UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/346 VAN DE COMMISSIE
van 10 maart 2016
tot vaststelling van de in het douane-informatiesysteem op te nemen gegevens
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad van 13 maart 1997 betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften (1), en met name artikel 25, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1)
Het doel van het douane-informatiesysteem (DIS) is de bevoegde autoriteiten bij te staan bij het voorkomen, onderzoeken en vervolgen van verrichtingen die in strijd zijn met de douane- en landbouwvoorschriften. Met het oog hierop voeren de bevoegde autoriteiten van de lidstaten informatie over relevante gebeurtenissen, zoals de inbeslagneming of vasthouding van goederen, in het DIS in. Het is nodig de lijst van de in het DIS op te nemen gegevens bij te werken, zodat het systeem blijft voldoen aan de behoeften van de bevoegde autoriteiten.
(2)
Elke in het DIS gerapporteerde gebeurtenis bestaat uit een aantal kernelementen die noodzakelijk zijn voor een zinvolle interpretatie van de zaak. Om de bevoegde autoriteiten in staat te stellen specifieke zaken of gebeurtenissen vlot terug te vinden in het DIS, dient het mogelijk te zijn in het DIS te zoeken op referentie van een zaak en dienen die referenties bijgevolg in het DIS te worden opgenomen.
(3)
Bij frauduleuze activiteiten zijn gewoonlijk een of meer personen actief betrokken. De correcte en ondubbelzinnige identificatie van personen die betrokken zijn bij potentieel frauduleuze activiteiten, is van het allergrootste belang om de gebeurtenissen succesvol te kunnen onderzoeken. Gegevens over bedrijven en personen die betrokken zijn bij frauduleuze of potentieel frauduleuze activiteiten, dienen daarom in het DIS te worden ingevoerd.
(4)
Aangezien de werkwijze bij commerciële fraude en de wijze van onttrekking afhangen van het vervoermiddel, is het belangrijk om specifieke kenmerken van het vervoermiddel als verplicht gegeven in het DIS op te nemen.
(5)
Transportpatronen waarvoor geen economische rechtvaardiging bestaat, worden beschouwd als relevante indicatoren voor bepaalde soorten fraude, zoals onjuiste oorsprongsverklaringen. Het is dus belangrijk details van de gebruikte transportroutes te kennen, omdat die van belang kunnen zijn bij de opsporing van frauduleuze activiteiten. Informatie over de verschillende etappes van de transportroute is daarom essentieel voor een gedegen onderzoek van douanegerelateerde fraude en moet in het DIS worden opgenomen.
(6)
Douanerechten en andere heffingen verschillen naargelang van de specifieke kenmerken van het product. Om een gedegen opvolging van de in het DIS gerapporteerde zaken of gebeurtenissen te garanderen, moeten specificaties van de betrokken goederen in het DIS kunnen worden ingevoerd.
(7)
Analyse van de inbeslagneming, verbeurdverklaring of vasthouding van goederen kan helpen bij het ontwerpen van maatregelen om hetzelfde type van douanegerelateerde fraude in de toekomst te voorkomen. Het wordt daarom van belang geacht relevante informatie over de inbeslagneming, vasthouding of verbeurdverklaring in het DIS op te nemen.
(8)
Elke door de bevoegde autoriteiten ondernomen actie moet kunnen worden gerechtvaardigd en moet dus op geschikte risico-indicatoren steunen. Daarom is het noodzakelijk informatie over de risicobeoordeling in het DIS op te nemen.
(9)
Afhankelijk van de zaak kan de bij de boeking in het DIS te voegen documentatie zeer verschillend zijn. Het kan gaan om, maar is niet beperkt tot, door de bevoegde autoriteiten verkregen handelsdocumenten.
(10)
De maatregelen waarin deze verordening voorziet, zijn in overeenstemming met het advies van het bij Verordening (EG) nr. 515/97 ingestelde comité,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Gegevens
De volgende gegevens moeten in de DIS-gegevensbank worden opgenomen in de in artikel 24 van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorieën:
a)
gemeenschappelijke gegevens voor alle in artikel 24 van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorieën:
—
referenties van de zaak,
—
basisinformatie over de zaak,
—
bijlage met relevante documenten;
b)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder a), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
kenmerken van de goederen,
—
documenten,
—
informatie over inbeslagneming, vasthouding of verbeurdverklaring,
—
acties,
—
risico-indicatoren,
—
deel met toelichtingen;
c)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder b), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
kenmerken van het vervoermiddel,
—
documenten,
—
etappes van de route,
—
acties,
—
risico-indicatoren,
—
deel met toelichtingen;
d)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder c), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
gegevens over de betrokken bedrijven,
—
documenten,
—
acties,
—
risico-indicatoren,
—
deel met toelichtingen;
e)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder d), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
gegevens over betrokken personen,
—
documenten,
—
acties,
—
risico-indicatoren,
—
deel met toelichtingen;
f)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder e), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
kenmerken van de trends inzake fraude,
—
risico-indicatoren;
g)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder f), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
informatie over de beschikbaarheid van deskundigheid;
h)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder g), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
informatie over inbeslagneming, vasthouding of verbeurdverklaring,
—
acties,
—
risico-indicatoren;
i)
aanvullende gegevens voor de in artikel 24, onder h), van Verordening (EG) nr. 515/97 genoemde categorie:
—
informatie over inbeslagneming, vasthouding of verbeurdverklaring,
—
acties,
—
risico-indicatoren.
Nadere bepalingen met betrekking tot de bovengenoemde gegevens zijn opgenomen in de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Intrekking
Artikel 2 van Verordening (EG) nr. 696/98 van de Commissie (2) wordt geschrapt.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van donderdag 1 september 2016.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Verordening (EG) nr. 696/98 van de Commissie van 27 maart 1998 houdende toepassing van Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften (PB L 96 van 28.3.1998, blz. 22).