van DARIAH-ERIC.
  • 4. 
    Elke bijdrage in natura wordt verzameld en beoordeeld door het gemeenschappelijk onderzoekscomité, die in geval van problemen overleg pleegt met het directieteam.
  • 5. 
    Het reglement van orde bepaalt de procedure voor de beoordeling van bijdragen in natura.

HOOFDSTUK 6

VIRTUELE EXPERTISECENTRA

Artikel 19

Virtuele expertisecentra

  • 1. 
    DARIAH-ERIC organiseert haar werkzaamheden rond virtuele expertisecentra (VEC's), die zich ieder richten op bepaalde vakgebieden.
  • 2. 
    Iedere partnerinstelling kan als deelnemer bijdragen aan de werkzaamheden van meer dan één VEC.

Artikel 20

Voorzitters van de virtuele expertisecentra

  • 1. 
    Alleen partnerinstellingen van leden kunnen voorzitter zijn van een VEC.
  • 2. 
    Iedere partnerinstelling die een VEC wil voorzitten, doet hiervoor een aanvraag bij de raad van bestuur overeenkomstig artikel 20, lid 1. De aanvraag bevat de naam (namen) van het hoofd (de hoofden) van het VEC.
  • 3. 
    Na overleg met de directie benoemt de raad van bestuur één of meer partnerinstellingen als voorzitter van het VEC, en benoemt het bijbehorende hoofd (hoofden) van het VEC.
  • 4. 
    Partnerinstelling(en) die door de raad van bestuur tot VEC-voorzitter zijn benoemd, zijn gebonden aan de bepalingen van het reglement van orde.

HOOFDSTUK 7

VERSLAGLEGGING, BOEKHOUDING EN ACCOUNTANTSCONTROLE

Artikel 21

Verslaglegging

  • 1. 
    DARIAH-ERIC brengt een jaarlijks activiteitenverslag uit waarin met name de wetenschappelijke, operationele en financiële aspecten van zijn werkzaamheden worden behandeld. Het verslag wordt door de raad van bestuur ter goedkeuring voorgelegd aan de algemene vergadering en binnen zes maanden na afloop van het desbetreffende boekjaar toegezonden aan de Europese Commissie en de relevante overheidsinstanties. Dit verslag wordt openbaar gemaakt.
  • 2. 
    ERIC stelt de Europese Commissie in kennis van alle omstandigheden die de verwezenlijking van de taken van DARIAH-ERIC ernstig in gevaar dreigen te brengen of DARIAH-ERIC belemmeren bij de naleving van de voorschriften die zijn vastgelegd in Verordening (EG) nr. 723/2009.

Artikel 22

Boekhouding en accountantscontrole

DARIAH-ERIC is onderworpen aan de wetgeving van het gastland met betrekking tot het opstellen, het indienen, controleren en publiceren van de boekhouding.

HOOFDSTUK 8

BELEID

Artikel 23

Aankoopbeleid en btw-vrijstelling

  • 1. 
    DARIAH-ERIC volgt de beginselen van de richtlijnen van de Europese Unie inzake openbare aanbestedingen en de desbetreffende toepasselijke nationale wetgeving.
  • 2. 
    Aanbesteding door leden en waarnemers ten aanzien van de activiteiten van DARIAH-ERIC vindt plaats met de nodige aandacht voor de door de desbetreffende instanties voor DARIAH-ERIC aangegeven behoeften, technische vereisten en specificaties.
  • 3. 
    De vrijstelling van btw op grond van artikel 143, lid 1, onder g), en artikel 151, lid 1, onder b), van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad (1) en overeenkomstig de artikelen 50 en 51 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 282/2011 van de Raad (2), beperkt zich tot de btw voor goederen en diensten voor officieel gebruik door DARIAH-ERIC, met een waarde van meer dan 150 EUR, die volledig betaald en ingekocht zijn door DARIAH-ERIC. Er geldt geen btw-vrijstelling voor de inkoop door afzonderlijke leden.
  • 4. 
    De btw-vrijstelling geldt voor niet-economische activiteiten, en niet voor economische activiteiten.
  • 5. 
    De btw-vrijstelling geldt voor goederen en diensten die gebruikt worden voor de wetenschappelijke, technische en administratieve activiteiten van DARIAH-ERIC, in overeenstemming met zijn hoofdtaken. Ook geldt de vrijstelling voor uitgaven voor conferenties, workshops en bijeenkomsten die direct verband houden met de officiële activiteiten van DARIAH-ERIC. Reis- en verblijfkosten vallen niet onder de btw-vrijstelling.

Artikel 24

Aansprakelijkheid

  • 1. 
    DARIAH-ERIC is aansprakelijk voor zijn schulden.
  • 2. 
    De leden van DARIAH-ERIC zijn hooguit aansprakelijk voor hun respectieve jaarlijkse bijdragen aan DARIAH-ERIC, tenzij zij een verklaring voor aanvullende aansprakelijkheid voor de schulden van DARIAH-ERIC hebben ondertekend.
  • 3. 
    De raad van bestuur onderhandelt namens DARIAH-ERIC over een passende verzekeringspolis en sluit deze af.

Artikel 25

Beleid inzake toegang

  • 1. 
    De instrumenten en diensten die door DARIAH-ERIC worden aangeboden, zijn in principe vrij beschikbaar voor gebruik door de wetenschappelijke en educatieve gemeenschap.
  • 2. 
    De algemene vergadering kan besluiten dat een aantal diensten tegen een vergoeding worden aangeboden en dat de voorwaarden worden gespecificeerd in het reglement van orde.

Artikel 26

Beleid inzake wetenschappelijke beoordeling en verspreiding

  • 1. 
    DARIAH-ERIC exploiteert een infrastructuur zonder toegangsbeperkingen op grond van tijd, ruimte of andere overwegingen, die in beginsel vrij toegankelijk is voor wetenschappelijke en educatieve gemeenschappen.
  • 2. 
    Indien om welke dan ook reden de toegang tijdelijk of permanent moet worden beperkt, wordt toegang mogelijk alleen verleend na collegiale toetsing op grond van topkwaliteit en beste praktijken. De algemene vergadering stelt in overleg met de wetenschappelijke raad de noodzakelijke uitvoeringsbepalingen vast.
  • 3. 
    DARIAH-ERIC neemt alle passende maatregelen ter bevordering van de infrastructuur en het gebruik daarvan door onderzoekers.
  • 4. 
    Dergelijke acties kunnen onder meer betrekking hebben op het opzetten van een website, het uitgeven van een nieuwsbrief, de organisatie van en deelname aan conferenties en workshops enz.

Artikel 27

Intellectuele-eigendomsrechten, gegevensbeleid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer

  • 1. 
    De intellectuele eigendom wordt beheerst door de nationale wetgeving van de leden of waarnemers en door internationale overeenkomsten waarbij leden of waarnemers partij zijn.
  • 2. 
    Over het algemeen wordt de voorkeur gegeven aan de beginselen van open source en open toegang.
  • 3. 
    Er zal een DARIAH-gegevensbeleid worden ontwikkeld, dat door de algemene vergadering wordt goedgekeurd.
  • 4. 
    Het gebruik en de verzameling van de gegevens van DARIAH-ERIC is onderworpen aan het Europese en nationaal recht op het gebied van gegevensbescherming.

Artikel 28

Personeelsbeleid

  • 1. 
    DARIAH-ERIC is een werkgever die gelijke kansen biedt.
  • 2. 
    De arbeidscontracten voldoen aan het nationaal recht van het land waarin het personeel te werk wordt gesteld.
  • 3. 
    DARIAH-ERIC maakt op geen enkele wijze onderscheid tussen werknemers in vaste dienst en gedetacheerde werknemers.
  • 4. 
    DARIAH-ERIC maakt de vacatures openbaar en stelt een passende termijn vast voor de ontvangst van sollicitaties.
  • 5. 
    DARIAH-ERIC biedt geen enkele functie aan sollicitanten aan vóór het verstrijken van de hierboven genoemde termijn.
  • 6. 
    DARIAH-ERIC biedt geen enkele functie aan aan personen die volgens de wetgeving van de Europese Unie en de lokale wetgeving geen werk mogen verrichten in de Europese Unie en/of het gastland en/of op de plaats van tewerkstelling.
  • 7. 
    De raad van bestuur is verantwoordelijk voor de werving van personeel en wordt daarbij bijgestaan door het Coördinatiebureau DARIAH-EU (DCO).

HOOFDSTUK 9

DUUR, ONTBINDING, GESCHILLEN, OPRICHTINGSBEPALINGEN

Artikel 29

Duur

DARIAH-ERIC wordt opgericht voor een periode van twintig jaar, verlengbaar volgens het meerderheidsvoorschrift bepaald in artikel 10, lid 13, onder d).

Artikel 30

Wijziging, ontbinding

  • 1. 
    Wijzigingsvoorstellen kunnen door ieder lid, door de raad van bestuur en door de wetenschappelijke raad bij de algemene vergadering worden ingediend.
  • 2. 
    Wijzigingsvoorstellen worden in de agendapunten opgenomen, die worden meegestuurd met de uitnodiging voor de algemene vergadering.
  • 3. 
    De bijlagen kunnen door de algemene vergadering worden bijgewerkt zonder dat dit een wijziging van de statuten vormt.
  • 4. 
    Er wordt overgegaan tot ontbinding van DARIAH-ERIC na een besluit van de algemene vergadering overeenkomstig artikel 10, lid 16, onder b).
  • 5. 
    DARIAH-ERIC stelt de Europese Commissie onverwijld en uiterlijk tien dagen na de vaststelling van het besluit tot ontbinding van DARIAH-ERIC van dit besluit in kennis.
  • 6. 
    Activa die na betaling van de schulden van DARIAH-ERIC overblijven, worden onder de leden verdeeld, in verhouding tot hun totale jaarlijkse bijdrage aan DARIAH-ERIC. Passiva die overblijven na verrekening van de activa van DARIAH-ERIC worden verdeeld onder de leden overeenkomstig artikel 24, lid 2.
  • 7. 
    DARIAH-ERIC zal de Commissie onverwijld en uiterlijk tien dagen na het voltooien van het ontbindingsproces hiervan in kennis stellen.
  • 8. 
    DARIAH-ERIC houdt op te bestaan op de dag van bekendmaking door de Europese Commissie van de passende kennisgeving daarvan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 31

Toepasselijk recht

DARIAH-ERIC is in aflopende volgorde onderworpen aan:

 

a.

het recht van de Europese Unie, meer bepaald Verordening (EG) nr. 723/2009;

 

b.

het recht van het gastland voor aangelegenheden die niet of slechts gedeeltelijk worden geregeld door het recht van de Europese Unie;

 

c.

deze statuten en de bijbehorende uitvoeringsvoorschriften.

Artikel 32

Geschillen

  • 1. 
    Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft rechtsmacht betreffende geschillen tussen leden en waarnemers met betrekking tot DARIAH-ERIC, betreffende geschillen tussen de leden, waarnemers en DARIAH-ERIC, alsook betreffende alle geschillen waarbij de Europese Unie partij is.
  • 2. 
    De wetgeving van de Europese Unie inzake rechterlijke bevoegdheid is van toepassing op geschillen tussen DARIAH-ERIC en derden. Voor geschillen die niet onder de wetgeving van de Europese Unie vallen, wordt overeenkomstig het recht van het gastland bepaald welk gerecht bevoegd is voor de beslechting van het geschil in kwestie.

Artikel 33

Toegankelijkheid van statuten

De statuten worden bijgehouden en zijn openbaar toegankelijk op de website van DARIAH-ERIC en in de statutaire zetel.

Artikel 34

Oprichtingsbepalingen

  • 1. 
    Door het gastland wordt een constituerende bijeenkomst van de algemene vergadering georganiseerd, zo spoedig mogelijk doch uiterlijk vijfenveertig kalenderdagen nadat het besluit van de Commissie tot oprichting van DARIAH-ERIC in werking treedt.
  • 2. 
    Het gastland stelt de oprichtende leden in kennis van eventuele specifieke urgente juridische stappen die namens DARIAH-ERIC moeten worden ondernomen voordat de oprichtingsbijeenkomst wordt gehouden. Tenzij een oprichtend lid binnen vijf werkdagen na ontvangst van de desbetreffende kennisgeving hiertegen bezwaar maakt, wordt de juridische handeling uitgevoerd door een persoon die daartoe naar behoren door het gastland is gemachtigd.
 

  • (1) 
    Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1).
  • (2) 
    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 282/2011 van de Raad van 15 maart 2011 houdende vaststelling van maatregelen ter uitvoering van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 77 van 23.3.2011, blz. 1).

BIJLAGE I

LIJST VAN LEDEN EN WAARNEMERS

(Laatste wijziging: 11 juni 2014)

Leden

 

Land of Intergouvernementele organisatie

Vertegenwoordigende entiteit

Nationale coördinerende instelling

Oostenrijk

Oostenrijks ministerie van wetenschap en onderzoek

Oostenrijkse Academie voor Wetenschappen — Instituut voor corpustaalkunde en tekstuele technologie (ICLTT)

België

Belgisch Federaal Wetenschapsbeleid

Ghent Centre for Digital Humanities (University of Ghent)

Kroatië

Ministerie van wetenschap, onderwijs en sport

Instituut voor etnologie en folkloristisch onderzoek

Cyprus

Digital Champion of Cyprus, Ministerie voor energie, handel, industrie en toerisme

Technologische Universiteit Cyprus in Limassol

Denemarken

Deens Agentschap voor wetenschap, technologie en innovatie

Deens laboratorium voor digitale geesteswetenschappen

Frankrijk

Centre National de la Recherche Scientifique

Huma-Num (Centre National de la Recherche Scientifique)

Duitsland

Duits federaal ministerie van onderwijs en onderzoek

Georg-August-Universität Göttingen

Griekenland

Secretariaat-generaal voor onderzoek en technologie/Ministerie van onderwijs en religieuze zaken

Academie van Athene

Ierland

Ierse Onderzoeksraad

Nationale Universiteit van Ierland Maynooth

Italië

MIUR-Ministerie van onderwijs, universiteiten en onderzoek

Nationale onderzoeksraad van Italië

Luxemburg

Ministère de l'Enseignement supérieur et de la Recherche

Centre Virtuel de la Connaissance sur l'Europe

Malta

Ministerie van onderwijs en werkgelegenheid

Bibliotheekraad Malta

Nederland

Nederlandse organisatie voor wetenschappelijk onderzoek

Data Archiving and Networked Services (DANS)

Servië

Ministerie van cultuur en informatie

Centrum voor digitale geesteswetenschappen Belgrado

Slovenië

Ministerie van onderwijs, wetenschap en sport

Inštitut za novejšo zgodovino/Instituut voor hedendaagse geschiedenis

Waarnemers

 

Land of Intergouvernementele organisatie

Vertegenwoordigende entiteit

Nationale coördinerende instelling

     

BIJLAGE II

BEGINSELEN VOOR DE BEREKENING VAN BIJDRAGEN

 

1.

De jaarlijkse bijdragen in contanten en in natura van leden en waarnemers wordt vastgesteld met behulp van de volgende variabelen:

 

a.

hoogte van de bijdrage;

 

b.

DARIAH-eenheid van eigendom, afgekort: DARIAH-eenheid;

 

c.

begroting in contanten;

 

d.

begroting in natura;

 

e.

de leden en waarnemers die door de algemene vergadering worden gekozen om de DARIAH-eenheid te berekenen.

 

2.

De hoogte van de bijdrage voor een land wordt berekend met de volgende formule: het bbp van het land wordt gedeeld door het totaal van de BBP's van de lidstaten van de Raad van Europa, waarna de hoogte van de bijdrage wordt afgerond op twee cijfers achter de komma. Voor de landen die als waarnemer toetreden tot DARIAH-ERIC is de hoogte van de bijdrage de helft van wat deze zou zijn geweest indien zij zich als lid hadden aangesloten.

 

3.

De DARIAH-eenheid voor de begroting in contanten (x) wordt berekend met de volgende formule: de begroting in contanten wordt gedeeld door het totaal van de percentages van de bijdragen van de leden en waarnemers die door de algemene vergadering zijn gekozen voor de berekening van de DARIAH-eenheid voor de begroting in contanten.

 

4.

De DARIAH-eenheid voor de begroting in natura (y) wordt berekend met de volgende formule: de begroting in natura wordt gedeeld door het totaal van de percentages van de bijdragen van de leden en waarnemers die door de algemene vergadering zijn gekozen voor de berekening van de DARIAH-eenheid voor de begroting in natura.

 

5.

Bijdragen in contanten en in natura worden berekend volgens de volgende formule:

  • a. 
    Bijdrage in contanten : De hoogte van de bijdrage voor een land wordt vermenigvuldigd met de DARIAH-eenheid voor contanten (x), en de uitkomst wordt vervolgens afgerond tot de dichtstbijzijnde honderd euro.
  • b. 
    Bijdrage in natura : de hoogte van de bijdrage voor een land wordt vermenigvuldigd met de DARIAH-eenheid voor natura (y), en de uitkomst wordt vervolgens afgerond tot de dichtstbijzijnde duizend euro.
 

6.

De algemene vergadering kan de begrotingen voor contanten en natura elk jaar veranderen, en de referentie van het bbp na drie jaar, volgens het systeem van gewogen stemmen voorzien in artikel 10, lid 14, en artikel 10, lid 16.

 

7.

Indien de algemene vergadering de variabelen van de begroting (als omschreven in beginsel 1 hierboven) niet wijzigt, is de jaarlijkse bijdrage identiek aan de bijdrage van het voorafgaande jaar, met een jaarlijkse stijging van twee procent ter compensatie van inflatie en kostenstijgingen.

 

8.

Intergouvernementele organisaties betalen een bijdrage afhankelijk van hun status als lid of waarnemer.

 

9.

De bijdrage voor entiteiten die zich pas in de loop van een jaar aansluiten is evenredig aan het resterende aantal maanden van dat jaar, gerekend vanaf de eerste dag van de maand waarin deze entiteit zich aansluit.

 

10.

De jaarlijkse bijdrage voor leden of waarnemers die zich in eerste instantie niet voor vijf jaren verbinden, wordt met vijfentwintig procent verhoogd, zolang zij zich nog niet voor de resterende periode hebben verbonden. Als men zich verbindt voor het resterende gedeelte van de vijf jaar of als het lid of de waarnemer vijf jaren aangesloten blijft, worden er regelingen getroffen om ervoor te zorgen dat het lid of de waarnemer in totaal niet meer dan de normale bijdrage voor die vijf jaren betaalt.

BIJLAGE III

VOORLOPIGE BEGROTING EN BIJDRAGEN

 

Landen

Duur van aansluiting

Schatting contanten jaar 1 (1)

(EUR)

Schatting natura jaar 1 (1)

(EUR)

Schatting Totaal jaar 1

(EUR)

Oostenrijk (2)

3 jaar

28 250,00

231 250,00

259 500,00

België

5 jaar

27 700,00

227 000,00

254 700,00

Kroatië

5 jaar

3 400,00

28 000,00

31 400,00

Cyprus

5 jaar

1 300,00

11 000,00

12 300,00

Denemarken

5 jaar

18 000,00

147 000,00

165 000,00

Frankrijk

5 jaar

149 200,00

1 221 000,00

1 370 200,00

Duitsland (2)

tot 26.2.2016

242 125,00

1 981 250,00

2 223 375,00

Griekenland

5 jaar

15 600,00

128 000,00

143 600,00

Ierland

5 jaar

11 800,00

96 000,00

107 800,00

Italië

5 jaar

118 100,00

966 000,00

1 084 100,00

Luxemburg

5 jaar

3 200,00

26 000,00

29 200,00

Malta

5 jaar

500,00

4 000,00

4 500,00

Nederland

5 jaar

45 100,00

369 000,00

414 100,00

Servië

5 jaar

2 500,00

21 000,00

23 500,00

Slovenië

5 jaar

2 700,00

23 000,00

25 700,00

 

Totaal

669 475,00

5 479 500,00

6 148 975,00

 

  • (1) 
    In de volgende jaren is de jaarlijkse bijdrage de bijdrage van het voorafgaande jaar, met een jaarlijkse verhoging van 2 % ter compensatie van inflatie en kostenstijgingen (zie beginsel 7, bijlage II).
  • (2) 
    Aangezien de duur van de verbintenis minder dan 5 jaar is, wordt de toeslag van 25 % toegepast (zie beginsel 10, bijlage II).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.