Besluit 2016/253 - Terbeschikkingstelling van middelen uit het flexibiliteitsinstrument voor onmiddellijke budgettaire maatregelen voor de aanpak van de vluchtelingencrisis - Hoofdinhoud
24.2.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 47/6 |
BESLUIT (EU) 2016/253 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 25 november 2015
betreffende de terbeschikkingstelling van middelen uit het flexibiliteitsinstrument voor onmiddellijke budgettaire maatregelen voor de aanpak van de vluchtelingencrisis
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer (1), en met name punt 12,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Artikel 11 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 (2) biedt de mogelijkheid het flexibiliteitsinstrument tot een jaarlijks maximum van 471 miljoen EUR (prijzen van 2011) in te zetten om nauwkeurig bepaalde uitgaven te financieren die niet binnen het beschikbare maximum voor één of meer andere rubrieken kunnen worden gefinancierd. |
(2) |
In verband met urgente behoeften is het noodzakelijk aanzienlijke extra kredieten ter beschikking te stellen om maatregelen te financieren ter verlichting van de migratie- en vluchtelingencrisis. |
(3) |
Nadat alle mogelijkheden tot herschikking van kredieten onder het uitgavenmaximum voor rubriek 3 (Veiligheid en burgerschap) en rubriek 4 (Europa als wereldspeler) zijn onderzocht, is het nodig middelen uit het flexibiliteitsinstrument beschikbaar te stellen ter aanvulling van de middelen op de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2016, te weten 1 506 miljard EUR boven het maximum van rubriek 3 en 24 miljoen EUR boven het maximum van rubriek 4, ter financiering van maatregelen op het gebied van migratie en vluchtelingen. Daarvoor moeten ongebruikte jaarlijkse bedragen van het flexibiliteitsinstrument van de begrotingsjaren 2014 en 2015 worden gebruikt. |
(4) |
Op basis van het verwachte betalingsprofiel moeten de met het gebruik van het flexibiliteitsinstrument corresponderende betalingskredieten worden verdeeld over verschillende begrotingsjaren. De betalingskredieten worden geraamd op 734,2 miljoen EUR in 2016, 654,2 miljoen EUR in 2017, 83 miljoen EUR in 2018 en 58,6 miljoen EUR in 2019, |
HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
-
1.Voor de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2016 wordt uit het flexibiliteitsinstrument 1 506 miljard EUR aan vastleggingskredieten in rubriek 3 (Veiligheid en burgerschap) en 24 miljoen EUR aan vastleggingskredieten in rubriek 4 (Europa als wereldspeler) beschikbaar gesteld.
Deze bedragen zullen worden gebruikt ter financiering van maatregelen om de vluchtelingencrisis aan te pakken.
-
2.Op basis van het verwachte betalingsprofiel worden de met het gebruik van het flexibiliteitsinstrument corresponderende betalingskredieten als volgt verdeeld:
a) |
734,2 miljoen EUR in 2016, |
b) |
654,2 miljoen EUR in 2017, |
c) |
83 miljoen EUR in 2018, |
d) |
58,6 miljoen EUR in 2019. |
De specifieke bedragen voor elk begrotingsjaar worden goedgekeurd in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Straatsburg, 25 november 2015.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
-
M.SCHULZ
Voor de Raad
De voorzitter
-
N.SCHMIT
-
Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot vaststelling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 884).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.